Memorie van toelichting - Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 1999 (samenhangende met de slotwet)

Deze memorie van toelichting i is onder nr. 2 toegevoegd aan wetsvoorstel 27134 - Wijziging begroting Justitie 1999 (samenhangende met de slotwet).

1.

Kerngegevens

Officiële titel Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 1999 (samenhangende met de slotwet); Memorie van toelichting  
Document­datum 17-05-2000
Publicatie­datum 12-03-2009
Nummer KST44683
Kenmerk 27134, nr. 2
Van Justitie
Originele document in PDF

2.

Tekst

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 1999–2000

27 134

Wijziging van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 1999 (Slotwet)

Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING

ALGEMEEN

Het begrotingskader werd bij 2e suppletore begroting 1999 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota) vastgesteld op f 8 873,4 mln. voor de uitgaven en f 1 361,7 mln. voor de ontvangsten.

De werkelijke uitgaven voor 1999 zijn vastgesteld op f 8 891,6 mln.,

hetgeen f 18,2 mln. meer is dan het begrotingskader bij de 2e suppletore begroting.

De gerealiseerde ontvangsten zijn f 1 425,8 mln. waardoor er sprake is van een meeropbrengst ter grootte van f 64,1 mln.

De aansluiting met de mutaties opgenomen in dit wetsvoorstel is als volgt:

(x f 1 mln.)

Uitgaven

Ontvangsten

Stand Najaarsnota 1999 (TK 26 911, nr. 1)

nadere mutaties:

– beleidsmatige mutaties

– meevallers

– tegenvallers

– desalderingen

– interdepartementale overboekingen

totaal nadere mutaties

8 873,4

18,2

1 361,7

 

84,5

29,4

65,3

  • 3,4

38,1

38,1

  • 0,7

0,0

64,1

Realisatie 1999

8 891,6

1 425,8

In de hiernavolgende artikelsgewijze toelichting worden de mutaties tussen de tweede suppletore begroting en de Slotwet op artikelniveau verwerkt en toegelicht. Om overlappingen te voorkomen worden de mutaties in de eerste en de tweede suppletore begroting niet opnieuw van een toelichting voorzien.

ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING Wetsartikel 1 (uitgaven/verplichtingen) 01 ALGEMEEN 01.01 Personeel en materieel ministerie

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

233 009

233 009

1e suppletore wet 1999

23 471

23 471

2e suppletore wet 1999

46 088

36 088

Slotwetmutaties

   

Mee/tegenvaller

   

– Overgang van de Postbank naar de Rabobank

  • 1 000
  • 1 000

– Diverse Tegenvallers

30 498

4 354

Overhevelingen

   

– Bijdrage aan het Justitieel Documentatie Systeem

   

JDS

  • 515
  • 515

– Bijdrage van DRp aan GBO in verband met de

   

onderhoudskosten van het financiele systeem

   

Jurist

411

411

– Projectbijdrage voor de nieuwe Vreemdelingen-

   

wet

1 000

1 000

– Bindingspremie DJI (arbeidsmarktknelpunt)

  • 555
  • 555

– Compensatie tegenvaller uitgaven Post-actieven

  • 1 000
  • 1 000

– Afrekening Podacs dataverkeer 1998 van DI met

   

DRp

  • 600
  • 600

– Compensatie van DGRh in uitgaven Centraal

   

Informatiepunt Onderzoek & Telecommunicatie

   

CIOT

700

700

– Diverse overhevelingen

226

226

Stand Slotwet 1999

331 733

295 590

Toelichting

Overgang van het betalingsverkeer van de Postbank naar de Rabobank De Rijksbrede overgang van het betalingsverkeer van de Postbank naar de Rabobank levert een tegenvaller op van f 1 mln.

Diverse tegenvallers

Het gaat hier met name om hogere uitgaven van f 1,6 mln. voor kinderopvang en het PC-privé-project. Tegenover deze hogere uitgaven staan hogere ontvangsten op het ontvangstenartikel 01.01 Diverse ontvangsten Ministerie. Tevens was bij de inrichtingskosten van nieuwe huisvestingslocaties sprake van een tegenvaller van f 1,8 mln. De overige tegenvallers zijn kleinere posten.Ten behoeve van exploitatie uitgaven en de aanschaffingen en is f 26 mln. meer aangegaan aan verplichtingen dan bij Najaarsnota geraamd.

Bijdragenaan het Justitieel Documentatiesysteem (JDS)

De Directie Bestuurszaken hevelt f 0,515 mln. over naar artikel 09.05.3

Personeel en materieel beheersdiensten ten behoeve van werkzaamheden van de Facilitaire Dienst van de Rechterlijke Organisatie (FDRO) aan het

JDS.

Bijdrage van DRp aan GBO in verband met onderhoud Jurist De Directie Rechtspleging hevelt vanuit artikel 09.05.3 Personeel en materieel beheersdiensten f 0,411 over voor het onderhoud van Jurist.

Projectbijdrage nieuwe Vreemdelingenwet

Vanuit het uitgavenartikel 07.02 Opvang asielzoekers wordt een bedrag van f 1 mln. overgeheveld als bijdrage aan het project Nieuwe Vreemdelingenwet.

Bindingspremie DJI

Naar het uitgavenartikel 08.05 Bijdrage Dienst Justitiële Inrichtingen wordt f 0,555 mln. overgeheveld vanuit het centrale budget arbeidsmarktknelpunten voor de bekostiging van onder andere bindingspremies.

Compensatie tegenvaller uitgaven Post-actieven

In verband met een tegenvaller bij de Post-actieven van de voormalige Rijkspolitie, veroorzaakt door stijgende loonkosten en een lagere uitstroom, wordt f 1 mln. overgeheveld naar uitgavenartikel 01.04 Post-actieven.

Afrekening Podacs dataverkeer 1998 van DI met DRp

Naar het uitgaven artikel 09.05.3 Personeel en Materieel Beheersdienst wordt f 0,6 mln. overgeheveld voor de afrekening van Podacs dataverkeer.

Compensatie van DGRh ten behoeve van uitgaven CIOT Het budget van f 0,7 mln. voor de personele uitgaven van het Centraal Informatie-punt Onderzoek en Telecommunicatie (CIOT) wordt eenmalig overgeheveld vanuit het uitgavenartikel 09.03 Personeel en materieel overige diensten.

Diverse overhevelingen

Dit bedrag is een saldo van met name overhevelingen ten behoeve van de uitgaven voor trainees en een overheveling voor van automatisering.

01.03 Bijdragen en contributies

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

Verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

2 728

2 878

1e suppletore wet 1999

0

0

2e suppletore wet 1999

763

763

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – diverse mee/tegenvaller

226

  • 357

Stand Slotwet 1999

3 717

3 284

Toelichting

Diverse Mee/tegenvallers

Deze meevaller van f 0 358 mln. wordt veroorzaakt door dat aan met name het Schengensecretariaat en aan het Centrum voor juridische internationale samenwerking minder is bijgedragen dan geraamd. Tevens is voor de bijdragen aan nationale organisaties een groter bedrag verplicht dan bij Najaarsnota geraamd.

01.04 Post-actieven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
   

Verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting

1999

6 128

6 128

1e suppletore wet 1999

 

0

0

2e suppletore wet 1999

 

181

181

Slotwetmutaties

Mee/tegenvaller

– Tegenvaller

Overhevelingen

– Compensatie tegenvaller uitgaven Post-actieven

3 198 1 000

3 198 1 000

Stand Slotwet 1999

 

10 507

10 507

Toelichting

Tegenvaller

De uitgaven voor de post actieven zijn f 4 mln. hoger dan geraamd door een tegenvaller bij de Post-actieven van de voormalige Rijkspolitie.

Compensatie tegenvaller post-actieven

In verband met een tegenvaller veroorzaakt door stijgende loonkosten en een lagere uitstroom bij post-actieven van de voormalige Rijkspolitie is f 1 mln. vanuit uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie overgeheveld. De circa f 3 mln. meerontvangsten uit het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds zijn tevens aangewend ter financiering van de tegenvaller. (zie ontvangstenartikel 01.01 Diverse ontvangsten ministerie).

01.05 Geheime uitgaven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

3 980

3 980

1e suppletore wet 1999

  • 500
  • 500

2e suppletore wet 1999

1 000

1 000

Stand Slotwet 1999

4 480

4 480

01.06 Onvoorzien

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

500

500

1e suppletore wet 1999

0

0

2e suppletore wet 1999

0

0

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – Diverse mee-/tegenvallers

  • 500
  • 500

Stand Slotwet 1999

0

0

Toelichting

Op dit artikel zijn geen uitgaven gedaan.

01.07 Loonbijstelling

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

807

807

1e suppletore wet 1999

160 490

160 490

2e suppletore wet 1999

  • 161 297
  • 161 297

Stand Slotwet 1999

0

0

Toelichting

Op dit artikel zijn geen uitgaven gedaan.

01.08 Prijsbijstelling

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

6 769

6 769

1e suppletore wet 1999

3 339

3 339

2e suppletore wet 1999

  • 10 108
  • 10 108

Stand Slotwet 1999

0

0

Toelichting

Op dit artikel zijn geen uitgaven gedaan.

01.09 Diversen

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

634 776

634 776

1e suppletore wet 1999

851 913

851 913

2e suppletore wet 1999

  • 1 442 645
  • 1 442 645

Slotwetmutaties

Mee/tegenvaller

– Naheffing loonbelasting 1993 – 1998

– Diverse mee- en tegenvallers

Overhevelingen

– Compensatie KLM facturen

– Rijkstrainees 2e tranche

16 447 232

500 227

16 447 695

500 227

Stand Slotwet 1999

60 996

61 459

Toelichting

Naheffing loonbelasting 1993–1998.

De belastingdienst heeft Justitie aangeslagen voor de naheffing van loonbelasting en premies volksverzekering voor de periode 1993–1998. Deze heffing wordt via de centrale post Diversen betaald.

Diverse mee en tegenvallers

Er is f 0,695 mln. meer uitgegeven dan is geraamd. Dit is met name veroorzaakt door de afrekening van twee huurcontracten.

Compensatie KLM-facturen

Vanuit het uitgavenartikel 09.06 Gerechtskosten wordt f 0,5 mln. overgeheveld naar artikel 01.09.02 Buitenlandse dienstreizen ten behoeve van de centrale betaling vanuit het Kerndepartement.

Rijkstrainees 2etranche

Ten behoeve van Rijkstrainees f 0,192 mln. overgeheveld naar uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie en f 0,035 naar uitgavenartikel 09.05.2 Openbaar Ministerie.

01.11 Internationale samenwerking

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

1 858

1 858

1e suppletore wet 1999

0

0

2e suppletore wet 1999

713

713

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – Diverse mee/tegenvallers

  • 289
  • 715

Stand Slotwet 1999

2 282

1 856

Toelichting

De oorspronkelijke raming is gerealiseerd. De meevaller van f 0 715 mln. betreft de toekenning van de eindejaarsmarge voor HGIS-gelden voor Justitie.

01.13 Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

18 087

19 587

1e suppletore wet 1999

2 610

2 610

2e suppletore wet 1999

1 023

1 023

Slotwetmutaties mee/tegenvaller – Diverse mee/tegenvallers Overheveling

– Bijdrage van WODC aan het Justitieel Documentatie Systeem JDS

8 630

  • 85

781

84

Stand Slotwet 1999

30 265

23 917

Toelichting

Diverse mee- en tegenvallers

Deze tegenvaller van f 0,781 mln. wordt met name veroorzaakt door de kosten voor externe meerjarig onderzoek. Het aantal externe wetenschappelijke onderzoeken was hoger dan geraamd. Met name voor extern meerjarig onderzoek is circa f 7 mln. meer aan verplichtingen aangegaan dan bij najaarsnota was geraamd.

Bijdrage van het WODC aan het Justitieel Documentatiesysteem Ten behoeve van het onderhoud van het Justitieel Documentatiesysteem hevelt het WODC f 0,085 mln. over naar uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie.

01.14 Adviescolleges

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

36

36

1e suppletore wet 1999

0

0

2e suppletore wet 1999

2

2

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – Diverse mee/tegenvallers

  • 20
  • 20

Stand Slotwet 1999

18

18

Toelichting

Diverse mee en tegenvallers

De raming voor Adviescolleges blijkt te hoog te zijn geweest.

07 INTERNATIONALE AANGELEGENHEDEN EN VREEMDELINGENZAKEN

07.01 Bijdrage Immigratie- en Naturalisatiedienst

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

353 854

353 854

1e suppletore wet 1999

460

460

2e suppletore wet 1999

128 240

128 240

Slotwetmutaties Overhevelingen – Terugkeerprojecten

5 000

5 000

Stand Slotwet 1999

487 554

487 554

Toelichting

Terugkeerprojecten

Ten behoeve van de kosten van terugkeerprojecten wordt een bedrag van

f 5 mln. overgeheveld van artikel 07.02 Opvang Asielzoekers.

07.02 Opvang asielzoekers

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

1 249 321

1 249 321

1e suppletore wet 1999

2 005

2 005

2e suppletore wet 1999

631 964

631 964

Slotwetmutaties

   

Mee/tegenvallers

   

– Diverse mee- en tegenvallers

33 383

33 383

Overhevelingen

   

– Terugkeerprojecten

  • 5 000
  • 5 000

– Projectbijdrage voor de nieuwe Vreemdelingen-

   

wet

  • 1 000
  • 1 000

– Ophogen verplichtingenruimte

778 483

 

Desalderingen

   

– Renteopbrengst COA

12 000

12 000

– EU-project Kosovo

1 205

1 205

– Verrekening ziektekosten met VWS

6 525

6 525

– Afrekening subsidie COA 1998

7 016

7 016

Stand Slotwet 1999

2 715 902

1 937 419

Toelichting

Diverse mee/en tegenvallers

Het bedrag van f 33,383 mln. is een saldo van meevallers op de projectuitgaven voor de invoering van de nieuwe Vreemdelingenwet en tegenvallers op hogere uitgaven voor ziektekosten, de uitgaven op huisvesting voor en basisonderwijs aan asielzoekers en investeringsuitgaven.

Terugkeerprojecten

Ten behoeve van terugkeerprojecten wordt f 5 mln. overgeheveld naar uitgavenartikel 07.01 Bijdrage Immigratie- en Naturalisatiedienst.

Projectbijdrage voor de nieuwe Vreemdelingenwet

Voor de uitgaven in verband met de invoering van de nieuwe Vreemdelingenwet wordt f 1 mln. overgeheveld naar het uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie.

Ophogen verplichtingenruimte

Bij de raming van de ontwerpbegroting 2000 is het kasbudget voor de opvang van 2000 met f 1 081,480 mln. naar boven bijgesteld. Aangezien de verplichtingen voor de uitgaven van 2000 reeds in 1999 worden aangegaan had ook het verplichtingenbudget 1999 moeten worden aangepast. Dit is abusievelijk niet in voldoende mate gebeurd.

Renteopbrengst COA

De renteopbrengsten die door het COA zijn afgestort (zie ontvangstenartikel 07.01 Diverse ontvangsten vreemdelingenzaken) worden ingezet om extra uitgaven bij het COA te doen.

EU-project Kosovo

Het betreft uitgaven voor een aantal projecten in Kosovo. Hiervoor is van de Europese Unie een bijdrage ontvangen. (zie ontvangstenartikel 07.01 Diverse ontvangsten vreemdelingenzaken).

Verrekening ziektekostenVWS

Voor extra uitgaven voor ziektekosten is een vergoeding ontvangen van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Afrekening subsidie COA 1998

De ontvangsten van de afrekening van de subsidie 1998 met het COA

worden gebruikt om extra uitgaven bij het COA te bekostigen.

08 PREVENTIE, JEUGD EN SANCTIES

08.01 Personeel en materieel Raad voor de Kinderbescherming

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

171 336

171 336

1e suppletore wet 1999

4 802

4 802

2e suppletore wet 1999

18 596

18 596

Slotwetmutaties

Mee/tegenvallers

– Diverse mee-/tegenvallers

2 134

3 890

Stand Slotwet 1999

196 868

198 624

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

De Raad voor de Kinderbescherming heeft f 3 890 meer uitgegeven. dan geraamd bij Najaarsnota. De tegenvaller wordt nagenoeg geheel veroorzaakt door de overschrijding van personele uitgaven met name voor tijdelijke uitzendkrachten. Tegenover deze extra uitgaven staat f 3 mln. extra ontvangsten op ontvangstenartikel 08.01 Diverse ontvangsten preventie, jeugd en sancties vanwege detachering van personeel en inkomsten uit het PC-privé project.

08.02 Subsidies Preventie, Jeugdbescherming en Reclassering

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

753 630

753 630

1e suppletore wet 1999

12 053

12 053

2e suppletore wet 1999

265 205

133 468

Slotwetmutaties

Mee/tegenvallers

– Diverse mee- en tegenvallers niet asiel

– Diverse mee- en tegenvallers asiel

– Diverse mee- en tegenvallers

  • 604
  • 5 326 15 000

Stand Slotwet 1999

1 030 284

878 825

Toelichting

Diverse mee en tegenvallers niet asiel

De meevaller wordt hoofdzakelijke veroorzaakt door vertraging in een aantal projecten van f 2.9 mln. (Scheiding en Omgang en CRIEM) en het achterblijven van automatiseringsuitgaven f 1.3 mln.

Diverse mee en tegenvallers asiel

Voor alleenstaande minderjarige asielzoekers is f 15 mln. minder uitgegeven dan geraamd. Deze meevaller betreft de uitgaven aan voorschotten die in april 2000 worden afgerekend. Voorts is de doorstroom van minderjarige asielzoekers naar relatief goedkope opvang hoger dan geraamd.

08.03 Schadefonds geweldsmisdrijven

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

3 072

3 072

1e suppletore wet 1999

302

302

2e suppletore wet 1999

389

389

Slotwetmutaties

Mee/tegenvallers

– Diverse mee- en tegenvallers

163

163

Stand Slotwet 1999

3 927

3 927

Toelichting

Diverse mee- en tegenvallers

De raming is met een klein bedrag overschreden.

08.04 Bijdrage Centraal Justitieel Incassobureau

Opbouw uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

52 725

52 725

1e suppletore wet 1999

504

504

2e suppletore wet 1999

9 747

9 747

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller

– Overgang van het CJIB van de Postbank naar de Rabobank

1 000

1 000

Stand Slotwet 1999

63 976

63 976

Toelichting

Overgang van het betalingsverkeer CJIB van de Postbank naar de

Rabobank

Het effect van de Rijksbrede overgang van het betalingsverkeer van de

Postbank naar de Rabobank leidt tot een tegenvaller van f 1 mln. op. Dit bedrag wordt vanuit gereserveerd budget op het uitgavenartikel 01.01

Personeel en materieel ministerie overgeheveld.

08.05 Bijdrage Dienst Justitiële Inrichtingen

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

1 745 006

1 745 006

1e suppletore wet 1999

  • 6 218
  • 6 218

2e suppletore wet 1999

361 448

361 448

Slotwetmutaties Overhevelingen

– Bindingspremie DJI (arbeidsmarktknelpunt) – Afrekening secretariële ondersteuning Commissie van Toezicht

555 - 479

555 - 479

Stand Slotwet 1999

2 100 312

2 100 312

Toelichting

Bindingspremie DJI

Van het uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie wordt f 0,555 mln. vanuit het centraal budget arbeidsmarktknelpunten overgeheveld voor uitgaven voor onder andere bindingspremies.

Secretariële ondersteuning Commissie van Toezicht Naar het uitgavenartikel 09.05 Directie Rechtspleging wordt f 0,479 mln. overgeheveld in verband met de financiering van de secretariële ondersteuning van de Commissies van Toezicht.

08.06 Bestuurszaken

Opbouw verplichtingen-, uitgaven- en ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

36 806

36 806

1e suppletore wet 1999

2 535

2 535

2e suppletore wet 1999

16 650

16 650

Slotwetmutaties

Mee/tegenvallers

– Diverse mee- en tegenvallers asiel

– Diverse mee- en tegenvallers niet- asiel

1 351 - 175

9 183 - 532

Stand Slotwet 1999

54 465

46 275

Toelichting

Diverse mee en tegenvallers asiel

De meevaller van f 9 183 mln. doet zich voor bij de uitgaven voor de tolkencentra. Anders dan bij raming verondersteld komen deze gelden niet in 1999 maar in 2000 tot uitbetaling.

Diverse mee en tegenvallers

De niet-asiel gerelateerde uitgaven zijn iets achtergebleven bij de raming. De voornaamste reden is dat op de garantieregeling voor de faillissementscuratoren in ’99 een kleiner beroep is gedaan dan geraamd.

09 WETGEVING, RECHTSHANDHAVING EN RECHTSPLEGING 09.01 Personeel en materieel Gerechtelijke Laboratoria

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

32 745

32 745

1e suppletore wet 1999

1 479

1 479

2e suppletore wet 1999

5 269

5 269

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

1 901

1 331

Stand Slotwet 1999

41 394

40 824

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

De overschrijding van f 1,3 mln. heeft betrekking op een aantal projecten, te weten: de fusie van het gerechtelijke Laboratorium en het Laboratorium voor de Gerechtelijk Pathologie, kosten voor onderzoeken in de strafrechtsketen,( waarvoor de ontvangsten zijn verantwoord op 09.01 Diverse ontvangsten politie), contra-expertises en een Europees project Schrift en Spraak.

09.02 Bijzondere uitgaven politie

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
     

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

   

70 769

70 769

1e suppletore wet 1999

   
  • 3 125
  • 3 125

2e suppletore wet 1999

   
  • 4 600
  • 4 600

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

Desalderingen

– Bijdrage van andere ministeries in cryptogarfie

Overhevelingen

– Landelijk Selectie- en Opleidingsinstituut Politie

  • 210 2 855 1 422
  • 435 2 855 1 422

Stand Slotwet 1999

   

67 111

66 887

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

De uitgaven zijn f 0,435 mln. achtergebleven bij de raming, omdat de uitgaven voor de meldkamer zijn verantwoord bij het Korps Landelijke

Politiediensten.

Bijdrage van andere ministeries

De uitgaven voor het crypto project zijn verhoogd met de bijdrages van de Ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Financiën en Defensie (zie ontvangstenartikel 09.01 Diverse ontvangsten politie).

Overheveling Landelijk Selectie- en Opleidingsinstituut Politie Ter bekostiging van de extra uitgaven van het LSOP voor de verbetering van het recherche onderwijs is f 1,422 mln. overgeheveld vanuit artikel 09.03 Personeel en materieel overige diensten.

