Memorie van toelichting - Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2014 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota) - Hoofdinhoud
Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 33940 XVII - Wijziging begroting Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2014 (Voorjaarsnota).
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2014 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota); Memorie van toelichting; Memorie van toelichting |
---|---|
Documentdatum | 28-05-2014 |
Publicatiedatum | 02-06-2014 |
Nummer | KST33940XVII2 |
Kenmerk | 33940 XVII, nr. 2 |
Externe link | origineel bericht |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2013–2014
33 940 XVII
Wijziging van de begrotingsstaat van Buitenlandse Handel en
Ontwikkelingssamenwerking (XVII) voor het jaar 2014 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2014 wijzigingen aan te brengen in:
de departementale begrotingsstaat voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII);
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, E.M.J. Ploumen
B. BEGROTINGSTOELICHTING
-
1.Voorstel van Wet
Door middel van het onderhavige wetsvoorstel wordt voorgesteld de uitgaven van de begroting 2014 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII) met EUR 122,7 miljoen te verlagen.
-
2.Leeswijzer
De voorliggende suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de Ontwerpbegroting 2014 van hoofdstuk XVII van de begroting van het Rijk.
In de toelichting worden de belangrijkste mutaties op de begroting van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking toegelicht. Ten slotte volgt per artikel de nieuwe stand en een toelichting op de opmerkelijke verschillen.
Per artikel is een tabel opgenomen met de mutaties. De toelichting per beleidsartikel heeft betrekking op de kolom mutaties suppletoire begroting. Het aantal activiteiten en het aantal financiële instrumenten van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is aanzienlijk. Om de leesbaarheid te waarborgen worden daarom alleen de financiële instrumenten die meer dan 3 procent van het artikelonderdeel uitmaken opgenomen in de financiële tabel. Dat betekent dat er in sommige gevallen geen uitputtende opsomming is van de financiële instrumenten per artikelonderdeel.
Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften en de Comptabiliteitswet van 2001 dienen de opmerkelijke verschillen tussen de oorspronkelijke en huidige raming te worden toegelicht. Op uitgavenniveau is voor deze toelichting een norm gehanteerd waarbij voor de beleidsartikelen afwijkingen van 10% of meer, met een minimum van EUR 2 miljoen, ten opzichte van de stand van de Ontwerpbegroting 2014 op sub-artikel niveau zijn opgenomen. Voor verplichtingen wordt de norm van 10% op artikel niveau aangehouden.
-
3.Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2014
Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII):
Het voorstel is om de uitgaven voor 2014 te verlagen met EUR 122,7 miljoen. De belangrijkste reden voor deze verlaging is de overheveling van een deel van de middelen uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) naar Defensie en Buitenlandse Zaken, conform de daarvoor afgesproken systematiek.
De verwachte ODA-prestatie stijgt in 2014 naar 0,61% (exclusief BIV en DGGF). Deze stijging wordt grotendeels veroorzaakt door de toegenomen kosten van eerstejaars asielopvang, die uit het ODA-budget worden betaald. In 2014 wordt bij Voorjaarsnota een stijging van de asielkosten van EUR 88 miljoen verwerkt (van EUR 234 miljoen naar EUR 322 miljoen), die via een kasschuif in 2015 en 2016 uit het ODA-budget zal worden gecompenseerd. De verwachting is dat de asielkosten nog verder oplopen door de sterk stijgende instroom van asielzoekers uit Eritrea; hiervoor moet binnen het kabinet een oplossing worden gevonden. Bij de berekening van de verwachte ODA-prestatie is nog geen rekening gehouden met de nieuwe berekeningswijze van het BNP. Over de mogelijke gevolgen hiervan voor de begroting voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de ODA-prestatie zal de Kamer uiterlijk bij Miljoenennota 2015 nader worden geïnformeerd.
In de volgende tabel volgt een overzicht van de meest in het oog springende wijzigingen ten opzichte van de Ontwerpbegroting 2014 van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (XVII), gevolgd door een toelichting per mutatie.
Bedragen |
x EUR 1 miljoen |
|
Artikel |
Mutatie |
|
1 |
Duurzame handel en investeringen |
44,6 |
2 |
Duurzame ontwikkeling, voedselzekerheid |
|
4 |
Vrede en veiligheid voor ontwikkeling |
|
5 |
Versterkte kaders voor ontwikkeling |
41,5 |
Toelichting
Artikel 1
Door een kasschuif van 2016 naar 2014 wordt de storting in het Dutch Good Growth Fund (DGGF) in 2014 verhoogd van EUR 50 miljoen naar EUR 100 miljoen. Tevens wordt EUR 5 miljoen overgeheveld naar het mensenrechtenartikel op de begroting van Buitenlandse Zaken, ten behoeve van de bestrijding van kinderarbeid (onderdeel van het amendement-Voordewind).
