Memorie van toelichting - Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2010 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) - Hoofdinhoud
Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 32565 IXB - Wijziging begroting Financiën 2010 (Najaarsnota).
Inhoudsopgave
Officiële titel | Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2010 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota); Memorie van toelichting; Memorie van toelichting |
---|---|
Documentdatum | 08-12-2010 |
Publicatiedatum | 08-12-2010 |
Nummer | KST32565IXB2 |
Kenmerk | 32565 IXB, nr. 2 |
Externe link | originele PDF |
Originele document in PDF |
32 565 IXB Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Financiën (IXB) voor het jaar 2010 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikel 1
De begrotingsstaten die onderdeel uitmaken van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2010 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Financiën (IXB).
De in de begrotingsstaat opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Financiën,
De Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie,
J.C. de Jager
B. BEGROTINGSTOELICHTING
-
1.Leeswijzer
Deze 2e suppletoire begroting bevat de voorgestelde wijzigingen ten opzichte van de 1e suppletoire begroting 2010. De begroting bestaat uit 7 beleidsartikelen en 2 niet-beleidsartikelen. De beleidsartikelen weerspiegelen bijna het gehele werkterrein van het Ministerie van Financiën; het beheer van de staatsschuld en het kasbeleid zijn opgenomen in de begroting van Nationale Schuld (IX-A).
In paragraaf 2.1 is een overzicht opgenomen van de belangrijkste mutaties (>= € 10 mln.).
Paragraaf 2.2 bevat per beleidsartikel een tabel budgettaire gevolgen van beleid. Voor zover dit van toepassing is, worden de garantieverplichtingen en de daarbij behorende uitgaven en ontvangsten in een aparte tabel gepresenteerd. In de tabellen bij de beleidsartikelen is door middel van de regel «waarvan juridisch verplicht» informatie over de budgetflexibiliteit opgenomen. Het nog niet juridisch verplichte deel van de geraamde programma-uitgaven (peildatum 1 oktober 2010) vormt een indicatie voor de mate van budgetflexibiliteit.
Na de tabel budgettaire gevolgen van beleid wordt een toelichting op de cijfers uit de kolom «mutaties 2e suppletoire begroting» gegeven. De mutaties kunnen zowel beleidsmatig als financieel-technisch (bijvoorbeeld overboekingen en ramingsbijstellingen) van aard zijn. Conform de Rijksbegrotingsvoorschriften behoeven de technische mutaties niet te worden toegelicht. Ter vergroting van de informatiewaarde is ervoor gekozen een korte toelichting bij alle programmamutaties op te nemen. Mutaties in de apparaatsuitgaven worden, voor zover deze betrekking hebben op overheveling van formatieplaatsen binnen de begroting of op overheveling tussen het Ministerie van Financiën en andere departementen, niet nader toegelicht.
-
2.Het beleid
2.1. Overzicht belangrijkste suppletoire uitgaven- en ontvangstmutaties
De belangrijkste mutaties (>= € 10 mln.) zijn in onderstaande tabellen samengevat en worden daarna toegelicht. Voor een uitgebreidere toelichting wordt verwezen naar de toelichting bij het betreffende artikel.
Tabel: overzicht belangrijkste suppletore uitgavenmutaties (x € 1000)
Uitgaven
Artikel
Stand ontwerp-begroting 2010
7 281 708
Stand 1e suppletore begroting 2010
11 888 340
Belangrijkste suppletore mutaties:
-
1)Heffings- en invorderingsrente
-
-300 000
1
-
2)Voorfinanciering DNB
93 200
2
-
3)ING back-up faciliteit, fundingfee
696 496
3
-
4)Schade-uitkering EKV
-
-40 000
5
-
5)Overige uitgaven (saldo)
13 279
Stand 2e suppletore begroting 2010
12 351 315
Toelichting
-
-
-
1.Op basis van de realisaties en de lage rente worden de geraamde uitgaven met € 300 mln. neerwaarts bijgesteld.
-
-
-
-
2.Dit betreft voorfinanciering aan DNB in het kader van de uitvoering van het depositogarantiestelsel inzake de DSB.
-
-
-
-
3.De raming voor de funding fee wordt bijgesteld als gevolg van de hogere portefeuilleontvangsten die weer terugbetaald worden aan ING en de gewijzigde eurodollar rekenkoers.
-
-
-
-
4.De schades vallen mee waardoor de raming neerwaarts kan worden bijgesteld.