09.03 Personeel en materieel overige diensten

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
   

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

 

85 927

85 927

1e suppletore wet 1999

 

246

246

2e suppletore wet 1999

 

22 407

22 407

Slotwetmutaties

     

Mee-tegennvallers

     

– Diverse mee/tegenvallers

 
  • 1 635
  • 1 635

Desalderingen

     

– Bewakingskosten luchthavens

 

6 500

6 500

Overhevelingen

     

– Compensatie LSOP

 
  • 1 422
  • 1 422

– Compensatie van DGRh in uitgaven

Centraal

   

Informatiepunt Onderzoek & Telecommunicatie

   

(CIOT)

 
  • 700
  • 700

Stand Slotwet 1999

 

111 324

111 324

Toelichting

Diverse mee en tegenvallers

De meevaller van f 1 635 mln. bestaat voor een deel uit vertraging in de uitgaven bij het Centraal Informatiepunt Onderzoek en Telecommunicatie (CIOT) dat in 1999 van start is gegaan en een meevaller op de bewakings-kosten voor burgerluchthavens ten opzichte van de raming bij Najaarsnota.

Bewakingskosten luchthavens

De bewakingskosten van de luchthavens vallen hoger uit dan de raming bij Najaarsnota als gevolg van het stijgende aantal luchtvaartpassagiers en de toegenomen vraag naar bewaking bij zogenaamde «high risk flights». Tegenover deze hogere uitgaven staan meerontvangsten uit de beveiligingsheffing (zie ontvangstenartikel 09.01 Diverse ontvangsten politie).

Compensatie Landelijk Selectie- en Opleidingsinstituut Politie Ter dekking van de hogere uitgaven van het LSOP voor extra uitgaven ter verbetering van het recherche onderwijs, wordt een bedrag van f 1,422 mln. overgeheveld naar artikel 09.02. Bijzondere uitgavan politie.

Compensatie van DGRh ten behoeve van uitgaven CIOT In verband met de uitgaven voor personeel van het CIOT wordt f 0,7 mln. naar dit artikel overgeheveld op uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie.

09.04 Bijdrage Korps Landelijke Politiediensten

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

373 057

373 057

1e suppletore wet 1999

2 467

2 467

2e suppletore wet 1999

54 528

54 528

Stand Slotwet 1999

430 052

430 052

09.05 Dienst Rechtspleging/Openbaar Ministerie/Rijksrecherche

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

1 248 721

1 248 721

1e suppletore wet 1999

141 341

141 341

2e suppletore wet 1999

242 912

242 912

Slotwetmutaties

   

Mee-tegenvallers

   

– Diverse meevallers asiel

  • 8 620
  • 11 900

– Diverse meevallers niet-asiel

  • 30 722
  • 37 089

Desalderingen

   

– Automatiseringsactiviteiten in samenwerking met

   

FDRO

2 000

2 000

Interdepartementale overboekingen

   

– Compensatie medische tuchtcolleges

379

379

– Uitblijven werklasteffecten Huursubsidiewet voor

   

Rechterlijke macht

  • 1 500
  • 1 500

Overhevelingen

   

– Afrekening secretariële ondersteuning Commissie

   

van Toezicht

479

479

– Correctieboeking

  • 96
  • 96

– Rijkstrainees 2e tranche

35

35

– Bijdrage van DBZ aan het Justitieel Documentatie

   

Systeem JDS

600

600

– Afrekening Podax dataverkeer 1998 van DI met

   

DRp

600

600

– ICT-trainee en implementatie loket referentie

   

gegevens

62

64

– Bijdrage van DRp aan GBO in verband met de

   

onderhoudskosten van het financiele systeem

   

Jurist

  • 411
  • 411

Stand Slotwet 1999

1 595 780

1 586 134

Toelichting

Diverse meevallers asiel

De onderuitputting op asiel wordt veroorzaakt door de vertragingen die zijn opgelopen bij de uitbreiding van 5 naar 10 vreemdelingenkamers.

Diverse meevallers niet asiel

De lagere uitgaven bij onderdeel Rechtspleging worden veroorzaakt door het niet meer tot betaling komen van huisvestingsmiddelen (f 10 mln.), het achterblijven van uitgaven waar ook ontvangsten tegenoverstaan (f 9 mln.) zoals uitgaven in verband met het pc-prive project, detachering, kinderopvang en subsidies (zie ontvangstenartikel 09.04 Diverse ontvang- sten rechtspraak), een beperkte onderuitputting op de middelen uit de contourennota (f 2,3 mln.), werving selectie en opleiding (f 2 mln.) en het onvervuld blijven van vacatures.

De lagere uitgaven bij het onderdeel Openbaar Ministerie worden veroorzaakt door onderuitputting op de gebiedsprojecten (ca. f 1,5 mln.) en onderuitputting als gevolg van de ontvlechting (ca. f 3.3 mln.).

Automatiseringsactiviteiten in samenwerking met FDRO De FDRO verricht ten behoeve van het CJIB een aantal automatiserings-taken, hiervoor worden kosten gemaakt (f 2 mln.) welke bij het CJIB in rekening worden gebracht (zie ook ontvangstenartikel 09.04 Diverse ontvangsten Rechtspraak).

Compensatie medische tuchtcolleges

Van het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport is compensatie ontvangen ten behoeve van de uitgaven voor de medische tuchtcolleges.

Uitblijven werklasteffecten Huursubsidiewet voor Rechterlijke macht Door het uitblijven van werklasteffecten in 1999 als gevolg van de nieuwe huursubsidiewet vloeien de eerder overgehevelde middelen terug naar het Ministerie van VROM.

Secretariële ondersteuning Commissie van Toezicht

Ter compensatie van voor DJI gemaakte kosten wordt vanuit artikel 08.05

Dienst Justitiële Inrichtingen een bedrag van f 0,479 mln. overgeheveld ten behoeve van de secretariële ondersteuning van de Commissies van

Toezicht.

Correctieboeking OM euro-gelden

In verband met een eerdere foutieve boeking wordt hierop een correctie gepleegd.

Rijkstrainees 2etranche

Vanuit het centrale artikel 01.09 Diverse uitgaven wordt ten behoeve van een rijkstrainee f 0,035 mln. overgeheveld.

Bijdrage van DBZ aan het Justitieel Documentatiesysteem (JDS) DBZ hevelt f 0,6 mln over van artikel 01.01 Personeel en materieel ministerie ten behoeve van werkzaamheden van de Facilitaire Dienst van de Rechterlijke Organisatie (FDRO) aan het JDS.

Afrekening Podacs dataverkeer 1998 van DI met DRp

Van het uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie wordt f 0,6

mln. overgeheveld voor de afrekening van Podacs dataverkeer.

ICT-trainee en implementatie loket referentie gegevens Voor de bekostiging van één ICT trainee wordt circa f 0,1 mln. overgeheveld naar de Directie Informatisering (artikel 01.01 Personeel en materieel Ministerie). Daarnaast wordt voor de financiering van het project Referentiegegevens f 0,161 mln. vanuit de Directie Informatisering naar dit artikel overgeheveld.

Bijdrage van DRp aan GBO in verband met onderhoud Jurist

Ten behoeve van het onderhoud aan de financiële systemen wordt f 0,411

mln. overgeheveld naar artikel 01.01 Personeel en materieel Ministerie.

09.06 Gerechtskosten

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

82 511

82 511

1e suppletore wet 1999

  • 11 704
  • 11 704

2e suppletore wet 1999

10 195

10 195

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

Overhevelingen

– Compensatie KLM facturen

1 341 - 500

1 341 - 500

Stand Slotwet 1999

81 843

81 843

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

De realisatie is f 1 403 mln hoger dan de raming. De oorzaak zijn de hogere uitgaven voor civiele en administratiefrechtelijke zaken.

Compensatie KLM-facturen

Vanuit dit uitgavenartikel wordt f 0,5 mln. overgeheveld naar artikel 01.09.02 Buitenlandse dienstreizen ten behoeve van de centrale betaling vanuit het Kerndepartement.

09.07 Gefinancierde Rechtsbijstand

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

459 644

459 644

1e suppletore wet 1999

3 492

3 492

2e suppletore wet 1999

  • 16 497
  • 16 497

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

53 303

  • 1 460

Stand Slotwet 1999

499 942

445 180

Toelichting

Diverse mee en tegenvallers

De gefinancierde rechtsbijstand blijft f 1,460 mln. achter bij de raming. De lagere uitgaven zijn een saldo van hogere apparaatsuitgaven, lagere programmakosten door een meevallende instroom van asielzoekers, meevallende volumeontwikkeling van civiele toevoegingen, meevallende uitgaven bij de toezichtfuncties en lagere exploitatie kosten voor deurwaarders.

09.08 Schuldsanering

Opbouw verplichtingen- en uitgavenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting (x f 1 000,–)

 
 

verplichtingen

uitgaven

Stand ontwerp-begroting 1999

16 905

16 905

1e suppletore wet 1999

4

4

2e suppletore wet 1999

  • 5 381
  • 5 381

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

  • 206
  • 206

Stand Slotwet 1999

11 322

11 322

Toelichting

Diverse mee en tegenvallers

De realisatie blijft f 0 206 mln. achter bij de raming Najaarsnota. De oorzaak is vertraging in de aanloopkosten voor bewindvoerders en opleidings- en automatiseringskosten.

Wetsartikel 2 (ontvangsten)

01 ALGEMEEN

01.01 Diverse ontvangsten ministerie

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting

(x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

6 494

1e suppletore wet 1999

7 326

2e suppletore wet 1999

4 700

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – Diverse mee/tegenvalllers

7 632

Stand Slotwet 1999

26 152

Toelichting

Diverse mee- en tegenvallers

De meevaller van f 7 632 mln. heeft drie hoofdoorzaken. Allereerst zijn de ontvangsten bij het WODC f 1.4 mln. hoger dan geraamd. Hiertegenover staan extra uitgaven op het uitgavenartikel 01.13 .Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum. Tevens zijn er meerontvangsten bij de kinderopvang en het PC-privé project. De meerontvangsten zijn ingezet voor extra uitgaven (zie uitgavenartikel 01.01 Personeel en materieel ministerie).Daarnaast is er een meerontvangst van f 3,4 mln. uit het Algemeen Arbeidsongeschiktheidsfonds. Deze inkomsten zijn ingezet op uitgavenartikel 01.04 Postactieven ter dekkingvan de tegenvaller op de post van de voormalig Rijkspolitie.

01.02 Geheime ontvangsten

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting

(x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

P.M.

1e suppletore wet 1999

P.M.

2e suppletore wet 1999

1 000

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – Diverse mee/tegenvallers

2 900

Stand Slotwet 1999

3 900

07 INTERNATIONALE AANGELEGENHEDEN EN VREEMDELINGENZAKEN

07.01 Diverse ontvangsten Vreemdelingenzaken

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting

Slotwetmutaties

Mee/tegenvaller

– Subsidie Europese Commissie

– Diverse afrekeningen

Desalderingen

– Renteopbrengst COA

– EU-project Kosovo

– Verrekening ziektekosten met VWS

– Afrekening subsidie COA 1998

(x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

245 300

1e suppletore wet 1999

0

2e suppletore wet 1999

  • 4 000

603 404

12 000 1 205

6 525

7 016

Stand Slotwet 1999

269 052

Toelichting

Subsidie Europese Commissie

Van de Europese Commissie is een bijdrage ontvangen voor de projecten die door het COA worden uitgevoerd.

Diverse afrekeningen

Het gaat hier om afrekeningen van een aantal kleinere subsidies met name met Stichting Knooppunt Vrijwillige Terugkeer en het Nederlandse Rode Kruis.

Renteopbrengst COA

De rente-inkomsten van het COA bedroegen in 1999 f 12 mln.

EU-project Kosovo

De Europese Unie heeft aan een aantal projecten in Kosovo subsidie verleend.

Verrekening ziektekostenVWS

Van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport is een bijdrage ontvangen in de ziektekosten voor asielzoekers.

Afrekening subsidie COA 1998

Het gaat hier om een afrekening van de subsidie over 1998 met het

Centraal orgaan Opvang Asielzoekers

08 PREVENTIE, JEUGD EN SANCTIES

08.01 Diverse ontvangsten Preventie, Jeugdbescherming en Reclassering

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting                   (x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

10 035

1e suppletore wet 1999

0

2e suppletore wet 1999

400

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – Diverse mee/tegenvallers

3 050

Stand Slotwet 1999

13 485

Toelichting

Op dit artikel is een meevaller van f 3,050 mln. over 1999. Deze is een saldo van een tegenvaller bij het Landelijk Bureau Inning Onderhoudsbijdragen van f 1,4 mln. op het terrein van de inkomsten uit ouderbijdragen. De tegenvaller doet zich voor op de post bij de regeling voor de zogeheten. «schrijnende gevallen» en door een tegenvallend resultaat uit het deurwaarderstraject. Daarnaast is er een meevaller van f 3 mln. bij de ontvangsten van de Raad voor de Kinderbescherming door detachering van personeel en incidentele inkomsten uit het PC-prive project. Bij de afrekeningen van verstrekte subsidies aan gesubsidieerde instellingen is tot slot een meevaller van circa f 1,5 mln.

08.02 Ontvangsten DBZ

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting                   (x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

17 600

1e suppletore wet 1999

0

2e suppletore wet 1999

0

Slotwetmutaties Mee/tegenvaller – Diverse mee/tegenvallers

3 091

Stand Slotwet 1999

20 691

Toelichting

Op dit artikel is in 1999 een meevaller van f 3,091 mln. gerealiseerd. Deze meevallers bestaat met name uit meerontvangsten van f 1 mln. vanwege verklaringen van geen bezwaar voor vennootschappen en voorts is een bedrag van ruim f 1,8 mln. op dit artikel geboekt vanwege een afrekening over 1998 met de tolkencentra

09 WETGEVING, RECHTSHANDHAVING EN RECHTSPLEGING 09.01 Diverse ontvangsten politie

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting                   (x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

80 200

1e suppletore wet 1999

0

2e suppletore wet 1999

8 800

Slotwetmutaties

Mee-tegennvallers

– Diverse mee/tegenvallers

Desalderingen

– Beveiligingskosten luchthavens

– Bijdrage van andere minsteries in cryptogarfie

3 992

6 500 2 855

Stand Slotwet 1999

102 347

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

De meevaller wordt veroorzaakt door een meerontvangst op de post beveiliging burgerluchthavens van f 0.8 mln. ten opzichte van de raming bij Najaarsnota als gevolg van het sterk toegenomen aantal passagiers. Voorts is f 0.6 mln. verrekend voor personeel Europol en is f 0.6 mln. subsidie verrekend voor een Oost-Europa project.

Beveiligingsheffing luchthavens

De ontvangsten uit de beveiligingsheffing zijn f 6.5 mln. hoger door de toename van het aantal reizigers. Hiertegenover staan uitgaven op artikel 09.03 Personeel en materieel overige diensten.

Bijdrage van andere ministeries in het crypto project Dit zijn de bijdrages van de ministeries van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, Financiën en Defensie voor het project crypto. Dit geld is ingezet voor de financiering van dit project (zie uitgavenartikel 09.02 Bijzondere uitgaven politie).

09.02 Boeten en Transacties

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting

(x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

679 405

1e suppletore wet 1999

27 784

2e suppletore wet 1999

35 000

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

4 510

Stand Slotwet 1999

746 699

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

Als gevolg van de zeer hoge ontvangsten in de maand december zijn de ontvangsten uit Boeten en Transacties f 4 510 mln. hoger uitgevallen dan geraamd.

09.03 Griffierechten

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting

(x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

206 750

1e suppletore wet 1999

0

2e suppletore wet 1999

  • 15 000

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

3 105

Stand Slotwet 1999

194 855

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

De inkomsten uit griffierechten zijn f 3 106 hoger dan geraamd. De

oorzaak is de groei van het zaaksaanbod die hoger is geweest dan geraamd.

09.04 Diverse ontvangsten Rechtspraak

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

Desalderingen

– Automatiseringsactiviteiten in samenwerking met FDRO

(x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

23 600

1e suppletore wet 1999

16 000

2e suppletore wet 1999

1 206

3 389 2 000

Stand Slotwet 1999

39 417

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

Bij de verbeurd verklaarde gelden, exclusief de «Pluk ze» ontvangsten, is circa f 5 mln. meer ontvangen dan geraamd. Daarnaast is er een minderontvangst van circa f 9 mln. bij de post voor kinderopvang detachering subsidies (Hier staan minder uitgaven tegenover zie artikel 09.05 Dienst Rechtspleging/ Openbaar Ministerie en Rijksrecherche). Voorts komen de «Pluk-ze» ontvangsten f 0,4 mln. hoger uit dan de raming.

Automatiseringsactiviteiten in samenwerking met FDRO

Het Centraal Justitieel Incasso Bureau (CJIB) heeft de kosten voor inhuur van personeel van de Facilitaire Dienst Rechterlijke Organisatie (FDRO) voor automatiseringswerk afgerekend. (zie tevens uitgavenartikel 09.05 Dienst Rechtspleging/ Openbaar Ministerie en Rijksrecherche)

09.05 Diverse ontvangsten Rechtsbijstand

Opbouw ontvangstenramingen vanaf de stand ontwerp-begroting

(x f 1 000,–)

 

ontvangsten

Stand ontwerp-begroting 1999

8 500

1e suppletore wet 1999

600

2e suppletore wet 1999

0

Slotwetmutaties

Mee-tegenvallers

– Diverse mee/tegenvallers

149

Stand Slotwet 1999

9 249

Toelichting

Diverse mee/tegenvallers

De realisatie is f 0,149 mln. hoger dan geraamd.

TOELICHTING REKENING VAN AGENTSCHAPPEN Wetsartikel 3

01 Immigratie- en Naturalisatiedienst Rekening van baten en lasten

Rekening van Baten en Lasten van het agentschap IND Bedragen x f 1000

 

Omschrijving

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil

 

vastgestelde

 

realisatie en

 

begroting

 

oorspronkelijk vastgestelde begroting

 

(1)

(2)

(3)=(2-1)

BATEN

     

Opbrengst moederdepartement

353 854

479 052

125 198

Opbrengst derden

13 460

17 378

3 918

Rentebaten

-

892

892

Totaal baten

367 314

497 322

130 008

LASTEN

     

Apparaatskosten

367 287

491 085

123 798

* personele kosten

173 061

251 258

78 197

* materiële kosten

194 226

239 827

45 601

Afschrijvingskosten

15 444

21 164

5 720

* materieel

15 444

21 164

5 720

Buitengewone lasten

(1 988)

7 379

9 367

Totaal lasten

380 743

519 628

138 885

Saldo van baten en lasten

(13 429)

(22 306)

(8 877)

Toelichting op de rekening van baten en lasten

Baten

Opbrengst departement

Het bijdrage-artikel van de IND wordt door het kerndepartement gevoerd volgens het kasverplichtingenstelsel. Toevoegingen aan en afnamen van de IND-begroting worden als «opbrengst departement» gemuteerd. Voor de aansluiting van de begrotingsuitvoering 1999 met de stand van het bijdrage-artikel 07.01 wordt verwezen naar onderstaande tabel:

Saldo uitgaven en ontvangsten

 

Omschrijving

ontwerpbegroting 1999

Realisatie 1999

Bijdrage IND (artikel 07.01) Opbrengst departement (wetsartikel 3)

353 854 353 854

487 554 487 554

Saldo

0

0

Hieronder wordt door middel van een overzicht de toename ten opzichte van de ontwerp-begroting nader gespecificeerd:

Omschrijving                                                                                                                                 Bedrag

Stand ontwerp-begroting 1999                                                                                                    353 854

Technische mutaties

– aanvullende posten                                                                                                                    10140

– departementale overboekingen                                                                                                   2809

– verdeling huisvesting                                                                                                                   5776

Niet-technische mutaties:

– autonoom                                                                                                                                    98800

– beleidsmatig                                                                                                                                16100

Overig                                                                                                                                                     75

Stand Slotwet 1999                                                                                                                      487 554

Af: Ontvangen investeringsbijdragen                                                                                           15000

Af: Ontvangen projectgelden                                                                                                          4000

Bij: Vordering kerndepartement i.v.m. hoeveelheidsverschil (zie bijlage 1)                               10 498

Stand opbrengst departement 1999                                                                                           479 052

Ter toelichting op bovenstaande mutaties geldt het volgende.

Aanvullende posten (f 10,1 mln.)

In 1999 is voor loon- en prijsbijstelling respectievelijk f 6,287 mln. en

f 3,853 mln. aan de IND-begroting toegevoegd.

Departementale overboekingen (f 2,8 mln.)

De overboeking heeft voornamelijk betrekking op de onderstaande mutaties. In het kader van de terugkeerregeling Kosovaren is de bijdrage van de IND in 1999 verhoogd met f 5 mln. Een verlaging vond plaats in verband met het – door de IND – te leveren aandeel (f 1,3 mln.) in de kosten voor de opleiding en certificering van tolken. Dit in het kader van de kwaliteitsverbetering tolkencentra. De bijdrage werd ook verlaagd ten behoeve van de structurele uitbreiding van de formatie van de directie Vreemdelingenbeleid (f 1,2 mln.). Tenslotte vond bijstelling plaats als gevolg van de overheveling van een formatieplaats van de directie Rechtspleging naar de IND (f 0,1 mln.) en het aandeel (f 0,175 mln.) van de Dienst Justitiele Inrichtingen in de kosten van medische advisering.

Verdeling huisvesting (f 5,8 mln.)

Deze post heeft betrekking op de overheveling van de huisvestingsgelden van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu (Rijksgebouwendienst) naar de IND. Toevoeging vindt plaats in het kader van de Stelselwijziging Rijkshuisvesting.

Autonoom (f 98,8 mln.)

De onder deze post opgenomen bedragen hebben vooral betrekking op de bijstelling op grond van de verwachte instroom van asielzoekers in 1999. Op basis hiervan is de bijdrage van het kerndepartement in de loop van 1999 bijgesteld naar een instroom van 50 000 asielzoekers (stand begroting 35 000). Verder is in de opbrengst rekening gehouden met een buffercapaciteit (circa f 50 mln.) om onverwachte pieken in de instroom te kunnen opvangen. In totaliteit is de behandelcapaciteit afgestemd op 60 000 asielzoekers. De feitelijke lagere instroom in 1999, de kwaliteitsverbetering alsmede de extra inzet die moet worden geleverd voor de realisatie van de groei van de organisatie, leidt ertoe dat minder productie kan worden gerealiseerd dan geraamd. Als gevolg hiervan is de bijdrage met circa f 60 mln. neerwaarts bijgesteld. Verder is in de bijdrage rekening gehouden met het restant cohort 1998 (f 13,1 mln.). Het eerste deel van de bijstelling (tranche van 40 000 naar 47 000) vond in 1998 plaats.

Tenslotte heeft bijstelling plaatsgevonden in verband met de kosten van het Bureau Medische Advisering (BMA) (f 5,7 mln.). Het BMA, dat met ingang van 1 januari 1999 is ondergebracht bij de IND, brengt adviezen uit over de medische situatie van vreemdelingen. Deze adviezen zijn nodig omdat de medische situatie van een vreemdeling een rol speelt bij het vaststellen van de verblijfstitel.

Beleidsmatig (f 16,1 mln.)

