Brief minister ter aanbieding van de uitkomsten van de wetsevaluatie en van de verkenning naar de mogelijke verhoging van het examenniveau naar niveau A1 - Evaluatie Wet inburgering in het buitenland - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 1 toegevoegd aan dossier 32005 - Evaluatie Wet inburgering in het buitenland.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Evaluatie Wet inburgering in het buitenland; Brief minister ter aanbieding van de uitkomsten van de wetsevaluatie en van de verkenning naar de mogelijke verhoging van het examenniveau naar niveau A1 |
---|---|
Documentdatum | 02-07-2009 |
Publicatiedatum | 14-07-2009 |
Nummer | KST133116 |
Kenmerk | 32005, nr. 1 |
Van | Wonen, Wijken en Integratie (WWI) |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2008–2009
32 005
Evaluatie Wet inburgering in het buitenland
Nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR WONEN, WIJKEN EN INTEGRATIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 juli 2009
Met deze brief bied ik u, mede namens de minister van Buitenlandse Zaken, de minister van Justitie en de Staatssecretaris van Justitie, de uitkomsten van de wetsevaluatie Wet inburgering in het buitenland en de verkenning naar de mogelijke verhoging van het examenniveau naar niveau A1 aan. Tevens informeer ik u over de wijze waarop vervolg zal worden gegeven aan de uitkomsten hiervan.
Evaluatie Wet inburgering in het buitenland
Conform de toezegging van de voormalige Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie is 2 jaar na inwerkingtreding van de wet gestart met de wetsevaluatie. Bijgevoegde deelrapporten en het rapport met centrale bevindingen bevatten de uitkomsten van deze evaluatie.1 De evaluatie is uitgevoerd in 3 separate deelonderzoeken. In het eerste deelonderzoek heeft Regioplan enquêtes gehouden onder medewerkers van Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland en examenkandidaten, enkele Nederlandse vertegenwoordigingen bezocht en tot slot een omvangrijke bestandskoppeling uitgevoerd. Deze gegevens hebben onder andere inzicht gegeven in de werking en uitvoering van de wet, de voorbereiding door kandidaten met het examen en het effect van de wet op het taalniveau, de motivatie en zelfredzaamheid van nieuwkomers. In het tweede deelonderzoek heeft de Universiteit Leiden onderzocht welke uitwerking de wet heeft op het aantal mvv-aanvragen en hoe de uitvoering van de wet zich gedurende de eerste jaren verhoudt tot internationaal juridische aspecten. Tot slot zijn door Ernst & Young de kosten van de wet op macro-en microniveau geanalyseerd. De begeleidingscommissie heeft de drie deelonderzoeken in samenhang geanalyseerd en ter afronding een tweetal expertmeetings met deskundigen georganiseerd ter nadere duiding van de centrale bevindingen, zoals opgenomen in het rapport van de commissie.
1 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.
1 Common European Framework of References for Languages (CEF).
2 Kamerstukken II, 2008–2009, 31 143, nr. 55.
3 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.
4 Kamerstukken II, 2008–2009, 31 700 XVIII, nr. 19.
Verkenning naar verhoging naar niveau A1
In relatie tot de instelling van de zak-/slaaggrens van de Toets Gesproken Nederlands (TGN) in het basisexamen inburgering in het buitenland is, in opdracht van mijn ambtsvoorganger, door Triarii een beleidsverkenning uitgevoerd naar de randvoorwaarden waaronder het niveau van de TGN verhoogd kan worden naar niveau A1 op de CEF-schaal.1 Conform mijn toezegging2 stuur ik deze verkenning gezamenlijk met de wetsevaluatie naar uw Kamer.3 In de verkenning heeft Triarii onderzocht aan welke randvoorwaarden in de zin van cursusmateriaal en andere ondersteuning zou moeten worden voldaan om het niveau te kunnen verhogen naar niveau A1. Hiervoor zijn een viertal scenario’s uitgewerkt, variërend in de mate van ondersteuning en de vaardigheden die worden getoetst (mondeling en schriftelijk).
Integrale kabinetsreactie
De uitkomsten van bovengenoemde onderzoeken worden betrokken bij de integrale kabinetsreactie op de motie van het CDA en de PvdA waarin de regering wordt opgeroepen te komen tot een integrale aanpak van het beleid voor huwelijksmigratie en integratie4. Aan deze integrale kabinetsreactie wordt momenteel met urgentie gewerkt. De beleidsbrief hierover kunt u na de zomer verwachten.
De minister voor Wonen, Wijken en Integratie, E. E. van der Laan