Terughoudendheid t.a.v. zondagopenstelling ten bate van positie werknemer en MKB'er - Hoofdinhoud
Toespraak CDA Aalsmeer over 24-uurseconomie
Hartelijk dank voor de uitnodiging om te spreken en met u te debatteren over de CDA visie op de 24-uurs economie, 7 dagen per week werken.
Maar moet de discussie niet vooral gaan over de vraag of we met ze’n allen juist niet meer, harder en langer moeten werken.
We worden immers geconfronteerd met toenemende kosten voor onze sociale zekerheid. In deze tijden van economische recessie lopen de kosten voor ww en bijstand weer snel op. Zorgkosten rijzen de pan uit. Pensioenfondsen kampen met tekorten waardoor er voor de jongere generaties steeds minder van hun pensioen overblijft.
Als gevolg van de vergrijzing hebben we te maken met een krimpende beroepsbevolking en dus op termijn een tekort aan werknemers om het geld te verdienen voor de steeds groter wordende groep van niet werkenden.
Als we deze ontwikkelingen zo overzien. En ik redeneer dan maar even als de ondernemer die ik was voordat ik voor het CDA in de Tweede Kamer kwam. Dan kunnen we tot geen ander conclusie komen dan dat we zo niet langer kunnen blijven doorgaan met meer uitgeven dan dat er binnenkomt. Het alternatief is immers potverteren en de problemen afwentelen op toekomstige generaties.
En met die conclusie zitten we midden in het actuele debat wat politiek Den Haag nu volop bezig houdt. Namelijk hoe brengen we overheidsfinanciën weer op orde en kunnen we de economie weer aan de gang krijgen.
En als oud-ondernemer zeg ik dan, we moeten zorgen dat we met ze’n allen het geld weer meer gaan verdienen. Alleen zo kunnen we er aan bijdragen dat ook de jongere generatie uitzicht heeft op het huidige welvaartspeil en de daaraan gerelateerde overheidsvoorzieningen op het gebied van onderwijs, zorg en sociale zekerheid. Dus hoezo problemen met de 24-uurs economie?
We zullen eerder meer dan minder aan het werk moeten. De arbeidsparticipatie, de deelname van mannen en met name vrouwen aan het arbeidsproces, moet verder omhoog. Ook zullen langer moeten doorwerken tot 66, 67 of nog ouder.
En ja, Wilders en zijn Polenmeldpunt ten spijt. Ook arbeidsmigranten, Polen en andere Oost-Europeanen, kennismigranten uit alle delen van de wereld. We zullen ze keihard nodig hebben om onze economie en huidige welvaartspeil in stand te houden. Bovendien kunnen we het ook niet langer veroorloven dat er nog mensen jaren werkloos thuis zitten. Dat is slecht voor de werklozen maar ook voor de overheidsfinanciën.
Ik zou hier kunnen stoppen. Als ik een VVD’er was geweest, dan was dit ook het einde van mijn verhaal en gingen we nu over tot de borrel. Maar ik ben een Christendemocraat. Ons verhaal gaat verder. En daarom moet die borrel maar even wachten.
Vanuit CDA perspectief is er namelijk meer over te zeggen. Ja, we zijn de partij die actief deelnemen aan de samenleving, door betaald werk maar ook vrijwilligerswerk, belangrijk vindt.
Maar ik weet niet of u nog de titel kent van het eerste CDA verkiezingsprogram uit 1977? Dat verkiezingsprogram had als titel: ‘Niet bij brood alleen’.
Vrij vertaald wil dat zeggen; je brood verdienen is belangrijk. Maar er zijn voor een CDA’er nog andere belangrijke waarden.
Het onlangs gepresenteerde rapport van het CDA Strategisch Beraad zegt het zo: “In de visie van het CDA is ieder mens van waarde en komt ieder mens pas echt tot zin recht in relatie tot anderen. Mensen zijn betrokken bij elkaar, de samenleving en de toekomst.” Dat betrokken zijn op elkaar begint in de omgeving waar je opgroeit, het gezin, de familie en vriendenkring, de gemeenschap waar je een bijdrage levert aan het verenigingsleven, de school, de mantelzorg, de kerk. Of als je daar niet meer zo vaak komt, misschien de sportvereniging. Het leven krijgt betekenis door wat je voor elkaar kunt betekenen en ook wat je samen met elkaar kunt doen.
