Vrijheid van meningsuiting, Cartoons en 'Verlichting' - Hoofdinhoud
Den Haag 22-03-2006 LET OP: EEN HEEL LANGE BLOG DIT KEER. Het is 18:31. Kom net uit het debat over de Vrijheid van Meningsuiting dat vandaag in de Tweede Kamer plaatsvond.
Aanleiding waren de zogenaamde Cartoon-rellen. De beruchte cartoons uit de Deens krant Jyllands Posten over de profeet Mohammed deed veel mensen de straat op gaan in een een aantal kladen in het Midden-Oosten. Er werden stenen gegooid naar de Deense ambassade en er vielen een fiks aantal doden bij ongeregeldheden. Daarop ontstond de discussie of dit soort uitingen (beledigende Cartoons) eigenlijk wel een juiste vorm van vrijheid van meningsuiting is. Uitgerekend onze eigen minister van Ontwikkelingssamenwerking Agnes van Ardenne schreef toen een artikel in 'The Yemen Times'een artikel over deze kwestie. Haar stelling was dat de vrijheid van meningsuiting natuurlijk belangrijk is, maar dat de 'seculiere fundamentalisten' in het Westen soms wel erg hard waren over religie.
Hieronder plak ik even de tekst die ik vandaag heb uitgesproken in de Tweede Kamer:
"Voorzitter.
De Vrijheid van meningsuiting is voor een vrijzinnige partij als D66 erg belangrijk. Mensen moeten hierin zo min mogelijk worden beperkt. Dat is in belang van de samenleving. Immers: Als mensen en hun meningen worden beperkt door angst, dan zullen niet de beste ideeën overleven, maar de minst controversiële
De cartoons uit denemarken zijn zo'n uiting. Die hebben tot veel beroering geleid. Mag je grappen maken over geloof? Over heilige zaken? Hoe ver gaat de vrijheid van meningsuiting?
De regering heeft toen bij monde van de minister-president haar positie ten opzichte van de vrijheid van meningsuiting duidelijk neergelegd. De <> status van de vrijheid van meningsuiting wordt ook door de minister van Buitenlandse Zaken in zijn brief bevestigd. We zijn daar blij mee.
Het is goed dat de vrijheid van meningsuiting wordt verdedigd.
Niet alleen maar omdat vrijheid een recht is, maar ook omdat het de samenleving méér laat zijn dan de som der delen.
Zowel op wetenschappelijk, religieus, sociaal-economisch als politiek gebied is vooruitgang altijd begonnen met individuen die de gangbare opinie ter discussie durfdeN te stellen.
In 1509 opende Erasmus met zijn 'Lof der Zotheid' een aanval op religieuze scherpslijpers, die vijf eeuwen later nog even relevant is. Het kwam hem op felle kritiek te staan. Galileos ontdekking dat de aarde om de zon draaide werd hem niet in dank afgenomen. Hij kreeg levenslang huisarrest. Toch was zijn aanval op de gevestigde opvattingen van belang. En in de jaren zestig van de vorige eeuw waren grote delen van de bevolking geschokt toen de feministische Dolle Mina's hun bh's publiekelijk verbrandden en leuzen als "Baas in eigen buik" scandeerden. Hun optreden baande wél de weg voor een serieus debat over abortus en vrouwenrechten.
Door de diversiteit van meningen en de vrijheid die te mogen uiten, worden discussies vaak tot een hoger plan getilt. Voor de kwaliteit van de wetenschap, de samenleving, maar misschien zelfs voor religieuze beleving is diversiteit van meningen belangrijk.
Nogmaals: Als mensen hun meningen niet meer dureven te uiten, dan zullen niet de beste ideeën overleven, maar de minst controversiële.
Succesvolle samenlevingen onderscheiden zich daarom ook door het feit dat mensen met macht niet gevrijwaard zijn van kritiek - integendeel! Politici, Wetenschappers en ook religie worden er zelfs beter van.
Maar dan wordt er ook gezegd: je mag wel kritiek hebben, maar moet je dan beledigen? Moet je dan choqueren? Mag je kwetsen? Moet je dan ook maar meteen alles zeggen? Zeker niet. Behalve wettelijke kaders (je mag niet oproepen tot geweld of haatzaaien), gelden ook persoonlijke overwegingen van smaak, fatsoen en effectiviteit.
