Bijlagen bij de begroting - Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2000 - Hoofdinhoud

Deze bijlage(n) is onder nr. 3 toegevoegd aan wetsvoorstel 26800 X - Vaststelling begroting Defensie 2000.

Officiële titel	Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2000; Bijlagen bij de begroting
Document­datum	21-09-1999
Publicatie­datum	12-03-2009
Nummer	KST36528_3
Kenmerk	26800 X, nr. 3
Van	Defensie
Originele document in PDF

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Vergaderjaar 1999–2000

26 800 X

Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2000

Nr. 3

BIJLAGEN BIJ DE BEGROTING

Inhoudsopgave

Blz.

BIJLAGE 1

OVERZICHT INZAKE PERSONEELSGEGEVENS

Samenvattend overzicht personeelssterkte burgerpersoneel

Koninklijke marine

Commandant der Zeemacht Nederland Commandant der Zeemacht Caribisch gebied Korps Mariniers Ondersteunende Eenheden Admiraliteit

4 458

1  067

76 35

2  557 723

4 346

908

76

40

2 642

680

4 181

900

75

40

2 504

662

4 170

900

75

40

2 493

662

4 108

900

75

40

2 431

662

4 092

899

75

40

2 416

662

4 092

899

75

40

2 416

662

Koninklijke landmacht

1e (GE/NL) Legerkorps Commando Opleidingen Landmachtstaf Nationaal Commando Overige Eenheden BLS

9 628

303

686

333

6 912

1 394

9 400

168

841

292

6 930

1 169

9 064

170

840

292

6 608

1 154

8 883

1 692

860

294

4 830

1 207

8 710

1 573

875

296

4 761

1 205

8 533

1 379

900

298

4 751

1 205

8 489

1 338

910

300

4 736

1 205

Koninklijke luchtmacht

Tactische Luchtmacht

Decentrale Ondersteunende Eenheden

Hoofdkwartier Koninklijke Luchtmacht

1 836

520 778 538

1 755

505 741 509

1 698

485 708 505

1 666

485 708 473

1 666

485 707 474

1 666

485 707 474

1 666

485 707 474

Koninklijke marechaussee

191

254

254

254

254

254

254

Defensie Interservice Commando

Staf

Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie

Defensie Werving en Selectie

Instituut Defensie Leergangen

Militair Geneeskundig Facilitair Bedrijf

Overige Interservice Diensten

1 274

28 239 167

46 381 413

1 311

28 231 185

46 406 415

1 240

28 230 181

44 399 358

1 198

27 228 172

44 369 358

1 156

26 226 167

44 350 343

1 154

25 224 167

44 350 344

1 154

24 224 167

44 350 345

Samenvattend overzicht personeelssterkte militair personeel beroeps onbepaalde tijd (BOT)

Realisatie Begrotingssterkte

Meerjarenramingen

1998

1999¹

2000

2001

2002

2003

2004

Centrale Organisatie

Kerndepartement Militaire Inlichtingendienst

578

221 357

583

217 366

608

215 393

605

212 393

602

209 393

602

209 393

602

209 393

Koninklijke marine

Commandant der Zeemacht Nederland Commandant der Zeemacht Caribisch gebied Korps Mariniers Ondersteunende Eenheden Admiraliteit

8 681

4 531

320

1 125

1 727

978

8 405

4 324

325

1 162

1 690

904

8 128

4 297

312

1 178

1 545

796

7 966

4 161

303

1 188

1 530

784

7 985

4 135

303

1 258

1 515

774

7 972

4 046

303

1 334

1 515

774

8 029

4 046

303

1 391

1 515

774

Koninklijke landmacht

1e (GE/NL) Legerkorps Commando Opleidingen Landmachtstaf Nationaal Commando Overige Eenheden BLS

11 216

4 704 2 477 247 2 190 1 598

11 075

4 140 2 946 250 2 151 1 588

10 927

4 127 3 090 253 1 946 1 511

10 688

4 670 3 053 257 1 202 1 506

10 543

4 569 3 053 259 1 162 1 500

10 368

4 376 3 064 259 1 162 1 507

10 270

4 290 3 059 259 1 155 1 507

Koninklijke luchtmacht

Tactische Luchtmacht

Decentrale Ondersteunende Eenheden

Hoofdkwartier Koninklijke Luchtmacht

8 027

5 375

1 907

745

7 796

5 220

1 858

718

7 767

6 108

1 021

638

7 565

5 935 992 638

7 416

5 810 971 635

7 341

5 738 970 633

7 266

5 677 959 630

Koninklijke marechaussee

3 201

3 209

3 297

3 259

3 244

3 220

3 207

Defensie Interservice Commando

Staf

Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie

Defensie Werving en Selectie

Instituut Defensie Leergangen

Militair Geneeskundig Facilitair Bedrijf

Overige Interservice Diensten

Samenvattend overzicht personeelssterkte militair personeel beroeps bepaalde tijd (BBT)

Organisatie-eenheid

Realisatie Begrotingssterkte

Meerjarenramingen

1998

1999¹

2000

2001

2002

2003

2004

Centrale Organisatie

Kerndepartement Militaire Inlichtingendienst

28

14 14

25

12 13

26

12 14

26

12 14

26

12 14

26

12 14

26

12 14

Koninklijke marine

Commandant der Zeemacht Nederland Commandant der Zeemacht Caribisch gebied Korps Mariniers Ondersteunende Eenheden Admiraliteit

4 427

2 189 269

1 218 492 259

4 435

2 190 284

1 251 495 215

4 431

2 187 283

1 270 495 196

4 380

2 099 282

1 320 483 196

4 342

2 023 282

1 370 471 196

4 360

1 997 282

1 414 471 196

4 360

1 997 282

1 414 471 196

Koninklijke landmacht

1e (GE/NL) Legerkorps Commando Opleidingen Landmachtstaf Nationaal Commando Overige Eenheden BLS

11 985

10 804

397

26

323

435

12 115

9 400

1 996

22

278

419

12 189

9 534

1 875

35

275

470

12 497

9 929

1 936

35

135

462

12 911

10 285

1 991

35

138

462

13 442

10 740

2 055

35

150

462

13 775

11 064

2 055

35

159

462

Koninklijke luchtmacht

Tactische Luchtmacht

Decentrale Ondersteunende Eenheden

Hoofdkwartier Koninklijke Luchtmacht

3 303

2 068

1 170

65

3 468

2 142

1 261

65

3 535

2 506

932

97

3 568

2 537

933

98

3 618

2 580 938 100

3 694

2 653 939 102

3 768

2 713 950 105

Koninklijke marechaussee

1 459

1 779

1 917

1 933

2 027

2 051

2 064

Defensie Interservice Commando

Staf

Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie

Defensie Werving en Selectie

Instituut Defensie Leergangen

Militair Geneeskundig Facilitair Bedrijf

Overige Interservice Diensten

381

219 79

5 72

6

371

377

381

385

389

391

237              244             248              252              256              258

70                69                68                68                68                68

333333 54                54                55                55                55                55

777777

Noten:

¹ Aantallen volgens de Begroting 2000, waarin mutaties t/m juni 1999 zijn verwerkt.

Burgerpersoneel: incl. A&O en Niet Nederlands Hulppersoneel (NNH). Het NNH behoort tot het actief reguliere personeel. Excl. uitzendkrachten en excl niet-actief personeel. Militair personeel: incl. BV-LOM en A&O; excl. herhalingsoefeningen.

N.B.: De sterkte is uitgedrukt in volle tijds equivalenten (vte) op basis van een 38-urige werkweek. De begrotingssterkte kan afwijken van de de gewenste sterkte.

BIJLAGE 2

OVERZICHT WETGEVINGSPROJECTEN

A. Tot stand gekomen wetgeving (periode 1 augustus 1998 tot 1 augustus 1999)

Citeertitel

Kamerstuk nr.

Staatsblad jaar, nr.

Inwerkingtreding

• 1. 

  Wet van 24 september 1998 tot wijziging van de Rijkswet geweldgebruik krijgsmacht in de uitoefening van de bewakings- en beveiligingstaak

25 813 (R 1604)

Stb. 1999, 11

eind 1999

• 2. 

  Wet van 27 mei 1999 tot wijziging van de Wet voor het reserve-personeel der krijgsmacht 1985 alsmede wijziging van de Algemene militaire pensioenwet in verband met de overgang naar een geheel uit vrijwilligers bestaande krijgsmacht

26 139

Stb. 1999, 279

1 september 1999

B. Bij het parlement aanhangige wetsvoorstellen

Wetsvoorstel

Kamerstuk

Op 1 aug. 1999 gevorderd t/m

Verwachting omtrent eerstvolgende fase

Inwerkingtreding

• 1. 

  Verandering in de grondwet van de bepalingen inzake verdediging (tweede lezing)

• 2. 

  Wijziging van de Wet militair tuchtrecht, het

Wetboek van Militair Strafrecht en de Wet militair strafrechtspraak naar aanleiding van het gehouden evaluatieonderzoek

II 26 243 (R 1622)

II 25 454 (R 1595)

nota naar                   plenaire                      zospoedig aanleiding van          behandeling door mogelijk verslag ingediend de Tweede Kamer bij de Tweede Kamer juni 1999

aanvaard door de plaatsing                    zo spoedig

Eerste Kamer juni Staatsblad                 mogelijk

1999

• 3. 