Daar moet dan wel tijd en ruimte voor zijn. Dat is voor het CDA de eerste reden waarom wij het een goede zaak vinden dat er een vaste dag in de week is waar je even de tijd hebt voor al die andere zaken die het leven waardevol maken. Dat staat nog los van de religieuze motieven die voor een christen zoals ik, de zondag tot een bijzondere dag maken.
Een tweede belangrijke reden is dat het ook gewoon gezond en goed is voor de mens als deze een hele week hard werkt, één vaste rustdag te hebben. Regelmatig je rust nemen vermindert de kans op ziekteverzuim en dat komt ook weer de productiviteit in de rest van de week ten goede. En dat is weer goed voor de economie. Zo zie je maar dat er in de Bijbel heel praktische adviezen staan die goed zijn voor werkgever en werknemer.
Natuurlijk zijn er altijd beroepen waarbij het niet te voorkomen is dat er ook op zondag gewerkt wordt. Maar je kunt er met elkaar wel naar streven om het soms moeten werken op zondag zo eerlijk mogelijk te verdelen en waar mogelijk de ondernemer en de werknemer zoveel mogelijk de vrije keuze te laten.
Die vrije keuze voor de zondag als rustdag is er niet meer voor de werknemer en de MKB-ondernemer wanneer de overheid zou besluiten dat winkels en horeca gelegenheden, zondags open mogen. Als oud-CNV vakbondsman en oud-ondernemer, maar vooral ook als CDA’er pleit ik daarom voor behoud van de rustdag voor werknemer en werkgever.
Voor onze standpuntbepaling t.a.v. de 24-uurs economie en de vraag m.b.t. de winkel openstelling op zondag is er nog een ander uitgangspunt van belang.
Namelijk dat we niet alles in Den Haag moeten beslissen wat beter op lokaal niveau beoordeeld kan worden. De besluitvorming dient op dat bestuursniveau plaats te vinden waar de meeste betrokkenheid is met het onderwerp. Waar het beste de afwegingen gemaakt kunnen worden welke impact de besluitvorming heeft op de locale samenleving en of deze aansluit bij de plaatselijke cultuur en levensovertuiging van de bevolking. Waar ook het beste maatwerk geleverd kan worden binnen de nu geldende winkeltijdenwet met de toeristenbepaling. Dat bestuur is natuurlijk de plaatselijke gemeenteraad. Zo staat het ook in ons landelijke CDA verkiezingsprogramma uit 2010. Daarin staat: “Bij winkeltijden moeten de belangen van zondagsrust, toerisme, en de openstelling van winkels in balans zijn. Daarom dient de beslissing over de winkeltijdenwet en de handhaving hiervan op gemeentelijk niveau plaats te vinden.”
Zo’n benadering sluit ook het beste aan bij de verschillende cultruren en beleving van de zondag zoals we die in Nederland kennen. Ook binnen de CDA achterban wordt er heel verschillend gedacht wordt over openstelling van winkels en horeca gelegenheden op zondag. De opinies wisselen sterk afhankelijk van de plaatselijke cultuur en religieuze achtergrond van de CDA-leden. CDA’ers in het katholieke zuiden beleven de zondag anders dan op de Veluwe. Voor dat verschil moet ook ruimte zijn. Dat is ook CDA.
Naast de hiervoor gegeven principiële argumenten is er ook nog de praktische realiteit dat er in de Tweede Kamer slechts een minderheid van 42 zetels (CDA, CU, SGP en SP) is die terughoudend wenst om te gaan met de winkelopenstelling op zondag. Dus zodra wij op nationaal niveau de winkeltijdenwet zouden willen aanscherpen dan krijgen we dat als een boemerang terug. Dus willen we de deuren niet wagenwijd openzetten voor de 24-uurs economie, dan kun je nog het beste de besluitvorming daar laten waar deze hoort, namelijk op plaatselijk niveau. Daar waar de effecten van de besluitvorming door kleine winkeliers, werknemers en burgers het meest direct gevoeld worden. De recente successen van de Stichting tegen Verruiming Zondagopenstelling laten zien dat lokale democratie nog steeds goed werkt. In Rheden is het het 52 koopzondagenbesluit door de raad bij heroverweging teruggedraaid. In Gilze en Rijen gaat de gemeenteraad zich ook opnieuw beraden op de koopzondagen. Net zo als in Roosendaal.
Kortom, goed om ook hier in Aalsmeer het debat te voeren over de 24-uurs economie. Want werken, geld verdienen en economie zijn belangrijk maar we leven niet bij brood alleen.
Lees hier nog een artikel over deze avond