Artikel 2
Vanwege de BNP-korting op het ODA-budget worden de uitgaven voor milieu en klimaat met EUR 13 miljoen verlaagd. Hiervan wordt EUR 5 miljoen bezuinigd op de landenprogramma’s van o.a. Indonesië en Rwanda. De resterende bezuiniging van EUR 8 miljoen wordt op centraal niveau ingevuld.
Artikel 4
De uitgaven op dit artikel worden per saldo met EUR 197,8 miljoen verlaagd. Dit saldo bestaat uit een verlaging van artikel 4.2 met EUR 227 miljoen als gevolg van de overheveling van middelen uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) naar Defensie en Buitenlandse Zaken, alsmede een verhoging van artikel 4.3 met EUR 29,4 miljoen ten behoeve van centrale programma’s op het gebied van wederopbouw.
Artikel 5
De verhoging van dit artikel betreft grotendeels een technische bijstelling. De mutatie wordt verklaard doordat de BNP-korting bij Voorjaarsnota voor EUR 37 miljoen is ingevuld. De nog te verdelen BNP-korting, die in de BHOS-begroting wordt opgenomen op artikel 5.2, daalt daardoor van EUR 206 miljoen (Ontwerpbegroting) naar EUR 169 miljoen (Voorjaarsnota), hetgeen leidt tot een verhoging van artikel 5.2.
-
4.Overzicht budgetten hulprelatie-, overgangsrelatie- en exitlanden 2014
Bij de beantwoording van de Kamervragen over de begroting 2012 is toegezegd jaarlijks bij Voorjaarsnota een overzicht te geven van de budgetten van de hulprelaties-, overgangsrelaties- en exit-landen. Voor het jaar 2014 zijn de volgende budgetten goedgekeurd:
Overzicht budgetten hulprelatie-, overgangsrelatie- en exitlanden
Bedragen x EUR 1.000
2014
Hulprelatielanden
Afghanistan
Burundi
Jemen
Mali
Palestijnse Autoriteit
Rwanda
Zuid-Soedan
23.158 26.750 18.910 35.610 15.360 45.430 pm
Totaal hulprelatielanden
165.218
Overgangsrelatielanden
Bangladesh
Benin
Ethiopië
Ghana
Indonesië
Kenia
Mozambique
Oeganda
57.122 37.154 60.053 24.300 25.863 25.460 37.881 23.110
Totaal overgangsrelatielanden
290.943
Regionale programma’s
Afrika Grote Meren Hoorn van Afrika Midden Amerika
22.990
4.837
14.567
Totaal regionale programma’s
42.394
Exitlanden
Bolivia
Bosnië & Herzegovina
Burkina Faso
Colombia
Congo, Democratische Republiek
Egypte
Georgië
Guatemala
Kosovo
Moldavië
Mongolië
Nicaragua
Pakistan
Senegal
Soedan
Suriname
Tanzania
Vietnam
Zambia
Zuid-Afrika
0
4.000
0
6.740
1.063
280
0
258
589
0
100
0
10.386
25
470
3.962
507
0
83
5.025
Totaal exitlanden
33.488
Totaal
532.043
Verplichtingen
Geen toelichting
Uitgaven
Artikel 1.4
Door een kasschuif van 2016 naar 2014 wordt de storting in het Dutch Good Growth Fund (DGGF) in 2014 verhoogd van EUR 50 miljoen naar EUR 100 miljoen. Tevens wordt EUR 5 miljoen overgeheveld naar het mensenrechtenartikel op de begroting van Buitenlandse Zaken, ten behoeve van de bestrijding van kinderarbeid (onderdeel van het amendement-Voordewind c.s.).
Ontvangsten
Geen toelichting.
Verplichtingen
Vanwege de BNP-korting die nog moet worden ingevuld, worden minder verplichtingen aangegaan.
Uitgaven
Artikel 2.3
De verlaging is een saldo van verschillende mutaties. Vanwege de BNP-korting met EUR 13 miljoen wordt het artikel verlaagd. EUR 5 miljoen wordt bezuinigd op de landenprogramma’s van o.a. Indonesië en Rwanda. Voor Indonesië is het budget teruggebracht naar een realistisch uitgavenniveau en in Rwanda zal het milieu- en klimaatbeleid geïntegreerd worden in het programma voor voedselzekerheid. Daarnaast vindt de geplande bijdrage aan het Least Developed Country Fund in 2014 geen doorgang. Daartegenover staan toegenomen bijdragen aan o.a. de Wereldbank en HIVOS.
