27790 - Interpellatie-Buijs inzake spoedeisende hulp in Spijkenisse e.o.
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Deze interpellatie werd gehouden op 7 juni 2001 en werd aangevraagd door Tweede Kamerlid Siem Buijs1 van de CDA op 6 juni 2001. De interpellatie richtte zich tot de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport Els Borst-Eilers2.
De interpellatie werd gehouden naar aanleiding van het sluiten van spoedeisende hulp in het ziekenhuis van Spijkenisse 's nachts en in de weekenden. De heer Buijs heeft vragen gesteld over de aanrijtijden van ambulances en bereikbaarheid van spoedeisende hulp.
Na de aanvraag van deze interpellatie werden er twee moties ingediend door de Kamer. Beide werden verworpen.
Interpellatie-Buijs inzake spoedeisende hulp in Spijkenisse e.o.
Bij dit dossier werden in de Tweede Kamer twee moties ingediend. (4 stuks)2 |
7 juni 2001, brief, nr. 1
KST53586 Brief minister over de sluiting van de spoedeisende hulp bij het Ruwaard van Puttenziekenhuis - Interpellatie inzake spoedeisende hulp in Spijkenisse e.o. publicatie: 12 juni 2001 |
2 |
7 juni 2001, motie, nr. 2
KST53610 Motie over een plan van aanpak om de de huidige knelpunten op te lossen - Interpellatie inzake spoedeisende hulp in Spijkenisse e.o. publicatie: 12 juni 2001 |
2 |
7 juni 2001, motie, nr. 3
KST53611 Motie over het oprichten van een landelijk servicenet met een centrale pool voor in te zetten arbeidskrachten - Interpellatie inzake spoedeisende hulp in Spijkenisse e.o. publicatie: 12 juni 2001 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met alle documenten in dit dossier en een overzicht van verwante dossiers.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.Huisarts uit Goes, die achtenhalf jaar Tweede Kamerlid voor het CDA was. In de Kamer een vooraanstaand woordvoerder volksgezondheid, die zich daarnaast echter ook bezighield met visserijaangelegenheden, rampenbestrijding en kansspelen. Verder was hij enige jaren voorzitter van de commissie voor VROM. Voor hij Kamerlid werd actief in vele organisaties op het gebied van de zorg en in de landelijke huisartsenvereniging. Speelde dankzij veel inhoudelijke kennis een belangrijke rol in debatten over onder meer het nieuwe zorgstelsel, de kosten van de gezondheidszorg, ambulancevervoer en het antirookbeleid.
- 2.Minister van Volksgezondheid in de kabinetten-Kok en bij de verkiezingen 1998 lijsttrekker van D66. Werd na een loopbaan als arts, ziekenhuisdirecteur, hoogleraar en vicevoorzitter van de Gezondheidsraad minister in het kabinet-Kok I en in het Kok II tevens vicepremier. Tijdens haar ministerschap werden medisch-ethische kwesties geregeld zoals euthanasie, medisch-wetenschappelijk onderzoek en onderzoek met embryo's. Kreeg als minister te maken met de problematiek van wachtlijsten in de zorg en het tekort aan medisch personeel en werd hierover fel aangevallen door de oppositie van links en rechts. Deskundige minister die veel wetgeving tot stand bracht. Riep door haar liberale opvattingen in medisch-ethische kwesties in sommige kringen wel weerstand op, maar werd algemeen geacht als een wijze en betrokken bewindsvrouw.