-
Tabel: overzicht belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties (x € 1000)
Ontvangsten
Artikel
Stand ontwerp-begroting 2010
116 323 645
Stand 1e suppletoire begroting 2010
118 371 740
Belangrijkste suppletoire mutaties:
-
1)Belastingontvangsten
2 509 627
1
-
2)Heffings- en invorderingsrente
-
-150 000
1
-
3)Overige programma-ontvangsten Belastingdienst
-
-45 000
1
-
4)Premieontvangsten garantieregeling bancaire leningen
21 398
2
-
5)Dividend staatsdeelnemingen
233 640
3
-
6)Winstafdracht DNB
430 000
3
-
7)Aflossing kapitaalversterking Aegon
500 000
3
-
8)Couponbetaling en/of boetebetaling kapitaalversterking Aegon
62 834
3
-
9)ING back-up faciliteit, portefeuilleontvangsten
673 162
3
-
10)ING back-up faciliteit, additionele fee
22 183
3
-
11)Schaderestituties EKV
40 200
5
-
12)Overige ontvangsten EKV
-
-40 000
5
-
13)Overige ontvangsten (saldo)
20 757
Stand 2e suppletoire begroting 2010
122 650 541
Toelichting
-
-
-
1.Voor de toelichting op de mutaties van de belastingontvangsten wordt verwezen naar de Najaarsnota 2010.
-
-
-
-
2.Op basis van de realisaties en de lage rente worden de geraamde ontvangsten met € 150 mln. neerwaarts bijgesteld.
-
-
-
-
3.De overige programma-ontvangsten vallen tegen voornamelijk vanwege de lagere ontvangsten bij de boetes en schikkingen.
-
-
-
-
4.Deze mutatie komt voort uit de eind 2009 verstrekte en geëffectueerde garanties uit hoofde van de garantieregeling interbancaire leningen.
-
-
-
-
5.De raming is opwaarts bijgesteld als gevolg van meevallers bij de Gasunie en BNG.
-
-
-
-
6.Door rente effecten op de kapitaal- en geldmarkt wordt de raming opwaarts bijgesteld.
-
-
-
-
7.Aegon heeft dit jaar voor € 500 mln. van de in 2008 verstrekte securities teruggekocht.
-
-
-
-
8.Gekoppeld aan de terugkoop van securities door Aegon heeft de Staat ook de verschuldigde rente (€ 11,2 mln.) en een repurchase fee ontvangen (€ 51,6 mln.).
-
-
-
-
9.De portefeuille ontvangsten van de ING back-up faciliteit (IABF) worden grotendeels bijgesteld naar aanleiding van de resultaten uit de nieuwe analyse van de IABF en de gewijzigde eurodollar rekenkoers.
-
-
-
-
10.Doordat de funding fee opwaarts is bijgesteld is ook de hiervan afgeleide additionele betaling opwaarts bijgesteld.
-
-
-
-
11.Doordat de getroffen betalingsregelingen goed worden nagekomen is de raming voor de recuperaties opwaarts bijgesteld.
-
-
-
-
12.Door de meevallende schade-uitkeringen hoeft er geen beroep te worden gedaan op de begrotingsreserve.
-
2.2 De beleidsartikelen
Artikel 1 Belastingen
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 1 Belastingen
Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: Het ontwerpen van beleid gericht op het genereren van inkomsten en het realiseren van niet-fiscale doelstellingen van het overheidsbeleid en het onderhouden en versterken van de bereidheid van burgers en bedrijven tot nakoming van hun wettelijke verplichting ten aanzien van de Belastingdienst
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
3 701 884
3 739 779
- 297 983
3 441 796
Uitgaven
3 701 884
3 739 779
- 297 983
3 441 796
Programma-uitgaven
809 602
804 657
-
-300 000
504 657
Waarvan juridisch verplicht
504 657
Doelst. 2 Door toezicht en opsporing bevorderen dat belastingplichtigen hun wettelijke verplichtingen nakomen
Heffings- en invorderingsrente
800 000
800 000
-
-300 000
500 000
Overige programma-uitgaven
9 602
4 657
0
4 657
Apparaatsuitgaven
2 892 282
2 935 122
2 017
2 937 139
Ontvangsten
110 781 297
112 256 688
2 318 614
114 575 302
Programma-ontvangsten:
Algemene doelstelling
Belastingontvangsten
109 618 172
111 063 463
2 509 627
113 573 090
Doelst. 2 Door toezicht en opsporing bevorderen dat belastingplichtigen hun wettelijke verplichtingen nakomen
Heffings- en invorderingsrente
795 000
798 500
-
-150 000
648 500
Overige programma-ontvangsten
347 153
373 753
-
-45 000
328 753
Apparaatsontvangsten
20 972
20 972
3 987
24 959
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Heffings- en Invorderingsrente (- € 300 mln.)
Als gevolg van de lage rente wordt de raming aangepast. Daarnaast wordt op basis van de realisatie tot nu toe de uitgavenraming additioneel aangepast.
Apparaatuitgaven (+ € 2 mln.)
Dit betreft diverse kleine (technische) mutaties, waaronder overboekingen van en naar andere departementen en een desaldering als gevolg van meer uitgaven i.v.m. werkzaamheden voor derden. Zie tevens de mutatie bij apparaatontvangsten.
Ontvangsten
Heffings- en Invorderingsrente (- € 150 mln.)
Als gevolg van de lage rente wordt de raming aangepast. Daarnaast wordt op basis van de realisatie tot nu toe de ontvangstenraming additioneel aangepast.