Verplichtingen
De verhoging is een saldo van verschillende mutaties. Zoals in het jaarverslag 2013 gemeld is het verplichtingenbudget (EUR 165 miljoen) voor het Global Fund to Fight Aids, Tuberculosis and Malaria (GFATM) verschoven van 2013 naar 2014 omdat verplichtingen pas in 2014 worden aangegaan. In aanvulling hierop wordt voor het GFATM nog EUR 20 miljoen verplicht als onderdeel van het amendement-Voordewind c.s. Daarnaast worden o.a. minder verplichtingen aangegaan voor kennisplatforms (EUR 8 miljoen) en voor verplichtingen op het terrein van vrouwen en ontwikkeling (EUR 5 miljoen).
Uitgaven
Geen toelichting.
Verplichtingen
De verlaging van het verplichtingenbudget met EUR 167 miljoen is een saldo van meerdere mutaties. Deze is in belangrijke mate het gevolg van de overheveling van middelen uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) naar Defensie en Buitenlandse Zaken. Daartegenover staat een verhoging van het verplichtingenbudget voor noodhulp, onder andere voor het Wereldvoedselprogramma (EUR 72 miljoen) en UNHCR (EUR 33 miljoen).
Uitgaven
De uitgaven op dit artikel worden per saldo met EUR 197,8 miljoen verlaagd. Dit saldo bestaat uit een verlaging van artikel 4.2 met EUR 227 miljoen als gevolg van de overheveling van middelen uit het Budget Internationale Veiligheid (BIV) conform de daarvoor afgesproken systematiek en een verhoging van artikel 4.3 met EUR 29,4 miljoen ten behoeve van centrale programma’s op het gebied van wederopbouw.
Artikel 4.1
De bijdrage aan de UNHCR is met EUR 7 miljoen verhoogd ten behoeve van hulp aan vluchtelingen uit Syrië en Soedan. De bijdrage aan het Rode Kruis is verhoogd met EUR 8 miljoen om beter en sneller in te kunnen springen bij acute noodsituaties. De reservering voor acute crises wordt met een gelijk bedrag naar beneden bijgesteld.
Artikel 4.2
Artikel 4.2 is het verdeelartikel voor het Budget Internationale Veiligheid (BIV). Dit artikel is per saldo verlaagd met EUR 227,2 mln. Dit saldo is als volgt tot stand gekomen:
Bedragen x EUR 1 miljoen
Stand Ontwerpbegroting 2014 EUR 250,0
Toevoeging eindejaarsmarge Defensie EUR 58,5
Toevoeging eindejaarsmarge Buitenlandse Zaken EUR 33,8
Kasschuif voor geraamde ontvangsten van de VN voor de bijdrage voor EUR 25,5 MINUSMA
Totaal beschikbaar EUR 367,8
Van dit bedrag wordt EUR 41,4 miljoen overgeheveld naar de begroting van Buitenlandse Zaken (V) voor activiteiten op het gebied van veilig-heidssectorhervormingen, vredesopbouw, training en capaciteitsopbouw. Daarnaast wordt EUR 303,6 miljoen overgeheveld naar de begroting van Defensie voor crisisbeheersingsoperaties, beveiliging civielen in fragiele staten (BSB), training en capaciteitsopbouw, internationale criminaliteitsbestrijding en enablers. Het resterende bedrag van EUR 22,8 miljoen blijft beschikbaar binnen het BIV voor toekomstige activiteiten.
Artikel 4.3
De uitgaven worden met EUR 29,4 miljoen verhoogd ten behoeve van centrale programma’s op het gebied van wederopbouw.
Ontvangsten
In 2016 en 2017 worden teruggaven verwacht vanuit de Verenigde Naties voor kosten die vanuit het BIV worden gemaakt voor de MINUSMA-missie in Mali. Deze teruggaven worden via het Ministerie van Defensie ontvangen.
Verplichtingen
Het verplichtingenbudget wordt verlaagd als gevolg van de kortingen op de bijdragen aan m.n. een aantal multilaterale instellingen. Deze kortingen op verplichtingenniveau waren nog niet verwerkt in de ontwerpbegroting.
Uitgaven
Artikel 5.2
Van de totale mutatie van EUR 39,7 miljoen wordt EUR 2 miljoen verklaard door vertraging in de schuldverlichting aan Myanmar. De resterende mutatie wordt verklaard doordat de nog te verdelen BNP-korting, die in de begroting wordt opgenomen op artikel 5.2, bij Voorjaarsnota voor EUR 37,7 miljoen wordt ingevuld (n.b. de nog te verdelen korting daalt daardoor van EUR 206,4 mln naar EUR 168,7 mln, waardoor het saldo op het artikel stijgt).
Ontvangsten
Geen toelichting.