Sommige critici prefereren fijne penseelstreken, terwijl anderen een grove kwast hanteren om hun kritiek te uiten. Zodra er grenzen zijn gesteld zullen mensen in een democratische samenleving die grenzen opzoeken. Het gaat dan ook in eerste instantie om de vraag hoe wij omgaan met deze grensgevallen.
Daar hebben we in eerste instantie de rechter voor, maar onderschat ook niet de kracht van het publieke debat.
Dat heeft een groot zelfreinigend vermogen. Burgers hebben in een open maatschappij de verantwoordelijkheid om ongefundeerde en grove beledigingen of gescheld te bekritiseren, of juist bewust te negeren. Platte beledigingen zullen zo vanzelf uitdoven.
Dan de uitspraken van minister Van Ardenne.
D66 vindt dat ze in haar artikel er een potje van heeft gemaakt.
Ze stelt dat er splising in de wereld is tussen mensen die niet geloven (seculier) en mensen die dat wel doen. Daaruit verklaart zij dat mensen zo verschillend reageren op zoiets als die cartoons.
Meent ze dit nu werkelijk? Hoe verklaart zij dan dat heel veel moslims (na de cartoons) nièt de straat op zijn gegaan. Hoe verklaart zij dan de enorme verschillen van mening binnen religieuze stromingen? Hoe verklaart ze in Saudie Arabie de vrouwen totaal geen rechten hebben, en dat dit wordt gebasseerd op de Koran, terwijl in New York er vrouwelijke imams zijn? Hoe verklaart ze dat binnen het Christendom de Paus nog steeds verbiedt dat vrouwen in het ambt mogen treden, maar dat de Remonstranten en Doopsgezinden al in de jaren twintig van de vorige eeuw al vrouwelijke dominees toeliet?
De ene religieze groep of individu staat open voor andere meningen, en de andere niet. Dat is naar mijn mening de werkelijke botsing die in de wereld aanwezig is.
U haalt in uw artikel Jonathan Sacks aan, de opperrabbi van de Unites Hebrew Congregations of The Commonwealth die in reactie op de "' Clash of Civilisations''; het boek The Dignity of Difference schreef. Ik heb boek vorig jaar ook gelezen, maar heb daaruit een ander citaat gehaald waarin hij juist wijst op de noodzaak van openheid van individuele gelovigen.
'"De test van het geloof is of ik (zo schrijft hij) ruimte kan maken voor verscheidenheid. Kan ik Gods aangezicht zien in iemand die niet op mij lijkt, weins taal, geloof, idealen verschillend zijn dan die van mij? Als ik dat niet kan, dan wil ik dat God op mij lijkt, in plaats van dat ik naar zijn voorbeeld leef. '(...)Verscheidenheid is een vorm van hoop, want het is gegrond op het besef dat vanwege onze verscheidenheid, wij allen iets unieks kunnen bijdragen aan het gezamenlijke project waar we deel van uitmaken"
Ik wil maar zeggen: de tegenstelling tussen seculier en niet seculier is vals. De scheidslijn is of je verscheidenheid kan toestaan, ook in eigen kring. Vooral ook in eigen kring. Die scheidslijn loopt zelfs dwars door religies heen. De ene vrijzinnige Christen staat toe dat homo's mogen trouwen maar de Amerikaanse Bible belt doet dat niet. De ene moslim wordt fundamentalist, en de anderen doen dat juist niet. Het ruimte bieden aan verschillen tussen mensen is een kern van de Verlichting.
U had een oproep tot verscheidenheid moeten doen in dat artikel in die Jemenitische krant, en niet de aanval moeten kiezen op de zogenaamde ‘fundamentalistische secularisten’.
Tenslotte.
"De minister stelt in haar artikel dat het "een onomstotelijk feit is dat culturen en religies de voornaamste bindende factoren van onze tijd zijn: de twintigste eeuw was een tijdperk van ideologieën, de eentwintigste eeuw wordt een tijdperk van identiteit"
Natuurlijk kan religie een samenbindend element zijn en inspiratie bieden. Maar ze doet net alsof religie de enige vorm is waaraan je identiteit kan ontlenen. Mensen kunnen hun identiteit ook aan andere zaken ontlenen. Aan muziek, aan literatuur, aan vrijzinnige denkers. Ik word bijvoorbeeld warm als ik teksten van John Stuart Mill lees in zijn boek Over Vrijheid'' . Religie heeft niet het alleenrecht op de moraal. Er zijn meer bronnen van inspiratie."
Tot zo ver..
Wel een erg lange Blog dit keer