Overige programma-ontvangsten (- € 45 mln.)
Het vermoedelijk beloop van de overige programma-ontvangsten is € 45 mln. lager dan geraamd. Dit betreft met name tegenvallende boetes en schikkingen € 50 mln. Circa € 40 mln. van deze tegenvaller heeft betrekking op lagere boete-ontvangsten bij de motorrijtuigenbelasting. Daarnaast vallen de overige boeten en ontvangen schikkingen tegen (circa € 10 mln.). De ontvangsten n.a.v. doorberekende vervolgingskosten vallen ongeveer € 5 mln. hoger uit.
Apparaatontvangsten (+ € 4 mln.)
De mutatie bij apparaatontvangsten betreft ontvangsten vanwege werkzaamheden voor derden. Hier tegenover staan hogere apparaatuitgaven.
Belastingontvangsten (+ € 2 509,6 mln.)
In de Najaarsnota 2010 zijn de mutaties in de belastingontvangsten toegelicht. De aansluiting met de bedragen in de begrotingstoelichting (beleidsartikel 1, tabel budgettaire gevolgen van beleid) is als volgt:
Tabel: aansluiting met begrotingstoelichting IX-B, beleidsartikel 1 (x € 1000)*
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Mutaties 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (3)=(1+2)
Mutaties 2e suppletoire begroting 2010 (4)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (5)=(3+4)
Totaal belastingontvangsten
131 637 629
1 914 067
133 551 696
2 913 754
136 465 450
-/- Afdracht Gemeentefonds
-
-18 046 569
-
-375 098
-
-18 421 667
-
-209 068
-
-18 630 735
-/- Afdracht Provinciefonds
-
-1 302 485
-
-115 178
-
-1 417 663
-
-63 692
-
-1 481 355
-/- Afdracht BTW-Compensatiefonds
-
-2 670 403
21 500
-
-2 648 903
-
-131 367
-
-2 780 270
Belastingontvangsten IXB
109 618 172
1 445 291
111 063 463
2 509 627
113 573 090
-
*Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal
Artikel 2 Financiële Markten
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 2 Financiële markten
A. Garantieverplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: een integer financieel stelsel, waarin de financiële markten goed functioneren, voldoende toegankelijk en transparant zijn en een gunstige internationale concurrentiepositie kennen
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
0
152 884 131
0
152 884 131
waarvan garantieverplichtingen
Garantieregeling bancaire leningen (plafond)
0
152 899 131
152 899 131
Garantie kredietfaciliteit AFM
0
-
-15 000
-
-15 000
Ontvangsten
351 092
385 812
21 398
407 210
premieontvangsten garantieregeling bancaire leningen
351 092
385 812
21 398
407 210
B. Overige verplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: een integer financieel stelsel, waarin de financiële markten goed functioneren, voldoende toegankelijk en transparant zijn en een gunstige internationale concurrentiepositie kennen
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
75 663
86 354
94 975
181 329
Uitgaven
75 663
86 354
94 975
181 329
Programma-uitgaven
66 724
76 295
94 975
171 270
Waarvan juridisch verplicht
76 295
76 295
Doelst. 1 Goed functionerende financiële markten
Uitkering DGS Icesave
0
Voorfinanciering DNB
93 200
93 200
Bijdrage toezicht AFM
27 492
27 992
720
28 712
Bijdrage toezicht DNB
19 015
28 515
28 515
Platform CentiQ
3 500
2 787
1 055
3 842
Rechtspraak financiële markten
1 000
1 000
1 000
Overige programma-uitgaven
770
1 454
1 454
Doelst. 2 Integer financieel stelsel
Caribbean Financial Action Taskforce
32
32
32
Doelst. 3 Ongestoorde muntcirculatie
Muntcirculatie
14 915
14 515
14 515
Apparaatsuitgaven
8 939
10 059
10 059
Ontvangsten
7 962
7 987
438
8 425
Totaal programma-ontvangsten
7 962
7 987
438
8 425
Doelst. 1 Goed functionerende financiële markten
Overige programma-ontvangsten
2 778
2 803
438
3 241
Doelst. 3 Ongestoorde muntcirculatie
Ontvangsten muntwezen
5 184
5 184
5 184
Toename munten in circulatie
0
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Platform CentiQ (+ € 1,1 mln.)
De raming wordt opwaarts bijgesteld op basis van de bijdragen van de partners (Min SZW € 375 000, het Verbond van Verzekeraars € 340 000 en de Nederlandse Vereniging van Banken € 340 000) t.b.v. het platform CentiQ voor het jaar 2010.
Voorfinanciering Depositogarantiestelsel DSB (+ € 93,2 mln.)
