Poldermeester

Met dank overgenomen van A.J. (Ad) Koppejan i, gepubliceerd op maandag 23 april 2012.

Column Felix Rottenberg, Parool 21 april

Ad Koppejan, het Zeeuwse Tweede Kamerlid van het CDA, draag ik voor als beste volksvertegenwoordiger van 2012. Hij heeft jaren als een leeuw gevochten voor het behoud van de Hedwigepolder. Die strijd heeft hij verloren, want een derde van de polder zal onder water worden gezet. De eerlijkheid gebiedt mij bij de vorming van Bruin I, de coalitie van VVD, CDA met steun van de PVV, deed denken aan de stuntelende jongen die als klassenvertegenwoordiger was vergeten hoe hij voor de belangen van zijn klasgenoten moest opkomen, maar gisteren stal hij mijn hart.

In een leerzaam interview in Trouw analyseerde hij nauwgezet hoe zijn strijd er vooral één was tegen het ambtelijke establishment. "Ik merkte dat het niet alleen ging over het behoud van polders, maar ook om wie het in dit land voor het zeggen heeft." Prijzenswaardig in Koppejan is dat hij eerlijk is over zijn functioneren. Achteraf stelt hij vast dat hij veel te naïef was toen hij 2007 in de Tweede Kamer kwam. Toen was het verdrag waar de ontpoldering een gevolg van was, al ondertekend, zonder dat er met de Zeeuwen over gesproken was. Polderland teruggeven aan de natuur is in Zeeland een gevoelige kwestie. Elke familie heeft bij de watersnoodramp van 1953 wel een familielid, kennis of collega verloren. Zeeland - de naam zegt het al - is land dat door dijken wordt beschermd.

De Hedwigepolder is een begin vorige eeuw ingepolderd deel van het Verdronken Land van Saeftinghe, dat genoemd is naar Hedwige de Ligne (1877-1938), hertogin van Arenberg. Het Verdronken Land van Saeftinghe, een enorm schorrengebied in de Westerschelde is zwaar vervuild, omdat metaal- en chemiefabrieken in Charleroi, Brussel en Gent hunafval in de Schelde loosden. Toen België en Nederland in 2005 een verdrag over het uitdiepen van de Westerschelde sloten om de haven van Antwerpen beter bereikbaar te maken, eisten Brusselse bureaucraten dat het verlies aan natuur dat daar het gevolg van was, elders zou worden gecompenseerd. Dat elders werd de Hedwigepolder. Koppejan pikte het niet en dwong een onderzoek af. Zijn relaas over de trucs die Ed Nijpels, de voorzitter van de onderzoekscommissie, uithaalde, laat zich als een politieke detective lezen. 'Nijpels kwam eens een keertje lachend langs bij mij op de kamer en zei: 'En Koppejan, hoeveel heb je ervoor over? Het gaat je behoorlijk geld kosten hoor als je die polder droog wilt houden." Koppejan heeft uiteindelijk het compromis gesloten dat een derde van de polder onder water zal worden gezet, want hij vindt dat de relaties tussen de boeren- en natuurorganisaties niet langer mogen lijden onder ambtelijke obstructie. Hij is een poldermeester bij uitstek.