Brief minister met een reactie op voorstellen uit de VVD-notitie 'Agenda voor de veiligheid - tbs ter discussie' - Tenuitvoerlegging van de tbs-maatregel - Hoofdinhoud
Deze brief is onder nr. 2 toegevoegd aan dossier 29452 - Tenuitvoerlegging van de tbs-maatregel.
Inhoudsopgave
Officiële titel | Tenuitvoerlegging van de tbs-maatregel; Brief minister met een reactie op voorstellen uit de VVD-notitie 'Agenda voor de veiligheid - tbs ter discussie' |
---|---|
Documentdatum | 05-04-2004 |
Publicatiedatum | 12-03-2009 |
Nummer | KST75560 |
Kenmerk | 29452, nr. 2 |
Van | Justitie (JUS) |
Originele document in PDF |
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Vergaderjaar 2003–2004
29 452
Tenuitvoerlegging van de tbs-maatregel
Nr. 2
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 5 april 2004
Inleiding
Op 8maart 2004 presenteerde de Tweede Kamerfractie van de VVD de notitie «Agenda voor de veiligheid- tbs ter discussie». De Kamerfractie signaleert een stijging in de kosten voor de tenuitvoerlegging van de maatregel, schaarse capaciteit, illegalen in de tbs, beperkte effectiviteit van behandelingsmethoden voor sommige groepen tbs-ers, contraire beëindigingen van de tbs-maatregel en te veel tbs-gestelden die na vrijlating op termijn weer in herhaling vervallen. De VVD doet voorstellen voor verbetering van enkele door haar gesignaleerde problemen binnen het tbs-stelsel en de uitvoering daarvan.
Ik ben blij dat de VVD met mij, de effectieve en efficiënte tenuitvoerlegging van de tbs-maatregel van groot belang acht ter beveiliging van de samenleving. Daartoe is in de afgelopen tijd al een groot aantal maatregelen getroffen. Voor meer informatie over deze maatregelen , verwijs ik u naar mijn brief van 1 maart 2004 over dit onderwerp (TK 2003–2004, 29 452, nr. 1). In deze brief komen een aantal aspecten van de notitie van de VVD reeds aan de orde. De concrete voorstellen van de VVD bevatten ook elementen die verder gaan dan mijn huidige beleid. Voor een deel daarvan geldt dat ik mij daarover beraad. Voorafgaand aan het Algemeen Overleg met de Tweede Kamer op 18mei 2004 reageer ik met deze brief, op verzoek van de Tweede Kamer, kort op de voorstellen van de VVD.
«Genezen als het kan en verzorgen zolang het moet» is een motto waarvan de strekking grotendeels aansluit bij mijn huidige beleid. De beveiliging van de maatschappij is het primaire doel van de tbs. Terugkeer in de samenleving vindt niet eerder plaats dan wanneer het risico op herhaling van het delict tot een aanvaardbaar niveau is teruggebracht. Genezing van de stoornis is niet de doelstelling van de tbs. In de tbs is behandeling gericht op vermindering van het delictgevaar, opdat terugkeer in de maatschappij kan plaatsvinden. Hiertoe beoordeelt de rechter periodiek of verlenging van de maatregel nodig is. Bij tbs-gestelden
waarbij het delictgevaar blijft bestaan is een longstay-voorziening aangewezen waar de behandeling niet langer gericht is op verbetering in de zin van vermindering delictgevaar, maar alleen op stabilisatie. In de longstay wordt verpleegd en beveiligd.
Tbs-klinieken integreren in het GGz-bestel
De minister van Justitie is uit het oogpunt van de veiligheid van de samenleving verantwoordelijk voor de tenuitvoerlegging van de tbs-maatregel. Deze verantwoordelijkheid verdraagt zich niet met een volledige integratie van de tbs in de GGz, hetgeen onvermijdelijk gepaard zou gaan met het opgeven van de bijzondere bevoegdheden van de minister van Justitie. Wel zijn reeds tal van maatregelen genomen om de samenwerking met de GGz te verbeteren en te intensiveren. Voorbeelden hiervan zijn de forensisch psychiatrische circuitvorming, zorg-programmering en bestuurlijke samenwerking tussen tbs-klinieken en GGz-instellingen. In de beleidsbrief tbs van 1 maart jl. heb ik het belang van samenwerking met de GGz onderstreept. Samen met het ministerie van VWS wordt in kaart gebracht hoe de (verbetering van de) zorg, behandeling en beveiliging van de brede groep van forensisch psychiatrisch patiënten in samenhang gestalte kan krijgen.