  Instelling van een ongevallenraad Defensie (Rijkswet ongevallenraad Defensie)

II 26 110 (R 1619)

nota naar aanleiding van verslag en nota van wijziging ingediend bij de Tweede Kamer plenaire                      zospoedig behandeling door mogelijk de Tweede Kamer

• 4. 

  Wijziging van de Wet gewetensbezwaren militaire dienst in verband met invoering Kaderwet dienstplicht

II 25 990

verslag                       uitbrengen nota vooralsnog niet uitgebracht door      naar aanleiding aan te geven de Tweede Kamer    van verslag juni 1998

C. In voorbereiding zijnde voorstellen van wet

Wetsvoorstel op 1 aug. 1999                 Verwachting omtrent Inwerkingtreding gevorderd t/m                  eerstvolgende fase

• 1. 

  Wijziging van de Rijkswet geweldgebruik krijgsmacht in de in voorbereiding uitoefening van de bewakings- en beveiligingstaak (in verband met binationale wacht)

• 2. 

  Rijkswet Kustwacht voor de Nederlandse Antillen en Aruba in voorbereiding

• 3. 

  Wijziging Militaire ambtenarenwet en intrekking Wet militair in voorbereiding onderwijs landmacht 1890

behandeling rijksministerraad behandeling rijksministerraad behandeling ministerraad vooralsnog niet aan te geven zo spoedig mogelijk zo spoedig mogelijk

• 4. 

  Wet collectieve acties Defensie

• 5. 

  Kaderwet militaire pensioen

• 6. 

  Wijziging van de Algemene militaire pensioenwet (naar aanleiding van wijziging nabestaanden pensioenen)

advies Raad van State ontvangen april 1992

advies Raad van State ontvangen april 1999

advies Raad van State ontvangen mei 1999

vooralsnog niet aan te   tegelijk met intrekking geven                                 voorbehoud bij art. 6, lid 4, ESH

aanbieding aan de          1 april 2000 Tweede Kamer aanbieding aan de          zo spoedig mogelijk Tweede Kamer

BIJLAGE 3

OVERZICHT MOTIES EN TOEZEGGINGEN

Overzicht van de door de Staten-Generaal aanvaarde moties en de door de bewindslieden in het vergaderjaar 1998–1999 gedane toezeggingen A. Door de Staten-Generaal aanvaarde moties

Omschrijving van de motie

Vindplaats

Stand van zaken

Nagaan of er diensten/afdelingen van de Koninklijke marine of het Rijk naar Den Helder verplaatst kunnen worden en onderzoek of exploitatiemogelijkheden van marinebedrijven in Den Helder verbreed kunnen worden (Motie van Zijlstra en Van den Doel)

26 200 X, nr 14 8 december 1998

Zie brief D99001164 d.d. 12 april 1999

Evaluatie maken van de personele aspecten verbonden aan de deelname aan 26 200 X, nr 18 vredesoperaties en de Kamer voor het verschijnen van de Defensienota                  8 december 1998

daarover te berichten (Motie Van den Doel/Van ’t Riet)

Zie brief P/99003928 18 juni 1999

Te bezien of in internationaal verband, volgens het «Ottawa-model», hierover 25 925, nr. 7 verdergaande afspraken zijn te maken en daarin – zo mogelijk – een initiërende rol te vervullen (verbod gebruik/overdracht blindmakende laserwapens) (Motie Van den Doel en Apostolou)

Zie 25 925, nr. 9 1 juli 1999

Internationale conferentie beleggen waar uitwisseling plaatsvindt van kennis 25 925, nr. 8                      Zie 25 925, nr. 9

en middelen ten behoeve van detectie en opruiming van antipersoneelsmijnen 12 november 1998          d.d. 1 juli 1999

(Motie Van den Doel en Hoekema)

B. Door de bewindslieden gedane toezeggingen

Omschrijving van de toezegging

Vindplaats

Stand van zaken

Actualisering Prioriteitennota; Defensienota 2000

Handelingen II blz. 2427

d.d. 3 december 1998 Handelingen I blz. 991 16 maart 1999

Zie inleiding

Post-Cambodja-klachtenonderzoek: uitgebreid onderzoek (ook Rwanda, Burundi en Zaïre) zal waarschijnlijk twee jaar in beslag nemen. Kamer tussentijds rapporteren over voortgang

21 490, nr. 22

21 september 1998

Zie 21 490, nr. 24 d.d. 25-11-1998

De dit jaar getroffen maatregelen van oktober 1995 evalueren (aansturing vredesoperaties en systematische evaluatie van genomen maatregelen (informatiestromen binnen Defensie verbeteren/extern advies/taken positie IGK)

Rapport Van                     Zie26237, nr. 3

Kemenade                        30-3-1999

28 september 1998

Rapport Stuurgroep Veranderingsproces zal uiterlijk 1 maart 1999 gereed zijn; spoedig daarna aan Kamer zenden

Algemeen Overleg

26 237, nr. 2

25 november 1998

Zie 26 237, nr. 3 30-3-1999

Toezenden Rapport reorganisatie Militaire Inlichtingendienst

Handelingen II

blz. 2524

8 december 1998

Zie brief 15-3-1999 DIS 99 001 341

Evaluatie vredesoperaties

Handelingen II

blz. 2438

3 december 1998

Zie inleiding

Verdere voortgang reorganisatie Militaire Inlichtingendienst na zomerreces

Brief DIS/99001341 15 maart 1999

Zie par. 6.2.1.

Voortgang archiefbeheer van de Militaire inlichtingendienst in september in de 25 809, nr. 11                    Zie par. 6.2.2.

defensiebegroting opnemen en in mei injaarverslag MID                                            15 maart 1999

Relevante ontwikkelingen onderzoek metingen aan HAWK/radarsystemen              26 163

Veiligheid werkplekken Defensie onderzoeken naar aanleiding van Arbo-                26 200 X, nr. 5

incident Twente (chromaathoudende verf) en over resultaten inventarisatie            23 oktober 1998 inlichten

Onderzoek is nog gaande Onderzoek is nog niet afgerond

Project HOM-2000; Vervolg project

Brief M99001362 11 maart 1999

Zie par. 1.3.2.

Zonering Vliegbasis Eindhoven

Handelingen II blz. 720

Zie 26 200 X, nr. 34

Suggestie lid Koenders om overtollig materieel aan NAVO-toetreders ter beschikking te stellen zal worden meegenomen

Handelingen II

blz. 352

30 september 1998

Zie 26 382, nr. 1 Zie 26 382, nr. 2 blz. 75

Uitkomsten onderhandelingen met VS over POMS-site Coevorden

26 163, nr. 2

26 200 X

14 oktober 1998

Zie P/99002489

d.d. 3-5-1999 en D99001956

d.d. 16-06-99

BIJLAGE 4                                              OVERZICHT INZAKE CIRCULAIRES PER 1 AUGUSTUS 1999

onderwerp                                                                      datum                         nummer                            specificatie

Regeling geluidswerende voorzieningen 1997 16-04-1997                 MG97022259                    Bekendmaking beleid toepassing RGV ’97

BIJLAGE5                                              OVERZICHT VAN VERSLAGEN VANDECOMMISSIE VOOR DE

VERZOEKSCHRIFTEN

De Commissie voor de Verzoekschriften uit de Tweede Kamer heeft in de tweede helft van 1998 één verslag uitgebracht over het ministerie van Defensie. Dit verslag betreft het afwijzen van het verzoek van betrokkene om tot intrekking of correctie van het besluit van 9 september 1981 over te gaan. Waarin onder meer de uitkering aan betrokkene werd beëindigd op grond van de Regeling financiële voorzieningen overgang Surinaamse krijgsmacht. Betrokkene heeft deze aangelegenheid voorgelegd aan de rechter. De Commissie stelt dat de Kamer niet kan treden in aangelegenheden die aan de rechter zijn voorgelegd. De Commissie kan Defensie volgen in het standpunt dat er geen aanleiding is terug te komen op de zoveel jaren geleden op goede gronden genomen beslissing (Kamerstukken II 1997–1998, 25 702, nr. 119).

De Commissie voor de Verzoekschriften uit de Eerste Kamer heeft in het afgelopen begrotingsjaar geen verslagen over het ministerie van Defensie uitgebracht.

Aanbevelingen van de Nationale ombudsman

In 1998 heeft de Nationale ombudsman negen rapporten over het ministerie van Defensie uitgebracht. In zes rapporten waren gedragingen van ambtenaren van de Koninklijke marechaussee onderwerp van onderzoek.

In vier van de negen rapporten oordeelde de Nationale ombudsman dat de klacht niet gegrond was. In drie andere rapporten luidde het oordeel deels ongegrond en gaf de Nationale ombudsman gedeeltelijk geen oordeel. In de twee overige rapporten werd door de Nationale ombudsman de klacht gedeeltelijk gegrond verklaard. In één van deze rapporten stelde de Nationale ombudsman dat van de Koninklijke marechaussee had mogen worden verwacht dat zij een tolk had ingeschakeld. De Nationale ombudsman acht het, gelet op betrokkenes beperkte kennis van de Engelse taal, niet aannemelijk dat betrokkene mededelingen zoals die omtrent de inreisweigering had begrepen of in staat was zijn bezwaren daartegen in het Engels naar voren te brengen. In deze zaak heeft de Nationale ombudsman daarnaast een aanbeveling gedaan inzake de klacht van betrokkene dat als gevolg van nalatigheid van de Koninklijke marechaussee bagage is zoek geraakt. De aanbeveling hield in om met betrokkene in contact te treden over de schade die hij daardoor had geleden. Defensie heeft deze aanbeveling opgevolgd.