Dit jaar zal DNB, de uitvoerder van het Depositogarantiestelsel (DGS), het door haar voorgeschoten bedrag i.h.k.v. het DGS (inzake uitkeringen i.v.m. DSB) terugvorderen van de banken. De Wft maximeert echter de bijdrage die per kalenderjaar van een bank gevraagd mag worden, gerekend naar de solvabiliteits- en liquiditeitspositie van de bank. Voor een klein deel van de banken wordt dit maximum overschreden. Dit excedent dient te worden voorgefinancierd. De ECB staat niet langer toe dat DNB dit voorfinanciert, derhalve zal de minister van Financiën het van deze banken terug te vorderen bedrag aan DNB voorfinancieren. De rentekosten zullen door DNB worden vergoed. De voorfinanciering zal grotendeels worden terugbetaald in 2011, het restant in 2012.
Ontvangsten
Premieontvangsten garantieregeling bancaire leningen ( + € 21,4 mln.)
Deze mutatie betreft de premieontvangsten van de eind 2009 verstrekte en geëffectueerde garanties uit hoofde van de garantieregeling bancaire leningen. Deze garantieregeling loopt af op 31 december 2010.
Artikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 3 Financieringsactiviteiten publiek-private sector
A. Garantieverplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: Bedrijfseconomische doelmatigheid en optimaal financieel resultaat bij investeren in en verwerven, afstoten en beheren van de financiële en vaste activa van de Staat
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
0
950 000
0
950 000
Verplichting counter indemnity
0
950 000
950 000
Uitgaven
2 100
6 900
- 5 257
1 643
Programma-uitgaven
2 100
6 900
-
-5 257
1 643
Waarvan juridisch verplicht
1 643
Doelst. 1 Beheer van staatsdeelnemingen
Dotatie begrotingsreserve TenneT
0
4 800
-
-3 157
1 643
Overige programma-uitgaven
Regeling BF
2 100
2 100
-
-2 100
0
Ontvangsten
169 000
189 660
- 3 277
186 383
Programma-ontvangsten
169 000
189 660
-
-3 277
186 383
Doelst. 1 Beheer van staatsdeelnemingen
Premie-ontvangsten garantie TenneT
4 800
-
-3 157
1 643
0
Doelst. 4 Beheer van financiële instellingen
0
Premie-inkomsten Capital Relief Instrument
169 000
165 746
-
-668
165 078
Premie-inkomsten counter indemnity
19 114
19 114
0
Overige programma-ontvangsten
0
Regeling BF
548
548
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Dotatie begrotingsreserve Tennet (- € 3,2 mln.)
In 2010 heeft Tennet de overname van het transportnet van E.on (Transpower) definitief afgerond. Om deze overname te financieren heeft de Staat een lening van € 300 mln. verstrekt met een looptijd van 10 jaar. De staat ontvangt ieder jaar een premie. In 2010 valt de premie lager uit, waardoor er minder in de begrotingsreserve wordt afgestort.
Regeling BF (- € 2,1 mln.)
Onder de regeling BF (bijzondere financiering) staan nog een paar kredieten uit. Het is niet de verwachting dat deze in 2010 tot een schade leiden.
Ontvangsten
Premie-ontvangsten garantie Tennet (- € 3,2 mln.)
Zie toelichting bij de uitgaven.
Premie-inkomsten capital relief instrument (- € 0,7 mln.)
Op verzoek van ABN AMRO is een garantie van de Staat op een deel van de Nederlandse hypothekenportefeuille beëindigd. Hierdoor zijn de verwachte premie-inkomsten naar beneden bijgesteld.
Regeling BF (+ € 0,5 mln.)
Uit de nog openstaande kredieten onder de afbeheerde BF-portefeuille wordt ongeveer een half miljoen aan provisie ontvangen.