Als gevolg van de vertraging van de invoering van het Hoger Beroep in Vreemdelingenzaken valt in 1999 een bedrag van f 6,1 mln. vrij op het onderdeel personeel en materieel. Daarnaast wordt de bijdrage verhoogd (f 11,3 mln.) in verband met de invoering van de 48-uurs procedure in de aanmeldcentra en is in het kader van de (ver)bouw van het aanmeldcentrum Zevenaar de bijdrage verhoogd met f 10,9 mln.

Overig

De verdeling van de middelen bestemd voor de dekking van de kosten van de invoering van de Euro heeft geleid tot een bijstelling van f 0,075

mln.

Ter toelichting op de overige posten van de Rekening van Baten en Lasten geldt het volgende:

– Opbrengst derden

De opbrengst derden bedroegen in 1999 per saldo bijna f 4 mln. meer dan geraamd. Naar de samenstellende delen is het resultaat als volgt uitgesplitst:

 

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil

Leges aanvragen om toelating

Naturalisatie

Diversen

5 600

6 000 1 860

6 967 6 684 3 727

1 367

684

1 867

Totaal opbrengst derden

13 460

17 378

3 918

Ter nadere toelichting op de verschillen tussen de geraamde en gerealiseerde opbrengsten kan het volgende worden gemeld:

– Leges aanvragen om toelating en naturalisatie (f 2,1 mln.) De hogere opbrengst op deze onderdelen wordt veroorzaakt door het volume. Werd bij het opstellen van de begroting nog rekening gehouden met 56 000 respectievelijk 30 000 betalende verzoeken. De realisatie 1999 komt uit op 68 264 respectievelijk 40 004.

– Diversen (f 1,9 mln.)

Het bedrag van de oorspronkelijk vastgestelde begroting van circa f 1,9 mln. heeft voornamelijk betrekking op de geraamde visagelden en de inhoudingen op salarissen personeel (o.a. kinderopvang en PC-prive). De realisatie op dit onderdeel valt f 1,9 mln. hoger uit dan geraamd. Het betreft hier voornamelijk hogere ontvangsten waar tegenover gelijke uitgavenmutaties staan. Deze zogenoemde desalderingsmutaties hebben in hoofdzaak betrekking op verrekening van kosten met andere ministeries.

Rente

De rentebaten bedroegen over de credit-saldi van de rekening-courant met het Ministerie van Financiën f 0,97 mln. Aan rentelasten werden in dit kader f 78 000,= betaald. Gelet op de omvang van deze laatste post heeft saldering (f 0,892 mln.) plaatsgevonden.

Lasten

Apparaatskosten

Het uitvoeringsbeeld over 1999 van de personele en materiele lasten is als volgt:

 

Omschrijving

Bedrag

Realisatie personele en materiele kosten Raming personele en materiele kosten

491 085 367 287

Hogere lasten

123 798

De hogere kosten dan geraamd laten zich voornamelijk verklaren door de toevoegingen als toegelicht onder de post «opbrengst departement» en de «opbrengst derden».

In procenten kunnen de apparaatskosten als volgt worden weergegeven:

Omschrijving

Ontwerpbegroting 1999

Realisatie 1999

Personeel

Automatisering

Huisvesting

Tolkwerkzaamheden

Verwijderingen

Procesvertegenwoordiging

Opvang aanmeldcentra

Proceskosten

Subsidies

Overig

 

48

51,5

10

9

10

10

6

7

5

4

5

3

2

1

1

2

0

0,5

13

12

Totaal

100

100

Materiële kosten

De realisatie op de subsidies heeft vooral betrekking op de bijdrage in het kader van de Terugkeerregeling IOM en de bijdrage aan de politieorganisatie in het kader van de koppeling decentrale vreemdelingen administratie en de gemeentelijke basisadministratie. Aangezien een belangrijk deel van de kosten van personele aard zijn wordt onderstaand een nadere specificatie van dit onderdeel gegeven:

Omschrijving

Ontwerpbegroting 1999

realisatie 1999

Ambtelijk personeel

– bezetting (fte’s)

– begrotingsbeslag (x f 1 000,–)

– aantal niet-actief (fte’s)

– begrotingsbeslag (x f 1 000,–)

Overig personeel (x f 1 000,–)

– niet regulier

– uitzendkrachten

– opleiding en vorming

Post actief personeel

– begrotingsbeslag (x f 1 000,–)

 

2 168

2 422

165 761

218 170

15

PM

1 000

2 089

900

411

PM

20 238

3 400

9 087

2 000

1 263

Totaal

173 061

251 258

Ambtelijk personeel

De gemiddelde bezetting in 1999 komt uit op 2 422 fte. Ultimo december bedraagt de bezetting 2 713 fte. De gerealiseerde (gemiddelde) loonsom komt uit op een bedrag van f 80 970,= per fte.

Naast incidentele loonontwikkeling en loonbijstelling wordt dit bedrag in 1999 beinvloedt door de introductie van het vervoersplan en de (incidentele) mogelijkheid tot afkoop van het verlofstuwmeer.

De toename van het aantal niet-actieven wordt vooral veroorzaakt door het aantal personen dat gebruikt maakt van het ouderschapsverlof Het percentage ziekteverzuim (exclusief zwangerschap) in 1999 komt uit op 7% (1998: 6,8%). In de realisatie zijn tevens de kosten van interim functie vervulling opgenomen.

Overig personeel

Het (gemiddeld) aantal uitzendkrachten in 1999 bedraagt 258 fte.

Afschrijvingen materieel

Voor de waarderingsgrondslagen en afschrijvingsmethodiek wordt verwezen naar de toelichting bij de balans. Onderstaand een aansluiting afschrijvingskosten en afschrijving volgens verloopoverzicht:

Omschrijving

Bedrag

Afschrijvingen volgens Rekening van Baten en Lasten Afrondingsverschillen

21 164

6

Afschrijving volgens verloopoverzicht materiele vaste activa

21 170

Buitengewone lasten

Het onder deze post opgenomen bedrag (f 7 379) heeft betrekking op de navolgende posten:

  • 1. 
    vorming voorziening initiële kosten 4e AC ad f 6 061;
  • 2. 
    vorming voorziening dubbel geboekte opbrengsten naturalisatieleges ad f 765;
  • 3. 
    overige ad f 553. De taakstelling Regeerakkoord beloopt f 1 988.

Totaalbedragen

1                              2                    3=2-/- 1

Omschrijving

 

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil

vastgestelde

 

realisatie en

begroting

 

oorspronkelijk vastgestelde begroting

367 314

497 322

130 008

380 743

519 628

138 885

13 429-

22 306-

8 877-

15 444

15 000

  • 444

14 984

56 998

42 014

Totale baten Totale lasten

Saldo van baten en lasten

Totaal kapitaalontvangsten Totaal kapitaaluitgaven

De staat behorende bij de rekening van kapitaaluitgaven en kapitaalontvangsten.

Het kasstroomoverzicht van het agentschap IND

Rekening 1999 (exclusief suppletore mutaties)

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil realisatie en oorspronkelijke begroting

(1)

(2)

(3)=(2)-(1)

 

1.

Rekening courant RHB per 1 januari

2.

Totaal operationele kasstroom

3a.

Totaal investeringen

3b.

Totaal boekwaarde desinvesteringen

3.

Totaal investeringskastroom

4a.

Eenmalige uitkering aan Moederdeparte-

 

ment

4b.

Eenmalige storting door Moederdeparte-

 

ment

4c.

Aflossingen op leningen

4d.

Beroep op leenfaciliteit

4.

Totaal financieringskasstroom

Rekening courant RHB per 31 december

61 779

13 429

14 984 14 984

15 444

15 444

48 810

110 355

16 069

  • 56 998
  • 56 998

15 000

15 000

84 426

48 576

29 498 42 014 42 014

  • 444
  • 444

35 616

Toelichting

Rekening Courant RHB

Dit betreft de rekening courant met de Rijkshoofdboekhouding bij het

Ministerie van Financiën.

Totaal operationele kasstroom

Dit saldo komt tot stand op basis van de cijfers zoals opgenomen in de rekening van baten en lasten en de balans.

Totaal investeringskasstroom

Dit betreft het totaal van de door de IND in 1999 gedane (vervangings)in-vesteringen gecorrigeerd voor het bedrag van de desinvesteringsactiviteiten.

Rekening van kapitaaluitgaven en kapitaalontvangsten (meerjarig)

 
   

1997

1998

1999

2000

2001

2002

2003

1.

Rekening courant RHB per 1 januari

16 680

55 488

110 355

84 426

11 246

11 246

11 246

2.

Totaal operationele kasstroom

44 945

71 418

16 069

  • 522

29 000

29 000

29 000

3a.

Totaal investeringen

  • 6 136
  • 45 238
  • 56 998
  • 69 000
  • 25 000
  • 40 000
  • 40 000

3b.

Totaal boekwaarde desinvesteringen Totaal investeringskastroom

-

1 011

   

-

 

-

3.

  • 6 136
  • 44 227
  • 56 998
  • 69 000
  • 25 000
  • 40 000
  • 40 000

4a.

Eenmalige uitkering aan departemnet

-

-

-

  • 66 658
     

4b.

Investeringsbijdrage van het departement

-

27 676

15 000

-

     

4c.

Aflossingen op leningen

-

-

-

  • 22 000
  • 29 000
  • 29 000
  • 29 000

4d.

Beroep op leenfaciliteit

   

85 000

25 000

40 000

40 000

 

4.

Totaal financieringskasstroom Rekening courant RHB per 31 december

-

27 676

15 000

  • 3 658
  • 4 000

11 000

11 000

5.

55 489

110 355

84 426

11 246

11 246

11 246

11 246

5.

Volume en kostprijzen

Asiel

Ontwerp-begroting 1999

Realisatie 1999

 

Volume

Prijs (x f 1)

Begrotingsbeslag (x f 1 mln.)

Volume

Prijs (x f 1)

Begrotingsbeslag (x f 1 mln.)

40 000

1 050

42,0

37 921

1 585

60,1

38 000

1 340

50,9

46 178

1 595

73,7

42 500

965

41,0

50 682

1 470

74,5

35 000

1 270

44,5

19 715

1 975

38,9

17 500

1 350

23,6

10 066

1 460

14,7

17 500

1 235

21,6 19,0

7 674

1 370

10,5 8,7

aanmeldcentra gehoor beslissing bezwaar beroep voorlopige voorziening overige kosten

Totaal asiel

281,1

Regulier

Ontwerp-begroting 1999

Realisatie 1999

 

Volume

Prijs (x f 1)

Begrotingsbeslag (x f 1 mln.)

Volume

Prijs (x f 1)

Begrotingsbeslag (x f 1 mln.)

51 000

395

20,1

58 271

885

51,6

20 500

1 035

21,2

21 476

1 730

37,2

8 500

1 475

12,5

7 186

2 255

16,2

12 000

1 185

14,2

7 606

1 810

13,8

1e aanleg

– bezwaar

– beroep

– voorlopige voorziening

– overige kosten

Totaal regulier

118,7

Overige

Ontwerp-begroting 1999

Realisatie 1999

 

Volume

Prijs (x f 1)

Begrotingsbeslag (x f 1 mln.)

Volume

Prijs (x f 1)

Begrotingsbeslag (x f 1 mln.)

29 000

110

3,2

29 400

195

5,8

45 000

400

18,0

44 959

355

16,0

50 000

715

35,8

69 207

635

44,0

     

9 535

1 340

12,8

   

7,5

   

12,9

visa naturalisatie terugkeer conservatoir overige kosten

Totaal Overige

91,5

TOTAAL

491.3

Toelichting op de gerealiseerde productie en kostprijzen

Verklaring prijsverschillen asiel

De ontwerpbegroting 1999 is gebaseerd op nacalculatorische kostprijzen 1997. In de verantwoording over 1998 waren reeds (forse) verschillen geconstateerd en verklaard tussen de nacalculatorische kostprijs in 1998 en de kostprijs 1997. De nacalculatorische kostprijs 1998 is als basis gebruikt voor de in de verantwoording gebruikte prijzen over 1999. De nacalculatorische kostprijs 1998 is daarbij aangepast voor beleidsintensiveringen en loon- en prijsbijstelling welke reeds zijn goedgekeurd. Aan de kosten van het aanmeldcentrum is f 160,– toegevoegd voor de

48-uurs procedure. Dit bedrag is gebaseerd op f 9,6 mln voor 60 000 asielzoekers, tevens is toegevoegd f 109,– voor kosten van het AC-beleidsplan gebaseerd op f 6,5 mln voor eveneens 60 000 asielzoekers. Aan de kosten van asiel gehoor is f 119 toegevoegd voor taalanalyse. Aan de kosten voor asiel beslissing is f 31,– toegevoegd voor de kosten van Bureau Medische Advisering (BMA) en f 178,– voor Immigration Control Officers (ICO’s).

De opbouw van de kostprijs 1999 is, uitgaande van de nacalculatorische kostprijs 1998, als volgt:

 
 

Nacalculatori-

Beleids-

Loon- en

Kostprijs 1999

 

sche

kostprijs

intensive-

prijsbijstelling

 
   

1998

ringen (EZA, BMA, ICO’s)

(2,9%)

 

aanmeldcentra

 

1 272

268

45

1 585

gehoor

 

1 431

119

45

1 595

beslissing

 

1 219

209

42

1 470

bezwaar

 

1 919

 

56

1 975

beroep

 

1 417

 

41

1 458

voorlopige

         

voorziening

 

1 331

 

39

1 370

Verklaring overige kosten asiel ad. 8,7 mln in realisatie 1999 Het verschil tussen de werkelijk gerealiseerde kosten op het onderdeel asiel en de kosten volgens de aangepaste nacalculatorische kostprijs 1998 maal de in 1999 gerealiseerde kosten wordt veroorzaakt door de groei die de IND moet doormaken naar een behandelcapaciteit van 60 000 instromende asielzoekers, hetgeen niet direct een stijging van de productie tot gevolg heeft. De kosten worden onder andere veroorzaakt door wervings-en selectiekosten, toegenomen personeelskosten en bijkomende huisvestings- en bureaukosten en kosten van opleidingen. Deze kosten zijn in een post verantwoord onder overige kosten 1999 onder asiel.

Toelichting regulier

Vergeleken met de prijzen uit de ontwerpbegroting 1999 zijn er aanzienlijke verschillen. Indien de gerealiseerde prijzen 1999 worden vergeleken met de nacalculatorische kostprijzen 1998 dan zijn de verschillen vele malen kleiner. Alleen bij regulier beroep blijft dan een aanzienlijk verschil staan. Dit wordt grotendeels veroorzaakt door de groei van de afdeling procesvertegenwoordiging.

Verklaring overige kosten bij overige producten in realisatie 1999 De stijging van de overige kosten wordt voornamelijk veroorzaakt door de groei van de visadienst, die niet direct heeft geleid tot extra productie. Deze effecten zijn zoveel mogelijk buiten de kostprijs gehouden. Daarnaast heeft de intensivering van toezicht geleid tot hogere kosten.

Verklaring verschil lasten volgens kostprijsmodel en rekening van baten en lasten

Het verschil van 27,6 mln. tussen de in de rekening van baten en lasten verantwoorde totale lasten (519,6 mln.) en de kosten die zijn verantwoord via het kostprijsmodel (491,3 mln.) wordt verklaard door het niet meenemen in de kostentoerekeningen van subsidies en bijdragen en incidentele kosten en dergelijke.

BIJLAGE 1

BEREKENING HOEVEELHEIDVERSCHIL

Regulier

Ontwerp begr. 1999

(a)

Realisatie

1999

(b)

Verschil

(c )=(b)-(a)

Prijs (x 1) (d)

Begrotingsbeslag (c x d)

 

1e aanleg

51 000

58 271

7 271

395

2 872

bezwaar

20 500

21 476

976

1 035

1 010

beroep

8 500

7 186

(1 314)

1 475

(1 938)

vovo

12 000

7 606

(4 394)

1 185

(5 207)

Totaal regulier

       

(3 263)

Overige

 

Ontwerp begr. 1999

(a)

Realisatie

1999

(b)

Verschil (c )=(b)-(a)

Prijs (x 1) (d)

Begrotingsbeslag (c x d)

– visa

– naturalisatie

– terugkeer

29 000 45 000 50 000

29 400 44 959 69 207

400

(41)

19 207

110 400 715

44

(16)

13 733

Totaal overige

       

13 761

TOTAAL HOEVEELHEID-VERSCHIL 1999

   

10 498

02 Dienst Justitiële Inrichtingen Rekening van baten en lasten

Rekening van Baten en lasten van het agentschap DJI Bedragen x f 1000

 

Omschrijving

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil

 

vastgestelde

 

realisatie en

 

begroting

 

oorspronkelijke begroting

 

(1)

(2)

(3)=(2)-(1)

BATEN

     

Opbrengst moederdepartement

1 670 728

2 107 407

436 679

Opbrengsten derden

292 991

332 714

39 723

Rentebaten

-

2 393

2 393

Buitengewone baten

-

132

132

Totaal baten

1 963 719

2 442 646

478 927

LASTEN

     

Apparaatskosten

1 935 245

2 309 607

374 362

* personele kosten

1 263 339

1 271 986

8 647

* materiële kosten

671 906

1 037 621

365 715

Afschrijvingskosten

59 746

63 093

3 347

* materieel

59 746

62 718

2 972

* immaterieel

-

375

375

Dotaties aan voorzieningen

-

20 497

20 497

Buitengewone lasten

- 27 759

-

27 759

Totaal lasten

1 967 232

2 393 197

425 965

Saldo van baten en lasten

-3 513

49 449

52 962

Het saldo van baten en lasten 1999 is als volgt samengesteld:

Saldo van baten en lasten 1999

Bedrijfsresultaat

Specifieke bijdrage moederdepartement

Buitengewone baten

20 918

28 399

132

49 449

Toelichting op de rekening van baten en lasten

Baten

Opbrengsten departement

Het bijdrage-artikel van de DJI wordt door het Moederdepartement bijgesteld volgens het verplichtingen kasstelsel. Bijstellingen van het bijdrageartikel worden als mutaties op de rekening «opbrengsten moederdepartement» verantwoord.

Voor de aansluiting van de feitelijke begrotingsuitvoering 1999 op de stand van het bijdrage-artikel 08.05 van het Moederdepartement volgens de Slotwet 1999 wordt verwezen naar onderstaande tabel.

Saldo uitgaven en ontvangsten

Begroting

Realisatie

Uitgaven

Ontvangsten

Saldo

 

1 758 611

2 088 700

1 758 611

2 100 312

0

  • 11 612

Bovenstaand saldo maakt onderdeel uit van de financiering van projecten die in 2000 tot betaling komen. Via de rekening courant met de Rijks-hoofdboekhouding worden deze gelden meegenomen naar 2000.

Reguliere bijdrage moederdepartement

Hieronder wordt door middel van een overzicht de toename ten opzichte van de oorspronkelijke ramingen toegelicht en wordt tevens de aansluiting tussen de kasbijdrage en de in de staat van baten en lasten opgenomen opbrengsten moederdepartement aangegeven:

Wijzigingen t.o.v. de oorspronkelijke ramingen

Stand ontwerp-begroting 19991                                                        1 758 611                        1 758 611

Af: uitgaven uitbreidingsinvesteringen                                              –87883

Stand begroting 1999 volgens staat baten en lasten                      1 670 728

Interdepartementale overboekingen                                                                                                  621

Stelselwijziging rijkshuisvesting                                                                                                 306 858

Beleidsmatige mutaties/intensiveringen                                                                                      13398

Vertragingen/taakstellingen                                                                                                        –29000

Departementale overhevelingen                                                                                                     –718

Loon-/prijsbijstellingen                                                                                                                  50542

Stand Slotwet                                                                                                                            2100 312

Vooruit ontvangen bijdrage                                                                                                        –14742

Specifieke bijdrage moederdepartement.                                                                                    28399

Nogtebetalen projecten                                                                                                               –2343

Toevoeging aan bestemmingsreserve                                                                                         –4219

Stand opbrengst moederdepartement ultimo 1999                                                                2107 407

1 In de stand ontwerp-begroting 1999 is rekening gehouden met een anticipatiepost betreffende de nog toe te kennen loonbijstelling ad f 13,605 mln. Deze post is in deze tabel gecorrigeerd in het saldo van de post «Loon-/prijsbijstellingen».

Onderstaand volgt de toelichting op de posten die de aansluiting vormen tussen de stand van het bijdrage-artikel 08.05 (Slotwet 1999) en de stand van de bijdrage moederdepartement uit de Rekening van baten en lasten (Financiële verantwoording 1999):

Vooruitontvangen bijdrage (f 14,742 mln.)

De post heeft betrekking op de bijdragen van het moederdepartement die in enig jaar aan de kaders van de DJI zijn toegevoegd, maar niet in het jaar van uitvoering als baten zijn verantwoord. In de balans komt deze post terug in het saldo liquide middelen en in de overlopende posten.

Specifieke bijdrage moederdepartement (f 28,399 mln.) Deze post heeft betrekking op productietaakstellingen, welke in 1999 niet of niet geheel tot uitvoering zijn gekomen. In deze Financiële Verantwoording zijn onder «Relevante beleidsontwikkelingen» de onderstaande posten nader toegelicht die door vertraging of onderbezetting een bijdrage hebben geleverd aan de vorming van de saldo bijdrage 1999. Ter bekorting wordt voor een uitgebreidere toelichting hiernaar verwezen. Voorts geldt nog dat in onderstaand overzicht tot uitdrukking komt in welke mate de besparingen een bijdrage hebben geleverd aan de invulling van taakstellingen die voor 1999 golden.

Samenvattend geldt de volgende samenstelling:

Vertraging capaciteitsuitbreiding GW

Vertraging capaciteitsuitbreiding Jeugd

Vertraging capaciteitsuitbreiding TBS, incl. AWBZ-compensatie

Arrestanten op politiebureaus

Capaciteitsgerelateerde overhead

Lagere productie penitentiaire programma’s

Taakstelling Voorjaarsnota (f 15 mln.), tranche 1999 Invulling taakstelling RA (f 25 mln.), tranche 1999

14 078

5 250 200

14 500 2 584

6 226

42 838 12 317 - 2 122

Totaal saldo bijdrage

28 399

Het restant van de taakstelling Voorjaarsnota is gecompenseerd door terughoudend uitgavenbeleid. Het restant van de taakstelling uit het Regeerakkoord ad f 22,9 mln. zou aanvankelijk worden gecompenseerd uit het voorstel tot aanwending van het saldo van buitengewone baten 1998. Als gevolg van het positieve winstsaldo 1999 is dit niet geheel nodig gebleken. De saldo bijdrage van f 28,399 mln. maakt onderdeel uit van het saldo van baten en lasten 1999. Een voorstel tot aanwending van deze middelen wordt gegeven onder «saldo baten en lasten».

Nog te betalen projecten (afnamef2,343 mln.)

Het betreft hier de projecten die waren begrepen in de bijdrage van het moederdepartement, maar eerst in 2000 tot betaling komen.

