Rapport Bij het Jaarverslag 2009 van het Huis Der Koningin (I) - Jaarverslag en slotwet Huis der Koningin 2009

Dit rapport is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 32360 I - Jaarverslag en slotwet Huis der Koningin 2009.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Jaarverslag en slotwet Huis der Koningin 2009; Rapport Bij het Jaarverslag 2009 van het Huis Der Koningin (I)
Document­datum 25-08-2011
Publicatie­datum 19-05-2010
Nummer KST139589
Kenmerk 32360 I, nr. 2
Externe link origineel bericht
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2009–2010

32 360 I

Jaarverslag en slotwet Huis der Koningin 2009

Nr. 2

RAPPORT BIJ HET JAARVERSLAG 2009 VAN HET HUIS DER KONINGIN (I)

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

’s-Gravenhage, 19 mei 2010

Hierbij bieden wij u het op 7 mei 2010 door ons vastgestelde «Rapport bij het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin (I)» aan.

Algemene Rekenkamer

drs. Saskia J. Stuiveling, president

dr. Ellen M.A. van Schoten RA, secretaris

Inhoud

1                   Inleiding                                                                                         5

1.1                Over dit onderzoek                                                                        5

1.2                Over het Huis der Koningin                                                          5

2                   Kwaliteitskaart                                                                              7

2.1                Toelichtingophet instrument kwaliteitskaart                            7

2.2                Toelichting op de kwaliteitskaart van het Huis der Koningin                                                                                         9

3                   Oordelen over het jaarverslag                                                   10

3.1                Oordeel overdefinanciële informatie                                      10

3.2                Oordeel over saldibalansentoelichting                                   10

4                   Begroting vandeKoning                                                           12

4.1                Aanleiding                                                                                    12

4.2                Begroting 2010 vandeKoning                                                  12

4.3                Verantwoordingencontrole                                                      14

4.4                Herziening regelingen Koninklijk Huis                                      16

5                   Reactie minister vanAZ                                                             17 Overzicht fouten en onzekerheden niet van toepassing                             18 Gebruikte afkortingen                                                                                      19 Literatuur                                                                                                          20

1 INLEIDING

In dit rapport presenteren wij de resultaten van ons rechtmatigheidson-derzoek bij het Huis der Koningin. Hieronder gaan we eerst in op onze onderzoeksaanpak en wijze van rapporteren. Daarna volgt een korte beschrijving van het Huis der Koningin. In hoofdstuk 2 tonen we de kwaliteitskaart van het Huis der Koningin. In hoofdstuk 3 presenteren wij vervolgens onze oordelen over het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin. In hoofdstuk 4 gaan we in op de veranderingen vanaf 2010 die samenhangen met de wijziging van begroting I in de Koning. In hoofdstuk 5 ten slotte geven wij de reactie van de minister van Algemene Zaken (AZ) op dit onderzoek weer, aangevuld met ons nawoord.

1.1  Over dit onderzoek

De Algemene Rekenkamer doet jaarlijks rechtmatigheidsonderzoek bij het Rijk. Wij doen dit onderzoek uit hoofde van onze wettelijke taak zoals beschreven in de Comptabiliteitswet 2001 (CW 2001). Wij gaan elk jaar na of de informatie in de jaarverslagen over het gevoerde beleid, over de bedrijfsvoering en over de financiën tot stand is gekomen volgens de daarvoor geldende regels en goed is weergegeven in de jaarverslagen. Daarnaast onderzoeken we ook de bedrijfsvoering zelf. Hiervoor gaan we onder andere na of het financieel beheer en het materieelbeheer voldoen aan de eisen die de CW 2001 (art. 82) stelt.

In ons rapport bij het jaarverslag melden we zowel de fouten en onzekerheden in de financiële informatie die de kwantitatieve tolerantiegrenzen overschrijden als de fouten en onzekerheden in de financiële informatie die naar hun aard de kwalitatieve tolerantiegrenzen overschrijden. Onder «fouten» verstaan we financiële informatie die niet rechtmatig tot stand gekomen is (dat wil zeggen: het begrotingsgeld is niet volgens de regels ontvangen of uitgegeven), of die niet deugdelijk is weergegeven (dat wil zeggen: er is geen goede verantwoording afgelegd in het jaarverslag).

Van «onzekerheden» spreken we wanneer we door onvolkomenheden in het financieel beheer niet kunnen vaststellen of er sprake is van fouten.

Wij rapporteren over de resultaten van ons onderzoek per jaarverslag. In totaal zijn er 28 jaarverslagen. Dit rapport gaat over het jaarverslag van het Huis der Koningin.

Op www.rekenkamer.nl kunt u meer lezen over hoe onze rapporten bij de jaarverslagen tot stand komen. Afkortingen die specifiek zijn voor dit rapport, zijn opgenomen in de bijlagen.

1.2  Over het Huis der Koningin

Het jaarverslag van het Huis der Koningin richt zich op de uitkeringen aan de leden van het Koninklijk Huis. Het Ministerie van Algemene Zaken is verantwoordelijk voor dit jaarverslag. Dat betekent dat de minister van AZ in het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin verantwoording aflegt over de uitkeringen die in 2009 zijn betaald aan de leden van het Koninklijk Huis. Over de bedrijfsvoering van het Ministerie van AZ rapporteren wij in ons Rapport bij het Jaarverslag 2009 van het Ministerie van Algemene Zaken (Algemene Rekenkamer, 2010).

De uitgaven en verplichtingen van het Huis der Koningin in 2009 bedroegen € 6 961 000. Dit bedrag bestaat uit twee componenten:

een A-component die het inkomensbestanddeel vormt (€ 1 289 000);

een B-component voor de personele en materiële kosten (€ 5 672 000).

Tabel 1 Uitgaven Huis der Koningin in 2009 (bedragen x € 1000)

 

Uitkering aan

A

B

Totaal

H.M. de Koningin

Z.K.H. Prins Willem-Alexander

H.K.H. Prinses Máxima

809 240 240

4 195

1 108

369

5 004

1 348

609

 

1 289

5 672

6 961

Deze opbouw van de uitkering aan de leden van het Koninklijk Huis vloeit voort uit een wijziging van de Wet financieel statuut van het Koninklijk Huis met ingang van 1 januari 2009. Voorheen bestond de uitkering uit drie componenten. In tabel 2 is de voormalige opbouw van de uitkering aan de leden van het Koninklijk Huis vergeleken met de huidige opbouw van de uitkering.

Tabel 2 Vergelijking opbouw uitkering leden Koninklijk Huis 2008 en 2009 (bedragen x € 1000)

 

Opbouw uitkering

2008

 

Met

ingang van

2009

 
 

component

bedrag

component

 

bedrag

Inkomensbestanddeel Personele kosten Materiële kosten

C A B

1  243

2  200 2 683

 

A B B

 

1 289 } 5 672

   

6 126

     

6 961

In de Begroting 2009 van het Huis der Koningin (AZ, 2008) is de stijging van de uitgaven van het Huis der Koningin in 2009 toegelicht. De stijging van de uitgaven betreft voornamelijk een budgetoverheveling van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) naar het Huis der Koningin.

Bijlage bij het jaarverslag

Bij het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin is een bijlage gevoegd over de uitgaven in andere jaarverslagen die samenhangen met het Koninklijk Huis. Het gaat hier om uitgaven die rechtstreeks of op declaratiebasis ten laste komen van de begrotingen van andere ministeries. Deze bijlage maakt geen deel uit van het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin. Daarom controleert de auditdienst van het Ministerie van Economische Zaken (EZ) deze bijlage niet en valt deze evenmin onder ons oordeel.

Met ingang van de nieuwe Begroting 2010 van de Koning (I) is de bijlage vervallen. In overleg met de Algemene Rekenkamer heeft het Ministerie van AZ bij het opstellen van de bijlage over 2009 aansluiting gezocht bij de opzet van de nieuwe begroting van de Koning.

2 KWALITEITSKAART

2.1 Toelichting op het instrument kwaliteitskaart

De kwaliteitskaart is een nieuw instrument van de Algemene Rekenkamer, dat we voor het eerst hebben opgenomen in onze rapporten bij de jaarverslagen 2008.

De kwaliteitskaart bestaat uit twee delen. In deel I zijn onze bevindingen gekoppeld aan de begrotingsartikelen. Dit deel van de kaart laat per artikel zien:

of het begrotingsartikel wordt geraakt door geconstateerde onvolkomenheden in de bedrijfsvoering van het Ministerie van AZ, met mogelijk gevolgen voor de rechtmatigheid, de betrouwbaarheid van gegevens of de kwaliteit van beleidsinformatie;

of wij als gevolg van geconstateerde onvolkomenheden daadwerkelijk fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid of deugdelijke weergave hebben geconstateerd;

of de geconstateerde fouten en onzekerheden de kwantitatieve tolerantiegrenzen overschrijden.

In deel II van de kwaliteitskaart vormen de organisatieonderdelen en de te beheersen bedrijfsvoeringsprocessen het uitgangspunt. Omdat het Ministerie van AZ verantwoordelijk is voor de verstrekking van de uitkeringen aan de leden van het Koninklijk Huis, is dit deel van de kwaliteitskaart niet van toepassing op het Huis der Koningin.

Voor een verdere toelichting op het instrument kwaliteitskaart verwijzen wij naar onze website: www.rekenkamer.nl. Hier vindt u achtergrondinformatie over de kwaliteitskaart en over de gehanteerde criteria en ordeningsprincipes.

Kwaliteitskaart 2009 deel I begrotingsartikelen Huis der Koningin

Zie AAL punt:

artikel dat gevolgen kan ondervinden van de onvolkomenheid (mogelijke gevolgen voor bijvoorbeeld rechtmatigheid, betrouwbaarheid gegevens of doelrealisatie)

artikel waar fouten of onzekerheden in de rechtmatigheid of deugdelijke weergave zijn geconstateerd als gevolg van de onvolkomenheid

.o ■o

§

c O

Beleidsartikelen

 
   

El

ü

 

ÏJt Bedrijfsvoering

 

€ Financiële info

Art. nr. Omschrijving                                                                     Uitgaven (xl.000)

01             Uitkering aan de leden van het Koninklijk Huis                 €                6.961

Tolerantiegrenzen gehele jaarverslag overschreden?

2.2 Toelichting op de kwaliteitskaart van het Huis der Koningin

Bedrijfsvoering

Bij het Ministerie van AZ hebben we geen (ernstige) onvolkomenheden geconstateerd in de bedrijfsvoering. Dit komt mede tot uiting in deel I van de kwaliteitskaart van het Huis der Koningin.

Financiële informatie

Uit deel I van de kwaliteitskaart van het Huis der Koningin blijkt dat bij geen enkel begrotingsartikel de tolerantiegrens voor de omvang van fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave, wordt overschreden. De tolerantiegrens voor het jaarverslag van het Huis der Koningin als geheel wordt daardoor ook niet overschreden.

3 OORDELEN OVER HET JAARVERSLAG

De Algemene Rekenkamer heeft het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin beoordeeld. Wij hebben onderzocht of de minister het begrotingsgeld volgens de regels heeft ontvangen en uitgegeven en of hij daarover in het jaarverslag goed verantwoording heeft afgelegd.

In dit hoofdstuk lichten wij ons oordeel over het jaarverslag toe. Dit oordeel bestaat uit deeloordelen over:

de financiële informatie (§ 3.1);

de saldibalans (§ 3.2).

3.1 Oordeel over de financiële informatie

De financiële informatie in het jaarverslag bestaat uit de verantwoordings-staat waarin de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten zijn weergegeven, en de toelichting daarbij.

De financiële informatie dient op grond van de CW 2001: rechtmatig tot stand te zijn gekomen; deugdelijk te zijn weergegeven; te voldoen aan de verslaggevingsvoorschriften.

De financiële informatie in het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin voldoet aan de eisen die de CW 2001 stelt. Dit betekent dat wij geen belangrijke fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave hebben geconstateerd die onze tolerantiegrenzen overschrijden, en dat de informatie voldoet aan de verslagge-vingsvoorschriften.

Het totaalbedrag aan geconstateerde fouten en onzekerheden blijft ook onder de tolerantiegrens voor de financiële informatie in het jaarverslag als geheel.

De bijlage bij het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin maakt geen deel uit van het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin. Daarom valt deze ook niet onder het oordeel van de auditdienst en de Algemene Rekenkamer over dit jaarverslag.

Omdat we geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de financiële informatie in dit jaarverslag, is het gebruikelijk overzicht van fouten en onzekerheden niet opgesteld voor dit rapport.

3.2 Oordeel over saldibalans en toelichting

De saldibalans is een overzicht van de posten die aan het eind van het jaar nog openstaan en die naar het volgende jaar moeten worden meegenomen. Bij de saldibalans hoort een toelichting waarin nadere informatie wordt verstrekt over de afzonderlijke posten op deze balans.

De informatie in de saldibalans dient op grond van de CW 2001: rechtmatig tot stand te zijn gekomen; deugdelijk te zijn weergegeven; te voldoen aan de verslaggevingsvoorschriften.

Oordeel

De informatie in de saldibalans in het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin voldoet aan de eisen die de CW 2001 stelt. Dit betekent dat wij geen belangrijke fouten en onzekerheden in de rechtmatigheid en de deugdelijke weergave hebben geconstateerd die de tolerantiegrenzen overschrijden, en dat de informatie voldoet aan de verslaggevingsvoorschriften.

Het totaalbedrag aan geconstateerde fouten en onzekerheden in de saldibalansposten blijft ook onder de tolerantiegrens voor de saldibalans als geheel.

Omdat we geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de saldibalans, is het gebruikelijk overzicht van fouten en onzekerheden niet opgesteld voor dit rapport.

Oordeel

4 BEGROTING VAN DE KONING

Met ingang van 2010 is de titel van Begroting I gewijzigd in de Koning en omvat de begroting de uitgaven die rechtstreeks samenhangen met de functie van de constitutionele Koning als staatshoofd. De nieuwe begroting de Koning moet een integraal inzicht geven in de uitgaven die samenhangen met de uitoefening van het koningschap.

In dit hoofdstuk beschrijven we kort de aanleiding voor de wijziging van Begroting I (§ 4.1). We vergelijken de Begroting 2010 van de Koning met de Begroting 2009 van het Huis der Koningin en gaan na of de Begroting 2010 voldoet aan de gekozen opzet (§ 4.2). Vervolgens gaan we in op de verantwoording voor de kosten van de nieuwe Begroting I en de toereikendheid van de controle daarop (§ 4.3). Tot slot gaan we in op de herziening van de regelingen voor het Koninklijk Huis die samenhangen met de wijziging van de begroting (§ 4.4).

4.1  Aanleiding

Mede aanleiding voor de nieuwe begroting waren onze opmerkingen in ons Rapport bij het Jaarverslag 2007 van het Huis der Koningin (Algemene Rekenkamer, 2008). In dit rapport gingen we in op de in hoofdstuk 1 genoemde bijlage bij het jaarverslag van het Huis der Koningin. Deze bijlage bevat een overzicht van de uitgaven in jaarverslagen van andere departementen die samenhangen met het Koninklijk Huis. Wij vonden dat een inzichtelijke en integrale verantwoording van die uitgaven ontbrak. Wij vonden een nadere bezinning op de status en de totstandkoming van (de informatie in) de bijlage daarom noodzakelijk.

In juni 2008 beloofde de minister-president op verzoek van de Tweede Kamer een nieuwe opzet van de begroting van het Huis der Koningin. Deze nieuwe opzet werd voorbereid door de interdepartementale Stuurgroep herziening stelsel kosten Koninklijk Huis. De voorzitter was oud-minister Zalm. De stuurgroep heeft op 27 februari 2009 zijn rapport als advies aan de minister-president aangeboden. De minister-president heeft de Tweede Kamer op 6 maart 2009 per brief laten weten dat hij de aanbevelingen van de commissie integraal overneemt (AZ, 2009).

4.2  Begroting 2010 van de Koning

In ons Rapport bij het Jaarverslag 2008 van het Huis der Koningin (Algemene Rekenkamer, 2009) zijn we ingegaan op de aanbevelingen van de stuurgroep en de systematiek voor de nieuwe Begroting I. We constateerden dat de nieuwe opzet van de Begroting I mogelijkheden biedt voor een inzichtelijke en integrale verantwoording van de kosten van het Koninklijk Huis aan de Tweede Kamer.

De Begroting 2010 van de Koning is de eerste begroting die volgens de nieuwe systematiek is opgezet. We hebben vastgesteld dat de Begroting 2010 van de Koning overeenkomt met de aanbevelingen van de stuurgroep. In onderstaande figuur zijn de artikelen met hun onderdelen van de Begroting 2010 van de Koning opgenomen. Daarbij hebben we een vergelijking gemaakt met de Begroting 2009 van het Huis der Koningin.

Vergelijking onderdelen Begroting 2010 van de Koning en Begroting 2009 van het Huis der Koningin

Huis der Koningin 2009

Art. 1 Uitkeringen Koninklijk Huis € 7,0 miljoen

Kosten in andere begrotingen

Declarabele functionele uitgaven € 25,2 miljoen

Facilitair en ondersteuning

Verkeer en Waterstaat

Koninklijk Staldepartement

WWI

Personeels- en beheerkosten paleizen

de Koning 2010 € 39,6 miljoen

Art. 1 Uitkeringen Koninklijk Huis € 7,1 miljoen

Art. 2 Functionele uitgaven € 26,8 miljoen

via Dienst Koninklijk Huis

Dienst Koninklijk Huis

Personeel en materieel

Luchtvaartuigen

Groene Draeck

Overige uitgaven andere begrotingen € 77,8 miljoen

Bezoek Nederlandse Antillen en Aruba

Kabinet der Koningin

Ambtelijke ondersteuning Koningin

Algemene Zaken

Rijksvoorlichtingsdienst

Verkeer en Waterstaat

Luchtvaartuigen

Defensie

Luchtvaartuigen

Groene Draeck Militair Huis

Beveiliging

BZK

Beveiliging

Buitenlandse Zaken

Staatsbezoeken

WWI

Instandhouding paleizen

Art. 3 Doorbelaste uitgaven € 5,7 miljoen

van andere begrotingen

Kabinet der Koningin

Ambtelijke ondersteuning Koningin

 
   

Defensie

Militair Huis

   
     
 
 

Kosten in andere begrotingen

(niet gespecificeerd)

 
 

BZK

Beveiliging

 
     
 

Defensie

Beveiliging

 
     
 

Buitenlandse Zaken

Staatsbezoeken

 
     
 

WWI

Instandhouding paleizen

 

Door de herschikking van de uitgaven, stijgen de uitgaven van Begroting I van € 7,0 miljoen in 2009 naar € 39,6 miljoen in 2010. Uitgaven van het Koninklijk Huis die voorheen in andere begrotingen waren opgenomen, zijn voortaan in de begroting van de Koning opgenomen voor zover deze uitgaven functioneel zijn voor het uitoefenen van het koningschap.

De begrote uitgaven van het Koninklijk Huis, inclusief de uitgaven in de bijlage bij Begroting I, bedroegen in 2009 € 110 miljoen. Zoals hiervoor vermeld, bedragen de begrote uitgaven van het Koninklijk Huis in 2010 € 39,6 miljoen. Het verschil van € 70,4 miljoen wordt veroorzaakt doordat de uitgaven voor beveiliging, staatsbezoeken en instandhouding van paleizen volgens de aanbevelingen van de stuurgroep niet onder de Begroting I van de Koning zijn verantwoord. Deze uitgaven van het Koninklijk Huis vielen en blijven vallen onder de begrotingen van de verantwoordelijk ministers. Het betreft de ministers van BZK, Defensie, Buitenlandse Zaken en Wonen, Wijken en Integratie. De begrote uitgaven voor het Koninklijk Huis zijn in deze begrotingen volgens de aanbevelingen van de stuurgroep niet afzonderlijk vermeld omdat zij onderdeel uitmaken van het bredere beleid van de voornoemde departementen.

In de begroting van de Koning loopt het grootste deel van de uitgaven van het Koninklijk Huis via de Dienst Koninklijk Huis. Deze functionele uitgaven, die gerelateerd zijn aan de uitoefening van het koningschap, worden op declaratiebasis door de Dienst Koninklijk Huis namens de Koning ingediend bij de minister-president en ten laste van de begroting van de Koning betaald.

4.3 Verantwoording en controle

In ons Rapport bij het Jaarverslag 2008 van het Huis der Koningin beschreven we ook de verantwoordings- en controlesystematiek voor de begroting van de Koning (Algemene Rekenkamer, 2009). De verantwoor-dings- en controlesystematiek worden door het Ministerie van AZ verder uitgewerkt in richtlijnen voor de verantwoording over het beheer en de controle daarop door de betreffende auditdiensten. Inmiddels is een concept Interne administratieve organisatie relatie Rijk-Koninklijk Huis voor de begroting van de Koning opgesteld waarin de richtlijnen zijn opgenomen. Aan de hand van dit concept zijn we nagegaan hoe de opzet van de verantwoording voor en controle van de begroting van de Koning is geregeld. Onze bevindingen zijn opgenomen in de hiernavolgende tabel 3, in de wetenschap dat het concept Interne administratieve organisatie relatie Rijk-Koninklijk Huis verder verfijnd wordt door het ministerie.

Tabel 3 Verantwoording en controle begroting van de Koning 2010

Opzet verantwoording

Opzet controle

Artikel 1 Uitkeringen

Artikel 2 Functionele uitgaven

Artikel 3 Doorbelaste uitgaven

Auditdienst EZ controleert berekening en verantwoording

AZ stelt protocol op voor externe accountant DKH

Auditdienst EZ verricht review op de werkzaamheden van de externe accountant DKH

Specifieke controle door auditdienst EZ

AZ berekent en betaalt uitkeringen

Verantwoording door Thesaurier van Dienst Koninklijk Huis aan AZ

Verantwoording is voorzien van accountantsverklaring door externe accountant DKH

Verantwoording door Kabinet der Koningin over uitgaven aan AZ

Auditdienst EZ geeft accountants-verklaring af bij verantwoording van AZ waarvan uitgaven Kabinet der Koningin deel uitmaken

Verantwoording door RvD over uitgaven voor Koninklijk Specifieke controle door auditdienst EZ

Huis aan AZ

Auditdienst EZ geeft accountants-verklaring af bij

verantwoording van AZ waarvan uitgaven RvD deel

uitmaken

Verantwoording door Defensie over uitgaven Militair Huis aan AZ

Auditdienst Defensie geeft accountantsverklaring af bij verantwoording uitgaven Militair Huis

Specifieke controle door auditdienst Defensie

Bron: (concept) Interne administratieve organisatie relatie Rijk-Koninklijk Huis in relatie tot begroting de Koning, 2010

De belangrijkste veranderingen in de verantwoording en controle hebben betrekking op de functionele uitgaven (artikel 2) en de doorbelaste uitgaven (artikel 3).

In het controleprotocol voor de externe accountant van de Dienst Koninklijk Huis zal worden opgenomen dat de externe accountant de uitgaven van het Koninklijk Huis toetst op functionaliteit en aan de afspraken die aan de uitgaven ten grondslag liggen. We adviseren het Ministerie van AZ om het controleprotocol als bijlage op te nemen bij de administratieve organisatie. Hierdoor zal de systematiek van verantwoording en controle in één document kunnen worden gepresenteerd. De auditdienst van het Ministerie van EZ zal de komende drie jaar een review uitvoeren op de werkzaamheden van de externe accountant van de Dienst Koninklijk Huis. Na deze drie jaar zal de auditdienst een evaluatie uitvoeren om te bezien of een jaarlijkse review gewenst is of dat er een review kan plaatsvinden op basis van een risicoanalyse.

De doorbelaste uitgaven zullen worden gecontroleerd door de departementale auditdiensten en worden voorzien van een accountantsverklaring. De departementale auditdienst van het Ministerie van Defensie geeft een accountantsverklaring af bij de verantwoording van de uitgaven door het Militair Huis. Voor de uitgaven door het Kabinet der Koningin en de Rijksvoorlichtingsdienst zal de auditdienst van het Ministerie van EZ geen aparte accountantsverklaring afgegeven. De auditdienst van het Ministerie van EZ is zowel controlerend accountant van de verantwoording van het Ministerie van AZ als voor de verantwoording van de Koning.

Bij verandering van auditdienst door het Ministerie van AZ (hetzij voor de verantwoording van het Ministerie van AZ of de verantwoording van de Koning) zal moeten worden bezien of een aparte accountantsverklaring

alsnog moet worden afgegeven voor de doorbelaste uitgaven van het Kabinet der Koningin en de Rijksvoorlichtingsdienst.

4.4 Herziening regelingen Koninklijk Huis

In de Begroting 2009 van het Huis der Koningin verstrekte het Ministerie van AZ een overzicht van alle openbare regelingen voor het Koninklijk Huis (AZ, 2008). Het betreft meer dan zeventig wetten, waaronder Koninklijke Besluiten, ministeriële regelingen, departementale regelingen, convenanten en brieven.

In verband met de overgang naar de nieuwe begroting van de Koning vonden wij het noodzakelijk dat het Ministerie van AZ nagaat of alle regelingen voor het Koninklijk Huis nog van toepassing zijn of geactualiseerd dienen te worden.

Het Ministerie van AZ heeft inmiddels de herziening ter hand genomen. Uit een analyse van het ministerie blijkt dat een herziening vooral zal plaatsvinden in de zogenoemde lagere regelgeving. Departementale regelingen, convenanten en brieven zijn of worden herzien in het kader van het opstellen van de Interne administratieve organisatie relatie Rijk-Koninklijk Huis.

5 REACTIE MINISTER VAN AZ

De minister-president, minister van AZ, heeft op 21 april 2010 gereageerd op ons Rapport bij het Jaarverslag 2009 van het Huis der Koningin. Hij schrijft met belangstelling kennis te hebben genomen van het conceptrapport. Gelet op ons positieve oordeel omtrent de financiële informatie en de saldibalans, ziet hij geen aanleiding voor een nadere reactie. De volledige brief staat op onze website: www.rekenkamer.nl.

Onze constatering dat de Begroting 2010 van de Koning overeenkomt met de aanbevelingen van de Stuurgroep herziening stelsel kosten Koninklijk Huis, doet de minister-president, de minister van AZ deugd. Dit in het licht van de door ons gemaakte opmerking in het rapport bij het Jaarverslag 2008 van het Huis der Koningin, waarin we aangaven dat de nieuwe opzet mogelijkheden biedt voor een inzichtelijke en integrale verantwoording van de kosten van het Huis der Koningin aan de Tweede Kamer. De door ons gesignaleerde aandachtspunten met betrekking tot de verantwoording en controle van de begroting zal de minister-president, de minister van AZ ter harte nemen.

OVERZICHT FOUTEN EN ONZEKERHEDEN NIET VAN TOEPASSING

Omdat we geen fouten en onzekerheden hebben aangetroffen in de financiële informatie in het jaarverslag en in de saldibalans, hebben we het gebruikelijke overzicht van fouten en onzekerheden niet opgesteld voor dit rapport.

GEBRUIKTE AFKORTINGEN

AZ                           (Ministerie van) Algemene Zaken

BZK                         (Ministerie van) Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

CW 2001                Comptabiliteitswet 2001

DKH                        Dienst Koninklijk Huis

EZ                           (Ministerie van) Economische Zaken

RvD                         Rijksvoorlichtingsdienst

WWI                       Wonen, WijkenenIntegratie

Op www.rekenkamer.nl staat een verklarende woordenlijst met begrippen die veel voorkomen in onze rapporten bij de jaarverslagen.

LITERATUUR

Algemene Rekenkamer (2008). Rapport bij het Jaarverslag 2007 van het Huis der Koningin. Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2008, 31 444 I, nr. 2. Den Haag: Sdu.

Algemene Rekenkamer (2009). Rapport bij het Jaarverslag 2008 van het Huis der Koningin. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 31 924 I, nr. 2. Den Haag: Sdu.

Algemene Rekenkamer (2010). Rapport bij het Jaarverslag 2009 van het Ministerie van Algemene Zaken. Tweede Kamer, vergaderjaar 2009–2010, 32 360 III, nr. 2. Den Haag: Sdu.

Ministerie van Algemene Zaken (2008). Vaststelling van de begrotingsstaat van het Huis der Koningin (I) voor het jaar 2009. Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 31 700 I, nr. 2. Den Haag: Sdu.

Ministerie van Algemene Zaken (2009). Vaststelling van de begrotingsstaat van het Huis der Koningin (I) voor het jaar 2009. Brief minister bij het rapport over de nieuwe opzet van de begroting Huis der Koningin (I). Tweede Kamer, vergaderjaar 2008–2009, 31 700 I, nr. 5. Den Haag: Sdu.


 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.