COM(2003)427 - Recht dat van toepassing is op niet-contractuele verbintenissen ("ROME II")
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de Parlementaire Monitor.
Inhoudsopgave
officiële titel
Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en van de Raad betreffende het recht dat van toepassing is op niet-contractuele verbintenissen ("ROME II")officiële Engelstalige titel
Proposal for a Regulation of the European Parliament and the Council on the law applicable to non-contractual obligations ("ROME II")Rechtsinstrument | Verordening |
---|---|
Besluitvormingsprocedure | Gewone wetgevingsprocedure (COD) |
COM-nummer91 | COM(2003)427 ![]() ![]() |
Extra COM-nummers | COM(2006)83; COM(2006)566; COM(2007)126 |
Procedurenummer93 | 2003/0168(COD) |
Celex-nummer94 | 52003PC0427 |
Document | 22-07-2003 |
---|---|
Online publicatie | 22-07-2003 |
Besluit | 11-07-2007; Verordening 2007/864 |
Bekendmaking in Publicatieblad95 | 31-07-2007; Special edition in Croatian: Chapter 19 Volume 006,OJ L 199, 31.7.2007 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de stand van zaken van het dossier, de samenvatting van de European Parliament Legislative Observatory, de Europese rechtsgrond, de juridische context, een overzicht van verwante dossiers, de betrokken Europese organisaties (denk aan directoraten-generaal van de Europese Commissie, EP-commissies en Raadsformaties) en personen (denk aan eurocommissarissen en Europarlementariërs) en tot slot documenten van het Europees Parlement, de Raad van Ministers en de Europese Commissie.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.
- 1.Conclusies van het voorzitterschap van 16 oktober 1999, punten 28 tot en met 39.
- 3.Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000, Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 12 van 16-01-2001, pagina 1
, die het Verdrag van Brussel van 1968 vervangt, waarvan de geconsolideerde versie is gepubliceerd in Publicatieblad van de Europese Unie C-reeks nr. 27 van 26-01-1998, pagina 1
. Het Verdrag van Brussel blijft evenwel van toepassing voor de relaties tussen Denemarken en de overige lidstaten.
- 5.PB C 319 van 26 oktober 1996, blz. 1.
- 6.Project nr. GR/97/051.
- 7.
- 9.De door de Commissie ontvangen bijdragen zijn op het volgende adres beschikbaar: europa.eu.int/comm/justice_home/ news/consulting_public/rome_ii/news_summary_rome2_en.htm.
- 10.Voor de wijze waarop met deze verspreiding van elementen over meerdere landen rekening wordt gehouden in het kader van de internationale bevoegdheid van gerechten, zie de in de volgende voetnoten aangehaalde rechtspraak van het Hof van Justitie.
- 11.Er zijn meer dan vijftien nationale stelsels aangezien het Verenigd Koninkrijk geen eenheidsstelsel kent.
- 12.Hof van Justitie, arrest van 30.11.1976, zaak 21/76, Mines de Potasse d'Alsace, Jurispr. blz. 1735.
- 15.Zie met name arresten van het Hof van Justitie van 22 maart 1983, zaak 34/82, Martin Peters, Jurispr. blz. I-987; 17 juni 1992, zaak C-26/91, Jacob Handte, Jurispr. blz. I-3697; 17.9.2002, zaak C-334/00, Fonderie Officine Meccaniche Tacconi (nog niet gepubliceerd in Jurispr.).
- 16.Rapport betreffende het Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst, Publicatieblad van de Europese Unie C-reeks nr. 282 van 31-10-1980, pagina 1.
- 17.Artikel 2, lid 1.
- 18.Artikel 22.
- 19.Artikel 23.
- 20.Artikel 24.
- 21.Artikel 27.
- 22.Hof van Justitie, arrest van 19 september 1995 inzake C-364/93, Marinari/Lloyds Bank, Jurispr. 1995 blz. I-2719.