Bestemmingsreserve (afnamef4,219 mln.)

Ten opzichte van de stand ultimo 1998 nam de totale bestemmingsreserve af met circa f 4,2 mln. Naar samenstellende delen was het verloop als volgt:

31 dec. 1998

31 dec. 1999

toe-/afname

 

Infrastructurele projecten

7 545

9 817

  • 2 272

Initiële projecten

20 343

35 466

  • 15 123

Huisvestingsuitgaven capaciteits-

     

uitbreiding jeugd

23 614

 

23 614

Oude gebouwenproblematiek

 

2 000

  • 2 000

Afname

4 219

De meeste posten uit bovenstaande tabel worden bekend verondersteld en kennen een normaal verloop. Nieuw is de post «oude gebouwen-problematiek». Deze post betreft de tranche 1999 van gelden die exogeen zijn toegevoegd voor de renovatie en bouwkundige aanpassingen van verouderd gebouwenbestand van de DJI. De post vervangingsinvesteringen is ten opzichte van de stand ultimo 1999 toegenomen. Deze toename is vooral een gevolg van de terughoudendheid waarmee inrichtingen – met het oog op de uitwerking van de taakstelling uit het Regeerakkoord van f 115 mln. in maatregelen – in 1999 hebben geïnvesteerd in vaste activa.

Agentschappen is het toegestaan vanaf 2000 maximaal een exploitatiereserve te hebben van 5% van de gemiddelde omzet, berekend over de drie afgelopen jaren. Voor de DJI is op deze regel een uitzondering van toepassing omdat in verband met de groei in de omzet (wegens de capaciteitsuitbreidingen) het gemiddelde over 3 jaar geen goede meetlat vormt voor de berekening van de maximaal toegestane exploitatiereserve. Voor de DJI geldt daarom 5% van de geraamde omzet 2000. Aldus berekend, zal de bestemmingsreserve ultimo 1999 circa 5% van de omzet

(bijdrage van het kerndepartement en opbrengsten van derden over 2000) vormen.

Opbrengsten derden

De opbrengsten derden bedroegen in 1999 circa f 40 mln. meer dan geraamd. Naar samenstellende delen is het resultaat als volgt uitgesplitst:

 

Opbrengsten derden

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil

Omschrijving

     

Opbrengsten arbeid

44 293

43 035

  • 1 258

Opbrengsten AWBZ

213 725

228 354

14 629

Diverse opbrengsten

34 973

61 325

26 352

Totaal

292 991

332 714

39 723

Ter nadere toelichting op de verschillen tussen de geraamde en gerealiseerde opbrengsten geldt het volgende:

Opbrengsten arbeid

De opbrengsten arbeid bleven circa f 1,3 mln. achter bij de raming. De teruggang heeft voornamelijk te maken met de onderbezetting van de penitentiaire inrichtingen en kon niet worden gecompenseerd door de productie per gedetineerde op te voeren. Lagere opbrengsten arbeid betekenen overigens ook lagere uitgaven voor grondstoffen e.d. Derhalve was het budgettaire effect van de lagere opbrengst relatief gering.

Terugontvangsten AWBZ

De kosten voor de TBS-gestelden worden voor circa 80% verhaald op het AFBZ-fonds (Algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten). De kosten van TBS-verpleging mogen eerst gedeclareerd worden vanaf het moment van in gebruik nemen van een voorziening. Bij vertragingen in de capaciteitsuitbreidingen blijft de ontvangstenrealisatie AWBZ achter bij de taakstelling. Deze ontvangstentaakstelling is op kasbasis en is samengesteld uit verwacht voorschot en afrekening over voorgaande jaren. De opgevoerde realisatiecijfers hebben volgens de baten en lastensystematiek uitsluitend betrekking op opbrengsten betreffende het jaar 1999. In de toelichting op de balans is aangegeven dat het saldo van vorderingen op afrekeningen betreffende voorschotten AWBZ f 69,954 mln. belopen, terwijl de overeenkomstige stand 1998 f 42,600 mln. bedroeg. Voor een samenstelling van de saldi wordt verwezen naar de toelichting op de balans.

Diverse opbrengsten

In de oorspronkelijke raming voor 1999 was rekening gehouden met een gemeentelijke bijdrage van f 18,1 mln. ter medefinanciering van de capaciteit voor Strafrechterlijke Opvang Verslaafden (afgekort SOV). Naar verwachting zullen deze plaatsen eerst in de tweede helft van 2000 in gebruik worden genomen. De opbrengstentaakstelling 1999 is dienovereenkomstig verlaagd. De diverse opbrengsten belopen (na correctie SOV) bijna f 47 mln. meer dan de oorspronkelijke raming. Een specificatie van de gerealiseerde opbrengsten komt in het volgende overzicht naar voren:

Totaal

Overige opbrengsten exploitatie                                                                                                   37461

Overige opbrengsten personeel                                                                                                    17252

Subsidie-afrekeningen voorgaande jaren                                                                                      2680

Opbrengsten koffie, thee, kantine                                                                                                   1736

Inhouding kinderopvang                                                                                                                  1197

Opbrengsten werkgelegenheidsgelden                                                                                             497

Inhoudingenopsalarissen, PC-prive,etc.                                                                                          502

Totaal diverse opbrengsten                                                                                                           61325

Onder de post «Overige opbrengsten exploitatie» zijn begrepen de opbrengsten betreffende ESF-subsidies (bijna f 11 mln.) en de opbrengsten van de VN (f 5,8 mln.). Voor het overige heeft de post betrekking op doorbelastingen van de justitiële inrichtingen onderling en aan derden van de door de Landelijke diensten verrichte werkzaamheden (vervoer, opleidingen, beveiligingstaken, etc.).

De post «Opbrengsten personeel» heeft voornamelijk betrekking op de verrekening van personeelskosten tussen inrichtingen wegens detachering van personeel.

Rentebaten (f 2,393 mln.)

De rentebaten liepen in 1999 op tot f 2,393 mln. Rente wordt vergoed over de credit-saldi van de rekening-courant met het ministerie van Financien. De creditrente bedroeg in procenten vanaf 1-1-1999 2,75%, per 1-4-1999 is de rente verlaagd naar 2,25%. Ter vergelijking: in 1998 werd f 0,565 mln. rente ontvangen.

Buitengewone baten (f 0,132 mln.)

De buitengewone baten hebben betrekking op een correctie op het resultaat van voorgaand boekjaar.

Lasten

Apparaatskosten (–f374 mln.)

Voor een aantal posten wordt voor de realisatie tussen kosten en uitgaven een 1 : 1-verhouding verondersteld. Met name geldt dit voor de subsidieuitgaven.

De realisatiecijfers worden conform deze aanname verantwoord. De realisatie van de personele en materiele kosten versus de desbetreffende ramingen dienen als programmakosten, inclusief apparaatskosten van het Hoofdkantoor en de Landelijke diensten) in samenhang te worden bezien. Het uitvoeringsbeeld over 1999 van de personele en materiele kosten is als volgt:

Uitvoering personele en materiële lasten

Realisatie personeleenmateriële kosten                                                                                2309 607

Raming personeleenmateriële kosten                                                                                   1935 245

374 362 Nietinoorspronkelijke raming begrepen huisvestingslasten                                                –306 858

Hogere lasten                                                                                                                                  67504

De hogere kosten laten zich voornamelijk verklaren door het saldo van de begrotingsmutaties als toegelicht onder «Opbrengsten moederdepartement». Vooral de toevoeging van loon- en prijsbijstellingen (circa f 46 mln. voor de rijksinrichtingen) en de lagere kosten als gevolg van vertragingen/ taakstellingen (– f 29 mln.) verklaren de hogere kosten. Voor een nadere toelichting op de uitvoering 1999, onderbouwd met sectorspecifieke kengetallen, wordt verwezen naar het onderdeel «kengetallen» van deze Financiële Verantwoording.

De subsidiekosten kwamen in 1999 bijna f 50 mln. hoger uit dan de raming. In de oorspronkelijk vastgestelde begroting van lasten was de post bouwsubsidies (ad f 27,017 mln.) niet opgenomen. Een belangrijk deel van het verschil wordt hierdoor verklaard. Voorts heeft circa f 6 mln. van het verschil betrekking op loon- en prijsbijstellingen. Het restant wordt vooral verklaard door herschikkingen als gevolg van uitbreiding van de capaciteit in de particuliere sector in plaats van de rijkssector. Tenslotte verklaren ontvangstgerelateerde mutaties (AWBZ en diverse opbrengsten, zoals afrekeningen subsidies voorgaande jaren) het restant van de hogere uitgaven.

Afschrijvingskosten materieel(–f2,972 mln.)

De afschrijvingskosten beliepen in 1999 circa f 3 mln. meer dan geraamd. Zoals in de financiële verantwoording 1998 al aangekondigd, is in 1999 de afschrijvingscomponent in de kostprijs, die eerder te laag was bevonden, bijgesteld. De hogere afschrijvingslasten vloeien hieruit voort.

Afschrijvingskosten immaterieel (–f0,375 mln.)

De immateriële afschrijvingskosten hebben voornamelijk betrekking op licenties.

Dotatie aan voorzieningen (f 20,497 mln.)

De samenstelling van de dotatie aan de post Voorzieningen was in 1999

als volgt:

toe-/afname

Millennium                                                                                                                                        3000

Dubieuze debiteuren                                                                                                                           717

Euroconversie                                                                                                                                   7500

FLO                                                                                                                                                    5000

groot onderhoud                                                                                                                              4280

Totaal dotaties                                                                                                                                20497

Buitengewone lasten

TaakstellingenRegeerakkoord (–f27,759 mln.)

De taakstellingen zijn opgelegd in het Regeerakkoord 1998–2002 en hebben voor 1999 betrekking op:

Taakstellingen Regeerakkoord 1998–2002

– arbeidsproductiviteitskorting                                                                                                          812

– doelmatigheid departementale inkoop                                                                                       2475

– beperken inzet externen                                                                                                                  472

– ombuigingstaakstelling DJI                                                                                                       25000

28 759 intensivering middelen fraudeplan                                                                                           –1000

27 759

Saldo van baten en lasten (f 49,449 mln.)

Het saldo van baten en lasten is positief en bedraagt bijna f 50 mln. Ten opzichte van de raming van een verlies voor 1999 van f 3,5 mln. geeft deze uitkomst een positief verschil te zien van circa f 53 mln. Het betreft een saldopost die is ontstaan door consolidatie van de balansen en verlies- en winstrekeningen van de onder de DJI ressorterende inrichtingen en diensten. Voor wat betreft een toelichting op hoofdlijnen wordt het resultaat verklaard in de volgende tabel:

Exploitatie-resultaat 1999

Lagere kosten elektronisch toezicht

Hogere onderproductie TBS

Saldo bijdrage 1999 als toegelicht uit onderproductie

Resultaat op voorgecalculeerde huisvestingskosten

10 793

2 900

700

28 399 6 657

Saldo resultaat 1999

49 449

Voor meer gedetailleerd informatie betreffende het resultaat op de bedrijfsvoering van de DJI-inrichtingen wordt verwezen naar de toelichting op de kengetallen. De «niet gerealiseerde capaciteit in exploitatie» is hiervoor reeds toegelicht onder de post «Specifieke bijdrage moederdepartement» en komt meer gedetailleerd aan de orde in het navolgende «Realisatie voorgenomen beleidsontwikkelingen 1999».

Onderstaand volgt de staat van baten en lasten volgens de P x Q-benadering:

 

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde

Realisatie

Verschil

 

Verschil uitgesplitst in:

         
 

begroting

   

Hoeveelh.Verschil

Prijs Verschil

Totaal inrichtingen en diensten

         

– Gevangeniswezen

1 231 598

1 550 297

  • 318 699

28 838

  • 347 537

– Arrestanten op politiebureaus

19 327

5 154

14 173

14 173

0

– Penitentiaire programma’s

12 906

6 680

6 226

6 172

54

– Rijks jeugdinrichtingen

122 904

163 294

  • 40 390

667

  • 41 057

– Particuliere jeugdinrichtingen

107 940

134 083

  • 26 143

3 521

  • 29 664
  • inkoopplaatsen

5 853

6 645

  • 792
  • 127
  • 665

– Rijks TBS inrichtingen

122 333

160 807

  • 38 474

4 677

  • 43 151

– Particuliere TBS-inrichtingen

105 604

130 647

  • 25 043

445

  • 25 488

Totaal lasten volgens P x Q

1 728 465

2 157 607

-429 142

58 366

  • 487 508

Centr.budg.niet toe te rekenen

238 767

235 590

3 177

   

Totaal lasten

1 967 232

2 393 197

  • 425 965
   

In bovenstaand overzicht komen de uitkomsten van de onderscheiden sectoren naar voren. De uitkomst is vervolgens gesplitst in hoeveelheids-en prijsverschillen. De oorzaken van de optredende hoeveelheids- en prijsverschillen zijn in deze verantwoording nader toegelicht onder «Kengetallen» (zie respectievelijk de gemiddelde capaciteiten en de gemiddelde normprijzen).

Ter nadere toelichting op de berekende verschillen geldt dat het verschil van circa f 426 mln. voornamelijk wordt verklaard door de niet in de oorspronkelijke raming begrepen huisvestingslasten, die ingevolge de Stelselwijziging Rijkshuisvesting per 1999 naar de begroting van de DJI zijn overgeheveld (circa f 307 mln.). Voorts is circa f 50 mln. aan loon- en prijsbijstellingen aan het kader van de DJI toegevoegd. Het restant verschil laat zich voornamelijk verklaren uit overige begrotingsmutaties en de hogere opbrengsten na correctie gemeentelijke SOV-bijdrage) als toegelicht onder «opbrengsten derden» in deze rapportage. Deze hogere opbrengsten hebben een nauwe relatie met de kosten (bijvoorbeeld arbeid, ESF-subsidies, doorbelastingen) en zijn deels begrepen in de uitkomst van de centrale budgetten. Tenslotte geldt nog dat overlopende posten uit 1998 in 1999 hebben geleid tot hogere lasten die niet in de oorspronkelijk vastgestelde begroting waren begrepen.

Voorstel voor resultaatsbestemming:

Onderstaand volgt een toelichting op de opbouw van het resultaat, alsmede een voorstel voor de aanwending ervan:

Exploitatieresultaat 1999 (f 10,793 mln.)

Het exploitatieresultaat is in belangrijke mate gerealiseerd door de DJI-inrichtingen en diensten. Volgens de vigerende regelgeving kunnen de inrichtingen en diensten het exploitatieresultaat ten gunste van hun bestemmingsreserve brengen. Deze reserveringspost mag een maximale omvang van 5% van de gemiddelde jaarlijkse bijdrage bedragen. Voorgesteld wordt de geldende regelgeving overeenkomstig toe te passen. De regelgeving past ook binnen het kader van de omzetting van eigen vermogen in vreemd vermogen, waarbij de maximale bestemmingsreserve ter compensatie van toekomstige fluctuaties in de bedrijfsresultaten op eveneens op 5% is gesteld.

Lagere kosten elektronisch toezicht (f 2,9 mln.)

De lagere kosten zijn al toegelicht. Voorgesteld wordt de besparing als reservering aan te houden voor de tegenvallers die in 2000 naar verwachting zullen optreden als gevolg van vertragingen bij de besluitvorming over de te treffen capacitaire en doelmatigheidsmaatregelen de sector Gevangeniswezen betreffende. De bedoelde maatregelen dienen ter compensatie van de taakstelling van f 115 mln. en de afstemming van de beschikbare capaciteit op de recente behoefteprognoses. Elke dag vertraging betekent een tegenvaller van f 50 000,–. Per maand circa f 1,5 mln. derhalve.

Hogere onderproductie TBS (f 0,7 mln.)

Als gevolg van de hogere onderproductie (elders onder Saldo bijdrage 1999 al begrepen voor f 0,2 mln.) treedt een meevaller op van f 0,7 mln. Voorgesteld wordt deze meevaller te oormerken voor mogelijke tegenvallers bij de AWBZ per 2000 en te betrekken bij de actualisering van de AWBZ-taakstelling.

Niet gerealiseerde capaciteit in exploitatie (f 28,399 mln.) Uit hoofde van het Regeerakkoord 1998–2002 is in de meerjarenraming van de DJI een ombuigingstaakstelling van f 115 mln. verwerkt. De tranche 2000 bedraagt f 50 mln. Binnen de DJI zullen in 2000 – na advisering medezeggenschap en Centrale Raad voor de Strafrechtstoepassing – nadere maatregelen worden getroffen om zowel de te treffen maatregelen ter invulling van de ombuigingstaakstelling als de capacitaire maatregelen benodigd om de capaciteit in 2000 en 2001 zo veel mogelijk af te stemmen op de in september 1999 aan de Tweede Kamer kenbaar gemaakte capaciteitsbehoefteprognoses betreffende de justitiële inrichtingscapaciteit. De invulling van de ombuigingsmaatregelen en de afstemming van de beschikbare capaciteit op de behoefte, leidt tot inkrimping van de capaciteit van het Gevangeniswezen en uitbreiding bij de Jeugd- en TBS-capaciteit. Door inzet van de onderhavige f 28,399 mln. wordt bereikt dat zowel de capaciteit van de Jeugd en TBS-sector zoveel als technisch mogelijk is in 2000 en 2001 wordt uitgebreid, als invulling wordt gegeven aan de taakstelling van f 115 mln. uit het Regeerakkoord.

Resultaat voorgecalculeerde huisvestingskosten (f 6,657 mln.) Wegens het optreden van vertragingen bij de invoering van de vervroeging van de rechterlijke toetsing inzake vreemdelingen bewaringszaken, mist de DJI in het jaar 2000 f 20 mln. aan besparingen ter afdekking van een eerder ingeboekte taakstelling. Inmiddels is besloten voor een deel (circa f 14 mln.) compensatie aan de DJI te verstrekken uit de eindejaarsmarge van het Kerndepartement. Het restant zal de DJI zelf dienen te compenseren. Voorgesteld wordt n de onderhavige meevaller (f 6,657 mln.) aan te wenden ter compensatie van het resterende deel.

Staat behorende bij de rekening van kapitaaluitgaven en kapitaalontvangsten

Het leerstroomoverzicht van het agentschap DJI

Rekening 1998 (exclusief suppletore mutaties)

Omschrijving

Oorspronkelijk Vastgestelde begroting (1)

 

Realisatie

Verschil realisatie en

 

oorspronkelijke begroting

(2)

(3)=(2)-(1)

255 865

247 280

33 569

  • 42 726
  • 77 982

91 282

10 339

10 339

  • 1. 
    Rekening courant RHB 1 januari
  • 2. 
    Totaal operationele kasstroom

3a.        Totaal investeringen*

3b. Totaal boekwaarde desinvesteringen

  • 3. 
    Totaal investeringskasstroom

4a.        Eenmalige uitkering aan moederdeparte- ment

4b. Eenmalige storting door moederdepartement*

4c.         Aflossingen op leningen

4d. Beroep op leenfaciliteit

  • 4. 
    Totaal financieringskasstroom

8 585

76 295 169 264

169 264

87 883

87 883

Totale baten Totale lasten Saldo van baten en lasten

Totaal kapitaalontvangsten Totaal kapitaaluitgaven

1 963 719

1 967 232

  • 3 513

147 629 169 264

  • 67 643

45 705

45 705

101 621

42 178

42 178

 
  • 5. 
    Rekening courant RHB 31 december 1 januari

3 499

267 496

263 997

Totaalbedragen

 

1

2

3 = 2 -/- 1

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

2 442 646

2 393 197

49 449

56 044 77 982

478 927

425 965

52 962

  • 91 585
  • 91 282

Realisatie voorgenomen beleidsontwikkelingen 1999

In dit onderdeel van de financiële verantwoording wordt de in 1999 geboekte voortgang in relatie tot de in de begroting 1999 opgenomen beleidsontwikkelingen weergegeven.

Capaciteitsuitbreidingen; verbetering prognosesystematiek Door het Sociaal Cultureel Planbureau is in 1997 voor de sector Gevangeniswezen een prognosemodel ontwikkeld om de op termijn benodigde penitentiaire capaciteit te bepalen. Het model is overgedragen aan het WODC en in 1999 voor de tweede keer toegepast. Het WODC heeft een soortgelijk model ontwikkeld voor de behoefteprognose in de Jeugd-sector, maar dit model is nog niet uit-ontwikkeld. Dit zal in 2000 gebeuren, waarna een validiteittoets zal plaatsvinden. Het model voor de bepaling van de toekomstige behoefte aan TBS-plaatsen gaat nu uit van een voorraad-stroommodel. Of ook hier een verklaringsmodel op zijn plaats is, wordt onderwerp van een haalbaarheidsstudie door het WODC.

Capapciteitsuitbreidingen Regeerakkoord

In de begroting 1998 is uit hoofde van het regeerakkoord voor de reali- satie van uitbreidingen geld aan de meerjarenraming van de DJI toegevoegd, oplopend tot f 170 mln. structureel per 2002. In 1999 is dit bedrag – zoals eerder toegelicht in deze verantwoording – neerwaarts bijgesteld naar f 150 mln. Voor 1999 is een bedrag toegekend van f 6 mln. Na aftrek van Justitiebrede overhead resteerde een bedrag van f 5,5 mln. Rekening houdend met toevoeging van loon-/prijsbijstellingen (circa f 0,5 mln.), alsmede de toepassing van een kasschuiven van f 1,1 mln. en f 2,1 mln. ten behoeve van respectievelijk de Centrale Raad voor de Strafrechts-toepassing en de DJI, is in 1999 circa f 0,7 mln. tot uitgaaf gekomen. Een bedrag van f 2,1 mln. is als vooruit ontvangen projectgelden in de balans doorgeschoven naar 2000. Het betreft hier middelen voor herbestemmingprojecten betreffende het Gevangeniswezen.

Taakstelling Regeerakkoordf115 mln.

De tranche 1999 ter compensatie van de taakstelling van f 115 mln. betrof een bedrag van f 25 mln. Zoals in de financiële verantwoording 1998 is aangegeven is in dat jaar een deel van de bijdrage van het Kerndepartement (circa f 23 mln.) afgezonderd ter compensatie van eerdergenoemde taakstelling. Het saldo van f 23 mln. was in 1998 het gevolg van het achterblijven van de productie en onderbezetting. Op basis van de uitvoering 1999 is op DJI concernniveau geconstateerd dat het bedrijfsresultaat dusdanig positief was dat de inzet van de f 23 mln. ter compensatie van de taakstelling niet nodig was. Dit bedrag maakt nu deel uit van de bestemmingsreserve. Ter bekorting wordt naar de opbouw van de bestemmingsreserve verwezen.

Taakstellingf15 mln. uit de Voorjaarsnota 1999

De taakstelling uit de Voorjaarsnota 1999 is nagenoeg conform gerealiseerd. Dat wil zeggen dat vertragings- en onderbezettingsgelden de taakstelling hebben gecompenseerd. Ter bekorting wordt verwezen naar de opstelling hiervoor gegeven onder de toelichting op de posten van de staat van Baten en lasten «saldo bijdrage 1999».