B. Overige verplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: Bedrijfseconomische doelmatigheid en optimaal financieel resultaat bij investeren in en verwerven, afstoten en beheren van de financiële en vaste activa van de Staat
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
3 009 542
2 936 917
- 212 920
2 723 997
Back-up faciliteit ING
570 000
-
-203 000
367 000
Uitgaven
3 009 542
5 741 700
689 654
6 431 354
Programma-uitgaven
3 000 000
5 712 096
696 854
6 408 950
Waarvan juridisch verplicht
6 408 950
Doelst. 1 Beheer van deelnemingen
Uitkering superdividend NS
0
1 400 000
1 400 000
Doelst. 2 Aangaan en afstoten van staatsdeelnemingen
Verwerving vermogenstitels
0
0
0
Doelst. 3 PPS en Activabeleid
PPS
1 000
5 000
-
-50
4 950
Doelstelling 4 Beheer van financiële instellingen
Kapitaalversterkingen ING, Aegon en SNS Reaal
0
0
0
Mandatory Convertible Note(s)
0
0
0
Tweede herkapitalisatie ABN AMRO
0
1 230 000
1 230 000
Kasschuif Tweede herkapitalisatie ABN AMRO
0
-
-302 000
-
-302 000
Overige programma-uitgaven
Uitvoeringskosten tijdelijke regeling subsidie tankstations
0
0
0
Back-up faciliteit ING
Management Fee
46 000
46 592
408
47 000
Funding Fee
2 953 000
3 332 504
696 496
4 029 000
Apparaatsuitgaven
Personeel en materieel
5 087
5 149
-
-249
4 900
Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen
4 455
24 455
-
-6 951
17 504
Ontvangsten
4 706 561
4 986 453
1 926 483
6 912 936
Programma-ontvangsten
4 706 561
4 986 453
1 926 483
6 912 936
Doelst. 1 Beheer van staatsdeelnemingen
Opbrengst onttrekking vermogenstitels
0
0
0
Dividend staatsdeelnemingen
413 555
376 360
233 640
610 000
Rente en aflossing div. leningen
67 006
67 006
67 006
Winstafdracht DNB
838 000
964 000
430 000
1 394 000
Afdrachten Holland Casino
20 000
10 000
10 000
Afdrachten Staatsloterij
60 000
90 000
90 000
Doelst. 2 Aangaan en afstoten van staatsdeelnemingen
Opbrengst verkoop vermogenstitels
0
0
305
305
Doelst. 4 Beheer van financiële instellingen
Dividend financiële instellingen
0
0
6 410
6 410
Aflossing kapitaalversterking ING, Aegon en SNS
500 000
500 000
Couponbetaling en/of boetebetaling kapitaalversterking
91 881
62 834
154 715
Terug te vorderen uitvoeringskosten staatsdeelnemingen
0
8 110
-
-2 610
5 500
Renteontvangsten Mandatory Convertible Note
80 000
0
0
Doelst. 5 Back-up faciliteit ING
Verwachte portefeuille ontvangsten
3 127 000
3 067 838
673 162
3 741 000
Garantie fee
101 000
102 502
498
103 000
Additionele fee
0
54 817
22 183
77 000
Additionele garantiefee
0
153 939
61
154 000
Overige programma-ontvangsten
Overige programma-ontvangsten
0
0
0
Tijdelijke regeling subsidie tankstations
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Verplichting Back-up faciliteit ING (- € 203 mln.)
De hogere portefeuilleontvangsten leiden tot een neerwaartse bijstelling van de verplichting voor 2010.
Back-up faciliteit ING (+ € 696,5 mln.)
De funding fee is ten opzichte van de 1e suppletoire begroting naar boven bijgesteld. Dit is gevolg van twee effecten. Ten eerste worden de hogere portefeuilleontvangsten die onder de IABF van ING binnenkomen weer terugbetaald aan ING. Hierdoor daalt de verplichting aan ING. In de tweede plaats leidt de gewijzigde eurodollar rekenkoers tot een opwaartse bijstelling van de geraamde uitgaven in euro’s.
PPS Zuid-as (- € 50 000)
Voor het onderzoeken van een levensvatbare business case is een rijksvertegenwoordiger aangesteld. Deze mutatie betreft de overboeking naar het ministerie van Milieu en Infrastructuur als bijdrage voor de nacalculatiekosten van de rijksvertegenwoordiger.
Uitvoeringskosten staatsdeelnemingen (- € 7,0 mln.)
De advieskosten in het kader van de kredietcrisis vallen mee. Een aantal kosten van projecten vallen lager uit dan gebudgetteerd, waaronder de EC Remedy.
Ontvangsten
Dividend staatsdeelnemingen (+ € 233,6 mln.)
De dividendraming is naar boven bijgesteld. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door meevallende dividenden van de Gasunie en BNG.
Winstafdracht DNB (+ € 430 mln.)
Door rente effecten op de kapitaal- en geldmarkt wordt de raming opwaarts bijgesteld.
Opbrengst verkoop vermogenstitels (+ € 0,3 mln.)
Eind 2006 heeft de staat haar belang in het Archeologisch Dienstencentrum (ADC) afgestoten. Bij deze verkoop is een earn out regeling (= mogelijkheid tot extra opbrengst) afgesproken, waaronder door ADC een bedrag van circa € 262 500 aan de staat is uitgekeerd. Daarnaast heeft de staat het haar toekomende deel uit het kapitaal van MTS Amsterdam ontvangen.
Dividend financiële instellingen (+ € 6,4 mln.)
Dit betreft een definitieve verrekening tussen consortiumpartners (zijnde de Staat, Santander en RBS). Hieruit voortvloeiend ontving de Staat op 15 Juli ad € 6,41 miljoen uit RFS Holdings BV.
Aflossing en couponbetaling Aegon (+ € 562,8 mln.)
Aegon heeft dit jaar een gedeelte (€ 500 mln) van de in 2008 verstrekte securities vervroegd teruggekocht. Deze mutatie betreft de nominale waarde van de securities (aflossing). De couponbetalingen (€ 62,8 mln) betreffen zowel de verschuldigde rente (€ 11,2 mln) alsook een premie voor vervroegde terugbetaling (€ 51,6 mln), de zogenaamde repurchase fee. Een deel van de couponbetalingen (15%) zal indirect via de Belastingdienst ontvangen worden.
