Anti-IS demonstratie in Amsterdam - Hoofdinhoud
Vandaag vond op de Dam in Amsterdam een demonstratie tegen IS plaats. Enkele honderden vertegenwoordigers van verschillende minderheden die in Irak en Syrië het slachtoffer zijn van het IS-geweld waren aanwezig. Samen met politici en schrijvers gaven zij uiting aan hun solidariteit met de mensen daar en spraken zich uit tegen extremisme en intolerantie in Nederland.
Hieronder de tekst die ik bij de demonstratie uitsprak:
Dit najaar is het 10 jaar geleden dat Theo van Gogh werd vermoord. Amsterdam was in shock. Nederland was in shock.
Hoe kan het, zo vroegen we ons af, dat in ons open en vrije land zoiets gebeurt? Hoe kan het dat iemand die hier geboren is, hier opgroeit, tot zo’n gruwelijke daad komt? Hoe kan het dat een extremistisch gedachtengoed, dat we alleen uit andere delen van de wereld kenden, ook in Nederland wortel schiet? We namen ons voor er alles aan te doen om radicalisering tegen te gaan. Om beter te begrijpen waar de boosheid en verontwaardiging vandaan kwamen. Om in te grijpen als groepen of personen zich dreigden af te keren van de samenleving.
Wie de afgelopen jaren van een afstandje naar Nederland keek, kon de indruk krijgen dat het de goede kant op ging. Natuurlijk, we hadden te maken met een stevige crisis en waren onzeker over de toekomst. Maar de pijn van de crisis deelden we samen. Samen zochten we naar de weg omhoog. En juist op het moment dat we de weg uit de crisis gevonden leken te hebben, was daar deze zomer plots weer die spanning. De zomer van 2014 waarin gebeurtenissen in het buitenland zo veel losmaakten in ons eigen land.
Berichten over Nederlandse Jihadstrijders die naar het Midden-Oosten afreizen. Sommigen die na gruwelijke ervaringen weer terugkeren naar Nederland. Schokkende vlaggen en discriminerende leuzen bij demonstraties. Het goedpraten of verdedigen van het barbaarse geweld van IS. Onze rechtsstaat wordt op de proef gesteld. Onze open, vrije samenleving staat opnieuw onder druk.
Ik sta hier vandaag in de eerste plaats uit solidariteit met de mensen die niet het geluk hebben om te wonen in een open, vrije samenleving. Die lijden onder intolerantie en haat. Dat lijden is nergens groter dan in Irak en Syrië. Mensen worden er op gruwelijke wijze vervolgd, opgejaagd en afgeslacht. We hebben de beelden gezien van Yezidis op de vlucht, Assyriërs die klem zitten, Shabaks en Turkmenen die vrezen voor hun leven, Koerden die de dreiging steeds dichterbij zien komen.
We kennen de walgelijke berichten van kinderen die geïndoctrineerd worden met extremistische ideeën. Van meisjes en vrouwen die verkracht en verhandeld worden. Van journalisten die op middeleeuwse wijze onthoofd worden. De barbaarsheid van IS gaat iedere verbeelding te boven. We hebben de plicht om de mensen in Irak en Syrië, minderheden in het bijzonder, te helpen. Door vluchtelingen op te vangen. Door hulp te brengen naar de mensen die nog niet bereikt worden.
Mijn partij, de PvdA, steunt de internationale acties en steunt de hulp aan de Koerden in hun strijd tegen IS. We moeten een brede coalitie bouwen, ook met landen uit de regio, om IS een halt toe te roepen. We moeten IS verslaan. Als macht. Als terreurbeweging. En als ideologie. De ideologie van onderdrukking en intolerantie.
Ook hier in Nederland moeten we waakzaam zijn. Ons verzetten tegen extremistische ideologieën en bewegingen. Er wordt dan vaak naar de politiek gekeken. Om maatregelen te nemen, nieuwe regels in te voeren en hard in te grijpen. Terecht, begrijpelijk, maar het zal niet genoeg zijn. Als we onze open, vrije samenleving willen beschermen zullen we allemaal onze verantwoordelijkheid moeten nemen.
Meer dan om maatregelen, gaat het om mentaliteit. De mentaliteit van de schooldirecteur die op huisbezoek gaat bij de leerling die na de vakantie niet op school verschijnt. Van de imam die signaleert wanneer jongeren zich afzonderen van hun leeftijdsgenoten. Van de wijkagent die vroeg signaleert en gedecideerd ingrijpt. Het is die mentaliteit die wij ons allen eigen moeten maken. Door ons in te zetten, ook buiten ons eigen kringetje van vrienden en kennissen. Door te praten met de ander - op school, in het buurthuis, in de kerk, in de moskee.
Als de zomer van 2014 iets duidelijk heeft gemaakt is het dat we onze kernwaarden uit moeten blijven dragen. Ons moeten wapenen tegen extremistische krachten. En tegelijkertijd voorkomen dat we mensen verder wegduwen van onze samenleving. Een aanpak die stevig is - glashelder over het belang van vrijheid, tolerantie, emancipatie en rechtvaardigheid. Maar een aanpak die niet vervalt in simpel wij-zij denken en verschillen juist vergroot. Mijn partij - de PvdA - zal blijven strijden voor onze kernwaarden en tegen polarisatie.
Ik ben blij dat u vandaag naar deze demonstratie gekomen bent om een duidelijke boodschap af te geven. De intolerantie, de onderdrukking, de barbarij van IS, die accepteren wij niet. Niet in Irak, niet in Syrië en zeker niet in Nederland.
Toen 10 jaar geleden Theo van Gogh werd vermoord, stond de Dam helemaal vol. Vol met mensen die extremistisch geweld niet accepteerden. Toenmalig burgemeester Job Cohen sprak de volgende woorden, waarmee ik vandaag wil afsluiten:
“Zoals wij hier zijn, verschillen wij van elkaar op allerlei manieren. Maar wij zijn één in onze woede en in ons verdriet. Één in onze overtuiging dat vrijheid een fundament is van onze samenleving.”