Besluit nr. 1/94 van de Associatieraad EG-Turkije van 19 december 1994 met betrekking tot de toepassing van artikel 3 van het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst van Ankara op goederen die in de lidstaten van de EG werden verkregen - Hoofdinhoud

officiële titel

officiële Engelstalige titel

Avis juridique important

|

Besluit nr. 1/94 van de Associatieraad EG-Turkije van 19 december 1994 met betrekking tot de toepassing van artikel 3 van het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst van Ankara op goederen die in de Lid-Staten van de Gemeenschap werden verkregen

Publicatieblad Nr. L 356 van 31/12/1994 blz. 0023 - 0023

BESLUIT Nr. 1/94 VAN DE ASSOCIATIERAAD EG-TURKIJE van 19 december 1994 met betrekking tot de toepassing van artikel 3 van het Aanvullend Protocol bij de Overeenkomst van Ankara op goederen die in de Lid-Staten van de Gemeenschap werden verkregen (94/905/EG)

DE ASSOCIATIERAAD EG-TURKIJE,

Gelet op de Overeenkomst waarbij een associatie tot stand werd gebracht tussen de Europese Economische Gemeenschap en Turkije,

Gelet op het Aanvullend Protocol bij genoemde Overeenkomst, inzonderheid op artikel 3,

Overwegende dat de invoer van goederen die in de Europese Gemeenschap werden verkregen onder de voorwaarden bedoeld in artikel 3, lid 1, van het Aanvullend Protocol, overeenkomstig titel I, hoofdstuk I, afdeling I, en hoofdstuk II van bedoeld Protocol, afhankelijk is van de inning, in het land van uitvoer, van een compenserende heffing waarvan de hoogte bepaald wordt door de door Turkije toegepaste tariefverlaging;

Overwegende dat de Associatieraad EG-Turkije tijdens zijn 34e bijeenkomst op 8 november 1993 in een resolutie met betrekking tot de douane-unie heeft herhaald dat beide partijen vastbesloten zijn om te zijner tijd de toepassingsbesluiten te nemen die ertoe leiden dat de douane-unie in 1995 een feit wordt;

Overwegende dat Turkije op 1 januari 1994 is overgegaan tot een nieuwe verlaging van de douanerechten voor goederen die onder de regeling van artikel 10 van het Aanvullend Protocol vallen; dat door deze verlaging het totaal van de verlagingen waartoe Turkije is overgegaan 90 % bedraagt wat de lijst van 12 jaar betreft en 80 % wat de lijst van 22 jaar betreft; dat dientengevolge het percentage van de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief dat in aanmerking moet worden genomen voor de vaststelling van de compenserende heffing bij uitvoer uit de Gemeenschap naar Turkije 90 bedraagt voor de lijst van 12 jaar en 80 voor de lijst van 22 jaar;

Overwegende dat moet worden bepaald dat deze percentages, voor de produkten die onder het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal vallen, van toepassing zijn op de rechten van het eengemaakte EGKS-tarief,

BESLUIT:

Artikel 1

• 1. 

  Vanaf de datum van inwerkingtreding van dit besluit bedraagt het percentage van de rechten van het gemeenschappelijk douanetarief dat in aanmerking moet worden genomen voor de vaststelling van de compenserende heffing bedoeld in artikel 3 van het Aanvullend Protocol voor goederen verkregen in de Lid-Staten van de Gemeenschap 90 voor goederen van de lijst van 12 jaar en 80 voor goederen van de lijst van 22 jaar.

• 2. 

  De in lid 1 bedoelde percentages zullen worden verhoogd binnen de grenzen van de opeenvolgende verlagingen die door Turkije worden toegepast. De Associatieraad moet worden ingelicht over de data van toepassing van de nieuwe percentages.

Artikel 2

Voor goederen waarin produkten zijn verwerkt waarop het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal van toepassing is, worden de in artikel 1 bedoelde percentages toegepast op de rechten van het eengemaakte EGKS-tarief voor deze produkten.

Artikel 3

Dit besluit treedt drie maanden nadat het is aangenomen in werking.

Gedaan te Brussel, 19 december 1994.

Voor de Associatieraad De Voorzitter K. KINKEL

Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.