Ontwikkeling capaciteit ten behoeve van strafrechtelijke opvang verslaafden (afgekort: SOV)

In de ontwerpbegroting 1999 zijn middelen geraamd voor de ingebruikname van 258 intramurale plaatsen per ultimo 1999. In de ontwerpbegroting 2000 is reeds aangegeven dat deze plaatsen niet in 1999 zullen worden gerealiseerd. Voorts is de ingebruikname afhankelijk van de voortgang in de behandeling van het wetsvoorstel SOV door respectievelijk de Tweede en Eerste kamer. Naar verwachting zal de onderhavige wetgeving in 2000 in werking treden.

De als gevolg van de vertraging vrijvallende middelen (zie de navolgende tabel), zullen na aftrek van de doorlopende kosten van de projectorganisaties, worden ingezet ter gedeeltelijke compensatie van de aan de DJI opgelegde taakstelling uit hoofde van het regeerakkoord 1998–2002. Zie ter bekorting ook het gestelde hierna onder Experiment SOV te Rotterdam.

Volledigheidshalve wordt nog opgemerkt dat de geraamde gemeentelijke bijdrage in de investeringskosten ad f 18,1 mln. – gelet op de optredende vertragingen – eerst in 2000 zal worden ontvangen.

SOV

Oorspronkelijk Vastgestelde Begroting

Realisatie

Verschil

Aantal intramurale plaatsen

In bedragen (x f 1,0 mln.):

Exploitatiekosten

Niet ontvangen gemeentelijke bijdrage

258

25,2 18,1

258

Exploitatiekosten*

7,1

2,3

4,8

  • De exploitatiekosten hebben voor f 1,429 mln. betrekking op Gevangeniswezen; de rest is DJI-brede overhead.

Experiment SOV te Rotterdam

Vanaf 1997 stelt DJI een subsidie beschikbaar ter financiering van de exploitatie van het in Rotterdam lopende drang-experiment als voorloper op de wettelijke SOV-voorziening. De financiering zal worden voortgezet tot ultimo 2000. Dit betekent dat op het moment dat de definitieve Rotterdamse SOV-voorziening in 2000 in gebruik wordt genomen, het experiment enige maanden parallel doorloopt. De in bovenstaande tabel aangegeven besparing wordt ter compensatie van de meerkosten ingezet. De kosten voor de intramurale SOV-voorziening bedroegen in 1999 f 7,2 mln.

Uitbreiding VN-bewaring

In de meerjarenraming van de DJI is rekening gehouden met de financiering van de exploitatie van 36 VN-cellen (f 6,1 mln.). Dit bedrag had betrekking op een gefaseerde ingebruikname van de VN-capaciteit, die aanvankelijk in 1999 zou groeien van 24 naar 36 plaatsen. De 36 plaatsen waren evenwel ultimo 1998 al bereikt. Als gevolg daarvan trad een tekort op de exploitatiekosten op van f 0,8 mln. Voorts is in de oorspronkelijke raming van de exploitatiekosten geen rekening gehouden met de structurele afschrijvingkosten van het gebouw (f 0,864 mln.).

VN-cellen

Oorspronkelijk Vastgestelde Begroting

Realisatie uitgaven

Verschil

Aantal plaatsen

In bedragen (x f 1,0 mln.): Exploitatiekosten* – Gevangeniswezen Huisvestingsuitgaven Tekort 1995–1998

Ontvangen van VN in 1999 Nog te verrekenen met VN

36

36

 

5,1

6,7

  • 1,6

8,6

9,9

  • 1,3
  • 3,0
   
  • 5,9
   

3,9

2,0

  • De in de ontwerpbegroting opgenomen exploitatiekosten zijn inclusief een bedrag van f 0,9 wegens inzet Landelijke diensten ten behoeve van vervoer en overheadkosten.

Uitbreidingen jeugdinrichtingen met 171 plaatsen structureel In de ontwerpbegroting 1999 is aangegeven dat de capaciteit van de justitiële jeugdinrichtingen in 1999 zal worden uitgebreid met 171 plaatsen. Onderdeel van de uitbreiding is de herbestemming van een deel van de capaciteit van het Gevangeniswezen (20 plaatsen) tot Jeugdcapaciteit. Met de uitbreidingen is in 1999 per saldo f 83 mln. gemoeid. In het gegeven aantal en bedrag zijn niet begrepen de uitbreidingen en

0

0

financiën uit hoofde van het Regeerakkoord. Laatste bedoelde uitbreidingen vinden eerst per 2000 plaats.

Voor een nadere toelichting op de gerealiseerde uitbreidingen wordt verwezen naar de toelichting op de kengetallen. Omdat de onderhavige capaciteitsuitbreiding in samenhang wordt uitgevoerd met de lopende uitbreidingen uit vorige begrotingen, is in de uitvoering geen afzonderlijke toerekening meer te maken van de gemaakte kosten naar onderdelen van het samengevatte uitbreidingsprogramma. Wel wordt over de jaarresultaten gerapporteerd aan de hand van kengetallen (prijs- en bezettings-/productieverschillen). Ter voorkoming van tekstdoublures wordt hiervoor verwezen naar het onderdeel «Kengetallen» van deze verantwoording.

Uitbreiding TBS-inrichtingen met 20 plaatsen structureel In de ontwerpbegroting 1999 is aangegeven dat de capaciteit binnen de TBS-sector per ultimo 1999 zal worden uitgebreid met 20 plaatsen. De hiervoor aan de budgettaire kaders toegevoegde middelen bedroegen in 1999 f 6,4 mln. De opmerkingen betreffende de samenhang in de uitvoering met lopende uitbreidingsprogramma’s, verdere intensivering uit het Regeerakkoord en de verantwoording van de desbetreffende kosten gelden evenzeer voor de TBS-sector. Ter voorkoming van tekstdoublures wordt ook hier verwezen naar het onderdeel «Kengetallen» van de Financiële Verantwoording.

Elektronisch toezicht (ET)

In de ontwerpbegroting 1999 is uitgegaan van gemiddeld 756 deelnemers aan ET. De hiermee samenhangende kosten werden begroot op f 4,1 mln. Aanname ten tijde van het opstellen van de ontwerpbegroting was nog dat ET als zelfstandige executiemodaliteit zou kunnen worden uitgevoerd naast de penitentiaire programma’s (PP). In de nieuwe penitentiaire beginselenwet is hiervoor echter niet gekozen. ET wordt als gevolg van de keuze onder meer toegepast als verzwarend factor bij de uitvoering van een PP.

In 1999 is van het beschikbare bedrag f 1,2 mln. uitgegeven. Voor een deel worden de lagere uitgaven veroorzaakt door een prijsverschil als gevolg van lagere contractprijs. Voorts trad een onderbenutting op van 549 deelnemers.

Met betrekking tot een voorstel van aanwending van het overschot ad f 2,9 mln. wordt verwezen naar het gestelde hiervoor onder «Voorstel voor resultaatsbestemming».

Penitentiaire programma’s (PP)

Toepassing van PP is sinds de invoering van de Penitentiaire beginselwet per 1 januari 1999 mogelijk. Alle dagdetentieplaatsen hebben in 1999 de status van penitentiair programma gekregen. In 1999 is in equivalenten detentiejaren rekening gehouden met de uitvoering van 368 PP’s . Het gerealiseerde, gemiddelde aantal PP’s bedroeg in 1999 192. De gerealiseerde kostprijs per PP bedroeg per dag f 95,32, exclusief de kosten van reclasseringsbegeleiding en de financiering van programma’s die door de reclasseringsinstellingen zijn verzorgd. Omdat nog niet alle kosten in de productprijs tot uitdrukking komen, alsmede het gegeven dat de volle capaciteit in 1999 niet is gerealiseerd, kunnen op basis van de bovenstaande dagprijs nog geen conclusies over de omvang van de (benodigde) gemiddelde kosten per PP worden getrokken. Naar verwachting zal een reële voorcalculatorische kostprijs per PP-programma op basis van ervaringsgegevens eerst in 2000 nader kunnen worden bepaald. Als gevolg van de onderproductie 1999 blijft f 6 mln. van het budget onbe-steed. Met betrekking tot een voorstel van aanwending van het overschot van f 6

mln. wordt verwezen naar het gestelde onder «Specifieke bijdrage moederdepartement».

Subsidies Europees Sociaal Fonds (ESF)

Over 1999 heeft de DJI een bijdrage in de financiering van programma’s gericht op de maatschappelijke integratie van gedetineerden en pupillen na detentie ontvangen. Het in 1999 verstrekte subsidievoorschot (f 5,4 mln.) vertegenwoordigd 63% van de uiteindelijk te verstrekken subsidie, te weten 45% van de totale projectkosten. De subsidievoorschotten hebben in 1999 betrekking op een bruto projectenbedrag van bijna f 25 mln. De uiteindelijke realisatie 1999 zal uitkomen op een totaal projectenbedrag van circa f 21 mln.

Het ontvangen subsidievoorschot had in 1999 betrekking op een 30-tal projecten in de sector Gevangeniswezen (f 3.9 mln.) en in de jeugdsector betrof het een vijftal projecten (f 1,5 mln.). Er waren in 1999 circa 1780 deelnemers aan projecten.

Stelselwijziging Rijkshuisvesting

De stelselwijziging Rijkshuisvesting kreeg in 1999 zijn beslag. In budgettaire zin betekende het dat aan middelen f 332,5 mln. (prijspeil 1999) werd overgeheveld van de Rijksgebouwendienst naar de DJI. In dit bedrag is rekening gehouden met het omzetten van een in de DJI middelen begrepen investeringsbedrag ad f 24 mln. in een structurele huurreeks ad f 2,4 mln. De samenstelling van het bedrag en de desbetreffende realisatie is als volgt:

Overzicht rijkshuisvesting 1999

 
 

uitgeboekte

realisatie

verschil

 

middelen

   
 

prijspeil 1999

   

Bestaande voorraad per 01-01-1999

313 191

312 583

608

Onderhanden werk

19 345

12 459

6 886

Nieuw werk

 

837

  • 837
 

332 536

325 879

6 657

In december 1999 is het merendeel van de huurcontracten voor de DJI-panden getekend. Het resterende deel dient nog op ondergeschikte punten te worden aangepast. De huur van de bestaande voorraad en de daarbij horende serviceovereenkomsten konden in 1999 worden gefinancierd uit het hiervoor overgehevelde budget.

Met de Rijksgebouwendienst wordt nog nader overlegd over het optimaliseren van de informatieverstrekking tussen beide diensten betreffende de bedrijfsvoering van de RGD ten behoeve van huisvestingszaken de DJI betreffende (zoals het verstrekken van inzicht aan de DJI met betrekking tot de beschikbare budgetten voor capaciteitsuitbreidingen en onderhoud en de desbetreffende uitputting, alsmede het bevorderen van transparantie betreffende de huuraanbiedingen en -aanpassingen). In overleg met de departementale accountantsdienst zijn de onzekerheden in de financiële verantwoording van de DJI op het punt van de huisvestingskosten zo veel mogelijk weggenomen. Mede gelet op het relatief grote belang van de huisvestingskosten voor de financiële verantwoording van de DJI zijn verbeteringen op bovenstaande punten noodzakelijk.

Uit bovenstaande tabel komt een overschot van f 6,7 mln. naar voren. Dit bedrag heeft voornamelijk betrekking op de realisatie van de post Onderhanden werk 1999, welke lager uitviel dan voorgecalculeerd. Het bedrag maakt onderdeel uit van het winstsaldo 1999 van de DJI. Voor een voor- stel tot aanwending van dit bedrag wordt verwezen naar het gestelde onder «Voorstel voor resultaatsbestemming».

Millenniumkosten

Begin 1998 is de DJI gestart met de projectmatige aanpak van het millenniumprobleem. Alle vitale objecten en informatiesystemen zijn geïnventariseerd, geanalyseerd, getest, en waar nodig vervangen dan wel aangepast. Bij de uitvoering van deze werkzaamheden zijn circa 250 DJI-medewerkers betrokken geweest. Daarnaast is gebruik gemaakt van externe expertise (projectorganisatie, testexpertise, expertise gebouwgebonden installaties, opstellen noodscenario). Het bovengenoemde traject was rond 1-9-1999 nagenoeg afgerond. Aanvullend heeft de DJI een aantal maatregelen getroffen ten einde de continuïteit van de bedrijfsvoering te garanderen en de afhankelijk van de leveranciers van basisvoorzieningen te beperken. Voor een beperkt aantal inrichtingen is een noodstroomvoorziening gerealiseerd, tevens zijn alle inrichtingen voorzien van een aansluiting op het noodnet. Tijdens de millenniumovergang zelf was op het hoofdkantoor en binnen alle inrichtingen een crisisorganisatie ingericht. Tevens was tijdens de millenniumovergang in de inrichtingen extra personeel aanwezig voor het opvangen van eventuele calamiteiten en millenniumcriminelen (relschoppers).

De millenniumovergang binnen DJI is zonder incidenten verlopen. De continuïteit van de bedrijfsvoering binnen de DJI is op geen enkele wijze in gevaar geweest. Ook de Landelijke informatiesystemen zijn probleemloos weer in productie genomen.

Uit onderstaande tabel blijken de kosten 1999 van de bestrijding van het millenniumprobleem:

 
 

1998

1999

2000

totaal

Beschikbare middelen:

       

Exogene financiering

10 699

   

9 469

Intern door DJI gecompenseerd

13 872

3 000

1 500

19 572

sub-totaal beschikbaar

24 541

3 000

1 500

29 041

Kasschuiven

  • 19 173

19 173

 

0

Nog te betalen

 
  • 6 009

6 009

0

Totaal beschikbare middelen

5 368

16 164

7 509

29 041

Aanwending:

       

Apparaatskosten

  • 42
  • 100
  • 500
  • 642

Materieelkosten

  • 13
  • 2 043
  • 500
  • 2 556

Inform.Communic.Techtn.Services

  • 1 650
  • 1 365
 
  • 3 015

Noodstroom/-net

   
  • 3 925
  • 3 925

Loonkosten millenniumnacht

   
  • 2 500
  • 2 500

Projectkosten

  • 3 663
  • 2 846
  • 400
  • 6 909

Gebouwgebonden millenniumkosten

 
  • 9 179
  • 2 157
  • 11 336

Uitvoeringsresultaat

 
  • 631

2 473

1 842

Totaal benodigde middelen

  • 5 368
  • 16 164
  • 7 509
  • 29 041

Onder de post «nog te betalen» in de balans is rekening gehouden met naar 2000 overlopende kosten (f 8,526 mln., samengesteld uit de post nog te betalen ad f 6 009 mln. en de gebouwgebonden millenniumkosten ad f 2 157 mln.).

Euro

In 1999 heeft een grondig onderzoek plaats gevonden naar de mogelijkheden om de euro in de financiële administraties van de DJI in te voeren. Dit onderzoek heeft geleid tot de beslissing om van decentrale financiële gegevensverwerking over te gaan op een centrale eurobestendige admini- stratie. De planning voorziet in de ingebruikname van deze administratie per 1 januari 2001. Na de uitvoering van een impactanalyse euro is een projectorganisatie van start gegaan, die binnen een strak tijdschema de uitvoeringswerkzaamheden begeleidt. Deze activiteiten betreffen niet alleen de informatieverwerking, maar tevens de domeinen regelgeving, administratie organisatie, voorlichting en treasury.

(bedragen x f 1,–)

 

Uitgaven

Kosten over

cumulatief tot

gehele jaar

eind verslag-

 

periode

 
  • 1. 
    Projectorganisatie                               personeel materieel
  • 2. 
    Aanpassing wet- en regelgeving personeel materieel
  • 3. 
    Aanpassing informatiesystemen personeel materieel
  • 4. 
    Voorlichting                                         personeel materieel 5.Overige kosten                                      personeel materieel
 

7 840

57 877

304 611

304 611

0

0

0

0

0

0

352 799

1 082 951

0

0

0

60 000

0

0

0

0

Totaal uitgaven, respectievelijk kosten

665 250

1 505 439

In de bijdrage van het Moederdepartement is f 7,9 mln. begrepen ter bestrijding van de kosten van de Euro-conversie. Met het oog op de doorloop van kosten naar 2000 en verder is – rekening houdend met interne compensatie – f 7,5 mln. als voorziening opgenomen. Voorts wordt in de toelichting op de begrotingsmutaties onder «Vertragingen en taakstellingen» voorgesteld f 9 mln. in te zetten ter gedeeltelijke compensatie van de eigen bijdrage van 50% ter bestrijding van de kosten van de Euroconversie. Zoals bekend wordt 50% van de verwachten Eurokosten (circa f 40 mln.) exogeen gecompenseerd.

Kengetallen

Ultimocapaciteiten–algemeen

In de ontwerpbegroting is een overzicht opgenomen betreffende de te realiseren ultimocapaciteiten per beleidsterrein. In de financiële verantwoording 1998 zijn de beperkingen van het weergeven van realisatiecijfers versus planning aangegeven. Vooral het baseren van berekeningen op en het toelichten van momentopnames, gelden als belangrijke beperkingen. De gegeven beperking zijn nog steeds van toepassing. Ter voorkoming van herhaling wordt voor een nadere toelichting naar die verantwoording verwezen.

Gemiddelde capaciteiten Gevangeniswezen

Onderstaande overzichten geven inzicht in de geraamde en gemiddelde capaciteit per product(categorie).

Overzicht gemiddelde capaciteiten per productcategorie -Gevangeniswezen

 
 

1

2

3

4=3-1-2

 

Oorspronke-

Capaciteits-

Realisatie

Verschil

 

lijk vastge-

bijstellingen

 

(tekort = –)

 

stelde

suppl.wetten

   
 

Begroting*

     

Huis van bewaring

       

regulier

6 231

54

6 502

217

Huis van bewaring sober

       

regime

1 278

  • 55

976

  • 247

Huis van bewaring

       

vreemdelingen

1 156

64

1 190

  • 30

Gesloten gevangenis

2 116

  • 119

2 049

52

Bijzonder beveiligde

       

plaatsen

265

32

297

0

Bijzondere opvangpl.in

       

gesloten inrichting

839

  • 14

796

  • 29

(Half) open gevangenis

1 515

  • 180

1 257

  • 78

Experimentele plaatsen

40

  • 40
 

0

Reguliere capaciteit

       

Gevangeniswezen

13 440

  • 258

13 067

  • 115

Penitentiaire

       

programma’s

0

368

192

  • 176

Noodmaatregelen:

       

– Intensivering bezetting

340

0

0

  • 340

– Arrestanten op

       

politiebureaus

300

0

80

  • 220
  • exclusief politiecellen

Reguliere capaciteit Gevangeniswezen

De capaciteitsbijstellingen in kolom 2 zijn als vermoedelijke uitkomsten 1999 opgenomen in de Justitiebegroting 2000. Het gaat hier voornamelijk om herbestemming van de capaciteit van dagdetentie tot penitentiair programma (168 plaatsen) en om de effecten van vertragingen bij de bouw van de stadsgevangenis Rotterdam/Hoogvliet (192 plaatsen) en Amsterdam (192 plaatsen), beide inclusief 72 SOV-plaatsen. Voorts is het creëren van 114 SOV-plaatsen elders vertraagd. Ten aanzien van het gebruik van SOV-plaatsen geldt dat in 1999 een formele basis ontbrak. De desbetreffende wetgeving zal eerst in de tweede helft van 2000 in werking treden. Voorts werd in de tweede helft van 1999 duidelijk dat het op grond van de teruglopende behoefte aan capaciteit duidelijk dat noodmaatregelen ter compensatie van vertragingen niet behoefden te worden uitgevoerd. Als gevolg hiervan bleef de gemiddelde capaciteit in 1999 tenslotte 373 plaatsen (258 + 115 plaatsen) achter bij de oorspronkelijke raming. Op grond van de vertragingen traden besparingen op. Het totaalbedrag 1999 beloopt f 14,1 mln.

Penitentiaire programma’s

Sinds januari 1999 zijn de wettelijke kaders voor de uitvoering van penitentiaire programma’s van kracht. Na een langzame start in 1999 trok het aantal penitentiaire programma’s pas in de tweede helft van 1999 aan tot 212 personen, op wie ultimo 1999 een PP van toepassing was. Het gemiddeld begrote aantal penitentiaire programma’s zou op jaarbasis evenwel op 192 uitkomen en daarmee 176 plaatsen achterblijven bij de gemiddelde planning. Als gevolg hiervan trad een besparing op van ruim f 6 mln. ten opzichte van de begrote f 9 mln.

Intensivering bezetting

Gelet op de verminderde capaciteitsbehoefte zijn de noodmaatregelen niet uitgevoerd en hoefde de bezettingsgraad van de inrichtingen als noodmaatregel – niet te worden uitgevoerd. Overigens draagt het intensiveren van de bezetting niet bij tot een besparing.

Arrestanten op politiebureaus

Het verblijf van arrestanten op politiebureaus bleef (rekenkundig bepaald) 220 plaatsen achter bij de planning. De terugloop in 1999 van de behoefte aan celcapaciteit is hier mede debet aan. Als gevolg van de onderbezetting treedt een besparing op van f 14,5 mln. ten opzichte van de begrote f 19,4 mln. Het laatste bedrag was afgestemd op een gemiddelde bezetting van 300 plaatsen.

Inzet besparingen Gevangeniswezen (f 34 mln.)

De besparingen op grond van het achterblijven van de capaciteit bij de taakstelling telt voor de sector Gevangeniswezen op tot circa f 34 mln. Bij de bepaling van het overschot is rekening gehouden met extra kosten, zoals de doorlopen van de voorwerving van personeel, projectorganisaties en het inzetten/herplaatsen van tijdelijk overtollig personeel. Het deel dat resteert na aftrek van de aan de DJI opgelegde taakstelling bij Voorjaarsnota 1999 ad f 15 mln. maakt onderdeel uit van het saldo bijdrage 1999, waarvoor in de financiële verantwoording een resultaatsbestemming is opgenomen. Ter bekorting wordt naar dat voorstel verwezen.

Gemiddelde capaciteiten sector TBS

Overzicht gemiddelde capaciteiten per productcategorie – TBS

 
 

1

2

3

4=3-1-2

 

Oorspronkelijk vastgestelde Begroting*

Capaciteitsbijstellingen suppl.wetten

Realisatie

Verschil tekort = –

Rijk gesloten plaatsen open plaatsen Pieter Baan Centrum Meijers Instituut

332 52 32 64

 

321 54 32 57

  • 11

2

0

  • 7

Particulier gesloten plaatsen open plaatsen

480

401 74

0

  • 12
  • 13

464

384 64

  • 16
  • 5 3
 

475

  • 25

448

  • 2

Totaal TBS-plaatsen

955

  • 25

912

  • 18

De gerealiseerde gemiddelde capaciteit bleef in 1999 per saldo 18 plaatsen achter bij de productietaakstelling. Het tekort van 18 plaatsen is een gevolg van de knellende personele situatie in de zorgsector, als gevolg waarvan de daadwerkelijke ingebruikname van de capaciteitsuitbreidingen in De Singel en in de Van Mesdagkliniek vertraging opliepen. Voorts zijn vanaf 1 oktober 1999 op aandringen van de Arbeidsinspectie 30 plaatsen voor een half jaar bij het Meijers Instituut buiten gebruik gesteld in verband met bouwkundige aanpassingen. Gedurende deze periode volgt het personeel van dit instituut aanvullende opleidingen.