Voorts heeft de Nationale ombudsman in 1998 elf zaken afgedaan door middel van interventie.

Eind 1997 heeft de Nationale ombudsman een rapport uitgebracht naar aanleiding van een klacht omtrent de nasleep van de ramp met een Herculesvliegtuig op 15 juli 1996. In 1998 en begin 1999 is de Nationale ombudsman geïnformeerd omtrent de stand van zaken bij de afwikkeling van de schadeclaims naar aanleiding van deze ramp. Van de 30 zaken zijn er 26 zaken definitief afgehandeld.

In de eerste helft van 1999 heeft de Nationale ombudsman drie rapporten uitgebracht. In 1998 heeft de Nationale ombudsman naar aanleiding van een verzoek van de vaste Commissie voor Defensie uit de Tweede Kamer besloten om een onderzoek in te stellen naar de gang van zaken rond de ongevallen met de AP-23 mijn in 1983 en 1984. De onderzochte gedragingen in het kader van dit onderzoek zijn als volgt geformuleerd:

A.  Het handhaven van de AP-23 mijn (met name lot AI 68–2) in de arsenalen van Defensie en het te koop aanbieden van deze mijn aan derden, (mede) bezien in het licht van de problemen bij de ontwikkeling van de mijn en de (bijna-) ongevallen met de mijn.

B.  De door het ministerie van Defensie gegeven informatie over de toedracht van de ongevallen op 18 juli 1983 en 14 september 1984.

C.  De afwikkeling van beide hiervoor genoemde ongevallen voor wat betreft de nazorg aan en de begeleiding van nabestaanden en andere betrokkenen.

Op 20 april 1999 verscheen het rapport in deze zaak. De Nationale ombudsman heeft geoordeeld dat de hierboven omschreven gedragingen niet behoorlijk zijn op de volgende punten:

A.  1. het tot medio 1990 handhaven van de ongemodificeerde AP-23 mijn in de arsenalen van Defensie, zonder in voorschriften, bijsluiters en opleidingen bijzondere aandacht te besteden aan de veiligheidsrisico’s en zonder het treffen van adequate veiligheidsmaatregelen;

• 2. 

  het te koop aanbieden van AP-23 mijnen aan derden;

• 3. 

  het niet informeren van een inkoopbureau van de Amerikaanse marine over de technische staat van de mijn;

B.  1. de door het ministerie van Defensie gegeven informatie over de toedracht van het ongeval in 1983,

• 2. 

  de door het ministerie van Defensie gegeven informatie over de toedracht van het ongeval in 1984;

C.  de afwikkeling van de beide ongevallen, met uitzondering van: – de informatieverstrekking aan de nabestaanden en de overlevenden van het ongeval in 1983, op welk punt de onderzochte gedraging deels behoorlijk en deels onbehoorlijk is,

– de erkenning van het ongeval in 1984 als een dienstongeval, op welk punt de onderzochte gedraging behoorlijk is, en

– de kwaliteit van de psycho-sociale begeleiding van de overlevenden en de nabestaanden van het ongeval van 1983, op welk punt geen oordeel kan worden gegeven.

Bij brief van 7 mei 1999 heeft de Staatssecretaris van Defensie zijn reactie op dit rapport aan de Voorzitter van de Vaste Commissie voor Defensie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal doen toekomen. In deze brief geeft de Staatssecretaris ondermeer aan dat hij het rapport als uitgangspunt neemt bij zijn verdere handelen jegens de overlevenden en nabestaanden. Daarbij wordt erop gewezen dat in de jaren na de beide ongevallen een proces in gang is gezet met name gericht op de verbetering van de veiligheid van de munitieverwerking en van de munitieher-kenbaarheid. Ten aanzien de kritiek van de Nationale ombudsman met betrekking tot de informatieverstrekking over de toedracht van de ongevallen wordt opgemerkt dat deze kritiek de eerder door Defensie opgedane ervaring bevestigt dat een onderzoek naar de oorzaak van een ongeval breed moet worden opgezet. In de informatie aan betrokkenen en de Tweede Kamer moet er voor worden gewaakt dat het oordeel over de oorzaak en omstandigheden te absoluut wordt geformuleerd als dit niet met zekerheid kan worden gesteld. Defensie is aansprakelijk voor beide ongevallen: er zijn door Defensie vóór en bij de afwikkeling van de ongevallen fouten gemaakt. Overlevenden en nabestaanden zullen door Defensie worden benaderd om te bespreken op welke wijze Defensie hen hulp en bijstand kan verlenen.

Een ander in de eerste helft van 1999 uitgebracht rapport had betrekking op een klacht waarbij betrokkene stelde dat ambtenaren van de Koninklijke marechaussee bij het Bureau Nooddocumenten op Schiphol zijn vliegticket aan een andere passagier hadden meegegeven waardoor hij zijn vlucht miste. In dit rapport werd het oordeel uitgesproken dat de klacht gedeeltelijk ongegrond is en dat gedeeltelijk geen oordeel kan worden gegeven.

Het derde rapport dat in de eerste helft van 1999 werd uitgebracht had betrekking op een klacht inzake een aanbod tot aankoop van een woning. In zijn rapport oordeelt de Nationale ombudsman dat de klacht gegrond is. Het ministerie had bij het doen van een bod uit moeten gaan van de getaxeerde waarde in geïsoleerde staat en had daarbij de 10%-afschrijfregeling, zoals die is neergelegd in artikel 14 van de Regeling geluidwerende voorzieningen dienen toe te passen. De Nationale ombudsman heeft de aanbeveling gedaan om betrokkene een nieuw bod te doen aan de hand van een berekening welke door de Minister in een nadere reactie was opgenomen en waarbij werd uitgegaan van de getaxeerde waarde in geïsoleerde staat met toepassing van de 10%-afschrijfregeling. Aan betrokkene is conform de aanbeveling een nieuw aanbod gedaan.

BIJLAGE 7

RAPPORTAGE EVALUATIE- EN DOELMATIGHEIDSONDERZOEK

De bedrijfsvoering bij Defensie gaat uit van decentralisatie, integrale verantwoordelijkheid van bevelhebbers en het sturen op hoofdlijnen. Deze bedrijfsvoeringsfilosofie is vastgelegd in het Beleid Bedrijfsvoering Defensie 2000. Hierin is de toetsende rol van de auditfunctie vastgelegd als onderdeel van de toezichtfunctie op de decentrale bedrijfsvoering bij Defensie en wordt invulling gegeven aan de verplichting vanuit de Comptabiliteitswet om te rapporteren over periodieke onderzoeken naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van het gevoerde beheer van de organisatie en van het beleid dat aan de defensiebegroting ten grondslag ligt. Uitgangspunten hierbij zijn dat de auditfunctie een instrument is voor het lijnmanagement en dat in principe alle processen periodiek worden geaudit en beleid zowel vooraf als achteraf door de beleidsmakers wordt geëvalueerd. De Directeur-Generaal Economie en Financiën is binnen de defensie-organisatie verantwoordelijk voor het bevorderen en coördineren van audits. Het Auditplan Defensie, waarin de afgeronde, lopende en voorgenomen onderzoeken staan vermeld wordt vastgesteld door het Audit Committee.

In deze evaluatiebijlage zijn de afgeronde, lopende en voorgenomen onderzoeken opgenomen. Voor wat betreft de afgeronde onderzoeken betreft het hier die onderzoeken waarover nog niet in een begroting of begrotingsverantwoording is gerapporteerd.

De kosten/uitgaven van de individuele onderzoeken worden vanaf januari 1999 separaat bijgehouden en kunnen derhalve met ingang van de begroting 2001 worden vermeld.

De M&O aspecten zijn geen standaard onderdeel van iedere audit. Onderzoeken naar misbruik en oneigenlijk gebruik zijn in het onderstaande overzicht opgebracht als separate audits.

In 1997/1998 zijn alle bij Defensie bestaande vergunningen aan een evaluatie onderworpen. Voor het jaar 2000 is geen evaluatie voorzien.

Afgeronde onderzoeken

Beleidsterrein Defensiebreed

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Beleidsevaluatie ex post

Materieelbeheer Defensie

Het inventariseren van knelpunten die zich met betrekking tot de aanwijzing materieelbeheer in de periode 1996–1997 hebben voorgedaan en het geven van aanbevelingen tot bijstelling van de aanwijzing, alsmede het aanpassen van de aanwijzing.

De aanwijzing Materieelbeheer voldeed onvoldoende voor de defensie-organisatie, daar grote delen van het materieel buiten de aanwijzing vielen. De evaluatie heeft geresulteerd in een grondige herziening van de bestaande aanwijzing. In de herziene aanwijzing neemt het risico-analyse instrument een centrale plaats in.

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Beleidsevaluatie ex ante

Militaire pensioenen

• a. 

  Het verder stroomlijnen en vereenvoudigen van de pensioenregelgeving.

• b. 

  Het totstandbrengen van een verzekerdenadministratie.