Terug te vorderen uitvoeringskosten staatsdeelnemingen (- € 2,6 mln.)
Doordat er in 2010 minder advieskosten (i.v.m. de kredietcrisis) zijn gemaakt die voor doorbelasting in aanmerking komen, blijven de ontvangsten uit dien hoofde achter.
Verwachte portefeuille ontvangsten Back-up faciliteit ING ( + € 673,2 mln.)
Voor de raming is in de 2e suppletoire begroting is gebruikt gemaakt van de resultaten uit de nieuwe analyse van de IABF (Kamerstukken II 2010/11, 31 371, nr. 353). Als gevolg daarvan zijn de portefeuilleontvangsten voor 2010 ten opzichte van de 1e suppletoire begroting omhoog bijgesteld. Daarnaast is de eurodollar rekenkoers waarmee de dollarstromen worden omgerekend gewijzigd waardoor de geraamde ontvangst in euro opwaarts is bijgesteld.
Additionele fee (+ € 22,2 mln.)
De additionele fee is een van de funding fee afgeleide betaling. Doordat de funding fee opwaarts is bijgesteld is ook de additionele betaling opwaarts bijgesteld.
Artikel 4 Internationale financiële betrekkingen
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 4 Internationale financiële betrekkingen
A. Garantieverplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: een financieel-economisch gezond en welvarend Europa en een evenwichtige internationale financieel-economische ontwikkeling
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
113 445
34 586 503
0
34 586 503
waarvan garantieverplichtingen
Doelst. 1 Gezonde en stabiele monetaire en budgettaire ontwikkeling van de EU en haar lidstaten.
Garantie Stabiliteitsmechanisme EU (EFSM)
0
2 946 000
2 946 000
Garantie Stabiliteitsmechanisme SPV (EFSF)
0
25 872 000
25 872 000
Garantie kredieten EU betalingsbalansteun
0
1 232 500
1 232 500
Doelst. 2 Effectieve en efficiënte IFI's
Garantieverplichtingen DNB inzake kredietfaciliteit BIS
113 445
113 445
113 445
Garantieverplichting DNB IMF
0
4 422 558
4 422 558
B. Overige verplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: een financieel-economisch gezond en welvarend Europa en een evenwichtige internationale financieel-economische ontwikkeling
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
2 587
4 706 736
1 715
4 708 451
Betalingsverplichtingen
2 587
4 706 736
1 715
4 708 451
Uitgaven
102 187
1 858 521
1 715
1 860 236
Programma-uitgaven
99 600
1 855 785
1 715
1 857 500
Waarvan juridisch verplicht
55 785
1 857 500
Doelst. 1 Gezonde en stabiele monetaire en budgettaire ontwikkeling van de EU en haar lidstaten.
Lening aan Griekenland
0
1 800 000
1 800 000
Deelneming EFSF
1 715
1 715
Doelst. 2 Effectieve en efficiënte IFI's
Deelneming multilaterale ontwikkelingsbanken en -fondsen
99 600
55 785
55 785
Apparaatsuitgaven
2 587
2 736
2 736
Ontvangsten
10 754
52 771
3 000
55 771
Doelst. 1 Gezonde en stabiele monetaire en budgettaire ontwikkeling van de EU en haar lidstaten.
Renteontvangsten lening Griekenland
0
42 017
3 000
45 017
Aflossingen lening Griekenland
0
0
0
Doelst. 2 Effectieve en efficiënte IFI's
Ontvangsten
10 754
10 754
10 754
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Deelname EFSF (+ € 1,7 mln.)
Ten gevolge van de schuldencrisis heeft de Europese Raad besloten tot instelling van verschillende stabiliteitsmechanismen; European Financial Stability Facility (EFSF) vormt hier onderdeel van. Op 7 juni 2010 is EFSF officieel opgericht. EFSF had bij aanvang een ingelegd vermogen en geplaatst kapitaal van respectievelijk € 31 000 en € 30 miljoen. Zoals reeds richting de Eerste en Tweede Kamer gecommuniceerd (TK 2009-2010, 21 501-07, nr. 739), beloopt het Nederlands aandeel in het ingelegd vermogen en het geautoriseerd kapitaal 5,71%. Dit staat gelijk aan een deelname van € 1,7 miljoen.
Ontvangsten
Rente ontvangsten Griekenland (+ € 3 mln.)
Voor de leningen aan Griekenland wordt een rente berekend die gebaseerd is op de variabele Euribor rente. Gebleken is dat de eerste rentebetalingen die Nederland ontvangen heeft voor de leningen aan Griekenland hoger zijn dan aanvankelijk was geraamd. Dit komt doordat de Euribor rente hoger is gebleken dan destijds was geraamd.
