Onzekerheid over PGO - Hoofdinhoud
Bijna een jaar geleden is de nieuwe subsidiesystematiek in werking getreden voor PGO’s. Met als doel: sterke en professionele organisaties, die de belangen van cliënten in het zorgveld ondersteunen en behartigen. Een belangrijke taak, omdat cliënten in het nieuwe zorgstelsel meer centraal moeten komen te staan.
Nu de eerste subsidieronde achter de rug is, maken we de balans op. En eerlijk gezegd valt die wat mij betreft niet positief uit. De minister ziet een goede ontwikkeling. Maar uit de vele brieven en mails die ik heb gekregen en uit gesprekken die ik heb gevoerd, komt een ander beeld naar voren. Er is grote onzekerheid over het voortbestaan van sommige pgo’s. De koepelvorming loopt verre van vlekkeloos, met name in de GGz en VG sector. En er worden zelfs subsidies verstrekt, waar helemaal geen behoefte aan blijkt te bestaan!
Mijn fractie heeft eerder gevraagd te waken voor het verlies aan diversiteit aan organisaties en met name waar het gaat om de kleinere pgo’s. Naar het nu lijkt, worden deze organisaties toch juist hard getroffen. Doordat er een grotere focus ligt op de projectsubsidies, worden deze pgo’s afhankelijk van de goedkeuring van hun projectvoorstellen. Daar kun je geen organisatie op bouwen. Het ene jaar zou je wel kunnen draaien, maar het volgende jaar weer niet, omdat er geen projecten zijn goedgekeurd. Bovendien ontbreekt bij de kleinere pgo’s vaak de expertise om goede projectvoorstellen in te dienen. Dat zie je ook bij de nu goedgekeurde projecten. Die zijn doorgaans ingediend door de grotere - professionelere - organisaties. Hoe schat de minister de kans in dat kleinere pgo’s gaan verdwijnen door de nieuwe subsidiesystematiek? En wat gebeurt er dan met de - ook door de minister - gewenste diversiteit aan pgo’s en de empowerment van specifieke doelgroepen?
Om kleinere pgo’s toe te rusten voor de nieuwe subsidiesystematiek, zijn er specifieke ontwikkelsubsidies ingesteld. Maar voor komend jaar hebben deze pgo’s daar eigenlijk niet zoveel aan. Op hetzelfde moment dat ze de ontwikkelsubsidie krijgen, moeten ze ook de projectvoorstellen indienen. Met andere woorden - de ontwikkeling komt een beetje te laat. De nieuwe subsidiesystematiek mag er niet toe leiden dat pgo’s die het beste projectplannen kunnen opstellen, ook de meeste subsidie krijgen. De focus moet liggen op de activiteiten van de pgo, niet op de manier waarop ze hun weg vinden in de bureaucratie.
Al met al trek ik de voorzichtige conclusie dat de nieuwe subsidiesystematiek te snel over de pgo’s is heen gekomen. De overgang is te groot. De uitgangspunten van het nieuwe beleid zijn goed, maar de pgo’s hebben zich hier niet goed op kunnen voorbereiden. Ik ben zeer benieuwd wat de minister hier van vindt...
Esmé Wiegman