De in kolom 2 opgenomen reductie van de TBS-capaciteit met 25 plaatsen is een gevolg van het invullen van een deel van de geplande capaciteitsuitbreidingen als intramurale GGZ-voorziening. De overheveling van middelen naar VWS ter financiering van de GGZ-uitbreiding met 25

plaatsen heeft over 1999 niet plaatsgevonden omdat de middelen zijn verrekend met de tegoeden van de DJI op het AFBZ betreffende de jaren 1997 en 1998. De doorwerking van de financiering van de GGZ-voorzieningen naar 2000 e.v. zal bij begrotingsvoorbereiding Voorjaarsnota 2000 worden geregeld.

Als gevolg van de lagere gemiddelde capaciteit treedt een besparing op van circa f 4,5 mln. Na aftrek van het AWBZ-gerelateerde deel (circa 80%) resteert een besparing van f 0,9 mln. Bij de bepaling van de besparing is rekening gehouden met extra kosten van het doorlopen van de projectorganisatie, volgen van de hoger genoemde aanvullende opleidingen door personeel, etc. Voor de inzet van de besparing wordt ter bekorting naar het voorstel voor de resultaatsbestemming verwezen.

ContractplaatsenGGZ

De contractplaatsen GGZ behoren tot het terrein van het ministerie van VWS. De realisatiecijfers versus de raming komen tot uitdrukking in de volgende tabel.

 
 

1

2

3

4=3-1-2

 

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Capaciteitsbijstellingen suppl.wetten

Realisatie

Verschil tekort = –

GGZ-intramuraal

GGZ beschermd wonen

159 40

6

165 40

0 0 0

Totaal GGZ-plaatsen

199

6

205

0

Voor een nadere toelichting op de GGZ-voorzieningen betreffende de contractplaatsen wordt verwezen naar het Jaaroverzicht Zorg van het ministerie van VWS.

Gemiddelde capaciteiten sector Jeugd

Overzicht gemiddelde capaciteit per productcategorie Jeugd

1

2

4=3-1-2

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Capaciteitsbijstellingen suppl.wetten

Realisatie

Verschil tekort = –

Rijk opvangplaatsen behandel-gesloten plaatsen behandel-open plaatsen forensische observatie en begeleidingsafd./very intensive care (FOBA/VIC)

Particulier opvangplaatsen behandel-gesloten plaatsen behandel-open plaatsen

Inkoopplaatsen

401

193 90

40

724

270

251 368

889 46

390

169 122

40

721

231

246 383

860 47

11

24 32

39

  • 5 15

29

1

Totaal Jeugd-plaatsen

1 659

1 628

31

Het tekort van 31 plaatsen op jaarbasis wordt voor een deel (18 plaatsen) veroorzaakt door vertraging bij de uitvoering van het experiment met elektronisch toezicht en nachtdetentie. Deze executiemodaliteit wordt gefinancierd uit de intensiveringmiddelen uit het Regeerakkoord en is in bovenstaande tabel nog begrepen onder de productcategorie «opvangplaatsen». De dalende behoefteprognose bij het Gevangeniswezen vormde aanleiding nader te onderzoeken in hoeverre het mogelijk is capaciteit van het Gevangeniswezen her te bestemmen tot capaciteit ten behoeve van jeugdigen. Het restant tekort van 13 plaatsen is hiervan mede een gevolg.

Als gevolg van de vertragingen treedt een besparing op van f 5,250 mln. Bij de bepaling van dit bedrag is rekening gehouden met doorloop van kosten voor het instandhouden van projectorganisaties, doorlopende kosten van voorwerving en van het waar nodig tijdelijk onderbrengen/ detacheren van overtollig personeel.

Voor de inzet van de besparing wordt ter bekorting naar het voorstel in deze financiële verantwoording opgenomen voorstel voor de resultaatsbestemming verwezen.

De gemiddelde dagprijzen

Algemeen:

In de begroting 1999 zijn de voorcalculatorische normprijzen per type plaats opgenomen. Tegen deze prijs wordt in het vervolg van deze toelichting de gerealiseerde dagprijs afgezet. De voorcalculatorische prijs is een kostprijs waarin – met uitzondering van de prijzen voor penitentiaire programma’s en arrestanten op politiebureaus – rekening is gehouden met een opslag voor zowel de toerekening van de kosten voor de Landelijke diensten (opleidingen, vervoer, systeembeheer, geestelijke en geneeskundige verzorging, etc.) en van het Hoofdkantoor DJI als voor de toerekening van enkele centraal beheerde kosten. Vooral de juiste toedeling en verantwoording van de bovennormatieve

3

0

0

3

0

0

toevoegingen, de indirecte kosten, de overheadkosten en de centrale budgetten aan de onderscheiden productdifferentiaties vormden ook in 1999 een aandachtspunt. In de Justitiebegroting 2000 maken laatstbedoelde kosten, uitgedrukt in een afhankelijk van het beleidsterrein berekende opslag per productdifferentiatie, deel uit van de in de begroting gepresenteerde voorcalculatorische kostprijzen. Een confrontatie tussen voor- en nacalculatorische kostprijs moet per 2000 op productniveau een meer concrete uitkomst geven.

Gegeven de voor 1999 nog geldende beperkingen, dient dan ook de onderstaande toelichting op de verschillen tussen de geraamde en gerealiseerde kostprijzen te worden beoordeeld.

In het navolgende overzicht worden de realisatiecijfers afgezet tegen de in de begroting 1999 opgenomen gemiddelde normprijzen per productcategorie. Vervolgens worden in een samenvattende tabel inzicht gegeven in de oorzaken van de geconstateerde afwijkingen en volgt een nadere toelichting hierop:

Overzicht gemiddelde normprijzen en realisatie per productcategorie – Gevangeniswezen

 

(bedragen x f 1,–)

1

2

3=1-2

 

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil

 

vastgestelde

 

tekort = –

 

begroting

   

Huis van bewaring regulier

247,43

314,75

  • 67,32

Huis van bewaring sober regime

223,81

296,53

  • 72,72

Huis van bewaring vreemdelingen

243,23

285,11

  • 41,88

Gesloten gevangenis

251,61

328,86

  • 77,25

Bijzonder beveiligde plaatsen

392,67

529,11

  • 136,44

Bijz. opvangpl.in gesloten inrichtingen

361,54

478,08

  • 116,54

(Half) open gevangenis

205,73

286,92

  • 81,19

Experimentele plaatsen

345,59

0,00

0,00

Gewogen gemiddelde normprijs

     

reguliere capaciteit

251,06

325,05

  • 73,99

Bij de realisatiecijfers is voor de categorie experimentele plaatsen geen bedrag opgenomen, omdat deze differentiatie in 1999 is opgeheven. Het betrof de plaatsen van het zgn. Jeugdwerkinrichtingen. Deze plaatsen zijn vervolgens herbestemd. Voor wat betreft de arrestanten op politiebureaus, geldt dat hiervoor per dag een gemiddelde vergoeding aan de politiebureaus wordt betaald van f 176,50 per dag. Op deze vergoeding wordt geen toeslag voor overheadkosten berekend. De gemiddelde dagprijs per penitentiair programma komt in 1999 uit op f 95,32. Dit is op jaarbasis circa f 35 000,–. Hierin zijn nog niet begrepen de kosten van de reclasserings-begeleiding, alsmede de kosten van eventuele bijstandsuitkeringen voor huisvesting en levensonderhoud van de betrokkenen. Voor het jaar 2000 wordt er naar gestreefd te komen tot een integrale kostprijs per PP-plaats op jaarbasis.

Overzicht gemidddelde normprijzen en realisatie per productcategorie – TBS

 

(bedragen x f 1,–)

1

2

3=1-2

 

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil

 

vastgestelde

 

tekort = –

 

begroting

   

Rijk

     

gesloten plaatsen

668,28

963,14

  • 294,86

open plaatsen

409,32

345,53

63,79

Pieter Baan Centrum

1 080,83

1 494,00

  • 413,17

Meijers Instituut

897,16

1 139,17

  • 242,01

Gemiddelde prijs

698,25

949,50

  • 251,25

Particulier*

     

basis gesloten plaatsen

651,07

   

open plaatsen

381,72

   

Gemiddelde prijs

609,11

756,74

  • 147,63
  • De gemiddelde normprijzen van de particuliere TBS-inrichtingen zijn exclusief de kapitaal-lasten. Deze lasten worden voor zover van toepassing afzonderlijk toegekend als niet-normatieve toevoeging. De toepassing van de CAO Ziekenhuiswezen leidt in vergelijking met de CAO Rijk tot hogere personeelslasten.

Overzicht gemiddelde normprijzen en realisatie per productcategorie – Jeugd

 

(bedragen x f 1,–)

1

2

3=1-2

 

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil

 

vastgestelde

 

tekort = –

 

begroting

   

Rijk

     

opvangplaatsen

430,60

575,32

  • 144,72

behandel-gesloten plaatsen

481,77

729,24

  • 247,47

behandel-open plaatsen

452,26

498,97

  • 46,71

forensische observatie en

     

begeleidingsafd./very intensive care

     

(FOBA/VIC)

759,21

972,26

  • 213,05
 

465,09

620,50

  • 155,41

Particulier*

     

Opvangplaatsen

320,66

   

behandel-gesloten plaatsen

359,55

   

behandel-open plaatsen

323,10

   
 

332,65

427,15

  • 94,50

Inkoopplaatsen

348,60

395,61

  • 47,01
  • De gemiddelde normprijzen van de particuliere jeugdinrichtingen zijn exclusief de onderwijskosten. Deze worden verantwoord bij het ministerie van OC&W. Voorts zijn de normprijzen exclusief de huisvestingslasten van de in het verleden a fonds perdu gefinancierde gebouwen. De toepassing van de CAO Jeugdhulpverlening leidt in vergelijking met de CAO Rijk tot lagere personeelslasten.

Ten aanzien van zowel de gerealiseerde prijzen in de particuliere TBS als jeugdsector geldt nog dat de berekening is gebaseerd op de verstrekte subsidievoorschotten voor 1999 en dat het voorlopige karakter vervalt wanneer – na indiening van de jaarrekening over 1999 – de definitieve subsidie wordt vastgesteld.

In onderstaande tabel worden de verschillen tussen de gemiddelde voor-calculatorische normprijs en de desbetreffende realisatie naar oorzaak nader gespecificeerd:

Verschillen tussen gemiddelde normprijzen en realisatiecijfers

(bedragen x f 1,–)

Rijksinrichtingen

Particuliere inrichtingen

Gevang.-wezen

TBS

Jeugd

TBS

Jeugd

Jeugd inkoop

Realisatie ³ begroot als gevolg van:

Toevoeging huisvestingslasten Kapitaallasten externe leningen Vaststelling normprijssystematiek Loon- en prijsbijstellingen Bovennormatieve toeslagen FLO, wachtgelden bestaande verplicht. 3,25 Intensiveringen, kwaliteit, infra, etc.) Ramingverschil met COTG-budgetten Overhead Land.diensten, Hoofdkant.,centr. Overige uitvoeringsverschillen

 

73,99

  • 251,25
  • 155,41
  • 147,63
  • 94,50
  • 47,00

51,75

113,88

68,30 17,47

76,25

23,05 13,65

 

5,32

30,80

9,79

23,04

19,75

18,74

9,99

21,53

33,71

36,19

30,13

21,07

10,65

10,49

       
 

8,48

15,91

 

10,57

 

3,35 0,33

3,33 62,58

3,32 - 3,58

12,15

2.65

7,19

Totaal verklaard:

73,99

251,25

155,41

147,63

94,50

47,00

Uit bovenstaande tabel blijkt dat de hogere kosten vooral worden veroorzaakt door de huisvestingslasten, die als gevolg van de Stelselwijziging Rijkshuisvesting per 1999 voor rekening van de uitvoeringsorganisaties (i.c. de rijksinrichtingen en diensten) komen.

Voorts worden de hogere kosten in belangrijke mate bepaald door de bovennormatieve toevoegingen en kapitaallasten welke niet zijn begrepen in de voorcalculatorische normprijs 1999. De bovennormatieve toevoegingen, waaronder ook begrepen zijn de kosten van voorwerving, initieel en aanloopkosten, drukken ook een belangrijk stempel op de uitkomsten per productcategorie omdat deze toevoegingen vaak een specifiek karakter hebben.

Voor de jeugdsector geldt nog dat bij de opstelling van de ontwerpbegroting 1999 de normprijssystematiek nog niet definitief was vastgesteld. In 1999 is de normprijssystematiek definitief ingevoerd, hetgeen leidde tot de aangegeven prijsbijstellingen.

Net als vorig jaar geldt nog dat de loon- en prijsbijstellingen, alsmede de decentralisatie van een deel van de budgetten voor FLO (functioneel leeftijdsontslag) en wachtgelden, slechts ten dele in de voorcalculatori-sche prijzen waren begrepen. Om die reden vindt jaarlijks bijstelling van de onderhavige budgetten plaats. In de TBS-sector geldt daarenboven dat door het COTG-tarievenstelsel (COTG = Centraal Orgaan Tarieven Gezondheidszorg) bijstelling van normen op een ander tijdstip dan de vaststelling van de voorcalculatorische normprijs plaatsvindt. Voor de particuliere Jeugd en TBS-inrichtingen geldt dat de externe leningen (afgesloten ter financiering van capaciteitsuitbreidingen) leiden tot kapitaallasten. Deze lasten zijn niet begrepen in de normprijs-systematiek en worden aan de inrichtingsbudgetten geoormerkt toegevoegd.

Voor alle sectoren geldt nog dat de hogere overheadkosten voornamelijk worden veroorzaakt door toevoeging van loon- en prijsbijstellingen. Ook de in 1999 gerealiseerde lagere capaciteit dan begroot, leidt bij de toedeling van de vaste overheadkosten op basis van capaciteiten, tot een hogere toedeling van de overheadkosten per plaats. Ten aanzien van het hoge uitvoeringsverschil bij de rijks TBS-inrichtingen wordt opgemerkt dat dit met name wordt veroorzaakt door het doorlopen van vaste kosten bij een lagere capaciteit (zgn. noemereffect). Ten aanzien van het uitvoeringsverschil bij de particuliere jeugdinrichtingen geldt nog dat hierin de overhead Landelijke Diensten en Hoofdkantoor is verdiscon-teerd.Tenslotte wordt nog gewezen op de onder het kopje «algemeen» aangegeven beperkingen bij de interpretatie van de afwijkingen tussen de aanvankelijk geraamde en gerealiseerde gemiddelde dagprijzen.

Garanties

Het betreft hier de bankgaranties voor hypothecaire leningen aan particuliere jeugdinrichtingen. Het overzicht geeft de ontwikkeling van de in 1999 lopende en aangegane garanties weer.

 

Garanties

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie

garantieplafond

101 023

101 023

uitstaand risico per 1-1

99 079

99 026

Vervallen of te vervallen garanties

  • 713
  • 719

verleende of te verlenen garanties

  • 93
 

uitstaand risico per 31-12

98 273

98 307

Het feitelijk risico per 31-12-1999 bestaat uit de openstaande saldi van de hypothecaire leningen. Er zijn in verslagjaar geen nieuwe leningen aangegaan.

Ambtelijk personeel

Het begrotingsbedrag 1999 voor ambtelijk personeel was voor DJI totaal gebaseerd op een gemiddelde bezetting van 16 416 personeelsleden in fulltime equivalenten (fte), van wie 16 157 fte actief personeel en 259 fte non-actief personeel. De ontwikkelingen in 1999 in het aantal fte’s en de gemiddelde personeelsuitgaven komen per beleidsterrein tot uitdrukking in het volgende overzicht. In dit overzicht wordt ook de financiële ontwikkeling gegeven van de kosten van: – overig personeel (niet-ambtelijk personeel, uitzendkrachten, externen en overige personele uitgaven); – opleiding en vorming; – post-actief personeel.

Omdat de personele informatiesystemen informatie verstrekken over uitgaven, wordt onderstaande informatie in kastermen gepresenteerd. Het verschil tussen gerealiseerde uitgaven en kosten uit de staat «baten en lasten» bedraagt circa f 2,6 mln. en wordt vooral verklaard door de time lag die optreedt tussen de periode waarover feitelijke vakantie- en interimuitkeringen worden gedaan en de desbetreffende kostenverantwoording. Bij een toename van het personeelsbestand treden – binnen jaargrenzen – als gevolg van de time lag hogere kosten (dan uitgaven) op.

Oorspronkelijke vastgestelde begroting

Realisatie

1999

1999

Ambtelijk personeel (aktief en niet-aktief)

Penitentaire Inrichtingen

– gemiddelde prijs x f 1,

– fte’s

– begrotingsbeslag

– in % van pers. uitg. DJI

Rijks TBS-inrichtingen

– gemiddelde prijs x f 1,

– fte’s

– begrotingsbeslag

– in % van pers. uitg. DJI

Rijks Jeugdinrichtingen

– gemiddelde prijs x f 1,

– fte’s

– begrotingsbeslag

– in % van pers. uitg. DJI

Landelijke Diensten

– gemiddelde prijs x f 1,

– fte’s

– begrotingsbeslag

– in % van pers. uitg. DJI

Hoofdkantoor

– gemiddelde prijs x f 1,

– fte’s

– begrotingsbeslag

– in % van pers. uitg. DJI

totaal DJI

– gemiddelde prijs x f 1,

– fte’s

– begrotingsbeslag

– in % van pers. uitg. DJI

Overig personeel

– niet ambtelijk/niet regulier/uit.kr./overig – opleiding en vorming – post-actief personeel

 

71 305

73 669

11 964

11 342

853 060

835 579

66,7%

65,8%

80 123

85 652

1 442

1 184

115 559

101 442

9,0%

8,0%

76 422

79 320

1 540

1 284

117 691

101 822

9,2%

8,0%

81 168

87 365

1 306

1 293

105 972

112 982

8,3%

8,9%

113 408

116 634

165

151

18 653

17 660

1,5%

1,4%

73 766

76 662

16 416

15 255

1 210 935

1 169 485

94,7%

92,1%

20 242

55 275

13 474

13 083

34 633

31 583

Totaal personele uitgaven

1 279 284

1 269 426

Toelichting op afwijkingen tussen geraamde en gerealiseerde

middensommen

De gerealiseerde middensommen zijn over de gehele linie hoger dan de geraamde middensommen. Het verschil bedraagt voor DJI totaal 3,9%.

Het verschil is het grootst bij de sector TBS en bij de Landelijke Diensten.

De verschillen worden veroorzaakt door een aantal factoren. De belangrijkste zijn:

– Effecten CAO 1999–2000

In het kader 1999 waren nog niet alle effecten van de CAO in 1999

verwerkt. Ca. 1,7% van de loonsomstijging wordt verklaard door CAO

effecten.

– Het achterblijven van nieuwe instroom (in aantallen) bij de raming Het niet realiseren van de verwachte (goedkope) instroom heeft een opwaarts effect op de uitkomst van de middensom.

– De ontwikkeling van het incidenteel

Met name bij de sectoren Jeugd en TBS zijn de kosten van periodieken en bevorderingen als gevolg van capaciteitsuitbreidingen in de voorafgaande jaren, hoog als gevolg van de loopbaanlijnen.

– Weinig tot geen besparing op nieuwe instroom (nieuw personeel) Een relatief groot gedeelte van het nieuwe personeel is ingestroomd bij de Jeugd- en TBS-inrichtingen. Door de hoge eisen qua opleiding en ervaring, die in deze sectoren worden gesteld aan nieuw personeel, wordt in deze sectoren weinig bespaard op nieuwe instroom.

– Weinig tot geen besparing op uitstroom van personeel

Het percentage (dure) ouderen, dat de dienst verlaat op basis van leeftijd bedraagt slechts 1% van het totale personeelsbestand.

Het merendeel van het personeel dat uitstroomt heeft weinig dienstjaren en behoort tot het lager betaalde personeel. Hun vertrek heeft een opwaarts effect op de middensom van het zittend personeel.

– Toelichting op afwijkingen tussen geraamde en gerealiseerde aantallen Ten opzichte van het oorspronkelijke kader bleef de gemiddelde bezetting 7% (1 161 fte’s) achter bij de raming, met name gold dit voor de sectoren Jeugd en TBS. Een belangrijke reden voor het achterblijven van de gemiddelde bezetting is het niet tijdig realiseren van de capaciteitsuitbreidingen. Bij de interpretatie van de vacatureruimte bij TBS dient te worden betrokken dat een gedeelte (ca. 20 fte’s ) wordt aangehouden ter compensatie van de inhuur van personeel van PI Over Amstel voor de inzet in De Singel.

Door de sector Jeugd is vacatureruimte (33 fte’s) aangehouden ter compensatie van de capaciteitsbenutting van het PTK te Zeeland (10 plaatsen) en de inkoop van plaatsen (15 plaatsen). Verder wordt het verschil tussen de begrootte personeelssterkte en de realisatie o.a. verklaard door een andere «productmix» dan geraamd en minder fte’s voorwerving.

Op grond van begrotingsmutaties (betrekking hebbend op bestemmingswijzigingen, actualisering personele meejaren raming op basis van capaciteiten, herschikking van P naar M, vertragingen bij het Gevangeniswezen en herschikkingen ter compensatie tekortproblematiek Gevangeniswezen) is het personele kader voor ambtelijk personeel in 1999 reeds met 2, 8% (460 fte’s) naar beneden bijgesteld. Dat de gerealiseerde gemiddelde bezetting desondanks nog steeds achter blijft bij het kader wordt o.a. veroorzaakt door een terughoudend aanstellingenbeleid met het oog op de in september 1999 vastgestelde nieuwe (lagere) behoefteprognoses voor het gevangeniswezen en de te treffen maatregelen ter invulling van de taakstelling uit het Regeerakkoord. In de laatste maanden van 1999 is sprake van een integrale selectieve vacaturestop (uitgezonderd de sectoren Jeugd en TBS).

De besparing uit vacatures als gevolg van de lagere instroom is gedeeltelijk ingezet voor de financiering van de inzet van uitzendkrachten (circa 297 fte) en overig personeel (circa 572 fte) en in het geval van de DLD van bovennormatief overwerk (33 fte).

De verschuiving van inzet van regulier personeel naar niet regulier personeel en uitzendkrachten blijkt ook uit de volgende tabel «procentuele verdeling begrotingsbeslag personele uitgaven».

