Richtlijn 2010/13 - Harmonisatie van nationale wetgeving inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten)
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Richtlijn 2010/13/EU van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2010 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten) (gecodificeerde versie)officiële Engelstalige titel
Directive 2010/13/EU of the European Parliament and of the Council of 10 March 2010 on the coordination of certain provisions laid down by law, regulation or administrative action in Member States concerning the provision of audiovisual media services (Audiovisual Media Services Directive) (Codified version)Rechtsinstrument | Richtlijn |
---|---|
Wetgevingsnummer | Richtlijn 2010/13 |
Origineel voorstel | COM(2009)185 ![]() ![]() |
Celex-nummer65 | 32010L0013 |
Document | 10-03-2010 |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 15-04-2010; Special edition in Croatian: Chapter 06 Volume 007,OJ L 95, 15.4.2010 |
Inwerkingtreding | 05-05-2010; in werking datum publicatie +20 zie art 35 |
Deadline | 19-12-2021; zie art 13.4 19-12-2022; ten laatste zie art 33 19-12-2022; zie art 7 en 33a 19-12-2026; ten laatste zie art 33 |
Einde geldigheid | 31-12-9999 |
15.4.2010 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 95/1 |
RICHTLIJN 2010/13/EU VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD
van 10 maart 2010
betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn audiovisuele mediadiensten)
(gecodificeerde versie)
(Voor de EER relevante tekst)
HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,
Gelet op het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name op artikel 53, lid 1, en artikel 62,
Gezien het voorstel van de Commissie,
Handelend volgens de gewone wetgevingsprocedure (1),
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Richtlijn 89/552/EEG van het Europees Parlement en de Raad van 3 oktober 1989 betreffende de coördinatie van bepaalde wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen in de lidstaten inzake het aanbieden van audiovisuele mediadiensten (richtlijn Audiovisuele mediadiensten) (2) is herhaaldelijk en ingrijpend gewijzigd (3). Ter wille van de duidelijkheid en een rationele ordening van de tekst dient tot codificatie van deze richtlijn te worden overgegaan. |
(2) |
Grensoverschrijdende audiovisuele mediadiensten met behulp van de diverse technologieën vormen één van de middelen om de doelstellingen van de Unie te verwezenlijken. Er zijn bepaalde maatregelen nodig om de overgang van de nationale markten naar een gemeenschappelijke markt voor de productie en distributie van programma’s te waarborgen en om eerlijke concurrentieverhoudingen te garanderen, zonder daarbij afbreuk te doen aan de functie die de audiovisuele mediadiensten in het algemeen belang te vervullen hebben. |
(3) |
De Raad van Europa heeft het Europees Verdrag over grensoverschrijdende televisie vastgesteld. |
(4) |
In het licht van nieuwe transmissietechnologieën voor audiovisuele mediadiensten moet een wettelijk kader inzake de uitoefening van televisieomroepactiviteiten rekening houden met de effecten van structurele veranderingen, de verbreiding van informatie- en communicatietechnologieën (ICT) en technologische ontwikkelingen op businessmodellen, in het bijzonder de financiering van commerciële omroep, en moet worden gezorgd voor optimale concurrentievoorwaarden en rechtszekerheid voor Europese informatietechnologie en Europese mediabedrijven en -diensten, alsmede voor eerbiediging van de culturele en taalkundige verscheidenheid. |
(5) |
Audiovisuele mediadiensten zijn zowel culturele als economische diensten. Het toenemende belang ervan voor de samenleving, de democratie — met name ten aanzien van het waarborgen van informatievrijheid, meningsverscheidenheid en mediapluriformiteit — het onderwijs en de cultuur rechtvaardigt de toepassing van bijzondere voorschriften voor deze diensten. |
(6) |
In artikel 167, lid 4, van het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie is bepaald dat de Unie bij haar optreden uit hoofde van andere bepalingen van dat Verdrag rekening moet houden met culturele aspecten, met name om de culturele verscheidenheid te eerbiedigen en te bevorderen. |
(7) |
In zijn resolutie van 1 december 2005 (4) en 4 april 2006 (5) over de Doharonde en de ministersconferenties van de WTO riep het Europees Parlement op, essentiële overheidsdiensten zoals audiovisuele diensten uit te sluiten van de liberalisering in het kader van de onderhandelingen in het kader van algemene overeenkomst betreffende handel en diensten (GATS). In zijn resolutie van 27 april 2006 (6) steunde het Europees Parlement het Unesco-Verdrag betreffende de bescherming en de bevordering van de diversiteit van cultuuruitingen, waarin met name bepaald is dat culturele activiteiten, goederen en diensten zowel een economisch als een cultureel aspect hebben omdat zij dragers zijn van identiteiten, waarden en betekenissen, en bijgevolg niet mogen worden behandeld... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de samenvatting van wetgeving, de geconsolideerde versie, de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en tot slot de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.
- 1.COM(87) 868 PV.
- 2.Zie bijlage 3 bij deel A van die conclusies.
- 3.Uitgevoerd overeenkomstig de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad: Codificatie van het Acquis communautaire, COM (2001) 645 definitief.
- 4.Zie bijlage I, deel A, bij dit voorstel.
