Voorstel van wet - Regels met betrekking tot een bijdrage in de politiekosten bij publieksevenementen (Wet bijdrage politiekosten bij publieksevenementen)

Dit voorstel van wet i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 30526 - Wet bijdrage politiekosten bij publieksevenementen i.

1.

Kerngegevens

Officiële titel Regels met betrekking tot een bijdrage in de politiekosten bij publieksevenementen (Wet bijdrage politiekosten bij publieksevenementen); Voorstel van wet  
Document­datum 13-04-2006
Publicatie­datum 12-03-2009
Nummer KST96576
Kenmerk 30526, nr. 2
Van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK)
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 2005–2006

30 526

Regels met betrekking tot een bijdrage in de politiekosten bij publieksevenementen (Wet bijdrage politiekosten bij publieksevenementen)

Nr. 2

VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten: Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is regels te treffen ten aanzien van een bijdrage in de politiekosten bij publieksevenementen;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

Artikel 1

In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:

  • a. 
    regio: regio als bedoeld in artikel 21 van de Politiewet 1993;
  • b. 
    bijdrage: bijdrage als bedoeld in artikel 2, eerste lid;
  • c. 
    publieksevenement: voor publiek toegankelijke vermakelijkheid;
  • d. 
    organisator: natuurlijke persoon of rechtspersoon die een vergunning voor het organiseren van een publieksevenement aanvraagt of een kennisgeving doet van een publieksevenement.

Artikel 2

  • 1. 
    De organisator van een publieksevenement dat bij algemene maatregel van bestuur is aangewezen of behoort tot een bij die maatregel aangewezen categorie publieksevenementen, is een bijdrage verschuldigd voor de kosten van de inzet van politie die verband houdt met het publieksevenement en betrekking heeft op de handhaving van de openbare orde.
  • 2. 
    Een publieksevenement of een categorie publieksevenementen wordt uitsluitend aangewezen indien daarbij een commercieel belang is gediend en een onevenredige inzet van politie noodzakelijk is gebleken.

Artikel 3

  • 1. 
    In het geval bij gemeentelijke verordening is bepaald dat voor een krachtens artikel 2 aangewezen publieksevenement een vergunning is

vereist, zendt de burgemeester de organisator de vergunning gelijktijdig met de beschikking omtrent de hoogte van de bijdrage op grond van de inzet van politie die hij noodzakelijk acht, dan wel de mededeling dat geen bijdrage is verschuldigd in verband met de toepassing van artikel 5, tweede lid.

  • 2. 
    In het geval bij gemeentelijke verordening is bepaald dat voor een krachtens artikel 2 aangewezen publieksevenement een kennisgeving is vereist, zendt de burgemeester de organisator de beschikking respectievelijk de mededeling, bedoeld in het eerste lid, binnen vier weken na de kennisgeving doch uiterlijk een dag voor de datum waarop het evenement plaatsvindt.

Artikel 4

  • 1. 
    De burgemeester geeft binnen vier weken na de datum waarop het publieksevenement heeft plaatsgevonden op grond van de daadwerkelijke inzet van politie een beschikking omtrent de hoogte van de bijdrage, dan wel de mededeling dat geen bijdrage is verschuldigd in verband met de toepassing van artikel 5, tweede lid. De burgemeester stelt de bijdrage niet hoger vast dan in zijn krachtens artikel 3 gegeven beschikking.
  • 2. 
    De beschikking vermeldt de dag waarop de bijdrage uiterlijk moet zijn voldaan.

Artikel 5

  • 1. 
    De bijdrage bedraagt de helft van de kosten van de inzet van politie.
  • 2. 
    Bij de vaststelling van de bijdrage wordt een bij algemene maatregel van bestuur vast te stellen inzet van politie buiten beschouwing gelaten.
  • 3. 
    De bijdrage is verschuldigd aan de regio waarbinnen het evenement plaatsvindt.
  • 4. 
    Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld over:
  • a. 
    de wijze waarop de hoogte van de bijdrage wordt berekend;
  • b. 
    categorieën van ambtenaren van politie wier inzet bij een publieksevenement voor vaststelling van de bijdrage in aanmerking komt.
  • 5. 
    Bij ministeriële regeling wordt een forfaitair bedrag vastgesteld voor de kosten van de inzet van een ambtenaar van politie of een categorie ambtenaren van politie.

Artikel 6

  • 1. 
    De bijdrage wordt betaald aan de regio binnen zes weken na dagtekening van de beschikking, bedoeld in artikel 4.
  • 2. 
    De regio kan de geldsom invorderen bij dwangbevel.

Artikel 7

  • 1. 
    Bij gebreke van betaling maant de korpsbeheerder de organisator van het publieksevenement schriftelijk binnen twee weken alsnog aan zijn verplichtingen te voldoen. De bijdrage wordt verhoogd met de op de aanmaning betrekking hebbende kosten.
  • 2. 
    De aanmaning bevat de aanzegging dat de bijdrage, voorzover deze in de in de aanmaning gestelde termijn niet wordt voldaan, wordt ingevorderd overeenkomstig artikel 8.

Artikel 8

  • 1. 
    Bij gebreke van tijdige betaling vordert de korpsbeheerder bij de organisator van het publieksevenement de bijdrage, verhoogd met de op

de aanmaning en invordering betrekking hebbende kosten en de wettelijke rente, bij dwangbevel in.

  • 2. 
    Het dwangbevel wordt op kosten van de organisator van het publieksevenement bij deurwaardersexploit betekend en levert een executoriale titel op in de zin van het Tweede Boek van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
  • 3. 
    Gedurende zes weken staat verzet tegen het dwangbevel open door dagvaarding van de regio.
  • 4. 
    Het verzet kan niet worden gegrond op de stelling dat de beschikking, bedoeld in artikel 4, eerste lid, niet is ontvangen, of dat de bij de beschikking opgelegde bijdrage ten onrechte of op een te hoge geldsom is vastgesteld.
  • 5. 
    Het verzet schorst de tenuitvoerlegging niet, tenzij de voorzieningen-rechter van de rechtbank in kort geding anders beslist.

Artikel 9

  • 1. 
    Het bezwaar, beroep of hoger beroep tegen de beschikking, bedoeld in artikel 3, heeft mede betrekking op de beschikking, bedoeld in artikel 4, voorzover de belanghebbende deze beschikking betwist.
  • 2. 
    De rechter kan de beslissing op het beroep of hoger beroep inzake de beschikking, bedoeld in artikel 4, verwijzen naar een ander orgaan, indien behandeling door dit orgaan gewenst is.
  • 3. 
    In beroep of hoger beroep legt de belanghebbende een afschrift over van de beschikking die hij betwist.
  • 4. 
    Het eerste tot en met het derde lid is van overeenkomstige toepassing op een verzoek om voorlopige voorziening.

Artikel 10

Indien de bijdrage ten onrechte is opgelegd, wordt een ten onrechte betaalde geldsom, vermeerderd met de wettelijke rente, binnen zes weken nadat is vastgesteld dat de bijdrage ten onrechte is vastgesteld, aan de rechthebbende terug betaald.

Artikel 11

Onze Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zendt binnen vijf jaar na de inwerkingtreding van deze wet aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en effecten van deze wet in de praktijk.

Artikel 12

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip.

Artikel 13

Deze wet wordt aangehaald als: Wet bijdrage politiekosten bij publieksevenementen.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.