Vrijhandel, vrede en recht - Hoofdinhoud
Dit was de laatste vergaderweek van de Tweede Kamer. Een vreemde week in een vreemd jaar, voor een politicus dan. Ik heb in deze nadagen de begrotingen voor Ontwikkelingssamenwerking en Buitenlandse Zaken gedaan, met de kersverse ministers Ploumen en Timmermans in de hoofdrol. Wel even wennen. Minister Timmermans sprak bevlogen woorden, waarin hij aangaf dat de waarden waarop Nederland zijn buitenlandse beleid baseert al eeuwen oud zijn. Al in de zeventiende eeuw waren sommige wijze mensen zich er scherp van bewust dat het Nederlandse belang samenvalt in de driehoek vrijhandel, vrede en het recht, en dat de wet voor iedereen moet gelden. Machtshebbers staan dus niet boven de wet, maar dienen zich daaraan te onderwerpen. Promotie van de rechtsstaat is dan ook essentieel voor zowel vrijhandel als vrede en veiligheid. Er is in dit verband dan ook geen tegenstelling tussen de koopman en de dominee.
Dat waren mooie woorden van de minister. Ik heb in het debat dan ook gezegd dat ik ze grotendeels onderschrijf. Maar! We weten ook dat de koopman het in het verleden maar al te vaak heeft gewonnen van de dominee. Ze waren het ook bepaald niet altijd zo hartgrondig met elkaar eens als de minister lijkt te suggereren. Predikanten spraken bijvoorbeeld vanaf de kansel in heftige bewoordingen schande van het beleid van Jan Pieterszoon Coen, die in de zeventiende eeuw met harde hand en door het uitroeien van complete eilandbevolkingen een superwinstgevend monopolie op nootmuskaat wist te regelen. De kassa’s rinkelden en de dominees konden roepen wat ze wilden, de roemruchte VOC trok zich er niets van aan. Vrijhandel, vrede en recht? Jazeker, dat was ook de vrijheid om slaven te verhandelen op de grote slavenmarkten van Suriname en Curaçao. Het recht was ver te zoeken en gold zeker niet voor alles wat zwart, ondergeschikt of vrouw was. Aan het begin van de zeventiende eeuw protesteerden de dominees nog heftig tegen de slavenhandel op de West, omdat dat in strijd was met de waardigheid die God aan alle mensen had gegeven. Maar de koopman won. De koopman won heel vaak. Het is namelijk niet zo gemakkelijk de lokroep van winst en handel te weerstaan. En zo hopen we dan in 2013 te herdenken dat Nederland als één van de laatste landen van Europa de slavernij heeft afgeschaft, in 1863 pas. Zelfs de Russen in hun achtergebleven horigheid waren sneller. Dus vrijhandel, vrede en recht? De laatste twee vielen maar al te vaak van de ladder af.
Ik heb in het debat aan de minister gevraagd om de mooie woorden over de rechtsstaat te koppelen aan de landen waarmee we goede handelsrelaties hebben, maar waar de mensenrechten beroerd zijn. Zoals Saoedi-Arabië. Moeten we echt handelsmissies houden en de export bevorderen naar een land waar zoveel mensen ter dood worden veroordeeld? Of kijk eens naar landen waar de rechtsstaat recent aan kracht heeft ingeboet, zoals Egypte. Nederland wil aan Egypte namelijk geld geven, en in Europees verband gaat het dan om een paar honderd miljoen, de zogenoemde SPRING-gelden. Ik heb gevraagd welke voorwaarden de regering daaraan wil stellen. De heer Timmermans gaf aan dat dit geld echt moet dienen om de rechtsstaat in Egypte te bevorderen, zoals een versterking van de rechtelijke macht, en dat het anders gauw afgelopen zal zijn met deze subsidie. Ik ben het daar mee eens. Als het gaat om het aan de orde stellen van de slechte positie van christenen in dit soort landen, geldt voor Timmermans als meest effectieve methode dat de specifieke groepen vooral moeten worden verpakt in een brede, algemene mensenrechtenlijn. Ook daar ben ik het mee eens en zelf doe ik dat ook vaak. Christenen zijn ook bepaald niet de enige vervolgde groep. Vele anderen zijn er even slecht aan toe. Het blijft echter wel treurig om te moeten bedenken dat christenen de meest vervolgde mensen ter wereld zijn. Ik zou graag meer willen doen.
Goed. We zullen zien hoe deze katholieke minister de dominee met de koopman gaat combineren. Ik heb er vertrouwen in dat hij de koopman niet zo vaak laat winnen als in het verleden. Laten we hopen dat als het er echt op aankomt, als er niets te meer combineren valt en er een keuze moet worden gemaakt tussen deze twee, als er een keuze moet worden gemaakt die pijn doet in onze portemonnee, dat de minister dan de moed heeft om te kiezen voor al die vervolgde mensen voor wie het recht niet lijkt te gelden. Laat hij de koopman dan eens negeren. Vrijhandel, vrede en recht, inderdaad. Maar dan wel graag alle drie.