Amato - Hoofdinhoud
13 april 2007
Het Italiaanse Ministerie van Binnenlandse Zaken heet Viminale. Het is een prachtig gebouw in klassieke stijl in het centrum van Roma, in de buurt van station Termini. De Minister, Giuliano Amato, ontvangt mij in zijn indrukwekkende werkkamer. Hij was één van de hoofdrolspelers van de Europese Conventie die het voorwerk verrichtte voor de Europese Grondwet. Samen met de andere vice-voorzitter, Jean-Luc Dehaene, hield hij Giscard d’Estaing min of meer op het rechte pad en vond hij voor alle landen aanvaardbare compromissen. Ook ik was lid van de Europese Conventie en in de twee jaar dat ik met Amato mocht samenwerken, ben ik hem om zijn grote juridische denkkracht en zijn politieke en diplomatieke gaven zeer gaan waarderen. Maar hij heeft mij echt voor zich gewonnen door zijn persoonlijke warmte, zijn toegankelijkheid, zijn humor en zijn vermogen tot zelfrelativering - een zeldzaam goed bij alle politici, maar zeker in Italië.
Ook bij de ontvangst in zijn werkkamer laat de ironie hem niet in de steek. Hij vertelt mij dat het Viminale de eerste zetel was van de Italiaanse regering toen Rome de hoofdstad werd van het eengemaakte Italië. Hij neemt mij mee naar de hoek van de kamer, waar een smalle deur toegang biedt tot een wenteltrap die naar een klein kamertje leidt boven de werkkamer, alwaar een bed staat. In dat bed hebben diverse premiers geslapen, vooral als het in de jonge democratie weleens erg spannend werd. “Gelukkig kan ik nog gewoon naar huis iedere avond, al scheelt het soms niet veel”, is het ironische commentaar van Amato. Even later neemt hij kort plaats achter zijn imposante neoklassieke bureau, dat net zo goed als eettafel van een groot jongensinternaat dienst zou kunnen doen. “Nog van Mussolini geweest”, laat hij mij achteloos weten, terwijl hij zijn pc afsluit en zijn secretaresse meldt dat wij naar zijn appartement vertrekken. Ook de korte autorit naar zijn appartement is een belevenis. Vóór en achter de zwaar gepantserde auto een escorte. “Tja”, is het commentaar van Amato, “ik geef leiding aan ruim 200.000 politiemensen en carabinieri, dus voor de maffia, de camorra en al die andere criminele benden en mogelijke terroristen ben ik de grote vijand.” Dan nemen mijn mensen liever geen risico.”
Ik mag van Amato gewoon aanschuiven bij het avondeten met zijn echtgenote. Het wordt een gezellige avond waarin wij afwisselend Italiaans en Engels spreken, omdat Engels nu eenmaal de werktaal in de Conventie was en als wij over de aanpassing van de verdragen spreken, vervallen we snel in het gebruikelijke Engelse jargon. Om vervolgens weer in het Italiaans over te gaan op de ellende die AS Roma bij Manchester United is overkomen en de maatregelen die Amato als verantwoordelijk minister moet nemen om het voetbalvandalisme in Italië aan te pakken.
Tot laat ’s avonds praten wij over de ingewikkelde sudoku die op het bord ligt van de 27 lidstaten van de EU. Hoe kunnen wij een nieuw verdrag maken dat tegemoet komt aan de zeer uiteenlopende wensen van landen die ‘nee’ hebben gezegd, landen die ‘ja’ hebben gezegd en landen die soms ‘jee’ en soms ‘na’ roepen? Een oplossing hebben we gisteravond niet gevonden, maar dankzij het voorwerk dat door mensen als Amato wordt verricht, hebben we wel steeds beter in kaart waar de grote struikelblokken liggen, waar mogelijke uitkomsten zich aandienen en waar een oplossing nog lang niet in zicht is. "En ook zo komen we weer een paar stappen vooruit,” is dan het ironische commentaar van deze Europese Italiaan.
Nieuw: Reageer op Timmermans'weblog op www.nederlandineuropa.nl!