Voorstellen tot vereenvoudiging en stroomlijning van de pensioenwetgeving zijn ontwikkeld en als wetsvoorstel bij de Tweede Kamer ingediend in de vorm van een Kaderwet Militaire Pensioenen voor de reguliere militaire ouderdoms- en nabestaandenpensioenen en een tweetal Algemene Maatregelen van Bestuur voor de aanvullende uitkeringen bij arbeidsongeschiktheid, invaliditeit en overlijden als gevolg van het uitoefenen van de militaire dienst. Uitgangspunt vormt het opnemen van de reguliere militaire ouderdoms- en nabestaandenpensioenen in het ABP-pensioenreglement. Conform een ultimo 1998 met ABP-gesloten overeenkomst is bij aanvaarding van deze wetsvoorstellen door het Parlement eveneens overdracht van de uitvoering aan het ABP voorzien en zal de verzekerdenadministratie van het ABP geschikt gemaakt worden voor de militaire pensioenen. Voorts zal voor nieuw op te bouwen diensttijd een stelsel van kapitaaldekking tot stand worden gebracht.

Beleidsevaluatie ex ante

Flexibilisering personeelsstructuur

Het onderzoeken van de haalbaarheid van invoering van een nieuwe personeelsstructuur binnen Defensie. Het onderzoek loopt synchroon aan het opstellen van de nieuwe Defensienota; de resultaten zullen daarin plaats krijgen.

Dit onderzoek heeft onderdeel uitgemaakt van de voorbereiding van de Hoofdlijnennotitie en de nog uit te brengen Defensienota.

Beleidsevaluatie ex post

Beleid inzake homoseksualiteit in de krijgsmacht

• a. 

  Het vaststellen hoe de emancipatie en integratie van homoseksueel militair personeel zich sinds 1992 hebben ontwikkeld.

• b. 

  Het vaststellen hoe de huidige situatie is t.a.v. de emancipatie en integratie van homoseksueel burgerpersoneel.

• c. 

  Het beoordelen van het gevoerde beleid t.a.v. emancipatie en integratie van deze categorieën defensiepersoneel.

De resultaten van dit onderzoek zijn 1 juni 1999 aan de voorzitters van de Eerste en de Tweede Kamer der Staten Generaal aangeboden. Op grond van de onderzoeksresultaten en de beleidsaanbevelingen wordt bezien welke aspecten van het vigerende beleid aanpassing behoeven. Over de uitkomsten daarvan worden de Kamers te zijner tijd geïnformeerd.

Procesgericht onderzoek

Wachtgelden BBT’ers

Onderzoek naar:

• a. 

  De samenhang tussen de activiteiten verricht door de krijgsmachtdelen en USZO ter voorkoming van wachtgeldlasten en de ontwikkeling van deze lasten door bepaling van de integrale kosten voortvloeiend uit het eigen risicodragerschap.

• b. 

  De bepaling van de correlatie tussen wachtgelduitgaven en kosten van faciliteiten.

• c. 

  Het bezien op welke wijze de kosten van faciliteiten in eigen beheer kunnen worden gebenchmarkt.

De belangrijkste conclusie van het onderzoek is dat adequate registratie van de effectiviteit van de thans door de krijgsmachtdelen verrichte inspanningen op het gebied van scholing en bemiddeling ontbreekt. In de aanbevelingen is derhalve opgenomen om tot een adequate registratie te komen op basis van een daartoe ingericht format. Op basis van vorenstaande conclusie kon een eenduidig verband tussen de door krijgsmachtdelen verrichte inspanningen en de instroom in het wachtgeld vooralsnog niet worden gelegd. Een tweede aanbeveling is na implementatie van de registratiesystemen een vervolgonderzoek in te richten naar de correlatie tussen de door krijgsmachtdelen verrichte inspanningen en de instroom in het wachtgeld.

2

3

4

5

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Bedrijfsvoeringsaudit Ziektekostenverzekeringsstelsel Defensie

Het verbeteren van de declaratiesystematiek tussen geneeskundige diensten binnen Defensie, de Stichting Ziektekosten Verzekering Krijgsmacht (SZVK) en Univé.

In het kader van het onderzoek is een aantal aanbevelingen gedaan teneinde te komen tot een betere beheersing van de bedrijfsprocessen in de eerste en tweede lijns zorg en het volledig, tijdig en juist declareren van de kosten aan de zorgverzekeraars.

Voorts zal een nader onderzoek worden uitgevoerd naar een zo juist mogelijke vaststelling van de schade als gevolg van vliegen, varen, inzet en oefenen. Acties worden ondernomen om te komen tot een zo uniform mogelijke werkwijze van de krijgsmachtdelen bij het declaratieproces, alsmede in de geautomatiseerde ondersteuning. De administratieve organisatie van de bedrijfs- en financiële processen wordt geactualiseerd.

Beleidsterrein Algemeen

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Bedrijfsvoeringsaudit Taakstelling en structuur Militaire Inlichtingendienst (MID)

Het bepalen van de gewenste structuur en taakstelling van de MID

Doorlichtingsrapport, incl. aanbevelingen voor verbetering van de MID-organisatie is afgesloten en geaccordeerd. De implementatie wordt dit najaar ter hand genomen.

Subsidies en bijdragen

Nr.

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Koninklijke Vereniging ter beoefening van de Krijgswe-tenschap t.b.v. de buitengewone leerstoel Militair Recht aan de Universiteit van Amsterdam en het tijdschrift de Militaire Spectator

Evaluatie gericht op doelgerichtheid, doelmatigheid en actualiteit van deze subsidie.

Over de resultaten van de evaluatie van deze subsidie is gerapporteerd bij uitgavenartikel 01.21 van de artikelsgewijze toelichting.

Stichting Homoseksualiteit en Evaluatie gericht op doelgerichtheid, doelma-Krijgsmacht                                      tigheidenactualiteit van deze subsidie.

Over de resultaten van de evaluatie van deze subsidie is gerapporteerd bij uitgavenartikel 01.21 van de artikelsgewijze toelichting.

Stichting Koepelorganisatie Militaire Tehuizen (KOMT)

Evaluatie gericht op doelgerichtheid, doelmatigheid en actualiteit van deze subsidie.

Over de resultaten van de evaluatie van deze subsidie is gerapporteerd bij uitgavenartikel 01.21 van de artikelsgewijze toelichting.

Stichting bijzondere scholen voor onderwijs op algemene grondslag

Evaluatie gericht op doelgerichtheid, doelmatigheid en actualiteit van deze subsidie.

Over de resultaten van de evaluatie van deze subsidie is gerapporteerd bij uitgavenartikel 01.21 van de artikelsgewijze toelichting.

Beleidsterrein Koninklijke marine

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Procesgericht onderzoek

Organisatie en personele (O&P) bevoegdheden

Het vormen van een oordeel over de effecten van de decentralisatie van O&P bevoegdheden.

Het mandaatbesluit voldoet en kan ongewijzigd gehandhaafd worden voor Rijkswerf en SEWACO-bedrijf.

Bedrijfsvoeringsaudit Gereedstellen Groep Escorte Eenheden (GES)

Het verkrijgen van inzicht in de kwaliteit van de bedrijfsvoering van het GES en aangrijpingspunten voor verbetering.

De beheersing van het proces «gereedstellen van GES-eenheden» voldoet, maar kan worden verbeterd door een organisatorische aanpassing van de GES-ondersteuning.

6

2

3

4

2

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Bedrijfsvoeringsaudit Vraagregulatie

Defensie Verkeers- en

Vervoersorganisatie

(DVVO)

Verbeteren van de doelmatigheid waarmede wordt voorzien in transport voor Defensie in het algemeen en de Koninklijke Marine in het bijzonder.

Doelmatigheid van het proces «afname van transport» kan worden verbeterd door het introduceren van financiële prikkels bij resultaatverantwoordelijke eenheden en opname van het proces in de reguliere planning- en controlcyclus.

Beleidsterrein Koninklijke landmacht

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Bedrijfsvoeringsaudit

Nulmeting Resultaat Verantwoordelijke Eenheden (RVE)

Het vaststellen of een resultaatverantwoordelijke eenheid voldoet aan de gestelde criteria om van start te gaan als RVE.

Alle daarvoor in aanmerking gekomen eenheden zijn beoordeeld en voldeden aan de gestelde criteria. De RVE-status is verleend.

Bedrijfsvoeringsaudit Bedrijfsvoeringsaudit ressortstaven

Onderzoek naar de kwaliteit van de beheersing van de bedrijfsprocessen en het doen van aanbevelingen ter verbetering.

Het onderzoek is vervallen na herverdeling van de auditcapaciteit.

Bedrijfsvoeringsaudit Opleiding en training

• a. 

  Het toetsen van de knelpunten die verwoord zijn in de studie Raamwerk-beleid Opleiding en Training.

• b. 

  Het inventariseren of er maatregelen zijn genomen om deze knelpunten op te lossen.

• c. 

  Het analyseren van de knelpunten op achterliggende oorzaken.

Knelpunten in een twaalftal aandachtsgebieden zijn bezien en voorzien van aanbevelingen ter verbetering. Over deze aanbevelingen dient nog nadere besluitvorming plaats te vinden in het afstemmingsberaad Opleiding en Training. Actieprogramma’s zullen worden opgestart om uitvoering te geven aan de aanbevelingen.

Bedrijfsvoeringsaudit Woondiensten

Het onderzoeken van de kwaliteit van de beheersing van het proces «Woondiensten Duitsland».

Uit het onderzoek is geconcludeerd dat het proces «Woondiensten Duitsland» onvoldoende wordt beheerst en in algemene zin nog niet zodanig is ingericht dat de hieruit gegenereerde informatie voldoende basis biedt voor sturing en verantwoording. Om dit te verbeteren is een aantal aanbevelingen gedaan waarover nog nadere besluitvorming zal plaatsvinden.

