Over het sociaal akkoord

Met dank overgenomen van J.L. (Hans) SpekmanĀ i, gepubliceerd op donderdag 18 april 2013, 14:02.

Foto Flickr / PvdA

Deze week debatteerde de Tweede Kamer over het sociaal akkoord dat vakbonden en werkgevers met het kabinet hebben afgesloten. Ik ben trots op het werk dat Lodewijk Asscher heeft geleverd. En Brigitte heeft wat meer hoop.

Al eerder schreef ik op deze plek over Brigitte, de schoonmaakster uit Groningen die van haar baas in 90 seconden een klaslokaal moet opruimen en schoonmaken. Ondoenlijk natuurlijk, en een uitwas van de door ons zo verfoeide eenzijdige nadruk op efficiency. Brigitte heeft een flexibel, en geen vast, contract. Het aantal uren dat ze kan werken schommelt, maar ze is al blij dat ze werk kon vinden en nam dus dit type contract voor lief.

Deze week debatteerde de Tweede Kamer over het sociaal akkoord dat het kabinet en de sociale partners vorige week hebben gepresenteerd. Ik wil hier alle partijen een compliment maken dat zij de afgelopen maanden in betrekkelijke stilte een dergelijke prestatie hebben geleverd.

Veel is er al over de inhoud gezegd en geschreven, maar ik wil er toch nog een deel uitlichten: de aanpak van wat de flex is gaan heten. Dan bedoel ik niet het flexibel kunnen beginnen en eindigen met je werkdag, maar de opmars van de flexibele contracten voor werknemers, die een bom zijn onder ons collectieve sociale stelsel.

In het regeerakkoord maakten we een begin met de aanpak van de flexibele contracten voor werk dat gewoon vast zou moeten zijn. Zo neemt de overheid straks schoonmakers weer gewoon zelf in dienst en wordt het werk niet meer uitbesteed.

In het sociaal akkoord, en die naam mag het met recht dragen, wordt de veramerikanisering van de arbeidsmarkt verder een halt toegeroepen. We pakken de payroll constructies in de bouw en de schoonmaak aan: De positie van mensen met een flexibel contract wordt sterker door een beperking van de mogelijkheid om tijdelijke contracten te bieden en door voor zogenoemde payroll-constructies de soepelere ontslagregels te schrappen. En in de zorg verdwijnen de nul-urencontracten.

Tuurlijk, we zijn er nog niet. Uiteindelijk moet een flexibel contract alleen gelden voor hen die er zelf voor hebben gekozen en verdienen mensen met een vaste baan ook een vast contract. Voor mensen als Brigitte is dat ideaal weer een stapje dichterbij.