- 23.Cfr. punt 3.2.5 van het Groenboek over de omzetting van het Verdrag van Rome van 1980 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst in een communautair instrument, alsmede over de modernisering ervan, reeds aangehaald.
- 24.Richtlijn 85/374 van 25 juli 1985 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken (Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 210 van 7-8-1985, pagina 29), als gewijzigd bij Richtlijn 34/1999 van 10 mei 1999 (PB L 141, van 4.6.1999, blz. 20).
- 25.Bijvoorbeeld het geval van een Duitse toerist die in de luchthaven van Rome een product van Franse makelij koopt en dit meeneemt naar een Afrikaans land, waar het ontploft en hem schade berokkent.
- 26.Het gaat om Finland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland en Spanje. Het verdrag is eveneens van kracht in Noorwegen , Joegoslavië, Kroatië, Macedonië en Slovenië.
- 27.Cf. Richtlijn 85/374, reeds aangehaald, artikel 3, lid 2.
- 29.HvJEG arrest van 1.10.2002, zaak C-167/00, Henkel.
- 30.Resolutie aangenomen op het Congres van Amsterdam van oktober 1992, en gepubliceerd in de Revue internationale de la concurrence 1992 (nr. 168, blz. 51), waarbij valt op te merken dat in deze resolutie ook wordt aanbevolen om de materiële regels op dat gebied te harmoniseren.
- 31.Denemarken, Spanje, Finland, Griekenland, Ierland (zogenaamde theorie van 'proper law of the tort'), Nederland en Zweden.
- 32.Een deel van de Engelse rechtsleer lijkt evenwel te betwisten dat inbreuken op de persoonlijke levenssfeer ("invasion of privacy") ook onder deze regel vallen.
- 33.HvJEG, arrest van 7 maart 1995, zaak C-68/93, Fiona Shevill e.a./Press Alliance SA, Jurispr. blz. I-415.
- 34.PB C 337 E van 28.11.2000, blz. 278.
- 35.Zie bijvoorbeeld artikel 6 van de Nederlandse wet van 11 april 2001 en 42 van het Duitse EGBGB.
- 36.De hoedanigheid van erfgenaam moet vanzelfsprekend worden vastgesteld grond van het recht dat van toepassing is op de nalatenschap van het slachtoffer, welke rechtsvraag voorafgaat aan het instellen van de vordering.
- 37.Dit volgt reeds uit artikel 12, lid 2, van het Verdrag van Rome.
- 38.EHJ, arrest van 23 november 1999, gevoegde zaken C-369/96 en C-376/96.
- 39.Dit is de methode van de exceptie van internationale openbare orde, die is neergelegd in artikel 22.
- 40.In punt 31 van het arrest wordt gepreciseerd dat de kwalificatie van nationale bepalingen als bepalingen van bijzonder dwingend recht niet inhoudt dat "zij niet in overeenstemming met de verdragsbepalingen dienen te zijn
- 41.HvJEG, arrest van 11 mei 2000, zaak C-38/98, Renault/Maxicar, Jurispr. 2000, blz. I-2973.
- 42.Conclusies van het voorzitterschap van 16 oktober 1999, punten 28 tot en met 39.
- 44.Verordening (EG) nr. 44/2001 van de Raad van 22 december 2000, Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 12 van 16-01-2001, pagina 1
, die het Verdrag van Brussel van 1968 vervangt, waarvan de geconsolideerde versie is gepubliceerd in Publicatieblad van de Europese Unie C-reeks nr. 27 van 26-01-1998, pagina 1
. Het Verdrag van Brussel blijft evenwel van toepassing voor de relaties tussen Denemarken en de overige lidstaten.
- 46.PB C 319 van 26 oktober 1996, blz. 1.
- 47.Project nr. GR/97/051.
- 48.