Financial audit

Onderzoek regelingen naar misbruik & oneigenlijk gebruik

Het vaststellen of de instrumenten effectief zijn die in het kader van het voorkomen van misbruik en oneigenlijk gebruik van financiële regelingen binnen het beleidsterrein worden ingezet.

Een tiental regelingen is onderzocht; bij een viertal regelingen is de resterende onzekerheid krijgsmacht-deeloverschrijdend; bij vijf regelingen is geen sprake van zicht op resterende onzekerheid van materieel belang; bij een regeling is sprake van resterende onzekerheid (TRIS-regeling).

Beleidsterrein Koninklijke luchtmacht

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Bedrijfsvoeringsaudit Onderhoud PC-7

Audit naar het onderhouds-proces van de PC-7.

Het proces is getoetst op kwaliteit, doorlooptijd en doelmatigheid. Het onderhoudsproces verloopt voor wat betreft doorlooptijd beheerst. Op het gebied van kwaliteit en doelmatigheid zijn de nodige aanbevelingen ter verbetering gedaan.

3

2

3

4

5

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Bedrijfsvoeringsaudit

PAC 3

Het geven van een oordeel over de kwaliteit van de beheersing van het project PAC 3 waarbij extra aandacht wordt besteed aan de internationale samenwerking en de procedure met betrekking tot de verwerving via de Amerikaanse overheid (FMS).

Over de resultaten van deze bedrijfsvoeringsaudit is gerapporteerd bij uitgavenartikel 05.22, artikelonderdeel Bewapeningsmaterieel.

Beleidsterrein Defensie Interservice Commando

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Onderzoeksresultaten/toepassingen

Beleidsevaluatie ex post

Doelmatigheid Dico

Het verkrijgen van informatie in hoeverre het Dico de bij de instelling van het beleidsterrein ten doel gestelde doelmatigheidswinst heeft kunnen realiseren. Voor het Dico als geheel zijn bij de oprichting geen doelmatigheidsdoelstellingen geformuleerd.

Voor de meeste diensten en bedrijven is dat wel het geval. Om de realisatie van de doelmatigheids-doelstellingen te kunnen bepalen, zijn de afzonderlijke diensten bezien. Per eenheid is de realisatie van de doelmatigheidsdoelstellingen weergegeven. Algemene conclusie van het onderzoek is dat aandacht voor de doelmatigheidsdoelstellingen geboden blijft.

Bedrijfsvoeringsaudit Bedrijfsvoeringsaudit Dico

• a. 

  Het onderzoeken of Dico de bij de instelling van het beleidsterrein ten doel gestelde doelmatigheidswinst heeft kunnen realiseren.

• b. 

  Het uitvoeren van een onderzoek naar de beheersing en de besturing van de Dico-diensten.

Het onderzoek bestaat uit twee delen. Het eerste deel is onderdeel geweest van het onderzoek naar de doelmatigheid Dico. Het tweede deel is thans onderdeel van het onderzoek naar de besturing en beheersing Dico-diensten.

2

2

Programma onderzoeken 2000

Beleidsterrein Defensiebreed

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

Beleidsevaluatie ex post

Beleid inzake nazorg in de krijgsmacht

• a. 

  Het vaststellen hoe het nazorgbeleid zich heeft ontwikkeld.

• b. 

  Het vaststellen hoe de huidige situatie is t.a.v. de nazorg.

• c. 

  Het beoordelen van het actuele nazorgbeleid.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit

Verbetering Procesgang Subsidies

Het ontwikkelen van een doelmatige en rechtmatige procesgang t.a.v. het aanvragen, verstrekken en beheren van subsidies

1999

Beleidsevaluatie ex post

Niet-beschikbaarheid

Het verkrijgen van inzicht in de mate van doelbereiking van de overeengekomen doelstellingen per krijgsmachtdeel.

1999

Beleidsevaluatie ex post

Beleid inzake werving van Beroeps Bepaalde Tijd (BBT) militairen

• a. 

  Het vaststellen van de wijze waarop het (initieel) beleid inzake de werving van BBT militairen is uitgevoerd (doelmatigheid).

• b. 

  Het bepalen van de mate van effectiviteit van de doelstellingen van het wervingsbeleid (doeltreffendheid).

• c. 

  Het beoordelen van het beleid t.a.v. de werving van BBT militairen.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit Werving en Selectie

Het geven van een oordeel aangaande de beheersing van het proces «werving en selectie». De knelpunten zullen in beeld gebracht worden, waarbij met name aandacht besteed wordt aan de samenhang en overgang tussen de verschillende deelprocessen.

NB. Dit onderzoek wordt verschoven indien de ARK een onderzoek naar dit onderwerp instelt.

2000

6          Beleidsevaluatie ex post

Uitvoering, toetsing en evaluatie van CVH-operaties

Het onderzoeken van de opzet en de werking van de betreffende aanwijzing van Chef Defensiestaf op centraal en decentraal niveau.

2000

7          Beleidsevaluatie ex post

Gedecentraliseerd             Het vaststellen van de mate van doeltreffendheid en doelmatig- verwervingsbeleid             heid van dit beleid en het geven van aanbevelingen ter verbetering van die doelmatigheid en doeltreffendheid.

2000

8          Bedrijfsvoeringsaudit Begrotingsrealisatie

Het verkrijgen van inzicht in de beheersing van het proces, het geven van een oordeel aangaande die procesbeheersing, alsmede het in beeld brengen van de knelpunten in het proces. Indien nodig worden aanbevelingen gegeven ter verbetering van de procesbeheersing.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit Invoering EURO

Onderzoek naar de beheersing van het centraal gecoördineerde project «Invoering van de EURO binnen Defensie» en de decentrale uitvoering ervan.

2002

10         Bedrijfsvoeringsaudit

Orderproces Defensie Telematica Organisatie

Het hoofddoel van het onderzoek is te komen tot de inrichting van een zakelijke klant/leverancier-relatie die garant staat voor adequate dienstverlening en beheersing van de daaraan verbonden kosten.

2000

11        Beleidsevaluatie ex post

Homogene Groep              Het doel van HGIS is het rijksbreed transparant maken van

Internationale                    internationale uitgaven en het stellen van prioriteiten in uitgaven

Samenwerking                  op basis van die transparantie. Het doel van de evaluatie is het in

(HGIS)                                 kaart brengen van de mogelijkheden die HGIS biedt voor

Defensie, de beheersing van het communicatie- en besluitvormingsproces binnen Defensie op het gebied van HGIS en de mate waarin Defensie doelmatig en doeltreffend gebruik maakt van HGIS.

2000

12        Beleidsevaluatie ex post

BBD 2000

Het vaststellen van de doeltreffendheid van de implementatie van het Beleid Bedrijfsvoering Defensie 2000 (BBD 2000).

2000

2

3

4

5

9

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

13

Bedrijfsvoerings-audit

Materiële gereedheid

Het verkrijgen van inzicht in het proces en het geven van een oordeel over de kwaliteit van de beheersing van het proces. Daar waar nodig worden aanbevelingen gegeven ter verbetering van de beheersing van het proces.

2000

14

Beleidsevaluatie ex post

Invulling, realisatie en verantwoording opgelegde taakstellingen t.g.v. de Hoofdlijnennotitie

Het verkrijgen van inzicht in de relatie tussen de opgelegde taakstellingen en de invulling, realisatie en verantwoording daarvan. Hoe zijn invulling, realisatie en verantwoording voorzien en hoe is de daadwerkelijke uitvoering ervan.

2000

15        Beleidsevaluatie ex           Materieelbeheer                Het inventariseren van knelpunten die zich met betrekking tot de        2001

post                                    Defensie                             aanwijzing materieelbeheerindeperiode 1999–2000 hebben voorgedaan en het geven van aanbevelingen tot bijstelling van de aanwijzing, alsmede het aanpassen van de aanwijzing.

Beleidsterrein Algemeen

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

Bedrijfsvoeringsaudit Inhuur organisatie-en adviescapaciteit

Het verbeteren van de beheersing van het behoeftestellings-proces betreffende de inhuur van organisatie- en adviescapaciteit.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit Technologieontwikkeling

Het verbeteren van de beheersing van technologieontwikkelingsprocessen.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit Contractvorming bij automatiseringsprojecten

Het bewerkstelligen van helderheid in het proces.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

Financieel beheer Militaire Inlichtingen Dienst (MID)

Het toetsen van de werking van het financieel beheersproces bij de MID.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit Contractvorming USZO

Transparantie in het proces en verbetering van de beheersing ervan.

2000

Subsidies en bijdragen

Nr.

Naam subsidie

Doelstelling subsidie

Realisatie (jaar)

Nationaal Bureau voor Verbindingsbeveiliging (NBV)

Het NBV heeft als doel het Nederlandse verbindingsbeveiligingsbeleid voor de rijksoverheid vast te stellen en uit te voeren. (Evaluatie is tot nader order uitgesteld)

1998

Stichting Dienstverlening Veteranen

De stichting heeft ten doel de uitvoering van het veteranenbeleid namens de Minister van Defensie.

1999

Defensie Vrouwennetwerk

De vereniging heeft ten doel:

• a. 

  Het inspireren, stimuleren, informeren en motiveren van vrouwen die in dienst zijn van het ministerie van Defensie.

• b. 

  Het versterken van de positie van vrouwen bij Defensie en het stimuleren van de doorstroming van vrouwen naar hogere posities binnen Defensie.

