Geen beperking van drank- en horecavergunnning voor studenten- en sportverenigingen - Hoofdinhoud
Het college van B&W heeft aan de gemeenteraad het voorstel voorgelegd om verdere beperkingen aan de drank- en horecavergunning te verbinden voor sport- en studentenverenigingen. In de visie van B&W zouden deze verenigingen alleen tussen twaalf uur 's middags en middernacht alcohol mogen schenken aan hun bezoekers. Het college denkt hiermee oneerlijke concurrentie met de reguliere kroegen tegen te kunnen gaan. Wat de VVD betreft dit een slecht voorstel.
Steeds meer wordt aan sportverenigingen (maar ook aan culturele instellingen) gevraagd om hun eigen broek op te houden. Steeds vaker wordt de subsidie vanuit de gemeente verlaagd. Sterker nog, de exploitatie van diverse instellingen (bijvoorbeeld de nieuwe plannen voor het natuur- en cultuurhistorisch museum De Bastei in de Stratemakerstoren) wordt juist sluitend gemaakt door de horeca-opbrengsten. Daar is niets mis mee. We mogen ook verwachten dat subsidieontvangers proberen zoveel mogelijk zelf geld te verdienen, zodat minder vaak een beroep op de gemeente hoeft e worden gedaan. De gemeente moet dan wel consequent zijn en accepteren dat instellingen zelf inkomsten generen middels de horecafunctie.
Natuurlijk mag dit niet betekenen dat de horecafunctie van deze instellingen wordt gesubsidieerd. De subsidie wordt namelijk verstrekt met het oog op de maatschappelijke functies. De subsidie voor sportverenigingen moet dus niet worden gebruikt om de prijs van het bier laag te houden, maar om bijvoorbeeld sportles te geven en de sportvelden en de kleedkamers te onderhouden. Daar mag de gemeente op controleren en de gemeente mag ook verwachten dat een normale drankprijs wordt gehanteerd. Als dat zo is, dán is er van oneerlijke concurrentie geen sprake.
Ook voor studentenverenigingen zal het voorstel desastreus kunnen uitwerken. De inkomsten van deze verenigingen worden namelijk ook na middernacht gegenereerd. Het wegvallen van deze inkomsten zou wel eens het einde van de studentenverenigingen kunnen betekenen. Omdat het hier om een voorziening voor leden (en dan nog eens een specifieke doelgroep, te weten studenten) betreft, is er ook geen enkele rechtvaardiging te vinden voor het beperken van de schenktijden. In zoverre zou men bijna van een besloten club kunnen spreken. Heeft het college deze uitwerking wel voorzien?
Tot slot wil het college de happy hours aan banden leggen. En waarom? Om overmatig drankgebruik tegen te gaan. Die doelstelling is natuurlijk alleen maar toe te juichen. Ook de VVD wil dat er maatregelen worden getroffen om overmatig drankgebruik te voorkomen. Maar de mogelijkheden daarvoor zijn er al volop. Als er wordt geschonken aan een minderjarige, dan kan de gemeente al ingrijpen. Als er andere voorwaarden van de vergunning worden overtreden, dan kan de gemeente ook ingrijpen. Er is dus geen enkele reden om nieuwe regels in te voeren, maar alle reden om simpelweg te gaan handhaven. Als de gemeente op een goede manier de bestaande regels handhaaft (en dus bij kroegen controleert en zonodig ingrijpt), dan is het niet nodig om een beperking voor happy hours in te voeren. Het happy hour zelf is namelijk niet het eigenlijke probleem.
Kortom, de VVD zal tegen het voorliggende voorstel stemmen en pleiten voor een andere regeling waarin sportverenigingen, studentenverenigingen en happy hours worden ontzien.