Artikel 5 Exportkredietverzekering en investeringsgaranties
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 5 Exportkredietverzekering en investeringsgaranties
A. Garantieverplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: Een completere markt voor verzekering van betalingsrisico's die zijn verbonden aan export en aan investeringen in het buitenland
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
11 936 056
13 420 820
0
13 420 820
EKV
11 332 276
11 332 276
11 332 276
Omzetpolissen
0
1 484 764
0
1 484 764
TRhi
453 780
453 780
0
453 780
MIGA
150 000
150 000
0
150 000
Uitgaven
120 500
160 500
- 40 000
120 500
Programma-uitgaven
120 500
160 500
-
-40 000
120 500
Waarvan juridisch verplicht
152 475
0
114 475
Doelst. 1 Herverzekeringsfaciliteiten
Schade-uitkering EKV
120 000
160 000
-
-40 000
120 000
Schade-uitkering TRhi
500
500
0
500
Schade-uitkering MIGA
0
0
Schade-uitkering omzetpolissen
0
0
Ontvangsten
111 050
151 050
- 4 800
146 250
Programma-ontvangsten
111 050
151 050
-
-4 800
146 250
Doelst. 1 Herverzekeringsfaciliteiten
Premies EKV
40 000
40 000
-
-5 000
35 000
Premies TRhi
1 250
1 250
0
1 250
Schaderestituties EKV
69 800
69 800
40 200
110 000
Overige programma-ontvangsten
0
40 000
-
-40 000
0
B. Overige verplichtingen Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: Een completere markt voor verzekering van betalingsrisico's die zijn verbonden aan export en aan investeringen in het buitenland
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
14 375
14 392
0
14 392
Uitgaven
14 375
14 392
0
14 392
Programma-uitgaven
0
0
0
0
Apparaatsuitgaven
14 375
14 392
0
14 392
Personeel en materieel
1 469
1 486
0
1 486
Kostenvergoeding Atradius DSB
12 906
12 906
0
12 906
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Schade-uitkeringen EKV (- € 40 mln.)
De schaderamingen zijn mede onder invloed van toenemende schadedreigingen als gevolg van de kredietcrisis bij de Voorjaarsnota met € 40 mln. verhoogd. Door de aantrekkende wereldeconomie en door de schadebeperkende maatregelen die zijn getroffen, kan de schaderaming inmiddels weer neerwaarts worden bijgesteld.
Ontvangsten
Premieontvangsten (- € 5 mln.)
Het aantal zaken dat in verzekering is genomen blijft enigszins achter bij de eerdere verwachtingen, waardoor de raming voor de premieontvangsten negatief bijgesteld wordt.
Recuperaties (+ € 40,2 mln.)
Doordat de getroffen betalingsregelingen goed worden nagekomen is de raming voor de recuperaties opwaarts bijgesteld.
Overige programma-ontvangsten (- € 40 mln.)
Als dekking voor de verwachte hogere schade-uitkeringen werd bij Voorjaarsnota een beroep op de begrotingsreserve voorzien. Door de meevallende schade-uitkeringen kan dit beroep op de begrotingsreserve vervallen.
Artikel 7 Beheer materiële activa
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 7 Beheer materiële activia Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: De verwerving, het beheer en de vervreemding van onroerende en roerende zaken door het Rijk is doelmatig.
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
92 844
309 744
13 134
322 878
Uitgaven
92 844
102 744
13 134
115 878
Programma-uitgaven
66 694
76 594
11 100
87 694
Waarvan juridisch verplicht
49 415
7 300
56 715
Doelst. 1 Optimaal handelen in Vastgoed
Anticiperende aankopen en gebiedsgerichte ontwikkeling
10 000
10 000
0
10 000
Doelst. 2 Beheer/verkoop Onroerende Zaken
Onderhoud en beheerskosten
8 779
14 079
2 200
16 279
Zakelijke lasten
47 915
49 415
7 300
56 715
Overige programmauitgaven
0
3 100
1 600
4 700
Doelst. 3 Bewaring/vervreemding Roerende Zaken
Apparaatsuitgaven
26 150
26 150
2 034
28 184
Ontvangsten
168 638
319 721
13 408
333 129
Programma-ontvangsten
168 459
319 542
11 508
331 050
Doelst. 1 Optimaal handelen in Vastgoed
Anticiperende aankopen en gebiedsgerichte ontwikkeling
0
0
408
408
Doelst. 2 Beheer/verkoop Onroerende Zaken
Verkoop onroerende zaken
36 545
196 545
9 700
206 245
Beheersontvangsten
95 014
100 014
0
100 014
Overige programma-ontvangsten
35 400
35 400
1 400
36 800
Doelst. 3 Bewaring/vervreemding Roerende Zaken
Verkoop roerende zaken
1 500
-
-12 417
0
-
-12 417
Apparaatsontvangsten
179
179
1 900
2 079
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Onderhouds- en beheerskosten (+ € 2,2 mln.)
Er is € 1,0 mln. meer nodig voor het doen van pachtafkopen. Tevens is bij de verkoop van vliegveld Twente overeengekomen dat Financiën bijdraagt aan de saneringskosten van het vliegveld.
