Kwaliteitskrant?

Met dank overgenomen van C.A. (Kees) de Lange i, gepubliceerd op donderdag 28 maart 2013, 15:22.

Nog niet zo lang geleden was NRC/Handelsblad een kwaliteitskrant. Met columnisten als Jérôme Heldring, waar je het wel of niet eens mee kon zijn, werd er in elk geval niveau geleverd. Toen werd liberalisme nog als een volwaardige intellectuele politieke stroming neergezet en met verve verdedigd. Toen was er nog politieke discussie op een niveau dat breed gewaardeerd werd, ook door tegenstanders. Sindsdien is er van alles mis gegaan. Echte liberalen zitten bij de strapatsen van Mark Rutte al jaren met kromme tenen en moeten toezien hoe een belangrijke maatschappelijke stroming verworden is tot een vorm van populistisch opportunisme. Ook met de krant is het bergafwaarts gegaan. Een nieuwe hoofdredacteur die meer krantjesverkoper dan journalist is. En een lezerspubliek dat toenemend kritisch wordt. Geert Mak was onlangs een sprekend voorbeeld. Ook zelf heb ik na vele jaren trouw lezerschap uit onvrede met de richting die de krant helaas insloeg mijn abonnement opgezegd.

Toen ik dan ook een paar weken geleden door een journaliste van NRC/Handelsblad werd gebeld, was mijn eerste reactie niet bij voorbaat positief. Dit gevoel werd nog versterkt door het feit dat zij aangaf te werken aan een artikel over 50plus, met het duo Nagel en Krol in de hoofdrol. Mij werd specifiek naar mijn mening over Krol gevraagd. Nu zijn mijn buitengewoon negatieve ervaringen met beide opportunisten genoegzaam bekend. Helaas zitten we nu opgescheept met een zogenaamde ouderenpartij. Helaas heeft die partij zich ontwikkeld tot een bejaarden-PVV die voortdurend maar wat roept om te kapitaliseren op het ongenoegen bij ouderen en die nooit iets positiefs voor ouderen zal gaan betekenen. Het najagen van eigen glorie en vergaande incompetentie op gebieden die bij ouderenbeleid centraal staan kunnen daarvoor nooit een basis zijn. Omdat het van belang is dergelijke zaken helder en overtuigend te verwoorden, was ik dus op mijn hoede toen ik gebeld werd.

Als je door de pers geïnterviewd wordt, of het nu aan de keukentafel of telefonisch is, is het van essentieel belang om meteen af te spreken dat je vóór publicatie inzage in de tekst krijgt. Want bij feitelijk onjuistheden is noch de geïnterviewde noch de journalist gebaat. Ik heb dan ook nog nooit meegemaakt dat een dergelijk verzoek geweigerd werd. Zo ook ditmaal. Van te voren werd de passage waarin ik geciteerd werd mij toegestuurd, en ik kreeg de toezegging dat een paar kleine wijzigingen mijnerzijds zouden werden overgenomen. Prima, denk je dan. Tot ik op donderdag 27 december de definitieve tekst onder ogen kreeg.

Opeens werd mijn kritiek in een heel ander licht geplaatst doordat nu gesuggereerd werd dat mijn kritiek op 50plus was ingegeven door het feit dat mijn ambitie om lijsttrekker van die partij te worden gefrustreerd was. De simpele werkelijkheid is dat ik die ambitie nooit gehad heb, en dat al eind 2011 definitief gemeld heb. Lang voordat er zelfs maar sprake was van verkiezingen dus. Uiteraard was ik niet geamuseerd door deze wending die het stuk genomen had. Bovendien was het hele verhaal een lofzang op Krol die in het hele interview geen kritische inhoudelijke vraag gesteld kreeg.

Onmiddellijk heb ik contact opgenomen met de journaliste om mijn ongenoegen te uiten. Na veel gedraai en pogingen de nieuwe context te bagatelliseren kreeg ik uiteindelijk wel excuses maar geen rectificatie. Zo gaat dat dus bij een blad dat zichzelf graag kwaliteitskrant noemt. Het moge duidelijk zijn dat de volgende journalist van NRC/Handelsblad die me belt van erg goeden huize moet komen om door mij te woord gestaan te worden.