- 50.De door de Commissie ontvangen bijdragen zijn op het volgende adres beschikbaar: europa.eu.int/comm/justice_home/ news/consulting_public/rome_ii/news_summary_rome2_en.htm.
- 51.Voor de wijze waarop met deze verspreiding van elementen over meerdere landen rekening wordt gehouden in het kader van de internationale bevoegdheid van gerechten, zie de in de volgende voetnoten aangehaalde rechtspraak van het Hof van Justitie.
- 52.Er zijn meer dan vijftien nationale stelsels aangezien het Verenigd Koninkrijk geen eenheidsstelsel kent.
- 53.Hof van Justitie, arrest van 30.11.1976, zaak 21/76, Mines de Potasse d'Alsace, Jurispr. blz. 1735.
- 56.Zie met name arresten van het Hof van Justitie van 22 maart 1983, zaak 34/82, Martin Peters, Jurispr. blz. I-987; 17 juni 1992, zaak C-26/91, Jacob Handte, Jurispr. blz. I-3697; 17.9.2002, zaak C-334/00, Fonderie Officine Meccaniche Tacconi (nog niet gepubliceerd in Jurispr.).
- 57.Rapport betreffende het Verdrag inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst, Publicatieblad van de Europese Unie C-reeks nr. 282 van 31-10-1980, pagina 1.
- 58.Artikel 2, lid 1.
- 59.Artikel 22.
- 60.Artikel 23.
- 61.Artikel 24.
- 62.Artikel 27.
- 63.Hof van Justitie, arrest van 19 september 1995 inzake C-364/93, Marinari/Lloyds Bank, Jurispr. 1995 blz. I-2719.
- 64.Cfr. punt 3.2.5 van het Groenboek over de omzetting van het Verdrag van Rome van 1980 inzake het recht dat van toepassing is op verbintenissen uit overeenkomst in een communautair instrument, alsmede over de modernisering ervan, reeds aangehaald.
- 65.Richtlijn 85/374 van 25 juli 1985 betreffende de onderlinge aanpassing van de wettelijke en bestuursrechtelijke bepalingen der lidstaten inzake de aansprakelijkheid voor producten met gebreken (Publicatieblad van de Europese Unie L-reeks nr. 210 van 7-8-1985, pagina 29), als gewijzigd bij Richtlijn 34/1999 van 10 mei 1999 (PB L 141, van 4.6.1999, blz. 20).
- 66.Bijvoorbeeld het geval van een Duitse toerist die in de luchthaven van Rome een product van Franse makelij koopt en dit meeneemt naar een Afrikaans land, waar het ontploft en hem schade berokkent.
- 67.Het gaat om Finland, Frankrijk, Luxemburg, Nederland en Spanje. Het verdrag is eveneens van kracht in Noorwegen , Joegoslavië, Kroatië, Macedonië en Slovenië.
- 68.Cf. Richtlijn 85/374, reeds aangehaald, artikel 3, lid 2.
- 70.HvJEG arrest van 1.10.2002, zaak C-167/00, Henkel.
- 71.Resolutie aangenomen op het Congres van Amsterdam van oktober 1992, en gepubliceerd in de Revue internationale de la concurrence 1992 (nr. 168, blz. 51), waarbij valt op te merken dat in deze resolutie ook wordt aanbevolen om de materiële regels op dat gebied te harmoniseren.
- 72.Denemarken, Spanje, Finland, Griekenland, Ierland (zogenaamde theorie van 'proper law of the tort'), Nederland en Zweden.
- 73.Een deel van de Engelse rechtsleer lijkt evenwel te betwisten dat inbreuken op de persoonlijke levenssfeer ("invasion of privacy") ook onder deze regel vallen.
- 74.HvJEG, arrest van 7 maart 1995, zaak C-68/93, Fiona Shevill e.a./Press Alliance SA, Jurispr. blz. I-415.
- 75.PB C 337 E van 28.11.2000, blz. 278.