Creëren van extra plaatsen door eerdere plaatsing op de longstay (na 2 jaar)
Het WODC voert onderzoek uit naar omvang en differentiatie van de long-stay populatie Het onderzoek zal medio 2004 gereed zijn. Op basis daarvan zal worden bepaald aan welke soorten en aantallen longstayplaatsen behoefte is en of het longstaybeleid aanpassing behoeft. Ik wil op dit onderzoek niet vooruitlopen maar kan de mening van de VVD in zoverre delen dat in bijzondere gevallen een kortere periode denkbaar is, bijvoorbeeld als ten aanzien van die persoon al eerder een tbs is opgelegd.
In de notitie wordt voorgesteld om het aantal longstay-plaatsen uit te breiden voor het vasthouden van personen totdat hun ongevaarlijkheid gebleken is. De longstay-plaatsen zijn thans goedkoper dan tbs plaatsen vanwege het niet langer behandelen van betrokkene. Uitbreiding van het aantal longstay-plaatsen is dus alleen een oplossing indien gekozen wordt voor een systeem waarbij personen, omdat nog niet gebleken is van geweken gevaar na een bepaalde tijdsperiode, zonder verdere behandeling worden vastgehouden, ongeacht of behandeling wel of geen perspectief heeft. Dat is minder verenigbaar met de gedachte: «genezen als het kan».
Contraire beëindiging
Uit recidive-onderzoek blijkt dat er een statistisch verband bestaat tussen contraire beëindiging van de tbs en stijging van de recidive. Mede om het percentage contraire beëindigingen terug te dringen is de wetgeving inzake de voorwaardelijke beëindiging van de verpleging in 1997 aangepast. Dit leek het gewenste effect te hebben, maar na een aanvankelijke vermindering van het percentage contraire beëindigingen, loopt dit sinds 2002 weer op, waarbij in 2002 sprake is van een piek. Ik ben voornemens in 2004 onderzoek te starten naar de oorzaken van deze ontwikkeling.
Een paroleboard beëindigt de tbs
Dit voorstel kan in de huidige juridische context niet worden ingevoerd. De tbs eindigt van rechtswege indien de maatregel niet door de rechter
wordt verlengd. Dit betekent dat de rechter de tbs niet beëindigt, maar uitsluitend oordeelt over de verlengingsaanvraag. In het geval van verlenging van de maatregel is er sprake van vrijheidsbeneming. Deze beslissing moet op basis van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) door een rechter worden genomen. Een commissie kan deze rol niet overnemen.
Proeftijd verlengen naar 10 jaar en vrijlating alleen onder voorwaarden
De door de VVD genoemde elementen voor de verscherping van controle op tbs-gestelden die naar de samenleving terugkeren maken deel uit van mijn huidige beleid. Momenteel wordt gewerkt aan het opzetten van intensief forensisch psychiatrisch toezicht.
De voorstellen met betrekking tot extra controle op de tbs-gestelde nadat de intramurale fase van de tbs is beëindigd behoeven nadere bestudering. De mogelijkheid moet niet worden uitgesloten dat een langdurige periode van meer of minder intensief toezicht noodzakelijk is. Het is nog de vraag hoe dit toezicht het beste juridisch vormgegeven kan worden. Ook het wetsvoorstel waarin de voorwaardelijke beëindiging van de tbs wordt verlengd van drie naar zes jaar (28238), zal bij deze discussie worden betrokken. Ik verwacht u hierover eind dit jaar nader te kunnen berichten.
Herziening van de verlofregeling
Er is inmiddels een nieuwe concept-verlofregeling opgesteld, waarin rekening wordt gehouden met de door de VVD genoemde elementen, zoals het terugdringen van de bureaucratie, het gebruik van risicotaxatie en de inbedding van het transmuraal verlof. Ik verwacht dat deze regeling, na consultering van het veld en adviesorganen, in de loop van 2004 definitief kan worden vastgesteld.
