28331, nr. 12 - Amendement Rouvoet/Van der Staaij om de bepaling dat verkiezingen plaatsvinden bij evenredige vertegenwoordiging (art. 53 Grondwet) niet te zonderen van het rechterlijk toetsingsrecht - Initiatiefvoorstel Halsema - Toetsing van wetten aan een aantal bepalingen van de Grondwet door de rechter (Grondwetswijziging, eerste lezing)
Artikel 53Grondwet bevat de bepaling dat verkiezingen plaatsvinden bij evenredige vertegenwoordiging. Deze bepaling dient te worden opgevat als een inhoudelijke normering inzake het kiesstelsel. De bepaling raakt aan het subjectieve recht van de burger om te kunnen kiezen; meer in het bijzonder het recht om ook een minderheidsstandpunt te laten horen via de vertegenwoordigende organen en om zijn stem zodoende, in overeenstemming met de Grondwet een bepaald gewicht te geven. Om die reden is het van belang deze bepaling niet uit te zonderen van het rechterlijk toetsingsrecht.
Inhoudsopgave
2 |
7 september 2004, amendement, 28331, nr. 12
KST79124 Amendement om de bepaling dat verkiezingen plaatsvinden bij evenredige vertegenwoordiging (art. 53 Grondwet) niet te zonderen van het rechterlijk toetsingsrecht publicatie: 9 september 2004 |
- 1.Voorman van de ChristenUnie, die zijn partij in 2007 in het kabinet-Balkenende IV tot regeringsdeelname bracht. Hijzelf was in dat kabinet minister voor Jeugd en Gezin en viceminister-president. Maakte zich sterk voor betere toegankelijkheid van gezinsondersteuning. Werd in november 2002 als jonge jurist politiek leider van zijn partij, na in 1994 voor de RPF Tweede Kamerlid te zijn geworden. Verwierf snel gezag als goed debater en vanwege zijn dossierkennis. Hij was voordien vijf jaar directeur van de Marnix van Sint Aldegonde Stichting, het wetenschappelijk bureau van de RPF. In 2010 was hij tevens acht maanden minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. In april 2011 verliet hij de politiek om voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland te worden.
- 2.Kees van der Staaij (1968) is sinds 1 juni 2024 staatsraad bij de Afdeling advisering van de Raad van State. Hij was van 19 mei 1998 tot 6 december 2023 Tweede Kamerlid voor de SGP. De heer Van der Staaij was in 2010-2023 politiek leider van de SGP. Hij was eerder adjunct-chefjurist bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In de Tweede Kamer hield hij zich onder meer bezig met algemene politiek onderwerpen, veiligheid en justitie, buitenlandse zaken, Koninklijk Huis en volksgezondheid, welzijn en sport. Hij zat verder een werkgroep voor die de herziening van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer voorbereidde en in 2021 een werkgroep over versterking van de positie van de Tweede Kamer. Bij zijn vertrek was hij de nestor van de Kamer.