Sjoerd in Elsevier over vakantie in de bijstand - Hoofdinhoud
Bijkomen van de bijstand;
Werklozen hoeven tijdens vakantie niet te solliciteren. Veel bijstanders blijken geheel vrijgesteld van de plicht om een baan te zoeken.
Door: Jean Dohmen en Fleuriëtte van de Velde
‘Eerst een sollicitatiebrief, dan een bikini.’ Zo luidde de toelichting van VVD-Tweede Kamerlid Sjoerd Potters op zijn voorstel dat nieuwkomers in de bijstand voortaan niet meer meteen vier weken met vakantie mogen. Potters vindt dat bijstandsontvangers juist in het begin beschikbaar moeten zijn voor de arbeidsmarkt, omdat de kans op het vinden van een baan het grootst is in het eerste halfjaar van de werkloosheid. Net als werkenden en werklozen in de WW zouden zij vakantierechten moeten opbouwen, met twee dagen per maand. Iemand zou dan pas na een halfjaar twee weken met vakantie mogen.
Potters kreeg veel kritiek. Mensen in de bijstand hebben helemaal geen geld om met vakantie te gaan, klonk het. Andere partijen in de Kamer steunden hem niet, omdat het een oplossing was voor een probleem dat volgens hen niet bestaat. Hoe vaak het voorkomt, is niet bekend. Staatssecretaris Jetta Klijnsma (PvdA) zoekt dat nu uit.
Maar het gebeurt volgens Potters wel. ‘Ik krijg hierover signalen van diverse sociale diensten, zoals die in Rotterdam,’ zegt Potters (40), voormalig wethouder van Sociale Zaken in Waalwijk. ‘Dan weigert iemand een aanbod voor tijdelijk werk, omdat hij meteen vier weken naar familie in het buitenland vertrekt. De gemeente kan daar niets tegen doen.’
Ook voor mensen die instromen vanuit de WW, en die er dus soms al een jarenlange periode van werkloosheid op hebben zitten, zou het goed zijn om niet meteen met vakantie te gaan als ze in de bijstand terechtkomen. Potter: ‘Het is een nieuw moment. In de bijstand moet je sneller werk aanvaarden dan in de WW, dus de kans om aan het werk te komen, is groter.’
Heel ingrijpend was het voorstel nou ook weer niet. De VVD benadrukte dat het haar niet te doen is om te tornen aan de vakantierechten van bijstandsontvangers in het algemeen. Maar veel werkenden zullen er toch de wenkbrauwen over hebben opgetrokken: want waarom heeft iemand die niet werkt en een uitkering ontvangt, eigenlijk recht op vier weken vakantie inclusief vakantiegeld? Dat vakantiegeld bedraagt 5,9 procent van de totale uitgaven aan de bijstand. Die bedroegen in 2013 circa 5,7 miljard euro.
In de Wet werk en bijstand is bepaald dat uitkeringsgerechtigden hun recht op bijstand kunnen verliezen als ze per kalenderjaar langer dan vier weken in het buitenland zijn. Vakanties in het buitenland moeten bovendien altijd worden gemeld bij de gemeente.
Voor vakanties in Nederland, die niet onder de vier-wekenregeling vallen, zijn de regels soepeler. Formeel geldt er geen maximum voor vakanties in eigen land, maar op grond van hun inlichtingenplicht moeten bijstandsontvangers verblijf buiten de gemeente wel melden. Alleen wie volledig is vrijgesteld van de sollicitatieplicht, hoeft niets te melden.
Zo heeft de gemiddelde bijstandsgerechtigde nagenoeg evenveel recht op vakantie als een werknemer. Met het verschil dat die laatste ervoor moet werken.
Vakantie in de bijstand komt neer op een tijdelijke ontheffing van de sollicitatieplicht. Er zijn echter nog veel meer redenen waarom werklozen met een bijstandsuitkering niet hoeven te solliciteren.
Gemeenten, verantwoordelijk voor de uitvoering van de bijstand, kunnen bijstandsontvangers, in veel gemeenten ‘cliënten’ genoemd, een (volledige of gedeeltelijke) tijdelijke ontheffing van de sollicitatieplicht verlenen. Meestal is dat wegens lichamelijke of psychische klachten. Of omdat ze kinderen hebben jonger dan vijf jaar. Het kabinet van VVD en PvdA wilde dit veranderen, maar zag hier eind 2013 vanaf onder druk van ChristenUnie en SGP, de twee christelijke gedoogpartners van het kabinet-Rutte.
Formeel is volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek 25 procent van de bijstanders vrijgesteld van de sollicitatieplicht; op een totaal van 413.000 (stand eind april) gaat het dus om ruim 100.000 mensen.
Informeel geven gemeenten echter nog veel vaker toestemming om niet te solliciteren. Ongeveer tweederde van de bijstandsontvangers wil om uiteenlopende redenen niet aan het werk, is daar niet actief naar op zoek of niet beschikbaar voor, schreef de Inspectie SZW, onderdeel van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, vorig jaar in een kritisch rapport.
De Inspectie adviseert om het aantal mensen dat ‘met rust wordt gelaten’, zoveel mogelijk te beperken. Gemeenten, die met minder geld steeds meer mensen in de bijstand krijgen, vinden dat een lastige opgave.
In een eerder rapport concludeerde de Inspectie dat gemeenten ‘onvoldoende dwang en drang’ uitoefenen om werklozen aan het werk te krijgen. Ofwel: de gemeenten zijn veel te soft in het handhaven van de regels.
De Kamer debatteert dus over de vraag wanneer bijstanders nou precies op vakantie mogen, maar intussen wordt het echte probleem niet aangepakt.
Nieuwe regels voor de bijstand
Met ingang van 1 januari 2015 komen er nieuwe, strengere regels voor de bijstand. De Tweede Kamer stemde in februari in met een wetsvoorstel van staatssecretaris Jetta Klijnsma (PvdA). Begin deze week zou de Eerste Kamer erover stemmen. Vorig jaar was die kritisch over de plannen, waarop Klijnsma deze aanpaste. In het nieuwe wetsvoorstel staat onder meer dat wie een uitkering ontvangt, zich netjes moet kleden als hij gaat solliciteren. Verder moeten werklozen sneller passende arbeid accepteren; het kan zijn dat ze daarvoor moeten verhuizen. Ook mogen gemeenten een tegenprestatie vragen voor een uitkering in de vorm van vrijwilligerswerk en krijgen werklozen een lagere uitkering als ze samenwonen en kosten delen. Los daarvan wil Klijnsma de taaleisen voor mensen met een bijstandsuitkering aanscherpen.