Radiocolumn: Kleinschaligheid in groter verband - Hoofdinhoud
Radiocolumn 25 november 2012
Kleinschaligheid in groter verband
Dames en heren, het valt mij op dat afgelopen weken veel is gesproken over de maat der dingen. Het nieuwe kabinet heeft namelijk voorgesteld gemeenten samen te voegen tot een schaal van honderdduizend inwoners. Commissaris van de Koningin Wim van der Donk ging er, donderdag tijdens de uitreiking van de Frank Houben Duurzaamheidsprijs, op in. "Waarom moet je in dit land altijd alles op dezelfde manier indelen", zo legde hij aan zijn publiek voor.
Ook ik ben geboeid door de schaal der dingen. In de jaren negentig heb ik, toen als lid van Gedeputeerde Staten de gemeentelijke herindeling in Midden- en West Brabant begeleid. Het aantal gemeenten in Brabant ging toen van honderdeenentwintigduizend naar tweeënzeventig. De schaal van de te vormen gemeenten was toen idealiter dertigduizend inwoners. Daarmee kan een professionele organisatie worden opgezet. En dat zijn grosso modo de gemeenten die we nu in Brabant kennen. Maar niet overal is deze schaal gehaald. Zo bleef het kleine Baarle-Nassau, verweven met het Vlaamse Baarle-Hertog, toch zelfstandig.
In Brabant wordt nu, twintig jaar later opnieuw naar de schaal van de gemeenten gekeken. Het is zeer de vraag wat je met een schaal van honderdduizend inwoners gaat oplossen. Zoals Ron Lodewijks in het Brabants Dagblad schreef: "De norm van honderdduizend die haal je amper door bijvoorbeeld Boxtel, Schijndel, Oirschot, Haaren, Oisterwijk en Hilvarenbeek op één hoop te gooien".
Brabant kent een mooi verspreid patroon van steden en dorpen. Met vijf grote steden, zoals Eindhoven en Tilburg, zeven middelgrote steden zoals Waalwijk, Oss en ook Oisterwijk. Daarnaast wees het Welvaartsplan na de Tweede Wereldoorlog zesentwintig kernen aan voor regionale werkgelegenheid en voorzieningen. Dat is Brabant. Hoe nu verder?
Zelf kies ik voor kleinschaligheid in groter verband. Hierin staan lokale zeggenschap alsook kleinschalige uitvoering centraal en worden taken, die beter kunnen worden uitgevoerd op hoger niveau samen aangepakt. Gemeenten hoeven niet alle taken zelf te gaan doen. Zo worden er de komende jaren veel zorgtaken van de ABWZ naar de gemeenten overgebracht. De gemeenten krijgen deze taken, met een bezuiniging van zo’n twintig procent op hun dak. Hulpverlening aan huis en dagbesteding voor verstandelijk gehandicapten of ouderen komt bij de gemeenten te liggen. Een kans om kleinschalig tot goede oplossingen te komen. Bovenal zijn de burgers aan zet. Waarom moet iedere gemeente het wiel opnieuw uitvinden? Samenwerking in de regio biedt hier een uitstekend alternatief.
Want groot is lang niet altijd beter. Zo was ik bestuurslid van een klein verzorgingshuis, dat daarna opging in een groter geheel. Voor de zorgverlening is dat niet slecht, maar de betrokkenheid van burgers bij de lokale zorgvoorziening neemt af. We zien nu ook dat burgers de bui zien aankomen en zelf een coöperatie oprichten die taken voor zorg en welzijn op zich gaat nemen. De dorpen Esbeek en Hoogeloon geven hier een goed voorbeeld. Dit is een antwoord op de schaalvergroting en de wens om zelf invulling te geven aan de lokale vraag. Een tijd lang is, door allerlei instanties, terughoudend gereageerd op dit soort initiatieven. Immers, hoe zit het met de kwaliteit van zorg? Hoe zit het met de rechten van de personeelsleden? Wie springt er in als het nou eens niet gesmeerd loopt?
We zien ook bij de energiecoöperaties dezelfde ontwikkeling. Ze schieten als paddenstoelen uit de grond. Lang maakte er zich niemand druk om. Het waren de Essents en de Nuons, die voor de energie zorgden. Maar de kansen keren. Decentrale opwekking van energie zit in de lift. Met een grote betrokkenheid van de burgers zelf. 2
Er zijn tevens lokale initiatieven die knokken voor de aanleg van snel internet in de hele gemeente. Glasvezel biedt de kans om vanuit het eigen huis wereldwijd diensten te verlenen of af te nemen. Een kans die niemand mag missen. Zie ook hier hoe inzet op kleinere schaal tot grote resultaten kan leiden. De Provincie heeft onlangs besloten om de aansluiting op het glasvezel financieel te ondersteunen. En ook Europa doet, met de Europese Investeringsbank, een duit in het zakje.
Kortom 'Big is Beautiful' heeft z’n glans verloren. We moeten opnieuw nadenken over ondersteuning van kleinschalige initiatieven en vooral naar de burgers luisteren. Dat kan alleen als er een scherp zicht hebben op wat we willen bereiken. Voordat we ingaan op de suggestie om nu gemeenten van honderdduizend inwoners te vormen, liggen er andere vragen op tafel.
Het is tijd voor een nieuw Brabants Welvaartsplan. Niet dat van na de Tweede Wereldoorlog, maar gericht op de toekomst. Daarin liggen nieuwe kansen om Kleinschaligheid in groter verband inhoud te geven. Weg, zo zou ik zeggen, met de onverschilligheid en ze zoeken het maar uit. Ik ben bereid hierover met u in gesprek te gaan. Dank u wel.
==========
Lambert van Nistelrooij,
Lid Europees Parlement.
Beluister hier de geluidsopname