Vier uw vierdagen - Hoofdinhoud
Het is nu al weer een ruime week geleden. In de vroege ochtend van zondag 24 augustus stierf mijn moeder. We waren er allemaal bij, thuis in Nieuwkoop. Het maakte diepe, diepe indruk. Inmiddels is de condoleance geweest, de herdenkingsdienst en is ze de 28ste augustus begraven. Op de dag daarna, de 29ste, werd ik 35 jaar. Op de 30ste vierden een tante en oom hun 45-jarig huwelijk, waar ik ook bij was. Een grote afwisseling van dagen. Een sterfdag, de dag van de begrafenis, de geboortedag en het vieren van een trouwdag. Mijn vader had vroeger een boekje van Abraham Kuyper in de kast staan, wat als titel had: ‘Vier uw Vierdagen’. De strekking was: Laat de ernst van het leven niet in de weg staan dat je óók het mooie, de liefde, het leven blijft vieren. En zo is het. Op de rouwkaart van mijn moeder een gedicht van J.C. Bloem dat daar precies op aansloot: “En voor altijd is dit mij bijgebleven/Hoe zeer veel stiller dood dan slapen is/dat het een dag’lijks wonder is te leven/en elk ontwaken een herrijzenis." Wat een mooie woorden: “Elk ontwaken een nieuwe herrijzenis”. Dat mag en moet gevierd worden.
Nog meer om te vieren
Twee jaar geleden is mijn moeder geopereerd aan een tumor in haar hoofd. Na de operatie en de bestraling leek het weg te zijn, maar eind februari dit jaar was het weer terug. Er was geen behandeling meer mogelijk. De maanden daarna hebben we veel ondernomen; familie bezocht, uitstapjes gemaakt en met de rolstoel door het dorp gecrosst. Mijn moeder wilde graag thuis blijven en dat kon. Er kwam een speciaal bed, een nieuwe rolstoel en allerhande andere hulpmiddelen. En er kwam thuiszorg. Eerst 1 keer per dag, en op het laatst vier keer per dag, plus een lieve wekelijkse huishoudelijke hulp, plus elke nacht een nachtzuster die de hele nacht in huis opbleef. Mijn moeder -die zelf bijna 50 jaar als verpleegkundige had gewerkt- onderging deze zorg met professionele interesse. Ze kletste met hen over de gezondheidszorg, over handige trucjes en over vroeger. Mijn bewondering voor deze vrouwen is alleen nog maar toegenomen. Wat een enorme betrokkenheid en liefde leggen zij in hun werk!
De laatste twee maanden kregen we ook hulp van de zogenaamde ‘Hospice’. Dat zijn vrijwilligers die gezinnen bijstaan als er iemand op sterven ligt. Mijn zus, mijn familie en ik probeerden om en om zoveel mogelijk de dagelijkse verzorging op ons te nemen, maar soms moesten we even op adem komen, even weg. Dan kwam de Hospice langs om een paar uur op te passen. Stuk voor stuk fantastische mensen die ons emotioneel als praktisch bijstonden. En dan spreek ik nog niet eens over de hulp van de huisartsen, buren, van oud-collega’s, van vrienden en kennissen. Wat is er veel goedheid!
Nog iets om te vieren: familie. Mijn moeder kwam uit een groot gezin. Negen zussen, vier broers, en natuurlijk hun echtgenoten en kinderen. Een aantal daarvan is in de jaren vijftig naar Amerika geëmigreerd, maar belden haar regelmatig op om te horen hoe het ging. De andere zussen en broers kwamen zeer regelmatig langs om te helpen: elke dag was er iemand. Ook nichten en neven waren zeer betrokken. In dit soort omstandigheden leer je hoe belangrijk familie is. Ook de dagen rond het sterven van mijn moeder bleek dat. Iedereen kwam langs om afscheid te nemen. En na het sterven liep opnieuw het huis vol. De ene tante legde mijn moeder af, de ander schreef met een mooi handschrift de adressen op de kaarten, een andere tante fikste de computer, weer een ander nam een pan soep mee om iedereen aan te sterken, en zo deed iedereen waar hij goed in was. Zeer, zeer dankbaar.
Op adem komen
Vandaag begint de eerste vergaderweek van de Tweede Kamer. Ik sla deze week nog eventjes over. De afgelopen twee maanden ben ik vrijwel continu bij mijn moeder geweest, heb haar verzorgd en verpleegd. De wallen staan ongeveer tot aan mijn mondhoeken. Even uitblazen, even op adem komen dus.
P.s
Levensbeschrijving + foto's lees je hier.
De toespraak die ik hield op de begrafenis, hier