2000

Stichting Nederlands Instituut voor Internationale Betrekkingen Clingendael

De doelstelling van het instituut «Clingendael» is bij te dragen aan de verdieping en verbreding van de kennis omtrent en de meningsvorming over internationale vraagstukken en het buitenlands en veiligheidsbeleid van Nederland. Daarbij wordt ook aandacht geschonken aan de Verenigde Naties en andere internationale organisaties.

2000

Stichting Veteranen Platform

De Stichting Veteranen Platform heeft ten doel de belangenbehartiging van de bij de stichting aangesloten veteranenorganisaties alsmede de coördinatie van het overleg met het ministerie van Defensie.

2000

2

3

4

5

2

3

4

5

Nr. Naam subsidie

Doelstelling subsidie

Realisatie (jaar)

Stichting Atlantische Commissie

Het betreft het defensie-aandeel in een bijdrage aan de Stichting Atlantische Commissie. De stichting heeft als doel activiteiten te ontwikkelen met betrekking tot vredes- en veiligheidsvraagstukken in Atlantisch verband.

2000

Nationaal Lucht en Ruimtevaart Laboratorium (NLR)

Ten behoeve van onderzoek op het gebied van lucht- en ruimtevaart is het NLR van groot belang voor Defensie. De krijgsmacht beschikt over vliegtuigen, helikopters en geleide wapens die optimaal moeten functioneren. Defensie is in het NLR-bestuur vertegenwoordigd om het onderzoeksbeleid bij het NLR zo veel mogelijk op de defensiebehoeften af te stemmen.

2000

Koninklijke Marine Jachtclub (KMJC)

De doelstelling is vierledig. Centraal staat de personeelszorg en het bevorderen van de nautisch vormende invloed op het personeel alsmede de bevordering van de betrokkenheid van het personeel bij het water. Daarnaast wordt de representatie en assistentie bij de door de Koninklijke marine te verzorgen evenementen behartigd.

2000

Marine Watersportvereniging (MWV)

De doelstelling is vierledig. Centraal staat de personeelszorg en het bevorderen van de nautisch vormende invloed op het personeel alsmede de bevordering van de betrokkenheid van het personeel bij het water. Daarnaast wordt de representatie en assistentie bij de door de Koninklijke marine te verzorgen evenementen behartigd.

2000

10        Marine Sanatorium Fonds

(MSF)

Het Marine Sanatorium Fonds draagt zorg voor het verlenen van gezinsverzorging. De reguliere landelijke organen op dit terrein verlenen slechts daghulp terwijl voor het varend personeel van de Koninklijke marine tevens nacht en weekendhulp geboden is.

2000

11        Nederlands Instituut voor

Maritieme ontwikkeling (NIM)

Coördinatie en identificatie van de research-, ontwikkelings- en innovatiebehoeften van de maritieme bedrijfstak en vertaling daarvan in projecten. De marine maakt gebruik van de resultaten van het onderzoek.

2000

12        Atlantic Exchange Program

Deze organisatie heeft ten doel het organiseren van uitwisselingsprogramma’s voor defensiepersoneel enerzijds en Amerikaanse counterparts anderzijds.

2000

13

Zeekadetkorps

Het doel van de organisatie is jongeren kennis bij te brengen van de zeevaart en het belang dat Nederland daarbij heeft.

2000

14        Koninklijke Vereniging Marine

Officieren (KVMO)

De subsidie is bestemd voor het tot stand komen van het Marineblad. De voornaamste doelstelling van het blad is het verdiepen van inzicht in maritieme onderwerpen, zowel voor leden van de KVMO als voor derden.

2000

15

Stichting Militaire Tehuizen Overzee (SMTO)

De stichting heeft tot doel het sociale en culturele leven van de militairen en hun gezinsleden in het Caribisch gebied te verrijken.

2000

16        Nederlandse Reservisten

Federatie Krijgsmacht

De federatie heeft ten doel de belangenbehartiging van reservisten in het overleg met de Minister over zaken die hen regarderen. Voorts draagt de federatie jaarlijks zorg voor de officiële Nederlandse vertegenwoordiging naar de conferenties van de Association Européenne des Sous Officiers de Réserve (AESOR) respectievelijk de Confédération Interalliée des Officiers de Réserve(CIOR) en Confédération Interalliée des Officiers Médicaux Réserve (CIOMR).

2001

17

Stichting Nationaal Katholiek Thuisfront

De stichting heeft ten doel een bijdrage te leveren aan de betrokkenheid van de Nederlandse samenleving bij de krijgsmacht en haar personeel.

2001

18

Stichting Protestants Interkerkelijk Thuisfront

De stichting heeft ten doel een bijdrage te leveren aan de betrokkenheid van de Nederlandse samenleving bij de krijgsmacht en haar personeel.

2001

19        Comité International de

Médicine et de Pharmacie Militaires.

Naam gewijzigd in: International Comittee of Military Medicine (ICMM). Het comité stelt zich ten doel, in de geest van de Geneefse Conventies, de permanente professionele samenwerking te behouden en te versterken tussen degenen die zich wijden aan het wereldwijd verlichten van het leed en de verbetering van het lot van militaire gewonden en zieken in vredes- en oorlogstijd.

2001

20        Stichting Maatschappij en

Krijgsmacht

De stichting stelt zich ten doel de kennis van en inzicht in de relatie tussen de maatschappij en de krijgsmacht als deel daarvan te vergroten en daardoor bij te dragen aan het vinden van mogelijke oplossingen voor problemen in die relatie.

2001

6

7

8

9

Nr.

Naam subsidie

Doelstelling subsidie

Realisatie (jaar)

21

Internationaal Comité van het Rode Kruis

Het betreft hier het defensie-aandeel van de jaarlijkse Nederlandse contributie ten behoeve van de internationale juridische en humanitaire taken van het Internationale Rode Kruis.

2001

22

Stichting Jeugdwerk Duitsland

De stichting richt zich op de uitvoering van jeugd- en jongerenwerk ten behoeve van in Duitsland woonachtige Nederlandse kinderen. De stichting wil een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van jongeren tot actieve en bewuste leden van de samenleving door middel van educatieve en (re)creatieve activiteiten. De volwassenen in de Nederlandse woongemeenschappen zijn hier nauw bij betrokken.

2001

23        Stichting Het Koninklijk

Nederlands Leger- en Wapenmuseum «Generaal Hoefer»

Het doel van de stichting is:

– het verzamelen, bewaren en tentoonstellen van voorwerpen van krijgs-geschiedkundige aard, in hoofdzaak met betrekking tot de landstrijdkrachten van Nederland en het voormalig Nederlands-Indië;

– het wekken van belangstelling voor en het verzamelen en verstrekken van informatie over het terrein waarop de stichting werkzaam is.

2001

24        Koninklijke Nederlandse

Vereniging voor Luchtvaart (KNVVL)

De stichting heeft tot doel het bevorderen van de (recreatieve) luchtvaart, onder andere door het geven van (jeugd)luchtvaartopleidingen.

2000

Beleidsterrein Koninklijke marine

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

1          Procesgericht onderzoek

Herstructurering                Door het inrichten van een Resultaat Verantwoordelijke Eenheid

Besturing Scholen             scholen, invulling geven aan een werkbare bestuurlijke

(HBS)                                  organisatie voor de scholen van de Koninklijke marine (m.u.v.

het Mariniers Opleidings Centrum en Koninklijk Instituut voor de Marine), binnen de kaders van de gekozen administratieve indeling.

1999

2           Bedrijfsvoeringsaudit

Beheersbaarheid Aanvraag tot Herstel (ATH) circuit bij het Marinebedrijf.

Het vergroten van de beheersing van het ATH circuit bij het Marinebedrijf.

1999

3           Bedrijfsvoeringsaudit

Audio visuele capaciteit Koninklijke marine (AVDKM)

Het verkrijgen van inzicht in de kwaliteit van de bedrijfsvoering van de AVDKM. Het doen van aanbevelingen over de inrichting van de bedrijfsprocessen en de beheerskaders en maatregelen die daarop van toepassing zijn.

1999

4          Beleidsevaluatie ex post

Beheer ICT-middelen in de Koninklijke marine.

Het definiëren van een heldere structuur waarlangs nieuwe informatie-systemen/applicaties, al dan niet exclusief de noodzakelijke ICT-middelen, aan de KM-organisatie worden aangeboden. Hierbij moeten beheer, ondersteuning en exploitatie zijn vastgelegd en in de organisatie zijn verankerd.

2000

5           Bedrijfsvoeringsaudit

Personeelslogistieke proces Commandant der Zeemacht Nederland (CZMNED)

Het adviseren met betrekking tot het doelmatig en doeltreffend beleggen van taken en verantwoordelijkheden in het personeels-logistieke functiegebied binnen CZMNED en de gerelateerde Marine-Defensie-onderdelen. Het doel van het onderzoek is om hierdoor een efficiëntie- en kwaliteitsverbetering in het aandachtsgebied te realiseren.

2000

6           Bedrijfsvoeringsaudit

Behoeftestelling                Het definiëren van een heldere structuur waarlangs behoefte-

Kustwachtcentrum            stellingen voor het KWC worden afgehandeld waarbij eveneens

(KWC)                                 duidelijk moet worden hoe het instandhoudingsproces binnen de CZMNED/KWC-organisatie kan worden belegd.

