Eenzijdige motie tegen Palestijnen in Tweede Kamer - Hoofdinhoud
Ghada Zeidan
Te gast: Ghada Zeidan
Dagelijks rijden tien duizenden Nederlanders, waaronder een groot aantal Kamerleden, onder de Nelson Mandela Brug door die de A2 overspant in Zoetermeer. Genoemd naar een voormalig ‘zwarte terrorist’, komt niemand op het idee hierover kamervragen te stellen, laat een motie in te dienen.
Vorige week echter stemden de rechtse partijen wel in met een motie van SGP en de Christen Unie waarin Nederlandse financiële steun aan de Palestijnse Autoriteit afhankelijk wordt gemaakt van de naamgeving van straten in Palestijnse steden. Er zouden terroristen worden geëerd die vochten tegen de bezetting van hun land. Tevens werden de christelijke kamerleden tijdens hun missie naar Israël attent gemaakt op de inhoud van de Palestijnse schoolboeken waarin, aldus een Israëlische NGO-watchdog organisatie, nog steeds wordt opgeroepen de Israëliërs de zee in te drijven.
De onverschrokken wetgevers lieten de gelegenheid van de moord op een joods kolonistengezin op de westelijke Jordaanoever niet aan zich voorbij gaan. De christelijke partijen vonden het nodig om de onopgeefbare historische (sinds 1948) verbondenheid tussen Nederland en Israël te vertalen in wetgeving die wederom ons land binnen Europa en internationale gemeenschap isoleert. In een tijd waarin onze ogen worden geopend over door ons gesteunde gematigde Arabische leiders vinden de SGP en Christen Unie het opportuun hun kokervisie op te leggen aan het Nederlands buitenlandsbeleid. De PVV uiteraard, maar ook de regeringspartijen schijnen daar geen moeite mee te hebben.
Indien voormalige Nederlandse koloniën onze regering op een zelfde wijze zouden beleren, zou het Stratenboekje per direct rigoureus moeten worden aangepast. Of als Nederland Israël op een zelfde wijze de les zouden lezen, zouden daar universiteiten en officiële gebouwen per onmiddellijk van naam moeten veranderen om zeker te zijn van Nederlandse steun. Voormalig terroristenleiders Begin en Shamir, maar ook Yithak Rabin en Ben Goerion waren niet alleen overtuigd van de noodzaak het land van Palestijnen te zuiveren, maar deden dat ook zoals inmidels bevestigd door Israeli historici.
Gelukkig worden landen veelal geregeerd door pragmatische mensen die kunnen relativeren en het belang van een rechtsgemeenschap en afgewogen buitenlandsbeleid voor ogen hebben. Zo niet de huidige Nederlandse regering die zich laat leiden door populistische stemmingen en christelijk radicale beweegredenen. Nederland zou zich niet de les moeten laten lezen door een radicale Israëlische lobby club die ten doel heeft de illegale bezetting van de Palestijnse gebieden te legitimeren.
Het is interessant in deze context de heer Voordewind en van der Staaij te wijzen op een wetenschappelijk onderzoek van Dr. Nurit Peled, dochter van de Israëlische generaal Matti Peled. Zij schrijft dat in Israëlische school boeken die sinds 1994 zijn gekuist van grof racistisch taalgebruik en inhoud, de leerlingen nog steeds exclusieve joodse rechten op het land worden ingeprent en de onderdrukking van de Palestijnse identiteit en cultuur wordt aanmoedigt. De boeken presenteren het ideaal van een Arabierenvrij Israël als een garantie voor het bestaan van een joodse staat.
Is dit een reden om de Nederlandse steun aan Israël onder de loep te nemen? Dit zou blijk geven van een evenwichtige betrokkenheid van de christelijke kamerleden. Echter, de heren hebben ervoor gekozen om Nederlandse wetgeving los te koppelen van fundamentele rechtsprincipes. Hoor en wederhoor, noch onafhankelijkheid, noch consistentie liggen ten grondslag aan de moties. Hierdoor koppelen zij het Nederlands belang aan het korte termijn belang van Israël zoals dat wordt nagejaagd door het rechts radicaliserend politiek bestel in Tel Aviv. Het Nederlandse Midden-Oosten beleid wordt zo ingegeven door eenzijdige tekstanalyse van de schoolboeken en straatnamen van een volk onder bezetting.
Ghada Zeidan
Midden Oosten consultant