Geworteld of verbonden? - Hoofdinhoud
Inleiding bij het debat tijdens de Graduation Week 2014 van de faculteit theologie (VU), 13.01.2014
Voor het vormgeven van hun geloof hebben mensen geen theologen nodig. Dat heb ik niet zelf bedacht. Ik heb het van de Duitse praktisch-theoloog Henning Luther die zich weer op Schleiermacher baseert. Mensen zijn heel goed in staat, of denken dat tenminste, om hun eigen religieuze keuzes te maken. Maar theologen zijn wel nodig om de talloze geïndividualiseerde en gepluraliseerde religieuze verhalen communicatief vruchtbaar te maken, dat wil zeggen: te voorkomen dat mensen met al die persoonlijke levensbeschouwelijke posities elkaar niet meer verstaan. Me dunkt dat dit inzicht van Luther anno 2014 alleen maar belangwekkender is geworden.
Maar wat voor soort theologen en/of religiewetenschappers zijn er dan nodig? Om die vraag te beantwoorden, moeten we kijken naar de wereld waarin zij aan de slag moeten. Die wereld is om te beginnen gedeïnstitutionaliseerd. Dat wil zeggen dat de rol van de traditionele religieuze instituten en leiders is afgebrokkeld. Kerken en moskeeën, dominees en imams, ze zijn nog steeds van belang maar hebben niet meer het gezag van ooit. Natuurlijk scheelt dat per streek en per richting, maar zelfs op de Bible Belt valt de vanzelfsprekendheid meer en meer weg. Vraag het maar op een reformatorisch schoolplein…
Dat hangt ermee samen dat de wereld is geïndividualiseerd. Het idee dat zingeving, religie, geloof per definitie in een geloofsgemeenschap gestalte krijgen, staat onder druk. Waarom niet geloven per evenement, online, tijdelijk, afwisselend, gedeeltelijk en net wanneer het je uitkomt? Moderne mensen sluiten geen religieus totaalpakket af, maar sprokkelen hun eigen steeds wisselend zingevingspatchwork bijeen waarbij ze vrijelijk putten uit allerlei repertoire.
En de wereld is gepluraliseerd. Wij weten meer dan ooit dat ons eigen geloof slechts een optie uit vele is. Dat we net zo goed iets anders of helemaal niets hadden kunnen geloven. Dat het toeval - of de genade - dat we op een bepaalde plek geboren zijn of bepaalde mensen tegenkwamen vergaand bepalend is voor wat we wel of niet geloven. En dát - zo zegt Charles Taylor - is de kern van secularisatie: niet dat het geloof wegvalt, maar dat we diep van binnen beseffen dat niets vanzelfsprekend is en dat het zomaar anders had kunnen zijn.
Theologen zijn vaak opgeleid met de gedachte dat zij de vertegenwoordigers zijn van de ware religie, de schatbewaarders van het spirituele kapitaal van onze samenleving, de spreekbuis van de Allerhoogste. Maar wat de ware religie is, is per definitie en terecht omstreden, het spirituele kapitaal wordt door Jan en alleman geclaimd, en de Allerhoogste spreekt door de mond van kinderen.
We hebben in onze wereld theologen nodig die allereerst de sporen van het heilige in deze wereld kunnen waarnemen, verstaan, kritisch evalueren en vertolken. Die de fragmenten waar mensen ‘spreken over God’ verzamelen en verbinden en kritisch in gesprek brengen met de wijsheidstradities die ook over ‘God’ spreken. We hebben theologen nodig die onze samenleving helpen om haar diepste bronnen en haar hoogste verlangens te verstaan en uit te zuiveren. We hebben theologen nodig die ons helpen onze gezamenlijke ziel te ontdekken en de wijsheid te vinden om verleden, heden en toekomst te verbinden.
Geworteld of verbonden is daarbij een schijntegenstelling. Geworteld waarin? Verbonden waarmee? Het suggereert teveel dat vaststaande tradities onveranderlijk naast elkaar staan, dat elk van ons slechts tot een van die tradities behoort en dat we vervolgens maar moeten zien waar de verbindingen al dan niet ontstaan. En het suggereert dat daar het grote verschil zit tussen theologen en religiewetenschappers, waarbij de eersten vertegenwoordigers zijn van een specifieke traditie en de laatsten neutrale onderzoekers - waarbij we voor het gemak vergeten dat we alle niet-christelijke tradities aan onze faculteit ten onrechte hebben ondergebracht in een ‘religiewetenschappelijke’ opleiding.
Maar ieder mens is geworteld in een unieke spiritueel-biografische meng-aarde, ieder mens is verbonden met een veelheid van gesprekspartners dichterbij en verderaf. Bij ieder mens spelen de relaties met een of meer wijsheidstradities een rol in hoe ze hun leven verstaan en leiden. En zo is ieder mens op zoek naar wat hem of haar heilig is en hoe dat hun leven zal moeten bepalen. Het ambacht van de theoloog of religiewetenschapper is dat we die dans om het heilige zo goed mogelijk verstaan. Maar dat is geen neutrale bezigheid: we beseffen dat we zelf net zo goed in die dans zijn opgenomen. En het is evenmin zonder doel: we zijn erop uit om mensen tot dansen aan te zetten. Of het nu de strak geordende voorgeschreven passen van de Weense wals zijn of de persoonlijke expressie op een dance party. De massale ritmiek van het lijndansen of de individuele horlepiep. De zwoele losheid van de salsa of het strakke bovenlijf van de Ierse stepdance. Het klassieke ballet of de rituele dans om het heilige vuur.
Theologen zijn niet nodig om mensen te vertellen hoe ze moeten dansen en wat ze moeten geloven. Ze zijn wel nodig om de ontmoeting, de dans in goede banen te helpen leiden en al te ernstige botsingen op de dansvloer te voorkomen.