Verordening 2007/1451 - Tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogramma - Hoofdinhoud
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Verordening (EG) nr. 1451/2007 van de Commissie van 4 december 2007 betreffende de tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogrammaofficiële Engelstalige titel
Commission Regulation (EC) No 1451/2007 of 4 December 2007 on the second phase of the 10-year work programme referred to in Article 16(2) of Directive 98/8/EC of the European Parliament and of the Council concerning the placing of biocidal products on the marketRechtsinstrument | Verordening |
---|---|
Wetgevingsnummer | Verordening 2007/1451 |
Celex-nummer i | 32007R1451 |
Document | 04-12-2007 |
---|---|
Bekendmaking in Publicatieblad | 11-12-2007; OJ L 325, 11.12.2007,Special edition in Croatian: Chapter 03 Volume 055 |
Inwerkingtreding | 31-12-2007; in werking datum publicatie + 20 zie art 19 |
Einde geldigheid | 29-10-2014; opgeheven door 32014R1062 |
11.12.2007 |
NL |
Publicatieblad van de Europese Unie |
L 325/3 |
VERORDENING (EG) Nr. 1451/2007 VAN DE COMMISSIE
van 4 december 2007
betreffende de tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogramma
(Voor de EER relevante tekst)
DE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN,
Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap,
Gelet op Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 februari 1998 betreffende het op de markt brengen van biociden (1), en met name op artikel 16, lid 2,
Overwegende hetgeen volgt:
(1) |
Ingevolge Richtlijn 98/8/EG mogen lidstaten het op de markt brengen van biociden alleen toelaten indien deze werkzame stoffen bevatten die zijn opgenomen in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij die richtlijn. Krachtens de overgangsmaatregelen in artikel 16, lid 1, van Richtlijn 98/8/EG mogen lidstaten evenwel toelaten dat biociden op de markt worden gebracht die werkzame stoffen bevatten die niet in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG zijn opgenomen, maar op 14 mei 2000 al op de markt waren, hierna „bestaande werkzame stoffen” genoemd. Ingevolge lid 2 van dat artikel moet een tienjarig werkprogramma worden uitgevoerd voor de beoordeling van alle bestaande werkzame stoffen. Dit werkprogramma was bedoeld om de bestaande werkzame stoffen te identificeren en te bepalen welke van deze stoffen in het kader van het beoordelingsprogramma moeten worden geëvalueerd met het oog op een eventuele opneming ervan in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG. |
(2) |
De aanvangsfase van het programma werd vastgesteld bij Verordening (EG) nr. 1896/2000 van de Commissie van 7 september 2000 inzake de eerste fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende biociden bedoelde programma (2). |
(3) |
Volgens Verordening (EG) nr. 1896/2000 moesten bestaande werkzame stoffen voor gebruik in biociden worden geïdentificeerd en moest uiterlijk op 28 maart 2002 kennisgeving worden gedaan van de stoffen die voor een of meer productsoorten moesten worden geëvalueerd met het oog op een eventuele opneming in bijlage I, bijlage IA of bijlage IB bij Richtlijn 98/8/EG. |
(4) |
Verordening (EG) nr. 2032/2003 van de Commissie van 4 november 2003 inzake de tweede fase van het in artikel 16, lid 2, van Richtlijn 98/8/EG van het Europees Parlement en de Raad betreffende het op de markt brengen van biociden bedoelde tienjarige werkprogramma en houdende wijziging van Verordening (EG) nr. 1896/2000 (3) bevatte een lijst van bestaande werkzame stoffen. Die lijst bevatte werkzame stoffen die waren geïdentificeerd overeenkomstig artikel 3, lid 1, of artikel 5, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1896/2000 of waarover gelijkwaardige informatie was ingediend in een kennisgeving overeenkomstig artikel 4, lid 1, van die verordening. |
(5) |
Bijlage II bij Verordening (EG) nr. 2032/2003 bevatte ook een volledige lijst van bestaande werkzame stoffen die in het kader van het beoordelingsprogramma moesten worden geëvalueerd. Die lijst bevatte bestaande werkzame stoffen waarvoor ten minste één kennisgeving was aanvaard overeenkomstig artikel 4, lid 2, van Verordening (EG) nr. 1896/2000 of een lidstaat belang had aangemeld overeenkomstig artikel 5, lid 3, van die verordening. In deze lijst werden de betrokken productsoorten gespecificeerd. |
(6) |
Krachtens Verordening (EG) nr. 2032/2003 mocht een aantal oorspronkelijk niet door het beoordelingsprogramma bestreken werkzame stoffen of combinaties van werkzame stof en productsoort op dezelfde voorwaarden worden onderzocht als de werkzame stoffen die in het kader van het beoordelingsprogramma werden geëvalueerd, mits... |
Lees meer
Deze wettekst is overgenomen van EUR-Lex.
Dit dossier wordt iedere nacht automatisch samengesteld op basis van bovenstaande dossiers. Hierbij is aan de technische programmering veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de geconsolideerde versie, de juridische context, de Europese rechtsgrond, een overzicht van verwante dossiers en tot slot de betrokken zaken van het Europees Hof van Justitie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.