2000

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

Bedrijfsvoeringsaudit Onderhoud specifieke mariniersgoederen Korps Mariniers

Ten eerste wordt een onafhankelijk oordeel gegeven over de wijze waarop het onderhoud van specifieke mariniersgoederen is georganiseerd. Daarnaast zal een aantal praktische aanbevelingen worden aangedragen, waardoor het onderhoudsaanbod kan worden geminimaliseerd en werkbelasting kan worden verminderd. Tot slot wordt een aantal bouwstenen aangedragen op basis waarvan een onderhoudsfilosofie kan worden opgesteld.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit Munitiebeheer

Vaststelling van logistiek-administratieve procedures van toewijzing en aanwezigheid van munitie.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

Onderhoudsdienst Commandant der Zeemacht Nederland (CZMNED) Marine Vliegkamp de Kooi

Vaststellen of en in hoeverre de ondersteuning door middel van het RIMSES heeft bijgedragen aan de doelmatigheid en doeltreffendheid van de bedrijfsprocessen onderhoud Lynx-helicopters.

2000

10

Beleidsevaluatie ex post

Ontspanning, Sport en Ontwikkeling (OS&O) studies voor militair personeel. Bepaalde en Onbepaalde Tijd (BT en OT personeel).

De doelstelling van het onderzoek is vijfledig:

• a. 

  het geven van een oordeel over doeltreffend- en doelmatigheid van de studieregeling voor BT-personeel.

• b. 

  het geven van een oordeel over de consistentie, doeltreffend- en doelmatigheid van de studieregeling voor OT-personeel.

• c. 

  het geven van een oordeel over de passendheid van een open-einde regeling.

• d. 

  de rol van de Koninklijke luchtmacht als bevoegd gezag in deze.

• e. 

  de bewaking van de teruggave van renteloze voorschotten.

2000

11

Beleidsevaluatie ex post

Externe bemiddeling overtollig personeel.

Het evalueren van het gevoerde beleid t.a.v. externe bemiddeling van overtollig personeel.

2000

12

Bedrijfsvoeringsaudit

Beheersbaarheid inleverartikelen

Het vastleggen van de wijze waarop het proces «inleveren van artikelen» doelmatig zou kunnen worden beheerst.

2000

Beleidsterrein Koninklijke landmacht

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

1          Bedrijfsvoeringsaudit

/ Financial audit

Militaire personeelsadministratie (voorheen: Nieuw Salaris Systeem Krijgsmacht)

Onderzoek naar de betrouwbaarheid en de rechtmatigheid van de personeelsgebonden mutaties die binnen de KL-organisatie in het Human Resource System (HRS) en het Nieuw Salaris Systeem Krijgsmacht (NSK) worden ingevoerd.

1999

Bedrijfsvoerings-audit/financiële audit

Verantwoording                 Het onderzoeken van de actualiteit van de regelgeving en het

Materiële Personele          beoordelen en zonodig bijstellen van de administratieve

Verzorging (MPV)              organisatie en de MPV- en financiële informatie-systemen.

1999

Beleidsevaluatie ex post

Decentrale opleidings-bevoegdheid

Het verkrijgen van een KL-breed inzicht in de wijze van omgaan met de decentrale bevoegdheid opleidingen toe te wijzen aan personeel.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit

Vulling vredesorganisatie

Het evalueren van het Planningsmodel BBT.

2000

Beleidsevaluatie ex           Militaire basiseisen           Het evalueren van de invoering van de militaire basiseisen zoals post                                                                                die1november 1998 zijn ingegaan.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

Beheersing grote automatiseringsprojecten (fase 3)

Het onderzoeken van de mate waarin de beheersbaarheid van grote automatiseringsprojecten is verbeterd.

2000

7

8

9

2

3

4

5

6

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

Bedrijfsvoeringsaudit Reorganisatieproces

Onderzoek naar sterke en zwakke punten in het reorganisatieproces ter eventuele bijsturing van het huidige proces Herstructurering Koninklijke landmacht.

2000

Financial audit

Invulling, realisatie en verantwoording opgelegde taakstelling

Onderzoek naar de wijze waarop de taakstelling in het kader van de Hoofdlijnennotitie / Defensienota in de begroting is verwerkt.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit Inzetbaarheid groot materieel

Vaststellen inzetbaarheid groot materieel.

2000

10

Bedrijfsvoeringsaudit Milieuzorgsysteem

Vaststellen juiste werking milieuzorgsysteem Koninklijke landmacht.

2000

Beleidsterrein Koninklijke luchtmacht

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

Bedrijfsvoeringsaudit Voedingsproces / Financial audit                 Koninklijke lucht- macht

Het waarborgen van de volledigheid van de opbrengsten en de juistheid van de uitgaven/kosten van het voedingsproces.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit Vraagregulatie

Defensie Verkeers- en

Vervoersorganisatie

(DVVO)

Het verkrijgen van inzicht in de mate van beheersing van het proces van vraagregulering en het aandragen van aangrijpingspunten voor verbetering.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit

Bewapende helikopters

Het onderzoek richt zich op het toetsen van het project aan vigerende regelgeving t.a.v. projectbeheersing en projectmanagement.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit

Klu Implementatie Middenlaag (KLuIM)

Het onderzoek richt zich op het toetsen van het project aan vigerende regelgeving t.a.v. projectbeheersing en projectmanagement.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

Lucht Verkeers                   Het onderzoek richt zich op het toetsen van het project aan

Beveiligings (LVB)             vigerende regelgeving t.a.v. projectbeheersing en project- projecten                            management.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

Evaluatie Bedrijfsvoering Koninklijke luchtmacht (vervolgonderzoek op BV FOTO).

Het verkrijgen van inzicht in de kwaliteit van de bedrijfsvoering en het doen van aanbevelingen ter verbetering.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

ARBO-dienstverlening / geneeskundige verzorging

Het beoordelen van de wijze waarop ARBO en de geneeskundige verzorging is ingebed in de organisatie. Aanbevelingen zullen worden gedaan om eventuele knelpunten op te lossen.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

Uitvoering                          Het verkrijgen van inzicht in de wijze waarop de centrale en verwervingsfunctie           decentrale verwerving plaatsvindt, alsmede het geven van een oordeel over de effectiviteit en efficiëntie van de verwervings-functie.

2000

Beleidsevaluatie ex           Handhaving                       Het beoordelen of het door de Koninklijke luchtmacht gevoerde post                                    personeelsbeleid               personeelsbeleid doeltreffend en doelmatig is en wordt nageleefd. Nagaan wat de knelpunten zijn in het huidig personeelsbeleid en het geven van aanbevelingen om de knelpunten op te lossen.

2000

10

Bedrijfsvoeringsaudit Heli-detachement

Het uitvoeren van een onderzoek naar de kaders waarbinnen een heli-detachement wordt in gezet tijdens een out-of-area operatie. Onderzocht wordt of deze kaders juist, volledig en consistent zijn.

2000

7

8

9

2

3

4

5

6

7

8

9

Nr.

Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

11

Bedrijfsvoeringsaudit Afstoting wapensystemen

Het beoordelen van de wijze waarop de verkoop van totale systemen, de ontmateling van systemen of de opname in de kringloopvoorraad plaatsvindt.

2000

Beleidsterrein Defensie Interservice Commando

Nr. Soort onderzoek

Onderwerp

Doelstelling

Realisatie (jaar)

Bedrijfsvoeringsaudit Agentschap DGW&T

Het beoordelen of de agentschapsconstructie bij DGW&T heeft geleid tot een aantoonbaar efficiënter/doelmatiger functioneren in vergelijking tot de situatie voorheen.

2000

Bedrijfsvoeringsaudit

Programma                        Het verkrijgen van informatie voor het projectteam van het

Verbetering                        programma Verbetering Beheersprocessen Dico over de kwaliteit

Beheersprocessen             van de opzet, het bestaan en de werking van de administratieve

Dico                                    organisatie en de verbeterpunten van de staf m.b.t. de uitvoering van het programma Verbetering Beheersprocessen Dico.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit

Administratieve                 Het verkrijgen van informatie inzake de kwaliteit van de organisatie                         beschrijving van de processen en de gerelateerde onderhouds- organisatie.

1999

Beleidsevaluatie ex post

Besturing en beheersing Dicodien-sten

Het verkrijgen van informatie inzake de effectiviteit van de besturing en beheersing van het Dico.

1999

Bedrijfsvoeringsaudit

Programma                        Het verkrijgen van informatie voor het projectteam van het

Verbetering                        programma Verbetering Beheersprocessen Dico over de kwaliteit

Beheersprocessen-            van de werking van de administratieve organisatie van de

Dico                                    verbeterpunten van geheel Dico m.b.t. uitvoering van het programma Verbetering Beheersprocessen Dico.

1999

Beleidsevaluatie ex post

Agentschap Defensie Telematica Organisatie (DTO)

Beoordeel of de agentschapsconstructie bij DTO heeft geleid tot een aantoonbaar efficiënter/doelmatiger functioneren in vergelijking met de situatie voorheen.

2001

2

3

4

5

6

BIJLAGE 8                                              VOORLICHTINGSKOSTEN

Defensievoorlichting informeert de media en het publiek over het beleid en de standpunten van de politieke, militaire en ambtelijke leiding van de defensie-organisatie. Door het leveren van een genuanceerde en evenwichtige bijdrage aan de beeld- en meningsvorming in de samenleving over de krijgsmacht en vraagstukken van vrede en veiligheid ontstaat een groter wederzijds begrip tussen Defensie en de samenleving.