- 5.PB C
- 6.PB C
- 7.Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 298 van 17-10-1989, pagina 23.
- 8.Zie bijlage I, deel A.
- 10.PB C 293 E van 2.12.2006, blz. 155.
- 11.PB C 296 E van 6.12.2006, blz. 104.
- 14.Resolutie van het Europees Parlement over televisie zonder grenzen (PB C 76 E van 25.3.2004, blz. 453).
- 15.Resolutie van het Europees Parlement over de
- 16.Resolutie van het Europees Parlement over de toepassing van artikelen 4 en 5 van Richtlijn 89/552/EEG Televisie zonder grenzen, zoals gewijzigd bij Richtlijn 97/36/EG, voor de periode 2001-2002. (PB C 193 E van 17.8.2006, blz. 117).
- 21.Zaak C-56/96, arrest van 5 juni 1997, VT4 Ltd / Vlaamse Gemeenschap, Jurispr. blz. I-3143, punt 22; zaak C-212/97, arrest van 9 maart 1999, Centros / Erhvervs-og Selskabsstyrelsen, Jurispr. blz. I-1459; zie ook: zaak C-11/95, arrest van 10 september 1996, Commissie / België, Jurispr. blz. I-4115 en zaak C-14/96, arrest van 29 mei 1997, Paul Denuit, Jurispr. blz. I-2785.
- 22.Zaak C-212/97 Centros v. Erhvervs-og Selskabsstyrelsen, reeds aangehaald; zaak 33/74, arrest van 3 december 1974, Van Binsbergen / Bestuur van de Bedrijfsvereniging, Jurispr. blz. 1299; zaak C-23/93, arrest van 5 oktober 1994, TV 10 SA / Commissariaat voor de Media, Jurispr. blz. I-4795, punt 21.
- 23.Zaak C-355/98, arrest van 9 maart 2000, Commissie / België, Jurispr. blz. I-1221, punt 28; zaak C-348/96, arrest van 19 januari 1999, Calfa, Jurispr. blz. I-11, punt 23.
- 26.Zaak C-89/04, arrest van 2 juni 2005, Mediakabel BV / Commissariaat voor de Media, Jurispr. blz. I-4891.
- 33.COM(87) 868 PV.
- 34.Zie bijlage 3 bij deel A van die conclusies.
- 35.Uitgevoerd overeenkomstig de mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad: Codificatie van het Acquis communautaire, COM (2001) 645 definitief.
- 36.Zie bijlage I, deel A, bij dit voorstel.
- 37.PB C
- 38.PB C
- 39.Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 298 van 17-10-1989, pagina 23.
- 40.Zie bijlage I, deel A.
- 42.PB C 293 E van 2.12.2006, blz. 155.
- 43.PB C 296 E van 6.12.2006, blz. 104.
- 46.Resolutie van het Europees Parlement over televisie zonder grenzen (PB C 76 E van 25.3.2004, blz. 453).
- 47.Resolutie van het Europees Parlement over de
- 48.Resolutie van het Europees Parlement over de toepassing van artikelen 4 en 5 van Richtlijn 89/552/EEG Televisie zonder grenzen, zoals gewijzigd bij Richtlijn 97/36/EG, voor de periode 2001-2002. (PB C 193 E van 17.8.2006, blz. 117).
- 53.Zaak C-56/96, arrest van 5 juni 1997, VT4 Ltd / Vlaamse Gemeenschap, Jurispr. blz. I-3143, punt 22; zaak C-212/97, arrest van 9 maart 1999, Centros / Erhvervs-og Selskabsstyrelsen, Jurispr. blz. I-1459; zie ook: zaak C-11/95, arrest van 10 september 1996, Commissie / België, Jurispr. blz. I-4115 en zaak C-14/96, arrest van 29 mei 1997, Paul Denuit, Jurispr. blz. I-2785.
- 54.Zaak C-212/97 Centros v. Erhvervs-og Selskabsstyrelsen, reeds aangehaald; zaak 33/74, arrest van 3 december 1974, Van Binsbergen / Bestuur van de Bedrijfsvereniging, Jurispr. blz. 1299; zaak C-23/93, arrest van 5 oktober 1994, TV 10 SA / Commissariaat voor de Media, Jurispr. blz. I-4795, punt 21.
- 55.Zaak C-355/98, arrest van 9 maart 2000, Commissie / België, Jurispr. blz. I-1221, punt 28; zaak C-348/96, arrest van 19 januari 1999, Calfa, Jurispr. blz. I-11, punt 23.
- 58.Zaak C-89/04, arrest van 2 juni 2005, Mediakabel BV / Commissariaat voor de Media, Jurispr. blz. I-4891.
- 65.Deze databank van de Europese Unie biedt de mogelijkheid de actuele werkzaamheden (workflow) van de Europese instellingen (Europees Parlement, Raad, ESC, Comité van de Regio's, Europese Centrale Bank, Hof van Justitie enz.) te volgen. EURlex volgt alle voorstellen (zoals wetgevende en begrotingsdossiers) en mededelingen van de Commissie, vanaf het moment dat ze aan de Raad of het Europees Parlement worden voorgelegd.
- 66.EUR-Lex biedt een overzicht van het voorstel, wijzigingen, aanhalingen en rechtsgeldigheid.