Motie om vrouwen en kinderen die onder valse voorwendselen zijn achtergelaten in het land van herkomst een zelfstandige verblijfsvergunning te verstrekken - Interpellatie inzake het achterlaten van vrouwen en kinderen in Marokko
Deze motie1 is onder nr. 1 toegevoegd aan dossier 29742 - Interpellatie-Hirsi Ali inzake het achterlaten van vrouwen en kinderen in Marokko.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Interpellatie inzake het achterlaten van vrouwen en kinderen in Marokko; Motie om vrouwen en kinderen die onder valse voorwendselen zijn achtergelaten in het land van herkomst een zelfstandige verblijfsvergunning te verstrekken |
---|---|
Documentdatum | 07-09-2004 |
Publicatiedatum | 12-03-2009 |
Nummer | KST79225 |
Kenmerk | 29742, nr. 1 |
Van | Staten-Generaal (SG) |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2003–2004
29 742
Interpellatie inzake het achterlaten van vrouwen en kinderen in Marokko
Nr. 1
MOTIE VAN HET LID HIRSI ALI C.S.
Voorgesteld 7 september 2004
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende, dat vrouwen en kinderen worden meegenomen naar het land van herkomst van de echtgenoot en onder valse voorwendselen daar worden achtergelaten;
van mening, dat dit moreel verwerpelijk is, in strijd met de Nederlandse wet en zeer nadelig voor de integratie van opgroeiende kinderen met de Nederlandse nationaliteit;
constaterende, dat de betreffende vrouwen met kinderen niet in het bezit zijn van een verblijfsvergunning voor Nederland;
verzoekt de regering om voor de vrouwen, die hier aantoonbaar slachtoffer van zijn, de terugkeer naar Nederland te bespoedigen en eenmaal in Nederland hen een zelfstandige verblijfsvergunning voor onbepaalde tijd te geven,
en gaat over tot de orde van de dag.
Hirsi Ali
Dijsselbloem
Azough
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.In een motie staat een vraag of verzoek van één of meerdere Tweede- of Eerste Kamerleden aan de regering. Deze wordt vooraf gegaan door een standaard aanhef en een opsomming van overwegingen en constateringen. Iedere motie begint met de woorden 'De Kamer, gehoord de beraadslaging'. Ieder deel van de opsomming begint met woorden als 'constaterende dat' of 'overwegende dat'. Na deze opsomming volgt de uiteindelijke vraag of het verzoek.