Verordening 2011/1256 - Vaststelling, voor 2012, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de Oostzee van toepassing zijn - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Verordening (EU) nr. 1256/2011 van de Raad van 30 november 2011 tot vaststelling, voor 2012, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de Oostzee van toepassing zijn en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1124/2010officiële Engelstalige titel
Council Regulation (EU) No 1256/2011 of 30 November 2011 fixing for 2012 the fishing opportunities for certain fish stocks and groups of fish stocks applicable in the Baltic Sea and amending Regulation (EU) No 1124/2010Rechtsinstrument | Verordening |
---|---|
Wetgevingsnummer | Verordening 2011/1256 |
Origineel voorstel | COM(2011)562 |
Celex-nummer i | 32011R1256 |
Document | 30-11-2011 |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 03-12-2011; PB L 320 p. 3-11 |
Inwerkingtreding | 01-01-2011; Toepassing Gedeeltelijke toepassing zie art 10 04-12-2011; in werking datum publicatie +1 zie art 10 01-01-2012; Toepassing zie art 10 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
3.12.2011 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 320/3 |
VERORDENING (EU) Nr. 1256/2011 VAN DE RAAD
van 30 november 2011
tot vaststelling, voor 2012, van de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de Oostzee van toepassing zijn en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 1124/2010
DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 43, lid 3,
Gezien het voorstel van de Europese Commissie,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
In artikel 43, lid 3, van het Verdrag wordt bepaald dat de Raad op voorstel van de Commissie de maatregelen vaststelt voor de vaststelling en verdeling van de vangstmogelijkheden. |
(2) |
Krachtens Verordening (EG) nr. 2371/2002 van de Raad van 20 december 2002 inzake de instandhouding en de duurzame exploitatie van de visbestanden in het kader van het gemeenschappelijke visserijbeleid (1) moeten, met inachtneming van de beschikbare wetenschappelijke, technische en economische adviezen, en met name van het verslag van het Wetenschappelijk, Technisch en Economisch Comité voor de visserij (WTECV), maatregelen worden vastgesteld inzake de toegang tot wateren en hulpbronnen en de duurzame uitoefening van visserijactiviteiten, alsmede van alle van de regionale adviesraden ontvangen adviezen. |
(3) |
De Raad moet maatregelen voor de vaststelling en verdeling van de vangstmogelijkheden nemen per visserijtak of groep visserijtakken, inclusief, voor zover nodig, bepaalde voorwaarden die er functioneel verband mee houden. De vangstmogelijkheden moeten zodanig over de lidstaten worden verdeeld dat elke lidstaat een relatieve stabiliteit van de visserijactiviteiten voor elk bestand of elke visserij geniet, onder inachtneming van de in Verordening (EG) nr. 2371/2002 vastgestelde doelstellingen van het gemeenschappelijke visserijbeleid. |
(4) |
De totaal toegestane vangsten (total allowable catches — TAC’s) dienen te worden vastgesteld op basis van de beschikbare wetenschappelijke adviezen, met inachtneming van de biologische en sociaaleconomische aspecten, met dien verstande dat een eerlijke behandeling van de visserijsectoren moet worden gegarandeerd, alsook in het licht van de standpunten die tijdens de raadpleging van de belanghebbende partijen naar voren zijn gebracht, met name tijdens de vergaderingen met het Raadgevend Comité voor de visserij en de aquacultuur en met de betrokken regionale adviesraden. |
(5) |
Voor bestanden waarvoor specifieke meerjarenplannen gelden, dienen de vangstmogelijkheden overeenkomstig de in die plannen vervatte voorschriften te worden vastgesteld. Bijgevolg moeten de vangstbeperkingen en de beperkingen van de visserijinspanning voor de kabeljauwbestanden in de Oostzee worden vastgesteld overeenkomstig de voorschriften van Verordening (EG) nr. 1098/2007 van de Raad van 18 september 2007 tot vaststelling van een meerjarenplan voor de kabeljauwbestanden in de Oostzee en de visserijtakken die deze bestanden exploiteren (2) („plan voor de kabeljauwbestanden in de Oostzee”). |
(6) |
In het licht van het meest recente wetenschappelijke advies kan in het beheer van de visserijinspanning voor de kabeljauwbestanden in de Oostzee flexibiliteit worden aangebracht zonder de doelstellingen van het plan voor kabeljauwbestanden in de Oostzee in gevaar te brengen en zonder dat zulks in verhoging van de visserijsterfte resulteert. Een dergelijke flexibiliteit zou een meer efficiënt beheer van de visserijinspanning mogelijk maken wanneer de quota niet gelijkelijk onder de vloot van een lidstaat zijn verdeeld en zou snel reageren op de overdrachten van quota vergemakkelijken. Een lidstaat moet daarom aan vaartuigen die zijn vlag voeren extra buitengaats doorgebrachte dagen kunnen toewijzen wanneer een zelfde aantal buitengaats doorgebrachte dagen... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.