- 76.Zie bijvoorbeeld artikel 6 van de Nederlandse wet van 11 april 2001 en 42 van het Duitse EGBGB.
- 77.De hoedanigheid van erfgenaam moet vanzelfsprekend worden vastgesteld grond van het recht dat van toepassing is op de nalatenschap van het slachtoffer, welke rechtsvraag voorafgaat aan het instellen van de vordering.
- 78.Dit volgt reeds uit artikel 12, lid 2, van het Verdrag van Rome.
- 79.EHJ, arrest van 23 november 1999, gevoegde zaken C-369/96 en C-376/96.
- 80.Dit is de methode van de exceptie van internationale openbare orde, die is neergelegd in artikel 22.
- 81.In punt 31 van het arrest wordt gepreciseerd dat de kwalificatie van nationale bepalingen als bepalingen van bijzonder dwingend recht niet inhoudt dat "zij niet in overeenstemming met de verdragsbepalingen dienen te zijn
- 82.HvJEG, arrest van 11 mei 2000, zaak C-38/98, Renault/Maxicar, Jurispr. 2000, blz. I-2973.
- 83.PB C van , blz. .
- 84.PB C van , blz. .
- 85.Advies van het Europees Parlement van
- 86.Actieplan van de Raad en de Commissie over hoe de bepalingen van het Verdrag van Amsterdam inzake de totstandbrenging van een ruimte van vrijheid, veiligheid en rechtvaardigheid het best kunnen worden uitgevoerd, Publicatieblad van de Europese Unie C-reeks nr. 19 van 23-1-1999 Publicatieblad van de Europese Unie C-reeks nr. 19 van 23-1-1999.
- 87.Conclusies van het voorzitterschap van 16 oktober 1999, punten 28 tot en met 39.
- 91.De Europese Commissie kent nummers toe aan officiële documenten van de Europese Unie. De Commissie maakt onderscheid in een aantal typen documenten door middel van het toekennen van verschillende nummerseries. Het onderscheid is gebaseerd op het soort document en/of de instelling van de Unie van wie het document afkomstig is.
- 92.De Raad van de Europese Unie kent aan wetgevingsdossiers een uniek toe. Dit nummer bestaat uit een vijfcijferig volgnummer gevolgd door een schuine streep met de laatste twee cijfers van het jaartal, bijvoorbeeld 12345/00 - een document met nummer 12345 uit het jaar 2000.
- 93.Het interinstitutionele nummer is een nummerreeks die binnen de Europese Unie toegekend wordt aan voorstellen voor regelgeving van de Europese Commissie.
Binnen de Europese Unie worden nog een aantal andere nummerseries gebruikt. Iedere instelling heeft één of meerdere sets documenten met ieder een eigen nummering. Die reeksen komen niet overeen met elkaar of het interinstitutioneel nummer.
- 94.Deze databank van de Europese Unie biedt de mogelijkheid de actuele werkzaamheden (workflow) van de Europese instellingen (Europees Parlement, Raad, ESC, Comité van de Regio's, Europese Centrale Bank, Hof van Justitie enz.) te volgen. EURlex volgt alle voorstellen (zoals wetgevende en begrotingsdossiers) en mededelingen van de Commissie, vanaf het moment dat ze aan de Raad of het Europees Parlement worden voorgelegd.
- 95.Als dag van bekendmaking van een Europees besluit geldt de dag waarop het besluit in het Publicatieblad wordt bekendgemaakt, en daardoor in alle officiële talen van de Europese Unie bij het Publicatiebureau beschikbaar is.
- 96.Dit bindende besluit van de Europese Unie geldt rechtstreeks in alle lidstaten van de Europese Unie. Hierdoor hebben verordeningen dezelfde werking als een nationale wet. In geval van strijdigheid gaat de verordening echter boven nationaal recht. Daarmee is een verordening het meest verstrekkende wetgevingsinstrument van de Europese Unie.