Procentuele verdeling begrotingsbeslag personele uitgaven

 
 

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1999

Realisatie 1999

Verschil 1999

ambtelijk aktief personeel non-actieven post-actieven opleiding en vorming

94,7% 1,5%

2,7% 1,1%

95,0 1,5%

2,5% 1,0%

  • 0,3%

0,0% 0,2% 0,0%

totaal

100,0%

100,0%

0,0%

Post-actief personeel

Uit bovenstaande tabellen is af te leiden dat het financiële kader voor de post-actieven voor 1999 voldoende is geweest. Dat werd vooral veroorzaakt door de meevallende kosten van de FLO, als gevolg van de koppeling FLO/FPU. Door deze structureel lagere kosten kon de volumestijging van de FLO in 1999 nog worden gefinancierd.

Bij de uitgaven voor wachtgelders in 1999 moet enig voorbehoud worden gemaakt. Over de door het USZO aangeleverde facturen voor wachtgelders dient nog nadere afstemming plaats te vinden met betrekking tot de juiste doorbelasting binnen Justitie. Een herschikking van kosten tussen verschillende Justitie-onderdelen kan alsnog tot een andere uitkomst leiden.

In onderstaande tabel post-actieven worden de geraamde en gerealiseerde aantallen post-actieven gepresenteerd.

Post-actieven

 
 

Oorspronkelijk vastgestelde begroting 1999

Realisatie 1999

Verschil 1999

functioneel leeftijdsontslag wachtgelders (incl. overig)

294 652

327 420

  • 33 232

totaal

946

747

199

De afwijking tussen geraamde en gerealiseerde aantallen is te wijten aan een achterhaalde ramingsystematiek, volgens welke de geraamde aantallen afkomstig zijn uit een rekenkundige reeks die afgeleid is uit de meerjarige ontwikkelingen van de toegestane personeelssterkte. Deze ramingsystematiek is inmiddels vervangen door een raming voor de FLO op basis van de leeftijdsopbouw van het FLO personeel bij DJI en voor de wachtgelders op basis van gerealiseerde aantallen (afkomstig uit USZO bestanden).

03 CENTRAAL JUSTITIEEL INCASSO BUREAU Rekening van baten en lasten

Rekening van Baten en Lasten van het agentschap CJIB Bedragen x f 1 000

 

Omschrijving

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil realisatie

 

vastgestelde

 

en oorspronkelijke

 

begroting

 

begroting

 

(1)

(2)

(3)=(2)-(1)

BATEN

     

Opbrengst moederdeparte-

     

ment

52 725

62 976

10 251

Opbrengsten derden

100

992

892

Rentebaten

100

253

153

Buitengewone baten

0

  • 179
  • 179

Exploitatiebijdrage

2 130

6 776

4 646

Totaal baten

55 055

70 818

15 763

LASTEN

     

Apparaatskosten

51 150

64 680

  • 13 530

* personele kosten

20 905

24 857

-3 952

* materiële kosten

30 245

39 823

-9 578

Afschrijvingskosten

2 163

3 246

- 1 083

* materieel

2 163

3 246

- 1 083

Buitengewone lasten

1 742

0

1 742

Totaal lasten

55 055

67 926

  • 12 871

Saldo van baten en lasten

0

2 892

2 892

Toelichting op de rekening van baten en lasten

Algemeen

In de apparaatskosten zijn tevens de kosten van projecten opgenomen. Omdat deze kosten ten laste van de op de creditzijde van de balans gereserveerde gelden moeten komen, is het exploitatieresultaat gecorrigeerd met deze kosten. Deze correctie staat geboekt onder de post «exploitatiebijdrage projecten» en bedroeg over 1999 f 6,776 miljoen.

Baten

Opbrengst moederdepartement

De opbrengst van het moederdepartement sluit aan met de goedgekeurde begrotingsstand van f 62 976 miljoen. Op basis van outputfinanciering (P*Q) zou de opbrengst van het CJIB als volgt zijn geweest:

 
 

Mulder

Boeten

Transacties

LCA

Plukze

Terwee

Totaal

kostprijs begroting

8,39

77,66

29,80

87,36

800,18

339,18

 

vast

3,14

32,41

11,25

78,27

616,00

253,02

 

variabel

5,25

45,25

18,55

9,09

184,18

86,16

 

normale productie

6 654 000

120 000

50 000

18 000

675

4 575

 

productie 1999

5 793 273

124 114

42 024

18 766

598

4 926

 

Bijdrage:

             

vast1)

20 893 560

3 889 200

562 500

1 408 860

415 800

1 157 567

28 327 487

variabel

30 414 683

5 616 159

779 545

170 583

110 048

424 424

37 515 442

 

51 308 243

9 505 359

1 342 045

1 579 443

525 848

1 581 991

65 842 929

1 De totale departementale bijdrage is gesplitst in een «vast» en een «variabel» deel waarbij het «vaste» gedeelte op basis van de normale productie wordt berekend en het «variabele» gedeelte op basis van de werkelijkeproductie.

Op basis van outputfinanciering zou de bijdrage van het departement onvoldoende zijn geweest om de financiering aan het CJIB te kunnen dekken. Als gevolg van besparingen, met name op de gerechtskosten, heeft het CJIB haar kosten binnen het bedrag van de bijdrage weten te houden.

Hierbij moet verder worden opgemerkt dat in de bijdrage van 62,976 miljoen nog de onderstaande niet-productie gerelateerde bijdragen zijn opgenomen:

  • • 
    Europroject van f 0,515 miljoen;
  • • 
    Fraudeplan van f 1,5 miljoen.

Opbrengsten derden

Dit betreft een vergoeding van f 184 000 voor de inning van de door gemeenten opgelegde naheffingsaanslagen ter zake van gefiscaliseerde parkeermeter- en parkeerautomaatovertredingen.

Daarnaast is er een bedrag van f 808 000 ontvangen als vergoeding voor de administratieve kosten van «verhaal zonder dwangbevel» bij WAHV-sancties. Bij iedere geslaagde incasso wordt van de rekening van de geïn-casseerde tevens een bedrag van f 50,– aan administratieve kosten afgeschreven.

Rentebaten

Over ons credit-saldo op de rekening-courant met het Ministerie van

Financiën is een bedrag van f 253 000 aan te ontvangen rente berekend.

Exploitatiebijdrage inzake uitputting projecten

De uitgaven van projecten worden ten laste van de reguliere exploitatie geboekt. Omdat hiervoor op de balans gelden staan gereserveerd dienen deze uitgaven ten laste van deze middelen te worden geboekt.

Door middel van deze boeking is dit gecorrigeerd, waardoor de rekening van Baten en Lasten het juiste resultaat per 31 december vermeld.

De uitgaven ten behoeve van de projecten Millennium en Euro worden ten laste van de Voorziening geboekt.

Lasten

Apparaatskosten

De apparaatskosten (exclusief de uitgaven voor projecten) zijn binnen de totale begroting gebleven. Met name bij de gerechtskosten zijn grote besparingen zichtbaar, doordat minder zaken zijn afgewikkeld dan begroot. Tevens is hier het effect van de met deurwaarders afgesloten contracten merkbaar, waardoor per zaak minder kosten in rekening worden gebracht.

De totale personele bezetting (incl. boven-formatieve bezetting en excl. project-medewerkers) was per 31 december 392,8 fte (zowel ambtelijk personeel als uitzendkrachten). Op basis van de werkelijke kosten tot en met december bedraagt het gemiddeld salaris van het ambtelijk personeel f 64 900.

De materiële kosten zijn hoger uitgekomen dan gebudgetteerd. Met name de kosten van onderhoud van de systemen zijn fors hoger uitgevallen dan verwacht.

In het kader van de Stelselwijziging RGD betaalt het CJIB vanaf 1 januari 1999 huur voor de door het CJIB in gebruik zijnde panden. Over 1999 bedroeg de te betalen vergoeding f 3,003 miljoen. Voor de jaarlijks te betalen vergoeding is de bijdrage van het CJIB bijgeplust. De huurlast is verantwoord onder de materiële kosten.

In het kader van het fraudeplan vinden er momenteel besprekingen plaats met het BOOM omtrent aanpassing van de systemen. Tevens worden de interfaces, op administratief organisatorisch gebied, tussen het CJIB en het BOOM in kaart gebracht.

In het kader van het project CEBES heeft het CJIB een co-financiering gedaan van 50% (i.c. f 225 000) aan het OM vanuit deze gelden.

Afschrijvingen

De afschrijvingen zijn ten opzichte van de oorspronkelijke ramingen hoger. Als gevolg van groei van de organisatie zijn er de afgelopen jaren meer investeringen gepleegd dan voorzien. De gevolgen hiervan zijn nu zichtbaar in de afschrijvingen. Daarnaast zijn er in 1999 inhaal-afschrijvingen gedaan (zie paragraaf 5.2 Toelichting op de balans, onderdeel Vaste activa).

Taakstellingen

De aan het CJIB bij de begroting 1999 opgelegde taakstellingen zijn in de loop van 1999 voldaan.

De staat behorende bij de rekening van kapitaaluitgaven en kapitaalontvangsten.

Het kasstroomoverzicht van het agentschap CJIB

Rekening 1999 (exclusief suppletore mutaties)

Omschrijving

 

Oorspronkelijk vastgestelde begroting (1)

Realisatie 1999 (2)

Verschil realisatie en oorspronkelijke begroting

(3)=(2)–(1)

13 435

17 742

4 307

  • 2 537

2 323

4 860

  • 2 881
  • 2 881
  • 2 438

4

  • 2 434

443

4

447

1.

Rekening courant RHB per 1 januari

2.

Totaal operationele kasstroom

3a.

Totaal investeringen

3b.

Totaal boekwaarde desinvesteringen

3.

Totaal investeringskasstroom

 

Eenmalige uitkering aan Moeder departe-

4a.

ment

 

Eenmalige storting door Moeder departe-

4b.

ment

4c.

Aflossingen op leningen

4d.

Beroep op leenfaciliteit

4.

Totaal financieringskasstroom

Rekening courant RHB per 31 december

8 017

17 631

9 614

Algemeen

Uit de toelichting op de balanspost vaste activa blijkt dat de investeringen als volgt zijn op te splitsen:

  • • 
    inventaris
  • • 
    hardware
  • • 
    software
  • • 
    apparatuur

271

1 866

140

161

TOTAAL

2 438

5.

Totaalbedragen

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

(1)

 

ie 1999

Verschil

 

realisatie met

 

oorspronkelijk

 

vastgestelde

 

begroting

(2)

(3)=(2)-(1)

70 818

15 763

67 926

12 871

2 892

2 892

4

  • 2 159

2 438

  • 443

Totale baten Totale lasten Saldo van baten en lasten

Totale kapitaalontvangsten Totale kapitaaluitgaven

55 055 55 055

0

2 163 2 881

Kostprijzen en resultaatsanalyse

Voor 1999 bedragen de kostprijzen van de producten:

Product

Voorcalculatie 1999

Nacalculatie 1999

Verschil

WAHV-sancties Boetevonnissen OM-transacties Vrijheidsstraffen Ontnemingsmaatregelen Schadevergoedingsmaatregelen

 

8,39

7,65

77,66

78,38

29,80

37,23

87,36

133,58

800,18

niet bepaald

339,18

niet bepaald

0,74

  • 0,78
  • 7,43 46,22

Ten aanzien van de producten WAHV-sancties, boetevonnissen en OM-transacties is een analyse uitgevoerd op de invloed van het verschil in de kostprijzen op het resultaat over 1999.

 

WAHV-sancties

Pers.kst.

Mat.kst.

Ger.kst.

Huisv.kst.

Afschrijv.

Totaal

Werkelijke kst.

Begroting

Resultaat

16 485 222

17 572 184 1 086 961

16 258 858 13 034 864 3 223 993-

6 389 944

15 178 375

8 788 431

2 942 221

3 726 240 784 019

2 225 785 1 796 580 - 429 205

44 302 029 51 308 243 7 0 06 214

 

Boetevonnissen

Pers.kst.

Mat.kst.

Ger.kst.

Huisv.kst.

Afschrijv.

Totaal

Werkelijke kst.

Begroting

Resultaat

3 882 577 3 597 064 - 285 513

3 172 553 2 458 698 - 713 855

1 455 932

2 521 996 1 066 064

692 948 610 800 - 82 148

524 214

316 800

  • 207 414

9 728 223 9 505 359 - 222 865

 

OM-transacties

Pers.kst.

Mat.kst.

Ger.kst.

Huisv.kst.

Afschrijv.

Totaal

Werkelijke kst.

Begroting

Resultaat

864 163 995 449 131 287

429 593

168 096

  • 261 497

0 0 0

154 232 123 000 - 31 232

116 677

55 500

  • 61 177

1 564 665 1 342 045 - 222 620

 

Resumé

Pers.kst.

Mat.kst.

Ger.kst.

Huisv.kst.

Afschrijv.

Totaal

Resultaat

932 735

  • 4 199 345

9 854 496

670 639

  • 697 795

6 560 730

Met betrekking tot de producten vrijheidsstraffen en Maatregelen is het resultaat als volgt:

Voorcalc. productie

Werkelijke productie

Kostprijs

Begroting

Werk.kst.

Resultaat

Vrijheidsstraffen

Plukze Terwee

Maatregelen

 

8 000

18 766

87,36

1 579 443

2 506 685

  • 927 242

675

598

800,18

525 940

   

4 575

4 926

339,18

1 581 991

   
     

2 107 930

2 032117

75 813

Op basis van bovenstaande is het productieresultaat van het CJIB als volgt te verklaren:

Resultaat 1999

waarvan: Bezettingsresultaat

Efficiency-resultaat

Mulder

Strabis

Transacties

Vrijheidsstraffen

Maatregelen

 

7 006 214

2 702 683

4 303 531

  • 222 865
  • 133 335
  • 89 530
  • 222 620

89 730

  • 312 350
  • 927 242
  • 59 955
  • 514 751

75 813

   

5 709 300

2 599 123

3 386 900

Omdat de bijdrage van het departement niet gebaseerd is op output-financiering (P*Q), is het resultaat van f 2 892 mln. niet uit bovenstaande te verklaren.

 

Kengetallen

       

WAHV-sancties

       
   

Realisatie

Vermoedelijk

Realisatie 1999

   

1998

beloop 1999

 

de beginvoorraad

 

1 706 911

1 958 069

2 013 489

de instroom van nieuwe zaken

5 255 625

6 829 000

6 368 005

de uitstroom van afgedane

zaken

4 949 047

6 654 000

5 793 273

de eindvoorraad

 

2 103 489

2 133 069

2 588 221

Boeten

Realisatie 1998

Vermoedelijk beloop 1999

Realisatie 1999

de beginvoorraad de instroom van nieuwe zaken de uitstroom van afgedane zaken de eindvoorraad

 

215 485

197 568

197 568

118 853

120 000

117 840

136 770

120 000

124 114

197 568

197 568

191 294

OM-transacties

Realisatie 1998

Vermoedelijk beloop 1999

Realisatie 1999

de beginvoorraad de instroom van nieuwe zaken* de uitstroom van afgedane zaken de eindvoorraad de beginvoorraad de instroom van nieuwe zaken de uitstroom van afgedane zaken de eindvoorraad

 

3 532

7 355

9 168

30 220

106 000

39 208

24 584

50 000

42 024

9 168

63 355

6 352

*instroom KLPD instroom WAM

13 814 16 406

11 566 27 642

 

Vrijheidsstraffen

 

Realisatie 1998

Vermoedelijk beloop 1999

Realisatie 1999

14 782

15 000

19 201

11 446

18 000

18 516

7 027

18 000

18 675

19 201

15 000

19 042

Schadevergoedingsmaatregelen

de beginvoorraad de instroom van nieuwe zaken de uitstroom van afgedane zaken de eindvoorraad

 

Realisatie

Vermoedelijk

Realisatie

1998

beloop 1999

1999

5 100

5 000

6 378

2 139

6 600

6 335

861

2 550

3 517

6 378

9 050

9 196

productie is 50% instroom + 50% uitstroom; begroting derhalve: 4 575 realisatie: (50% van 6 335) + (50% van 3 517) = 4 926

Ontnemingsmaatregelen

de beginvoorraad de instroom van nieuwe zaken de uitstroom van afgedane zaken de eindvoorraad

 

Realisatie

Vermoedelijk

Realisatie

1998

beloop 1999

1999

1 394

1 400

1 572

276

920

853

98

430

342

1 572

1 890

2 083

productie is 50% instroom + 50% uitstroom; begroting derhalve: 675 realisatie: (50% van 853) + (50% van 342) = 598

Gemiddelde bedragen

In het volgende overzicht is de ontwikkeling weergegeven van het gemiddelde initiële sanctiebedrag per feitgroep per jaar, uitgaande van de pleegdatum:

WAHV-sanctie

1997

1998

1999

Snelheid Parkeren Roodlicht Overigen

 

76,97

86,43

84,44

82,06

92,11

92,28

157,88

169,39

170,35

99,19

110,12

107,40

Totaal

84,89

94,27

91,51

De stijging van het gemiddelde initiële sanctiebedrag in 1998 ten opzichte van 1997 wordt verklaard door een verhoging van de tarieven per

1 januari 1998 met ongeveer f 10,=.

De verlaging van het gemiddelde initiële sanctiebedrag snelheid in 1999

wordt veroorzaakt door de procentuele toename van met name kleine snelheidsovertredingen.

Programmabaten

Totaal door betaling ontvangen bedrag over de verslagperiode (x f 1 000 000):

 
 

Realisatie 1998

Begroting 1999

Realisatie 1999

Transacties Gerechtelijke boeten OM-transacties

485.1

70,2

3.5

542,2 70,0

568,9

76,1

4.

Totaal

558.8

612.2

649.5

04 Korps Landelijke Politie Diensten Rekening van baten en lasten

Rekening van Baten en Lasten van het agentschap KLPD Bedragen x f 1 000

 

Omschrijving

Oorspronkelijk

Realisatie

Verschil

 

vastgestelde

 

realisatie en

 

begroting

 

oorspronkelijke begroting

 

(1)

(2)

(3)=(2)-(1)

BATEN

     

Opbrengst moederdepartement

373 057

418 853

45 796

Opbrengst overige departementen

18 910

40 956

22 046

Opbrengst derden

36 100

41 788

5 688

Rentebaten

-

556

556

Buitengewone Baten

-

1 652

1 652

Exploitatiebijdrage

-

-

-

Totaal baten

428 067

503 805

75 738

LASTEN

     

Apparaatskosten

394 362

458 310

63 948

* personeelskosten

282 114

323 206

41 092

* materiële kosten

112 248

135 104

22 856

Afschrijvingskosten

35.50

39 028

3 528

* materieel

35 500

39 028

3 528

Buitengewone lasten

(808)

14 625

15 433

Totaal lasten

429 054

511 963

82 909

Saldo van baten en lasten

(987)

(8 158)

(7 171)

Het boekjaar 1999 is afgesloten met een nadelig exploitatiesaldo van f 8,158 miljoen. In augustus werd een tekort per ultimo ’99 verwacht van f 13,6 miljoen. Hierop heeft het departement een incidentele bijdrage toegewezen van f 15 miljoen. In de laatste periode hebben zich echter verschillende tegenvallers voorgedaan. Als gevolg hiervan is, ondanks de eerder genoemde extra bijdrage, een overschrijding gerealiseerd van ruim f 8 miljoen. Dit nadelig saldo is hoofdzakelijk te wijten aan de volgende zaken: – Extra beveiligingstaken die lopende het jaar zijn uitgevoerd door de divisie KDB, in het kader van Kurt/Kosovo. De post beloopt ca. f 2,0

miljoen. – Extra afwaardering van de helikopters gezien de marktontwikkelingen

f 1,5 miljoen. – Een extra voorziening die is getroffen t.b.v. de parka’s bij de divisie

Logistiek i.v.m. de nader afgesproken tegemoetkoming op de nog in te leveren parka’s. Deze post beloopt ca. f 1,5 miljoen. – Het gereed maken van de systemen voor het nieuwe millennium heeft meer met zich meegebracht dan in eerste instantie was voorzien. De

extra kosten beliepen circa f 1,8 miljoen.

Het totaal van de bovengenoemde posten vertegenwoordigt een bedrag van f 6,7 miljoen.

Naast bovenstaande incidentele tegenvallers in het laatste kwartaal is een overschrijving in de budgettering geconstateerd op de reguliere kosten van f 1,4 miljoen gulden die niet waren voorzien.

Toelichting op de staat van baten en lasten Baten

Specificatie bijdrage moederdepartement

Opbouw bijdrage Ministerie van Justitie

Begrotingsstand1januari 1999                                                                                                   373 057

1e suppletoire wet                                                                                                                            2467

Tussenstand                                                                                                                                  375 524

2e suppletoire wet                                                                                                                          54528

Eindstand begroting ultimo 1999                                                                                                430 052

– waarvan investeringsbijdragen, bijdragen liquiditeit en doeluitkeringen                           – 11 199

Opbrengst moederdepartement                                                                                              418 853

Doeluitkeringen

Er is een speciale tapkamer opgezet. Deze wordt deels uit het reguliere budget en deels door middel van een doeluitkering gefinancierd. Over deze uitgaven wordt rechtstreeks verantwoording aan de Minister van Justitie afgelegd. Het totaal van f 2 miljoen is aan de projectenrekening toegevoegd. Dit geldt eveneens voor de uitkering voor het BBE-RIT. In 1999 zijn nog twee andere doeluitkeringen in de sfeer van de personeelskosten verkregen. De uitgaven zullen in de loop van de komende jaren worden gerealiseerd volgens een door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties beschreven systematiek, welke ook door de regiokorpsen wordt gehanteerd.

Doeluitkeringen                                                                                          1999                                1998

Investeringsbijdrage HAVANK

Investeringsbijdrage Ministerie van Justitie

Investeringsbijdrage Tapkamer

Overige investeringsbijdrage Ministerie van Justitie

Liquiditeitsbijdrage Millennium

Investeringsbijdrage nieuwbouw KDB

Financiering Tapkamer

Doeluitkering BBE-RIT

Doeluitkering TOR (voor 2000 en later)

Doeluitkering FLO (voor 2000 en later)

Totaal Doeluitkeringen

BijdragenOverigedepartementen

Voor het jaar 1999 was een bedrag van f 18,9 miljoen opbrengsten overige departement begroot.

LRT

De bijdrage voor het LRT is tijdens het begrotingsjaar overgeheveld van bijdrage overige departementen naar bijdrage van het moederdepartement. Hierdoor is de bijdrage structureel in de begroting opgenomen.

