‘Skoonheid’: intrigerende film over ontaarding van het verlangen - Hoofdinhoud
Geen betere plaats om een Zuid-Afrikaanse film te zien dan in Zuid-Afrika. Geen mooier thema dan de dunne grens tussen verlangen en obsessie, tussen schoonheid en geweld. Bij de ingang van de bioscoop in Pretoria waarschuwde de jongedame ons dan ook dat de film Skoonheid ‘ontstellend’ was. En niet omdat het over homoseksualiteit gaat, al is dat nog steeds een omstreden zaak. Het verhaal van Skoonheid is universeler. En anders.
De film Skoonheid is een bijzondere film. Het is de eerste Zuid-Afrikaanse lange film die is gedraaid op het filmfestival in Cannes. De regisseur, Oliver Hermanus, sleepte er direct de Queer Palm 2011 weg. En al is er volgens critici wel een en ander op aan te merken, de film roept heftige gevoelens en grote vragen op.
Het verhaal van Skoonheid draait om Francois van Heerden, een houthandelaar van middelbare leeftijd in het conservatieve Bloemfontein. We ontmoeten hem op de bruiloft van zijn dochter, in het stijf-burgerlijke huishouden, in zijn bedrijf waar hij het hout levert aan een kennis die een nieuw huis bouwt na een vastgelopen relatie. En op een afgelegen boerderij waar hij met een groepje mannen liefdeloze, ongeïnspireerde, lelijke seks bedrijft. Het contrast met de Skoonheid van de titel kon niet groter zijn. Bij deze orgie wordt ook de sociale betekenis duidelijk als een van de deelnemers een jonge, minder mannelijke kleurling meeneemt. ‘Nie kleurlinge, nie moffies nie’. Echte mannen zijn het, echte Afrikaners.
Op de bruiloft van zijn dochter valt het oog van Francois op Christian, zoon van een lang verloren vriend uit Kaapstad. De knappe jongeman, student rechten en part time model, is even vrij en makkelijk in de omgang als Francois stug en onbeholpen is. Is het de jeugdige ontspannenheid die Francois naar Christian toetrekt of is het meer? In elk geval ontwikkelt Francois een obsessie voor de schoonheid van Christian. Dat drijft hem op een gefingeerde zakenreis naar Kaapstad waar hij probeert zo dicht mogelijk bij zijn idool te komen. Geleidelijk aan verandert hij in een stalker. Aan het dronken eind van een eenzame avond in Kaapstads clubs brengt de te hulp geroepen Christian hem thuis. Francois’ probeert hem te zoenen en als Christian dat afwijst, verkracht hij hem.
Het is geen love story, zelfs geen tragische van het genre Brokeback Mountain. Het is vooral een verkenning van een ongestild en onstilbaar verlangen. Dat nodigt in de eerste helft van de film uit tot sympathie voor Francois. Het is geen onaardige man. Stil, enigszins stoïcijns, soms te hard voor zijn kinderen, maar ook iemand die mild is voor zijn vrienden. Het is vooral een man met verborgen, geheime verlangens. Verlangens die onderdrukt worden in de beklemming van zijn conservatieve omgeving en die daarom alleen op een afgelegen boerderij en onder invloed van alcohol geuit kunnen worden. De tragiek daarvan is dat Francois ook daar de schoonheid, intimiteit en vrijheid niet vindt die hij kennelijk zoekt.
Die sympathie voor de tragische figuur Francois loopt nog wel door als we hem volgen naar Kaapstad waar hij op zoek gaat naar zijn droom. Herkenbaar is het verlangen, de jaloezie zelfs als hij ziet hoe makkelijk en lichamelijk Christian omgaat met vrouwen en mannen, hoe zijn mooie jonge lijf geniet van de zon, hoe onbereikbaar voor Francois. Hij koopt een iPod voor Christian, maar vindt geen geschikt moment om die te gegeven. Onduidelijk blijft wat nu precies het verlangen van Francois is. Is hij verliefd op Christian? Is hij jaloers op diens schoonheid? Is hij gefrustreerd door het verlies van zijn eigen jeugd? Door de gemiste kansen en zijn niet-geleefde leven? In elk geval komt Francois niet toe aan een echte gerichtheid op de ander, Christian, en blijft hij cirkelen om zijn eigen narcistische behoeften. De pijnlijke, destructieve afloop is dan ook niet te vermijden.
Skoonheid is geen love story. Het is ook niet echt een homo-emancipatiefilm, juist door het gewelddadige einde dat de mogelijke sympathie voor de closeted gay weer afbreekt. De reacties van onvoorbereide kijkers zijn soms dan ook zeer scherp: ‘Dit is walglik tonele wat skokkend is. Meer skokkend die mense wat daarna kyk en dit geniet en bekroon met pryse. Morele waardes tot niet gegaan. Om nie eers van Christelike waardes te praat nie want dit is om jou perels voor die swyne te werp.’ In een land waar homo-organisaties het kerkelijke, maatschappelijke, culturele beeld van homoseksualiteit proberen te normaliseren en benadrukken dat homo’s net zo gewoon zijn als iedereen, is een film over orgies en verkrachting op zijn zachtst gezegd tegendraads. Het tragische verhaal van de eerste helft mag nog bijdragen aan begrip, de tweede helft is moreel te beladen om acceptatie te verwachten.
In zekere zin is Skoonheid ook een politieke film. Hermanus, zelf een bruine Zuid-Afrikaan, schildert de witte, conservatieve middengeneratie van de Vrijstaat. Het verlangen naar Christian - Engelssprekend, ontspannen in de interraciale Kaapse samenleving - kan ook symbool staan voor heimwee naar een verloren wereld en een vruchteloze zoektocht naar een plek in een nieuwe wereld. Een zoektocht naar mannelijkheid en schoonheid die gesymboliseerd wordt door verboden homo-erotiek en incestueuze neigingen. Voor zo’n politieke interpretatie geeft Hermanus zelf wel aanleiding.
Uiteindelijk zie ik zelf Skoonheid echter vooral als een existentiële film die het universele verlangen verkent. Schoonheid komt dan naar voren als een van de drie Platoonse deugden naast waarheid en juistheid. Terwijl de wereld van Francois is dichtgetimmerd met regels voor (dogmatische) waarheid en (ethische) juistheid, raakt hij steeds meer in de greep van het verlangen naar schoonheid. Daarmee staat Francois zelf ook symbool voor een globaliserende cultuur waarin schoonheid (esthetisch, affectief, emotioneel, consumentistisch) het hoogste goed wordt. En net als bij Plato’s Symposion krijgt die schoonheid homoerotische trekken (zie bv R.E. Long, Men, Homosexuality, and the Gods. An Exploration of Male Homosexuality in World Perspective. New York 2004).
De obsessie voor de schoonheid van de jongeman, de offergave van de iPod, de verkrachting als wraak of toeëigening, het zijn de verontrustende symbolen voor een cultuur die schoonheid verabsoluteert en juistheid en waarheid vergeet. Maar evenzeer laat het zien hoe destructief een wereld is waar waarheid en juistheid zo beklemmend zijn dat ze het verlangen naar schoonheid doden. het verkennen van die fijne balans en van de ernst van de ontsporingen maakt Skoonheid een ontstellende en intrigerende film.