Berlijn II - Hoofdinhoud
In deel II van de blog over het bezoek aan Berlijn schrijft Frans Timmermans over het indrukwekkende monument voor de slachtoffers van de holocaust in het hart van de Duitse hoofdstad.
Eerder schreef ik over mijn bezoek aan Berlijn waarbij ik Jürgen Litfin mocht ontmoeten. Ik raadde u aan zelf in de Kielerstrasse 'zijn' Wachtturm te bezoeken als u in Berlijn bent. Mijn tweede suggestie is dan ook naar het Denkmal für die ermordeten Juden Europas te gaan. Laat het kunstwerk van architect Peter Eisenman z'n werk doen door er door te lopen, het aan te raken, er bij te blijven staan. En ga naar de adembenemende tentoonstelling onder het kunstwerk. Kijk in de ogen van de vermoorden, lees hun laatste woorden, zoals die op de briefkaart van Etty Hillesum. En kijk naar die ene foto, van grote afstand genomen ergens in Oekraïne, van een Duitse soldaat met een geweer, tussen talloze witte vrouwenlijken, terwijl hij dat ene jongetje dat nog leeft en zich heeft opgericht, op het punt staat dood te schieten. Deze foto had ik nog nooit gezien. Ik zal deze foto nooit, nooit meer vergeten. Dat jongetje staat voor die twee miljoen onschuldige mensen die zo barbaars zijn doodgeschoten door Duitsers en hun Oekraïense, Litouwse, Poolse en andere handlangers en voor die vier miljoen mensen die zo barbaars zijn vergast, waarbij de Duitsers ook weer werden geholpen door mensen uit de landen waar de Joden vandaan kwamen, zoals Nederland. Zij werden vermoord, niet omdat zij iets gedaan zouden hebben of van plan waren te doen. Maar om wie ze waren. Omdat ze Joden waren. Joden die een totalitaire ideologie in de weg stonden en dus met een Endlösung opgeruimd moesten worden.
Begrijpt u mij niet verkeerd. De holocaust is van een geheel andere orde dan de vervolging door de communisten in de DDR. De holocaust moet altijd bestudeerd en herinnerd worden als de unieke gruwel die het is. Maar dat neemt niet weg dat er onder de vlag van het communisme wereldwijd ook tientallen miljoenen mensen zijn uitgeroeid en dat iedere despoot in de menselijke geschiedenis wel een rechtvaardiging wist te vinden om mensen die hem in de weg zaten uit te roeien.
Ik wil slechts op twee zaken wijzen. In de eerste plaats dat als mensen ooit iets hebben uitgespookt, zelfs als het zo gruwelijk is dat het ons voorstellingsvermogen te boven gaat, zij er kennelijk toe in staat zijn. Dus kan het weer gebeuren zolang er mensen op aarde rondlopen. Hierover staat een prachtig citaat van Primo Levi in het holocaust memorial. In de tweede plaats wijs ik op dat verschrikkelijke fenomeen, zo prachtig beschreven door mensen als Hannah Arendt en Albert Camus, dat als je mensen hun menselijkheid ontneemt door een ideologie boven medemenselijkheid te plaatsen, je de eerste stap zet naar het fysiek uit de weg ruimen van die mensen.
In onze menselijke natuur zitten sublieme en perfide neigingen. Beschaving bestaat er uit dit te onderkennen en de sublieme neigingen te koesteren en te voeden, zodat zij de valse neigingen overvleugelen en uiteindelijk geheel doen verdwijnen in de krochten van de menselijke geest. Beschaving is ook de onderkenning dat dit een zaak is die nooit eindigt, omdat de worsteling in de mens ook nooit zal eindigen. Een voorwaarde hiervoor is wel dat we onze geschiedenis, onze daden van grenzenloze goedheid, zowel als onze meest perfide en onmenselijke handelingen goed kennen. Zodat we leren van diegenen die ons prachtige voorbeelden gegeven hebben en we gewaarschuwd zijn voor gedragingen die ons het pad van haat en ontmenselijking opdrijven. Daarom is het goed dit jaar uitgebreid stil te staan bij de Val van de Muur en het einde van de Europese deling. Want al lijkt het soms alsof het alleen maar om meer handel en meer centen gaat in Europa, uiteindelijk gaat het om medemenselijkheid, om solidariteit, om begrip voor de ander als basisvoorwaarden voor een vreedzame Europese samenleving.