Thijs Berman: 'Van Emmen naar Brussel lijkt een hele afstand' - Hoofdinhoud

Vlakbij de grote witte gasbol van Emmen, bij het industrieterrein, zat ik een ochtend in een adviesclub te vergaderen over de economische toekomst van de stad. Living Industry is de naam van de adviesclub. We willen meer jongeren aan het werk helpen door bedrijven naar de regio te trekken. Uitgaan van de creativiteit van mensen en kiezen voor duurzame economie. Eenvoudig is dat niet, want ook hier slaat de crisis toe.

De grote autodealer van het Noorden, Autodrôme, sloot onlangs de poorten. Meer dan 250 mensen verloren daar hun baan.

Van Emmen naar Brussel lijkt een hele afstand. Toch gaan de Europese verkiezingen van 4 juni nu grotendeels over dezelfde vragen. Investeren we in werk, kiezen we voor schone energie?

In Emmen is de keuze allang gemaakt. De regio richt zich allang niet meer alleen op Nederland en slaat de vleugels uit, onder meer met een nieuw dierenpark dat een uitstraling zal hebben tot ver buiten onze grenzen.

In Nederland voeren we ons eigen beleid om de crisis te keren. Lokaal, met ijzersterke initiatieven zoals in Emmen, en nationaal, met investeringen in jongeren, in onderwijs en in schone energie. Maar Nederland kan het niet alleen. En Nederland staat niet alleen. Toezicht op internationale banken moet je internationaal regelen. Dat weten de werknemers van Autodrôme heel goed. Omdat niemand de financiële sector goed op de vingers keek kon de kredietcrisis ontstaan en durven banken nu geen krediet meer te geven. Zelfs niet aan gezonde bedrijven en die gaan dan onnodig over de kop.

De PvdA heeft in het Europees parlement i jarenlang vergeefs gepleit voor meer toezicht op de financiële sector, om onverantwoorde risico's te voorkomen. Daarom is de keuze op 4 juni belangrijk. Omdat een progressief Europees parlement sneller kan zorgen voor goed toezicht en dus voor de bescherming van werknemers in Noord-Nederland en hun collegas elders, binnen en buiten Nederland.