De nalatenschap van Arthur Gotlieb - Hoofdinhoud
De vraag is of we er hier wel komen met polderen als de marktmeester van de zorg zo slecht functioneert dat een gewetensvolle ambtenaar uiteindelijk zichzelf het leven beneemt.
Wie het boek van Arthur Gotlieb leest, moet constateren dat dit een uniek document is, een boek dat alle bestuurders en managers van Nederland moeten lezen. En welke gevoelens roept het boek op? Allereerst: het stinkt daar bij de NZa. Wordt ons geld wel goed besteed? Is er geen sprake van vriendjespolitiek op het ministerie van VWS?
Bij de hulp aan het Oogziekenhuis Rotterdam was de minister persoonlijk betrokken. Er moet een oplossing komen, want Schippers wil geen ‘mediacommotie’. Het wekt de schijn van willekeur. Om het faillissement van het Ruwaard van Putten Ziekenhuis te voorkomen, stak de minister immers geen poot uit. En het ter wille zijn van de farmaceutische industrie van het ministerie van VWS was zelfs Theo Langejan te gortig: ‘GMT (afdeling Geneesmiddelen en Medische Technologie, HvG) is het bijkantoor van Nefarma.’
Welke les kunnen we trekken uit Arthur Gotliebs aangrijpende, ontluisterende, maar toch ook verrassend humoristische nalatenschap. Zo is zijn beschrijving van de Langejanstraat in het gebouw van de NZa hilarisch. Ter meerdere eer en glorie van zichzelf heeft baas Langejan alle voorgangers uit de eregalerij van de NZa laten verwijderen en een groot portret van hemzelf laten ophangen.
Arthur Gotlieb beschrijft de deugden die een publieke dienaar werkzaam in de publieke sector zou moeten vervullen. Geen gesponsorde dienstreizen aanvaarden, geen aanname van geschenken en gunsten van de farmaceutische industrie of adviesbureaus, respect, nederigheid en fatsoen, geen opportunisme te betrachten maar een dappere strengheid te vertonen.
Hij houdt ons allen die werkzaam zijn in de publieke sector een spiegel voor. Zijn wij die werken in de publieke sector in staat om het algemeen belang boven het persoonlijk gewin te stellen?
Deze opinie verscheen eerder bij Medisch Contact