Geen participatiemaatschappij zonder verzorgingsstaat
Tof Thissen, fractievoorzitter van GroenLinks in de Eerste Kamer is bang dat dit kabinet onder het mom van de participatiestaat kwetsbare mensen aan hun lot overlaat. Dat zei hij tijdens de Algemene politieke beschouwingen in de Eerste Kamer. Een participatiemaatschappij kán volgens hem niet zonder verzorgingsstaat.
Thissen: “Mensen kunnen veel zelf, benutten al lang hun eigen organiserend vermogen, hun zelfredzaamheid en eigen verantwoordelijkheid. Grote groepen zitten in between jobs, geven zich uit voor adviseur als zelfstandige zonder opdrachten, stapelen de ene onbetaalde functie op de andere stage, werkloze jongeren teren op de zak van hun ouders. De Groene Amsterdammer noemde deze houding op individueel vlak lovenswaardig, maar op maatschappelijk niveau rampzalig. Want het maakt de nieuwe werkloosheid nagenoeg onzichtbaar en ontslaat politici van de verplichting er al het mogelijke tegen te doen. Het tekort aan banen is structureel geworden en daarmee een collectief, politiek probleem. Dat lost een individu niet op door af te zien van een uitkering, dat raakt het fundament van onze samenleving, onze economie.”
“We moeten de doodgeslagen begrippen ‘solidair’ en ‘sociaal’ nieuw leven inblazen. Ook en misschien zelfs wel vooral uit welbegrepen eigen belang. Doen we dat niet dan laten we teveel mensen aan hun lot over, ziet niemand naar hen om, is de grond weg onder je voeten en is meedoen onmogelijk geworden. […] Om een participatiesamenleving mogelijk te maken is er een stevige basis nodig en die noem ik: de verzorgingsstaat.”
De hele Bijdrage van Tof Thissen kun je hieronder downloaden.
- 1.Uit de PSP afkomstige GroenLinks-senator en bestuurder. Had vanaf 2004 ruim tien jaar zitting in de Eerste Kamer, waarin hij acht jaar fractievoorzitter was. Daarvoor was hij wethouder van Roermond en ruim zeven jaar voorzitter van Divosa, de landelijke vereniging van leidinggevenden bij Nederlandse overheidsorganisaties op het terrein van werk, inkomen en zorg. In 2009-2015 was hij directeur van Kwaliteitsinstituut Nederlandse Gemeenten en in 2015-2023 was hij directeur divisie werkbedrijf UWV. Spreekvaardig, gedreven, energiek en betrokken senator, die over uiteenlopende onderwerpen sprak.