Witte scholen, zwarte scholen... - Hoofdinhoud
Zwarte en witte scholen. Zwarte en witte buurten. Zwarte en witte sportclubs. Dat samenleven niet vanzelf gaat is duidelijk. De vraag is: accepteren we dat? Accepteren we dat kinderen van jongs af aan gescheiden opgroeien, gescheiden sporten en gescheiden wonen? Accepteren we dat autochtoon en allochtoon uit elkaar groeien?
Het antwoord van het kabinet is ‘ja’. Minister Van Bijsterveldt accepteert witte en zwarte scholen als een voldongen feit. Mensen bij elkaar brengen is volgens haar geen prioriteit, zelfs geen doel van dit kabinet. Ik vind dat onbegrijpelijk. Waarom legt de minister zich neer bij een opgedeeld land? Wat voor Nederland ziet zij over twintig jaar voor zich?
Ik wil één Nederland, waarin we met elkaar opvattingen en waarden delen die dit land uniek maken. Dat kan niet als bevolkingsgroepen gescheiden leven. Daarom wil ik dat kinderen van verschillende achtergronden samen naar school gaan. Daarom moet het bestrijden van segregatie wél een prioriteit, zelfs een topprioriteit van dit kabinet zijn.
Autochtone ouders kiezen er vaak voor hun kind naar een ‘witte’ school te sturen. Ik begrijp dat goed. Je wilt het beste voor je kind en vreest op een 'zwarte' school meer achterstandsleerlingen of andere waarden en normen dan je je kind wilt bijbrengen. Dat beeld klopt niet altijd, maar als ouder ga je met je kind niet experimenteren dus je gaat af op het beeld en gaat niet eerst een tijdje de school toch uitproberen. De keuzevrijheid van ouders is een heel groot goed! Het gaat om je eigen kind.
Als je segregatie in het onderwijs wil aanpakken moet je dat doen op een manier die keuzevrijheid voor ouders in stand laat. En dat kan ook.
Bijvoorbeeld door één inschrijfmoment voor ouders per stad (of stadsdeel) waarbij alle ouders de twee of drie scholen van hun voorkeur op kunnen geven. Dat geeft de gemeente een klein beetje ruimte om leerlingen met achterstanden of leerlingen met een niet-westerse achtergrond wat beter te spreiden over de scholen. De eerste experimenten daarmee zijn de afgelopen jaren gestart en soms met goede resultaten.
Het is geen wondermiddel en kan natuurlijk niet overal. Er zijn buurten in Amsterdam, Den Haag of Rotterdam waar het echt onbegonnen werk is. Bovendien is een deel van het verhaal soms ook een kwaliteitstekort dat autochtone ouders sneller achterhalen dan allochtone. Dus er moet zeker volop geïnvesteerd worden in kwaliteit. Dat Van Bijsterveldt juist 300 miljoen wil bezuinigen op onderwijskwaliteit voor leerlingen die extra zorg nodig hebben, maakt dat niet makkelijker. Sterker: dat maakt het pleidooi van de minister dat zij liever prioriteit geeft aan kwaliteit totaal ongeloofwaardig.
Uiteindelijk zit hem daar niet mijn grootste teleurstelling. Ik vind boven alles dat je van de minister van onderwijs mag verwachten dat ze zich niet neerlegt bij segregatie, dat ze niet wil accepteren dat dit land naast witte en zwarte wijken ook witte en zwarte scholen kent. Zij zou niet moeten willen dat nieuwe generaties gescheiden opgroeien.