 

5 040

4 760

 

30 000

 

3 900

 

200

1 000

 

1 250

 

2 000

 

674

 

404

 

831

 

11 199

38 860

Bijdragen overige departementen

Begroting

Realisatie

Realisatie

   

1999

1998

Bijdragen Ministerie van Justitie

     

Bijdrage voor het LRT

4 000

0

 

Bijdrage BBE/RIT

   

194

Bijdrage BLOM

   

934

Bijdrage GRIP

   

464

Bijdrage NOVO

   

1 965

Bijdrage UMS

   

548

Bijdrage VCOM

3 900

3 100

0

Bolkesteingelden

0

500

500

BIBOP

0

208

486

Totaal bijdragen Ministerie van Justitie

7 900

3 808

5 091

Bijdragen Ministerie Verkeer en Waterstaat

     

Bijdrage SWAB

0

10 044

4 630

Bijdrage A9/A12

0

827

0

Totaal bijdragen Ministerie V&W

0

10 871

4 630

Bijdragen Ministerie Binnenlandse Zaken

     

en Koninkrijksrelaties

     

Bijdrage 112-centrale

0

1 281

2 100

Bijdrage voor het LRT

8 710

9 436

8 514

Bijdrage voor DRSNAA

2 300

9 700

8 366

Bijdrage voor de CAO-politie

0

2 490

0

Totaal bijdrage BZK

11 010

22 907

18 980

Bijdrage Ministerie Volkshuisvesting en

     

Ruimtelijke Ordening & Milieu

     

RGD inzake huisvesting

0

3 370

2 200

Totaal bijdrage Ministerie van VROM

0

3 370

2 200

Totaal bijdragen overige departementen

18 910

40 956

28 921

De bijdragen van het Ministerie van Justitie in dit overzicht hebben betrekking op baten die niet in de oorspronkelijke begroting 1999 zijn opgenomen.

Opbrengsten derden

Opbrengst derden

Begroting 1999

Realisatie 1999

Realisatie 1998

Gedetacheerd personeel Resultaten verkopen activa Verkopen logistiek Overige opbrengsten

 

2 000

2 896

1 830

4 500

0

220

29 300

38 527

34 564

300

365

321

Totaal overige opbrengsten derden

36 100

41 788

36 935

De overige opbrengsten betreffende de verkopen van de divisie Logistiek zijn ten opzichte van 1998 aanzienlijk toegenomen, daarentegen is de marge van de verkopen achtergebleven.

Verkopen Logistiek

 

Begroting

Realisatie

Realisatie

1999

1999

1998

 

25 871

25 481

 

12 624

9 083

 

32

 

29 300

38 527

34 564

29 300

34 684

30 172

Kleding en Uitrusting Wapens en munitie Diensten V&PA

Opbrengst verkopen Kostprijs verkopen

Marge van de verkopen

3 843

4 392

0

Rentebaten

Rentebaten

1999

1998

Rentebaten

556

703

Buitengewone baten

In 1999 is de vrijval van de voorziening onderhoud voor vliegend en varend materieel als buitengewone baten verantwoord. De vrijgevallen bedragen zijn gevormd bij het opmaken van de openingsbalans of ten laste van 1998.

 

Buitengewone Baten

1999

1998

Vrijval voorziening onderhoud vaartuigen Vrijval voorziening onderhoud luchtvloot

634 1 018

0 0

Totaal Buitengewone Baten

1 652

0

Lasten

Personeelskosten

Personeelskosten

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie 1999

Realisatie 1998

Salarissen Toelagen Sociale lasten Postactieven Uitzendkrachten Overige personeelskosten Inhuur personeel derden Doorbelasting personeel (intern en derden)

 

223 646

207 948

14 656

13 439

33 511

30 383

7 248

7 117

4 630

4 590

25 397

24 604

20 064

12 397

(5 946)

(5 689)

Totaal personeelskosten

282 114

323 206

294 789

Absoluut is de toename f 28 miljoen. Een tweetal posten wordt kort toegelicht:

De salarissen zijn gestegen met f 15,7 miljoen. Het aantal fte’s is toegenomen met 53. Met een gemiddeld bedrag voor salarissen van f 77 700 is een toename verklaard van f 4,1 miljoen. Onderstaande personeelsstatistiek licht e.e.a. toe.

Personeelsstatistiek

Stand in koppen Verschil Stand in fte’s per Verschil per

 

31.12.99

31.12.98

 

31.12.99

31.12.98

 

1 295

1 307

(12)

1 248

1 261

(13)

91

78

13

87

76

11

611

611

0

589

591

(2)

636

605

31

605

573

32

189

187

2

186

184

2

105

82

23

102

80

22

85

83

2

83

82

1

Mobiliteit

Logistiek

Ondersteuning

CRI

KDB

Korpsstaf

LRT

Totaal

3 012

2 953

59

2 900

2 847

53

De nieuwe CAO heeft eveneens zijn invloed gehad op de loonsom. Voor het KLPD zijn de geschatte kosten van de algemene salarismaatregelen becijferd op f 6,678 miljoen en de kosten van de herstructurering schalen

7 en 8 (incl. PFT) op f 1,636 miljoen. Met deze posten is totaal voor ruim f 12 miljoen verklaard. Nadere analyse is benodigd ter verklaring van het restant verschil. In bovenstaande tabel is de toename van het aantal personeelsleden (in koppen en fte’s) ultimo december van 1998/99 opgenomen.

De component bruto-salaris is voor het KLPD volgens het IBIS gestegen van f 65 187 naar f 68 024 per kop. Dit betekent een procentuele stijging van 4,35%. In de CAO 1999/2001 is een stijging voorzien van 2,63% voor de algemene salarismaatregelen en 0,64% voor de herstructurering van de schalen 7 en 8 (inclusief PFT).

Naar aanleiding van berekeningen van het KLPD heeft het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties besloten tot een eenmalige vergoeding van f 2,49 miljoen. Deze bestaat voor f 1,26 miljoen uit de extrakosten voor het KLPD van de extra periodiek en de flexibiliteits-toelage en f 1,23 miljoen voor de inflatiegarantie. Voor het jaar 2000 zullen de consequenties van deze maatregelen door het Ministerie van BZK worden bezien en in de voorjaarsnota worden betrokken.

In de millenniumkosten is een bedrag van ruim f 11,4 miljoen begrepen aan inhuur externe deskundigen. Daarnaast zijn bij de bouw van geautomatiseerde systemen, voornamelijk bij de divisie CRI, kosten van deskundigen geactiveerd voor een bedrag van f 4,3 miljoen, welke betrokken zijn bij de bouw van het bedrijfsprocessensysteem.

Exploitatiekosten

De exploitatiekosten zijn in 1999 vooral toegenomen in de informatiegroep huisvesting. De stijging in de huisvestingskosten wordt veroorzaakt door het feit dat in 1999 met de verzelfstandiging van de RGD alle huurkosten worden doorberekend. Voor deze huurkosten zijn de daarmee samenhangende budgetten in de loop van 1999 toegekend. Ter voldoening van deze huurpenningen heeft het KLPD een budget van rond f 24 miljoen toegevoegd gekregen. De huisvestingskosten zijn eveneens met dit bedrag gestegen. De RGD heeft per die datum ook alle gebruikersinstallaties overgedragen aan het KLPD. Vanaf die datum krijgt het KLPD ook hiervoor een jaarlijkse vergoeding t.b.v. de vervanging. Het KLPD heeft, bij het opmaken van de openingsbalans voor het agentschap, voorzover mogelijk, deze gebruikersinstallaties in de vaste activa administratie opgenomen.

Door de millenniumproblematiek zijn de automatiseringskosten gestegen. De upgrading van het Korpsnetwerk heeft extra kosten met zich meegebracht. Kosten voor de aanpassingen van hardware zijn ten laste van de reguliere bedrijfsvoering gebracht. Overigens zijn aanzienlijke investeringen gepleegd in de automatisering, hetgeen blijkt uit de stijging van de boekwaarde van f 20 miljoen ultimo 1998 naar f 27 miljoen ultimo 1999.

 

Exploitatiekosten

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie 1999

Realisatie 1998

Opleiding en vorming

 

6 814

5 703

Huisvesting

 

36 760

14 366

Vervoermiddelen

 

18 452

18 423

Verbindingen

 

5 585

6 558

Automatisering

 

11 884

6 967

Geweldsmiddelen en

     

uitrusting

 

1 982

2 158

Operationele activiteiten

 

18 943

19 762

Kostprijs verkopen logistiek

 

34 684

30 172

Totaal exploitatiekosten

112 248

135 104

104 109

Afschrijvingskosten

In onderstaande tabel zijn opgenomen de afschrijvingen, zoals deze in de vaste activa administratie worden berekend en worden verwerkt in de financiële administratie. Deze sluiten dus aan bij het overzicht Materiële vaste activa. Daarnaast zijn ook de boekverliezen opgenomen die gerealiseerd zijn bij de verkoop van de vaste activa. Gevreesd moet worden dat de boekverliezen in de komende jaren alleen verder zullen toenemen, zodat na analyse tot aanpassing van de levensduur van activa besloten moet worden.

Afschrijvingskosten

Realisatie 1999

ealisatie 1998

Opleiding en vorming

Huisvesting

Vervoermiddelen

Verbindingen

Automatisering

Geweldsmiddelen en uitrusting

Operationele activiteiten

Totaal afschrijvingskosten

Resultaten verkopen activa

Opleiding en vorming

Huisvesting

Vervoermiddelen

Verbindingen

Automatisering

Geweldsmiddelen en uitrusting

Operationele activiteiten

Totaal resultaten verkopen activa

Vergoeding afschrijvingskosten derden

Huisvesting

Vervoermiddelen

Verbindingen

Automatisering

Geweldsmiddelen en uitrusting

Operationele activiteiten

 

64

65

3 172

3 138

13 997

13 927

1 659

1 979

14 788

15 759

436

427

5 421

5 158

39 537

40 453

2

0

505

(314)

18

(203)

56

82

311

(6)

8

(3)

164

62

1 064

(382)

(7)

 

(1 005)

(636)

(26)

 

(71)

 

(12)

 

(452)

64

Totaal ontvangen vergoedingen Totaal generaal

(1 573) 39 028

(572) 39 499

Tenslotte worden in bovenstaand overzicht de vergoedingen voor afschrijvingskosten op de afschrijvingen in mindering gebracht. Deze hebben betrekking op materiele vaste activa die door derden worden gefinancierd. Door deze boeking worden de kosten in projecten van derden, welke eveneens in de jaarrekening zijn samengevoegd, geneutraliseerd.

Buitengewone lasten

Afboeking vordering IT-organisatie

Na overleg met de Ministereris van BZK en Justitie is besloten tot afboeking van het recht van het KLPD op het winstaandeel in de ITO-organisatie over de periode 1-1-1998 tot 1-5-1998 van de IT-organisatie.

Tekort op de voorziening millennium

Begin 2000 is het Millennium-project afgerond. Gebleken is dat de kosten circa f 1,8 miljoen hoger zijn uitgekomen dan geraamd. Dit bedrag is als een buitengewone last opgenomen.

Schadegevallen

Ten laste van 1999 zijn voorzieningen getroffen voor schadegevallen. Deze bedragen ruim 1,3 miljoen. Inmiddels is aan betrokkenen een bedrag van f 0,5 miljoen uitbetaald. Het restant zal in 2000 tot uitbetaling komen.

Navordering ITO inzake prestatie van voorgaande jaren Eind 1999 heeft de IT-organisatie alsnog prestaties in rekening gebracht over de jaren 1997 en 1998. Deze prestaties, die normaliter in de post onderhanden werk begrepen hadden moeten zijn ultimo boekjaar, zijn niet in de openingsbalans van het KLPD opgenomen. In de openingsbalans van het agentschap van de IT-organisatie zijn deze posten wel opgenomen.

Doordat de IT-organisatie per 1 mei 1998 zelfstandig is geworden en de ontvlechting zonder verrekening heeft plaats gevonden is het KLPD van mening dat een dergelijke vordering over de oudere jaren hierdoor is komen te vervallen. Niettemin is uit hoofde van het voorzichtigheids-principe de schuld en daarmee ook de last opgenomen.

Kosten beveiliging (KoerdenKosovaren)

In de loop van 1999 heeft de divisie Koninklijke en Diplomatieke Beveiliging met de hulp van ingehuurde krachten uit de regiokorpsen een aanzienlijke inspanning geleverd in de beveiliging, welke samenhangt met de problematiek van de Koerden en de Kosovaren. Deze kosten konden niet binnen het budget van de betrokken divisie worden opgevangen. Daarom is in een overleg met het departement een berekening van de meerkosten gemaakt. Omdat de kosten niet in de normale bedrijfsvoering pasten, is besloten in dit geval de kosten in de presentatie als buitengewone lasten op te nemen.

Afwaardering helikopters

De waarde van de helikopters is voor f 1,5 miljoen afgewaardeerd omdat de actuele waarde lager is dan de boekwaarde. Zie ook reeds eerder gemaakte opmerkingen.

Kosten parka’s

In 1999 is het probleem van de brandgevaarlijke parka’s opgelost. De

voorraden parka’s zijn afgestoten. Dit heeft ongeveer f 1,5 miljoen gulden gekost. Voor elke nieuwe parka die nu door de regiokorpsen worden aangeschaft, wordt een korting van f 150 per parka gegeven.

Voor de vervanging van – naar schatting 10 000 parka’s – in de komende jaren is een voorziening van f 1,5 gevormd. De kosten komen hierdoor uit op f 3 miljoen.

Buitengewone Lasten                                                                                1999                                1998

Afboeking vorderingopITO (winstaandeel)                                           3200

Tekortopvoorziening millennium                                                           1786

Schadegevallen                                                                                         1338

Navordering ITO van prestaties voorgaande jaren                                1 301

Kosten Kurt/Kosovo                                                                                  2003

Afwaardering helikopters                                                                         1500

Kosten schade parka’s                                                                              3009

Overige batenenlasten voorgaande boekjaren                                        488 310

Totaal Buitengewone Lasten                                                                  14625                                  310

De staat behorende bij de rekening van kapitaaluitgaven en kapitaalontvangsten.

Het kasstroomoverzicht van het agentschap KLPD

Rekening 1999 (exclusief suppletore mutaties)

 

Omschrijving

Oorspronkelijk vastge-

   

stelde

begroting (1)

1.

Rekening Courant RHB 1 januari

 

11

2.

Totaal operationele kasstroom

 

34 513

3a.

totaal investeringen

 

34 350

3b.

totaal boekwaarde desinvesteringen

 

0

3.

Totaal kasstroom uit investeringen

 

34 350

4a.

eenmalige uitkering aan moederdepartement

 

0

4b.

eenmalige storting door moederdeparte-

   
 

ment

 

0

4c.

aflossing op leningen

 

0

4d.

beroep op leenfaciliteit

 

0

4.

Totaal financieringskasstroom

 

0

Realisatie                     Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

(2)                                       (3)=(2)-(1)

48 700

45 116 77 224 - 5 387 71 387

00

6 290

0

6 377

12 667

Rekening Courant RHB 31 december

174

34 646

48 689

10 603 42 874 - 5 387 37 487

6 290

0

6 377

12 667

34 472

Totaalbedragen

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

(1)

 

ealisatie

Verschil realisatie en

 

oorspronkelijk vastgestelde

 

begroting

(2)

(3)=(2)-(1)

503 805

75 738

511 963

82 909

  • 8 158
  • 7 171

18 054

  • 17 446

77 224

42 874

Totale baten Totale lasten Saldo van baten en lasten

Totaal kapitaalontvangsten Totaal kapitaaluitgaven

428 067

429 054 - 987

35 500 34 350

5.

Productiecijfers

Rubriek Omschrijving

POM*

cat

Jaarplan 1999

Activiteiten/Resultaten

Aantal: Eenheid:

Realisatie 31-12-1999

Activiteiten/Resultaten

Aantal: Eenheid:

Divisie**

Verkeer (vervoer), lucht/water/land

Snelheidscontroles, kenteken

Snelheidscontroles, staande houding

Snelheidscontroles, Gericht Verkeers Toezicht

Autogordel

Rijgedrag, ergernis top 10

Techniek (algemeen)

Doorstroming (Samen Werken Aan Bereikbaarheid)

Controles beroepsvaart, vaar- en rusttijden

Combi-controle recreatievaartuigen + snelle motorboten

 

300 000

Pv’s

407 113

Pv’s1

Mob

25 000

Pv’s

26 190

Pv’s

Mob

475 000

Pv’s

504 211

Pv’s

Mob

30 000

Pv’s

22 834

Pvs2

Mob

7 500

Pv’s

10 138

Pv’s3

Mob

5 000

Pv’s

5 931

Pv’s

Mob

13 114

Manuren

22 929

Manuren4

Mob

4 500

controles

4 236

Controles

Mob

4 000 controles

4 010 Controles

Mob

Openbare Orde

Inzet beredenen bij groot- en kleinschalig optreden Techn.en fac. onderst. bij grootschalige politie-act.

Hulpverlening (rampenbestrijding)

Bijzondere wetten

Criminaliteit

Crim. bestr. transp. en log., projecten.

Crim.bestr. transp. en log., voorbereiding projecten

Nachtsurveillance

Rech. advies en ontw. dmv programma’s en projecten

Ber.behandeling, Bemiddeling Interpol/Schengen

Identificatie, mbv Havank

Rech.info., Int.inlichtingen uitwisseling

Rech.info., Info-verstrekking op Nat.niveau

Rech.informatie, inzet op meldpunten

Inzet beredenen vee & paardenhouderij/Voork.

Misdrijven

Milieu

Surveillance en gerichte controle beredenen Controle geluidsemissie luchtverkeer

Vreemdelingenzorg

Voorselectie Identificatie Quick check

36 920 7 000

3 120

manuren manuren

37 381 Manuren

5 235      Manuren5

10 Manuren6

Ond Ond

 

2

projecten

2

Projecten

Ond

2

aantal

8

Projecten

Ond

35 000

manuren

35 200

Manuren

Mob

121 685

manuren

132 208

Manuren

Cri

73 493

manuren

73 164

Manuren

Cri

39 758

manuren

42 544

Manuren

Cri

73 493

manuren

74 624

Manuren

Cri

73 493

manuren

69 669

Manuren

Cri

49 397

manuren

46 377

Manuren

Cri

Ond

 

3 120

manuren

1 423

Manuren7

Ond

400

manuren

1 000

Manuren

Mob

13 253

13 450

Cri

Persoonsbeveiliging

Koninklijke beveiliging, Totaal Diplomatieke beveiliging, Totaal

Politie Operationele Ondersteuning

Gekwalificeerde techn.onderst. aan operaties

Sto-inzet nav convenant

Ontw./verbetering techn.hulpmiddelen

Elektr. veiligheidsonderzoek + toetsing

Bijzondere recherche zaken

Vlieguren tbv politie-regio’s, Klpd en Luchtfotografie

Vlieguren tbv kustwacht

Stand-by ivm levensreddend en spoedeisende inzet

Inzet beredenen bij cer. en repr. taken

Inzet speurhonden en geleiders

Opl./tr./cert. van speurhonden tbv regio’s, douane en

Kmar

Keuring en cert. van surveillancehonden tbv regio’s

Controle veiligheid watersport (ondersteuning tbv regio’s)

 

100 150

manuren

107 961

manuren

Dkdb

38 650

manuren

103 762

manuren8

Dkdb

50 000

manuren

95 729

manuren9

Ond

18 000

manuren

15 391

manuren10

Ond

30 000

manuren

21 802

manuren11

Ond

11 000

manuren

16 800

manuren12

Ond

71 083

manuren

-

manuren13

Cri

3 820

vlieguren

3 918

vlieguren

Ond

1 950

vlieguren

1 698

vlieguren14)

Ond

8 760

uren

8 760

uren

Ond

3 120

manuren

2 020

manuren15

Ond

7 620

manuren

6 764

manuren

Ond

6 780

manuren

10 574

manuren16

Ond

1 500

manuren

833

manuren17

Ond

25 000

31 000

Mob

2

manuren

6

7

manuren manuren

8

9

manuren manuren

Rubriek Omschrijving

POM*

cat

Jaarplan 1999

Realisatie 31-12-1999

Divisie**

Activiteiten/Resultaten

Aantal: Eenheid:

Activiteiten/Resultaten

Aantal: Eenheid:

10              Logistieke dienstverlening

Omzet kleding, uitrusting, vuurwapens en munitie Omzetsnelheid Kleding & Uitrusting Leveringsgraad A-artikelen

Wapens (levering) Munitie (levering) Wapeninspecties-/reparaties Beheer Gerechtelijke Wapens Beheer munitie

 

34 000 000

/

37 994 000

/

Log

4,5

 

3,6

 

Log

97

%

95,6

 

Log

370

leveringen

765

leveringen

Log

6 000 000

stuks

10 153 710

stuks

Log

23 000

inspecties

21 927

inspecties

Log

11 000

aantal

11 203

aantal

Log

5 380

aantal

6 834

aantal

Log

  • Politie Output Monitor

** Divisies Mobiliteit, Ondersteuning, Centrale Recherche Informatie, Kon. en Dipl. Beveiliging en Logistiek.

Toelichting op cijfers

1  Door samenwerking met het Bureau Verkeershandhaving Openbaar Ministerie is het toezicht op snelheid geïntensiveerd.

2  De aanpak van «de autogordel» is met name op de A12 gecombineerd met het toezicht op snelheid. Deze aanpak, in samenwerking met het Bureau Verkeershandhaving, heeft op genoemd traject tot een verbetering van de draagplicht geleid.

3  Het toezicht op «de ergernis top 10» is in de loop van het jaar geïntensiveerd.

4  De realisatie-cijfers van «SWAB» zijn hoger omdat het nieuwe personeel eerder inzetbaar was dan verwacht.

5  De inzet is afhankelijk van het aantal grootschalige politie-acties dat zich voor doet.

6  Op criminaliteit is in 1999 bij de inzet Bereden nog niet afzonderlijk gestuurd (en geregistreerd).

7  Het onderwerp milieu krijgt in de klantenraad van de DLHP een lagere prioriteit dan voorheen.

8  De uren van de afdeling Diplomatieke Beveiliging zijn vooral door «Kosovo» en «Öcalan» veel hoger dan verwacht.

9  Meer uren als gevolg van uitbreiding Tapkamers.

10  Minder uren door afbouw convenanten met regionale politiekorpsen (soms personeel over naar regionaal korps).

11  Minder uren door prioriteitsstelling als gevolg van tekort personeel.

12  Meer uren als gevolg van grotere vraag naar veiligheidsonderzoek.

13  Het PCS-systeem was pas laat in het jaar beschikbaar. Met ingang van 1-1-2000 wordt de tijd in PCS geregistreerd.

14  Als gevolg van uitval van een vliegtuig door technische problemen is de realisatie lager dan de planning.

15  Het aantal uren voor de begeleiding van de Gouden Koets is verlaagd door de behoefte aan bereden ondersteuning elders.

16  Er worden steeds meer honden opgeleid. Door het toenemend belang wordt ook meer tijd gespendeerd aan opleiden.

17  Er zijn minder honden ter keuring aangeboden. Er zitten nu veel honden «in de pijplijn» die in 2000 gekeurd moeten worden.

De Minister van Justitie, A. H. Korthals

 
 
 

3.

Meer informatie

 

4.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.