Brief regering; Schietincident Alphen aan den Rijn - Schietincident Alphen aan den Rijn - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 1 toegevoegd aan dossier 32739 - Schietincident Alphen aan den Rijn.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Schietincident Alphen aan den Rijn; Brief regering; Schietincident Alphen aan den Rijn |
---|---|
Documentdatum | 15-04-2011 |
Publicatiedatum | 15-04-2011 |
Nummer | KST327391 |
Kenmerk | 32739, nr. 1 |
Externe link | originele PDF |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2010–2011
32 739
Schietincident Alphen aan den Rijn
Nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 12 april 2011
Op zaterdag 9 april jl. rond het middaguur is Nederland geconfronteerd met een ernstig schietincident in Alphen aan den Rijn, waarbij zeven dodelijke slachtoffers, waaronder de schutter, en zeventien gewonden te betreuren zijn. Het kabinet hecht er aan steun en medeleven uit te spreken aan de slachtoffers en hun nabestaanden. De eerste zorg van de betrokken instanties is gelegen in de zorg voor en bijstand aan hen. De Ministerpresident en ik hebben een bezoek gebracht aan Alphen aan den Rijn en hebben met eigen ogen kunnen aanschouwen welke emoties deze gebeurtenis teweeg heeft gebracht.
Ik spreek, uiteraard mede namens de leden van het kabinet, allereerst mijn waardering uit voor de grote inzet van de politie, gemeente, alle hulpverlenings- en ondersteuningsdiensten en mensen die (spontaan) hulp hebben verleend. Alle instanties plegen maximale inzet om alle benodigde zorg te bieden.
Met deze brief wordt u geïnformeerd over wat zich op zaterdag 9 april jl. heeft voorgedaan en welke onderzoeken naar aanleiding daarvan in gang zijn gezet.
Op hetgeen thans in onderzoek is, waaronder de contacten van de schutter met de geestelijke gezondheidszorg, kan ik nu niet nader ingaan.
Schietincident
De schietpartij vond op 9 april jl. kort na 12.00 uur plaats in het winkelcentrum De Ridderhof in Alphen aan den Rijn. Zes mensen zijn overleden en zeventien mensen zijn gewond geraakt, waaronder twee kinderen. De schutter – een 24-jarige autochtone man uit Alphen aan den Rijn – heeft zichzelf na deze daad van het leven beroofd. Hij heeft, voor zover bekend, alleen gehandeld.
Uit de rapportage van de politie Hollands Midden blijkt dat om 12.09 uur de melding binnen kwam dat geschoten werd in een winkel in Alphen aan den Rijn. De politie was binnen vijf minuten ter plaatse. De eerst aangekomen politieambtenaren hebben het laatste schot gehoord. Uit onderzoek is later gebleken dat de hele schietpartij niet langer dan enkele minuten heeft geduurd. Er bevonden zich op dat moment veel mensen in het winkelcentrum. Politieagenten en andere medewerkers van hulpverlenende instanties hebben onmiddellijk gehandeld en zorg verleend aan slachtoffers.
In het winkelcentrum zijn drie vuurwapens gevonden waarmee de verdachte vermoedelijk heeft geschoten. Voor deze wapens is wapen-verlof verleend. Op deze wapens wordt onderzoek verricht. De auto van de schutter bevond zich op de parkeerplaats bij het winkelcentrum. De auto is doorzocht en er werd een brief in aangetroffen. In die brief stond dat in drie andere winkelcentra in Alphen aan den Rijn explosieven zouden liggen. Die winkelcentra zijn ontruimd en onderzocht waarbij geen explosieven zijn gevonden. In de woning van de verdachte is een afscheidsbrief aangetroffen. Uit die brief komt geen duidelijk motief naar voren. Om de gang van zaken in het winkelcentrum de Ridderhof te reconstrueren zijn zoveel mogelijk camerabeelden veilig gesteld van de bewakingscamera’s.
Vanuit de gemeente is zo spoedig mogelijk een Beleidsteam onder leiding van de burgemeester ingericht. Ter plaatse is een opvangcentrum ingericht. De inwoners die woonachtig zijn rond de 3 winkelcentra die ontruimd zijn, zijn op diverse andere locaties opgevangen. Tevens is gezorgd voor registratie van slachtoffers en verwanten, voor voorlichting en is een callcenter opgericht. Ook de psychosociale hulpverlening is direct nadat het nieuws bekend werd in actie gekomen. Mensen die aanwezig waren bij de schietpartij zijn opvangen en er is een telefonische hulplijn opengesteld.
De situatie in Alphen aan de Rijn gaf ook aanleiding om op landelijk niveau bijeen te komen. Daarop is men bij het Nationaal CrisisCentrum (NCC) tot opschaling overgegaan. De Veiligheidsregio Hollands Midden heeft voor intensieve ondersteuning gezorgd en er is dankbaar gebruik gemaakt van de ondersteuning vanuit het NCC.
Vervolgonderzoek
Naar aanleiding van het schietincident is door de politie Hollands Midden onder leiding van de officier van justitie een Team Grootschalig onderzoek (TGO) opgestart, bestaande uit twee teams, een team politie Hollands Midden en een team politie Haaglanden. Bijstand wordt verleend door verschillende andere korpsen zoals Haaglanden, Rotterdam-Rijnmond, het KLPD en de KMar. Het onderzoek richt zich vooral op de volgende aspecten: wat is op 9 april 2011 gebeurd?; heeft iemand dit kunnen voorzien en/of voorkomen?; wat zijn de achtergronden van de persoon van de verdachte?; is er sprake van medeplegers en/of medeplichtigen en/of kan aangetoond worden dat het bestaan van medeplegers en/of medeplichtigen kan worden uitgesloten?. Tot de opsporingshandelingen zullen ook forensisch en digitaal onderzoek behoren.
De Hoofdofficier van Justitie van arrondissementsparket Den Haag heeft besloten tot een onderzoek naar het verstrekken van het wapenverlof aan de schutter. Dit feitenonderzoek zal door de rijksrecherche worden verricht.
Ik heb de Onderzoeksraad Voor Veiligheid gevraagd een onderzoek in te stellen naar het Nederlandse systeem ter beheersing van het legaal wapenbezit en vast te stellen of het systeem voldoende functioneert en heeft gefunctioneerd in relatie tot het incident. Daarbij zal de Onderzoeksraad zich zowel richten op de regelgeving als de uitvoering en handhaving daarvan. De Onderzoeksraad heeft toegezegd dit onderzoek te gaan uitvoeren.
Aan de hand van de uitkomsten van het strafrechtelijk onderzoek, het onderzoek van de Rijksrecherche en het onderzoek van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid zal ik bezien welke conclusies zouden moeten worden getrokken ten aanzien van het beleid met betrekking tot legaal wapenbezit en het toezicht daarop. U zult hierover op een later moment worden geïnformeerd.
De minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten