Woekerpensioendeal eerlijk of niet?

Met dank overgenomen van P.H. (Pieter) Omtzigt i, gepubliceerd op maandag 12 april 2010.

De woekerpensioenen blijven me bezighouden. Twee weken geleden werd bekend dat de werkgevers en werknemers samen met de verzekeraars een compensatie hebben uitonderhandeld voor mensen die via hun werkgever een pensioen hebben bij een verzekeraar met veel te hoge kosten.

Meer dan 100.000 mensen krijgen dus compensatie van gemiddeld €1800 per persoon, een fors bedrag, dat aangeeft dat er behoorlijk wat mis kon zijn in deze markt.

Maar ik blijf met een knagend gevoel zitten: is het echt zo dat 80% wel OK was? En waarom is de compensatie afgeleid van de Wabeke-norm? Die compensatienorm ging over individuele contracten en niet over collectieve contracten. Bij die laatste hoef je per deelnemer toch echt minder kosten in rekening te brengen. Toch zijn de beide maxima ongeveer gelijk.

En ook is niet helemaal duidelijk hoe je nu kunt controleren hoeveel kosten zijn ingehouden. Want ik zie nog niet hoe de provisies (bij bijvoorbeeld de huisfondsen van verzekeraars) openbaar worden. Wie houdt dat toezicht.

En ten slotte de hamvraag; wie is nu eigenlijk verantwoordelijk? Bij een individuele polis zet je zelf een handtekening en ben je ook zelf een stukje verantwoordelijk.

Bij een collectieve beschikbare premieregeling ligt dat anders: daar sluit de werkgever het contract af en ben je verplicht mee te doen. De pensioenpremie wordt ook ingehouden op je loon. Nou als dan de premie vooral opgaat aan kosten, wie moet je dan aanspreken?

Reden genoeg voor een aantal serieuze vragen aan minister Donner.

Vragen van het lid Omtzigt aan de minister van SZW

  • 1. 
    Heeft u kennis genomen van het artikel “Lek Woekerpensioen gedicht” met als ondertitel “Critici noemen het een halfzachte reparatie”. (telegraaf, 6 April 2010)?
  • 2. 
    Klopt het dat van de 750.000 mensen met een woekerpensioen 110.000 mensen een compensatie zullen krijgen?
  • 3. 
    Bij de compensatieregeling is uitgegaan van de zogenaamde Wabekenorm, die gebaseerd is op individuele contracten. Echter het gaat hier om collectieve contracten, dus om meerdere mensen per contract, waarbij de (maximum) transactiekosten en provisiekosten toch lager zouden moeten leggen. Deelt u de mening dat het meer voor de hand gelegen zou hebben een strengere norm te hanteren?
  • 4. 
    Blijkens de tabel kan ook onder de norm meer dan de helft van het ingelegde geld opgaan aan kosten. Vindt u het fair wanneer meer dan de helft van de inleg uiteindelijk gebruikt wordt om de kosten van de verzekeraar en het beleggen te dekken? Zo nee, wat gaat u eraan doen om de norm omlaag te krijgen?
  • 5. 
    Mensen hebben op dit moment totaal geen inzicht in de kosten, die bijvoorbeeld door het beleggingsfonds gemaakt worden. Deelt u de mening dat verzekeraars voor oude polissen totale openbaarheid moeten bieden, zoals op de kosten van hun huisfonds? Zo ja, hoe gaat u bewerkstelligen dat die openheid er komt? Zo nee, hoe kunnen werknemers dan controleren dan zij de juiste compensatie ontvangen?
  • 6. 
    Werknemers hadden geen keuzevrijheid bij collectieve beschikbare premieregelingen. Indien zij erachter komen dat tot de helft van hun geld niet ten goede aan hun pensioen komt en zij niet hadden willen deelnemen, welke opties hebben zij dan nog om het hun aangedane onrecht recht te laten zetten? Hoe gaat u deze mensen een helpende hand bieden?
  • 7. 
    welke lessen heeft u geleerd naar aanleiding van deze collectieve woekerpensioen-affaire?

Critici noemen het een halfzachte reparatie

Lek woekerpensioen gedicht

AMSTERDAM - Magertjes, zo oordelen experts over de compensatie voor werknemers met een woekerpensioen. Verzekeraars baseren zich namelijk op een kostenmaximum dat soms nog slechter uitpakt dan de omstreden Wabeke-norm. Experts denken dat individuele werkgevers en werknemers er meer uit kunnen halen.

Zo’n 110.000 werknemers krijgen ieder gemiddeld €1820 compensatie op hun woekerpensioen. Maar 640.000 mensen krijgen niets. En is de compensatie wel zo hoog als je deze afzet tegen de grote bedragen die nu eenmaal met pensioen gemoeid zijn? Pensioenexpert Theo Gommer vindt het nieuwe kostenmaximum te hoog. „Een nieuw pensioencontract sluit je echt tegen veel lagere kosten af.” Financieel adviseur Rob Goedhart trekt eenzelfde conclusie. „De kosten kunnen nog steeds oplopen tot de helft van de inleg, en meer.”

----------------------------------------

Nieuwe kostennorm verzekeraars hapt nog steeds grote brokken uit pensioen

Zo’n 750.000 werknemers hebben in Nederland een beleggingspensioen. Hun werkgever heeft deze voor hen afgesloten bij een verzekeraar. Werkgever en werknemer betalen meestal samen de premie, die de verzekeraar in eigen huisfondsen belegt. In jargon heet dat een beschikbare premieregeling. Vergeet de term en onthoud dat de pensioenuitkering afhangt van de beleggingsrendementen.

Kosten

Ook zonder beurscrisis gaat er veel van het pensioen in rook op. Door de hoge kosten. De ophef hierover dwong het Verbond van Verzekeraars tot compensatie. Dit op basis van een kostengrens die twee weken geleden met de Stichting van de Arbeid (het overlegorgaan van werkgevers en werknemers) is afgesproken.

Verzekeraars moeten kosten terugbetalen, namelijk alles boven de kostengrens: jaarlijks 9,5% op de premie plus 1,5% op het belegde vermogen. De Wabeke-norm voor woekerpolissen - individuele beleggingsverzekeringen met een hoge kostenlading - was het uitgangspunt. Gommer, pensioenexpert van Akkermans & Partners: „Dat was te verwachten. Waren ze boven die norm gebleven, dan hadden ze forse kritiek gekregen. Zit je eronder, dan was dat opgevat als een signaal dat de Wabeke-norm te slap is.”

De hoge kosten van het woekerpensioen betreffen vooral ook de provisie voor de tussenpersoon, de adviseur die tussen verzekeraar en werkgever bemiddelt. Een pakket individuele pensioenpolissen was voor tussenpersonen kassa omdat per polis een provisie van duizenden euro’s (toen guldens) te verdienen viel. „Vermenigvuldig dat met twintig, dertig of honderd personeelsleden en je krijgt een klein kapitaal. Voor één deal met één werkgever. Dat was zelfs tussenpersonen te gortig, dus werd er een provisiekorting geregeld en werden de polissen in een soort mantelcontract ondergebracht. Vandaar het etiket semi-collectief.”

De kosten bleven echter erg hoog. De compensatieregeling heeft die schade nauwelijks beperkt. Volgens Gommer hebben verzekeraars alleen gekeken naar de kosten die ze in het verleden hebben gemaakt. Kosten die ze niet meer kunnen terugdraaien, omdat ze grotendeels bestaan uit de al betaalde provisie voor de tussenpersoon. „Ergens is dat standpunt van verzekeraars ook wel te begrijpen. De kosten mogen terecht zijn of niet, ze hebben ze wel gehad.”

Gemiste kans

Gommer vindt de kostennorm wel een gemiste kans. „Ik was een stap verder gegaan, met een scherp aanbod dat werkgevers, en hun werknemers, snel hadden kunnen accepteren.” De kostennorm is volgens hem 50% te hoog. „Als een werkgever goed onderhandelt, is de kostenlading in een pensioencontract nu maximaal 6% op de premie en echt maximaal 1% over de belegde waarde en dat moet inclusief de kosten zijn van het gebruikte beleggingsfonds zelf.” De norm beperkt zich niet voor niets tot het verleden, hij geldt niet voor nieuwe pensioencontracten.

Uit de berekeningen van Rob Goedhart, voormalig beleidsmedewerker van de Consumentenbond, blijkt dat de regeling voor het woekerpensioen niet veel verschilt met die voor de woekerpolissen, soms zelfs duurder uitpakt (zie tabel). Zo zorgt de 1,5% inhouding ervoor dat de kosten oplopen met het rendement op de beleggingsportefeuille. Bij een gemiddeld rendement van 6% is de consument na 25 jaar daardoor de helft (51%) van zijn inleg kwijt aan kosten. Toch nog een indrukwekkende kostenlast.

Goedhart heeft daarom moeite met een procentuele inhouding op het belegde vermogen. „Dat blijf ik raar vinden. Het is een beetje alsof een touroperator voor een reis meer kosten in rekening brengt naarmate er meer dagen zon zijn.” Dat ook bij slechte beleggingsresultaten nog steeds 1,5% in rekening worden gebracht, begrijpt Goedhart evenmin. Nu zal ook een beleggingsfonds al snel dergelijke kosten in rekening brengen, maar Goedhart twijfelt aan de bewering van de verzekeraars dat alle beleggingskosten in de norm zitten verwerkt. „We kunnen dat niet controleren, omdat de beleggingsfondsen van veel verzekeraars niet verplicht transparant zijn. We weten niet wat er binnen deze huisfondsen gebeurt.”

De woordvoerder van het Verbond van Verzekeraars stelt desgevraagd dat de kostennorm inclusief álle beleggingskosten is en er dus geen verborgen kosten meer in de beleggingsfondsen zitten. De gekozen kostennorm zorgt volgens hem juist voor een redelijke verdeling van kosten over diverse groepen klanten.