Informeren van slachtoffer, politie en burgemeester over het verloop van de executiefase.
Over de informatieverstrekking aan slachtoffers van zedendelicten heb ik onlangs aan de Tweede kamer bericht bij brief van 10 maart 2004 (TK 2003–2004, 27 213, nr. 8).
Het openbaar ministerie stelt slachtoffers in de gelegenheid aan te geven geïnformeerd te willen worden over de procesgang en is verantwoordelijk voor het gestand doen van toezeggingen daaromtrent. Het betreft bijvoorbeeld informatie over zittingsdata, de afloop en het vervolg, zoals verlengingen en (voorwaardelijke) beëindiging. Ook wanneer er tijdens de tbs-behandeling meer vrijheden worden verstrekt aan de tbs-gestelde, bijvoorbeeld in het geval van een transmurale plaatsing of proefverlof, kan het aangewezen zijn om betrokkenen daarover te informeren. De tbs-inrichting maakt per individuele tbs-gestelde de afweging welke informatie aan welke betrokkenen wordt verstrekt en maakt hierin een afweging tussen de belangen van de tbs-gestelde en de belangen van overige betrokkenen. Er kan door de tbs-inrichting informatie worden verstrekt aan onder meer de (nabestaanden van) slachtoffers, het openbaar ministerie, de politie en eventueel betrokken werkgevers of onderwijsinstellingen. In de nieuwe verlofregeling wordt expliciet aandacht besteed aan het informeren van (nabestaanden van) slachtoffers. Burgemeester en politie beslissen in het kader van de handhaving van de openbare orde, wie nader worden ingelicht.
De wens van het slachtoffer speelt dienaangaande hierbij een belangrijke rol.
Het overdragen van strafvervolging en strafexecutie van ongewenste vreemdelingen en illegalen naar het land van herkomst.
Aan deze aanbeveling ligt de constatering ten grondslag dat in de tbs een aantal personen is opgenomen, dat niet (meer) in Nederland mag verblijven na afloop van de maatregel. Volledige behandeling van deze personen is niet mogelijk, omdat zij niet mogen terugkeren in de Nederlandse samenleving.
De oplossing die door de VVD wordt voorgesteld, overdracht van strafvervolging danwel de strafexecutie, is niet in alle gevallen mogelijk. Aan deze vormen van overdracht dient een verdrag ten grondslag te liggen. Indien dat het geval is, kan daar gebruik van worden gemaakt. Maar een dergelijk verdrag is slechts met een beperkt aantal landen gesloten. In het geval er wel een verdrag is gesloten, kan slechts onder voorwaarden tot overdracht van strafvervolging – danwel – executie worden gekomen. Met het opstellen dan wel aanpassen van verdragen is jaren gemoeid. Daarop kan niet worden gewacht.
Daarom wordt momenteel samen gewerkt met de IND en de vreemdelingendiensten om, na oplegging van de tbs, het land van herkomst alsnog te bewegen de betrokkene op te nemen zodat uitzetting kan plaatsvinden. In overleg met het Openbaar Ministerie wordt bezien om de instroom van illegalen in de tbs te verminderen. Hiertoe is een Aanwijzing TBS bij vreemdelingen in werking getreden.
Tot besluit
De beleidsbrief tbs en bovenstaande reactie op de voorstellen van de VVD laten zien dat er vele maatregelen zijn getroffen op het terrein van de terbeschikkingstelling. Tevens heb ik in de beleidsbrief tbs aangegeven dat ik bereid ben, waar nodig in samenwerking met het ministerie van VWS, verdere maatregelen te nemen gericht op verbetering van de zorg en maatschappijbeveiliging. Een aantal voorstellen van de VVD zijn reeds verdisconteerd in het huidige beleid. Enkele andere voorstellen verdienen nadere beschouwing of stuiten op bezwaren van juridische of beleidsmatige aard. In de uitwerking van de toekomstige plannen voor een verbetering van de tbs zullen de voorstellen van de VVD worden betrokken daar waar zij aansluiten bij de reeds ingezette vernieuwingen en een aanvullende bijdrage leveren aan de verhoging van de effectiviteit en efficiëntie van de tbs.
De Minister van Justitie, J. P. H. Donner