Zakelijke lasten (+ € 7,3 mln.)
De zakelijke lasten nemen toe door een stijging van de waterschapslasten (€ 3,8 mln.) en van de overige zakelijke lasten (€ 3,5 mln.).
Overige programma-uitgaven (+ € 1,6 mln.)
Het betreft een terugbetaling van in het verleden ten onrechte ontvangen toeslagrechten (€ 0,9 mln.) en een betaling aan een waterschap voor overdracht van rechten (€ 0,7 mln.).
Apparaatuitgaven (+ € 2,0 mln.)
Er wordt € 1,9 mln. toegevoegd aan het eigen vermogen van de ontwikkelingspoot van het RVOB, als buffer voor risico’s op projecten.
Ontvangsten
Verkoop onroerende zaken (+ € 9,7 mln.)
De verkoopopbrengsten komen € 9,7 mln. hoger uit dan geraamd, met name door een hogere realisatie op de agrarische verkopen.
Overige programma-ontvangsten (+ € 1,4 mln.)
Een deel van de hogere waterschapslasten (€ 1,4 mln.) kan worden doorbelast aan de gebruikers.
Apparaatsontvangsten (+ € 1,9 mln.)
Het eigen vermogen van het RVOB lag per ultimo 2009 boven de 5% norm: het deel boven de 5% (€ 1,9 mln.) wordt afgeroomd naar het moederdepartement.
Artikel 8 Begrotingsbeleid
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 8 Begrotingsbeleid Bedragen x € 1 000
Algemene beleidsdoelstelling: Het budgettaire beleid creëert de randvoorwaarden om maatschappelijke ambities, nu en in de toekomst, te verwezenlijken.
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
32 787
33 595
- 1 295
32 300
Uitgaven
32 787
33 595
- 1 295
32 300
Programmauitgaven
4 680
5 055
-
-1 675
3 380
Waarvan juridisch verplicht
5 055
-
-1 675
3 380
Doelst. 3 Verminderen regeldruk voor bedrijven
Vermindering regeldruk
4 680
5 055
-
-1 675
3 380
Apparaatsuitgaven
28 107
28 540
380
28 920
Ontvangsten
5 829
5 829
37
5 866
Apparaatsontvangsten
5 829
5 829
37
5 866
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Vermindering regeldruk ( - € 1,7 mln.)
De uitgaven in het kader van de administratieve lastenvermindering (Regiegroep Regeldruk) vallen lager uit dan verwacht.
Apparaatsuitgaven (+ € 380 000)
De mutatie heeft voornamelijk betrekking op de toekenning van het budget voor Sociaal Flankerend Beleid.
Artikel 9 Algemeen
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 9 Algemeen Bedragen x € 1 000
Algemeen
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
128 112
142 141
6 856
148 997
Uitgaven
128 112
142 141
6 856
148 997
Totaal apparaatsuitgaven
128 067
142 096
6 856
148 952
Apparaatsuitgaven
120 467
134 496
6 856
141 352
Uitvoeringskosten omslagstelsel Rijkswagenpark
7 600
7 600
0
7 600
Tegoeden WOII
45
45
0
45
Ontvangsten
11 462
15 769
3 500
19 269
Apparaatsontvangsten
3 862
8 169
3 500
11 669
Omslagstelsel Rijkswagenpark
7 600
7 600
0
7 600
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Apparaatuitgaven (+ € 6,9 mln.)
De mutatie is voornamelijk het gevolg van uitgaven aan ICT-gerelateerde interdepartementale projecten en overige uitgaven zoals personele en financiële overgang van enkele communicatiemedewerkers naar een gemeenschappelijke communicatieafdeling bij Algemene Zaken.
Ontvangsten
Apparaatontvangsten ( + € 3,5 mln.)
De ontvangsten hebben voornamelijk betrekking op de afroming van het eigen vermogen van Domeinen Roerende Zaken.
Artikel 10 Nominaal en onvoorzien
Budgettaire gevolgen van beleid - beleidsartikel 10 Nominaal en onvoorzien Bedragen x € 1 000
Onvoorzien
Stand ontwerp- begroting 2010 (1)
Stand 1e suppletoire begroting 2010 (2)
Mutaties 2e suppletoire begroting (3)
Stand 2e suppletoire begroting 2010 (4)=(2+3)
Verplichtingen
1 714
1 714
1 176
2 890
Uitgaven
1 714
1 714
1 176
2 890
Onvoorzien
1 714
1 714
1 176
2 890
Loonbijstelling
0
0
0
0
Prijsbijstelling
0
0
0
0
Toelichting
Verplichtingen en uitgaven
Onvoorzien ( + € 1,2 mln.)
Deze technische mutatie wordt voornamelijk verklaard door de verdeling van de taakstelling bedrijfsvoering rijk binnen het ministerie van Financiën. De taakstelling was in 2009 eerst verwerkt op artikel 10 en in dit jaar verdeeld tussen het kerndepartement en de Belastingdienst.