In het kader van het veranderingsproces Defensie, zoals beschreven in de brief aan het parlement van 30 maart 1999 (Kamerstuk II 26 237, nr. 3) zijn maatregelen genomen die een verbetering van de interne en externe communicatie tot doel hebben. De in dat kader gekozen structuur, die de verantwoordelijkheid van de bevelhebbers voor de uitvoering van het beleid meer accentueert, is vertaald in een grotere externe rol, uiteraard binnen het vastgestelde voorlichtingsbeleid en in het bijzonder gericht op die uitvoerende taken. Deze meer decentrale profilering moet leiden tot een vergroting van de openheid van de krijgsmacht. Deze koerswijziging heeft bovendien als voordeel dat de bevelhebbers zich op deze wijze nadrukkelijk kunnen presenteren aan het eigen personeel. In de genoemde brief is aangegeven dat dit alles, gelet op de ministeriële verantwoordelijkheid, uiteraard hoge eisen stelt aan de informatievoorziening binnen Defensie en de coördinatie van activiteiten gericht op externe communicatie.

In de eerste helft van 1999 heeft het streven naar het vergroten van het wederzijds begrip tussen samenleving en krijgsmacht een bijzondere dimensie gekregen door het organiseren van een strategische toekomstdiscussie over de toekomst van de krijgsmacht (STD). Om zoveel mogelijk belangstellenden binnen en buiten de krijgsmacht te betrekken bij deze discussie is een intensieve campagne opgezet met tientallen bijeenkomsten in het land. Aan de STD-bijeenkomsten is bekendheid gegeven door middel van advertenties in de gedrukte media. Ook is een aparte STD-homepage opgezet binnen de site van Defensie op het Internet, die leidde tot een groot aantal reacties via e-mail. Over de resultaten van het STD is de Kamer apart geïnformeerd.

De grote belangstelling van de media voor de inzet van Nederlandse eenheden op de Balkan onderstreept de noodzaak om goed opgeleide en deskundige voorlichters beschikbaar te hebben die uitgezonden eenheden begeleiden bij mediacontacten en kunnen optreden als woordvoerder. Mediatrainingen en het vergroten van het mediabewustzijn van de uitgezonden militair dragen verder bij aan de goede en adequate presentatie van de krijgsmacht bij uitzendingen. In een co-productie met de TROS is een film gemaakt over de veranderde taken van de krijgsmacht in zowel nationaal als internationaal verband.

Defensie hecht groot belang aan het gebruik van de nieuwe media bij haar voorlichtingsactiviteiten. Onderzoek wijst uit dat de Defensiesite op Internet in een behoefte voorziet. Het ontwerp, de inrichting en het beheer van de site worden op dit moment in nauw overleg met de krijgsmachtdelen ingrijpend vernieuwd. Daarnaast zijn CD-Roms geproduceerd over de relatie tussen Nederland en de Navo (ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van de Navo) en over de organisatie en werking van het Kerndepartement.

Over de voorlichtingsactiviteiten bij de krijgsmachtdelen kan het volgende worden gemeld, in aanvulling op de voorlichtingsbijlage bij de defensiebegroting van 1999.

De Koninklijke marine werd het afgelopen jaar geconfronteerd met een nieuw fenomeen, de «voorlichter-te-velde». Door de operaties van Afor in Albanië en de grote belangstelling daarvoor van de media bleek het noodzakelijk permanent een voorlichter ter plaatse te hebben. In het komende jaar zal extra aandacht worden besteed aan het opleiden van voorlichters bij de eenheden, zodat de flexibiliteit van de voorlichtingscapaciteit groter wordt. De Koninklijke landmacht heeft de professionalisering van de voorlichtingscapaciteit voortgezet. De organisatie is aangepast, er wordt een actieve voorlichtingsstrategie toegepast en aan het voorlichtings- en communicatiepersoneel worden hogere opleidingseisen gesteld. In het verlengde daarvan zal de landmacht in 2000 een project mediabewustwording voor haar personeel realiseren. Een gemeenschappelijke opvatting over hoe om te gaan met publiciteit bevordert een consistente externe presentatie. Het gaat om zowel begrip voor, als om omgang met de media. Naast de reguliere interne en externe voorlichtingsactiviteiten zal in de volgende periode de voorlichting over de operaties in Bosnië, Kosovo en op Cyprus een extra inspanning vergen. De eerder ingezette uitbreiding van de voorlichtingsorganisatie van de Koninklijke marechaussee heeft er toe geleid dat ieder district van de Koninklijke marechaussee kan beschikken over een full-time voorlichter. Het District Luchtvaart beschikt over een afdeling van drie personen. Daarmee kan worden voorzien in de behoefte aan voorlichting die zich decentraal steeds meer doet gelden.

Bij de Koninklijke luchtmacht en het bij Defensie Interservice Commando hebben op voorlichtingsgebied geen nieuwe ontwikkelingen plaatsgevonden.

Binnen Defensie zijn voor 1999 de volgende uitgaven voorzien op het gebied van interne en externe voorlichting (bedrag x f 1 000,–):

Personele               Materiële uitgaven                uitgaven

Centrale Organisatie Koninklijke marine Koninklijke landmacht Koninklijke luchtmacht Koninklijke marechaussee Defensie Interservice Commando

Totaal                                                                                                                13978                    13174

BIJLAGE 9

OVERZICHT INZAKE CONVENANTEN

Gesloten convenanten (periode 1-6-1998 tot 1-6-1999)

doelstelling betrokken partijen datum ondertekening inwerkingtreding

• 1. 

  Convenant inzake deinzet van de Koninklijke marechaussee bij de beveiliging van Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland

1 januari 1999

1 januari 1999

Afspraken over de inzet van marechaussees bij de beveiliging      De Minister van Defensie van Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland             De Minister van Buitenlandse

(beschikbaarheidsstelling, verantwoordelijkheden, werkzaam-      Zaken heden, rechtspositie en financiën)

• 2. 

  Convenant inzake samenwerking politie Rotterdam-Rijnmond en de Koninklijke marechaussee district Zuid-Holland/Zeeland

Samenwerking tussen de politie Rotterdam-Rijnmond en de          De Korpschef van de

Koninklijke marechaussee, district Zuid-Holland/Zeeland,               regiopolitie Rotterdam- ingegeven door het effectief en efficiënt laten plaatsvinden van Rijnmond toezichtenopsporing                                                                               DeCommandant van het district Zuid-Holland/Zeeland van de Koninklijke marechaussee

De Hoofdofficier van Justitie van het arrondissement Rotterdam

• 3. 

  Convenant inzake het tegengaan van de aanvoer van zgn. «inadmissible passengers»

Memorandum of Understanding over de gemeenschappelijke De Hoofddirecteur IND planning en uitvoering van informatiebijeenkomsten en                 De Bevelhebber der mare- ondersteuningsprojecten in het kader van de aanvoer van zgn. chaussee «inadmissible passengers»                                                                     Het Hoofd vandeafdeling

Bundesgrenzschutz van het Bundesministerium des Innern

• 4. 

  Convenant inzake deoprichting van een unit mensensmokkel

12 april 1999

12 april 1999

26 januari 1999 26 januari 1999

Het oprichten van een unit mensensmokkel

De Minister van Binnenlandse november 1998

Zaken

De Minister van Justitie

De Korpsbeheerder van de politieregio IJsselland

De Hoofdofficier van Justitie van het arrondissement

Zwolle

De Directeur van de IND

De Minister van Defensie

1 december 1998

• 5. 

  Convenant inzake Edison reis- en verblijfsdocumenten

Samenwerkingsovereenkomst tussen de Koninklijke marechaussee en het KLPD/Divisie CRI inzake Edison reis- en verblijfskosten

• 6. 

  Convenant Landelijk rechercheteam Samenwerkingsovereenkomst Landelijk rechercheteam

De Bevelhebber der marechaussee

De Korpschef van het Korps Landelijke Politiediensten.

De Bevelhebber der marechaussee

De Korpschef van het Korps Landelijke Politiediensten

26 oktober 1998

26 oktober 1998

26 oktober 1998

26 oktober 1998

doelstelling betrokken partijen datum ondertekening inwerkingtreding

• 7. 

  Convenant inzake het kernteam Randstad Noord en Midden

Samenwerkingsovereenkomst tussen de regiopolitie Ken-nemerland en de Koninklijke marechaussee inzake het kernteam Randstad Noord en Midden

De Korpsbeheerder regio

Kennemerland

De Minister van Defensie

8 september 1998 8 september 1998

• 8. 

  Convenant inzake aanpak computercriminaliteit

Samenwerkingsovereenkomst tussen de regiopolitie Haag-           De Korpsbeheerder regio landen en de Koninklijke marechaussee inzake de aanpak van       Haaglanden computercriminaliteit                                                                               DeMinister van Defensie

• 9. 

  Convenant inzake ZVD-regeling

Overeenkomst met betrekking tot de uitvoering van de ziektekostenvoorziening Defensiepersoneel

• 10. 

  Project «Uitdaging»

Minister van Defensie Dienst Ziektekostenvoorziening Overheidspersoneel

2 juli 1998

18 maart 1999

2 juli 1998

1 januari 1999

De Gemeente en Defensie werken samen in een project dat           De gemeente Amsterdam de 8 en 9 april 1999 9 april 1999

erop is gericht bepaalde jongeren perspectief te bieden op een Staatssecretaris van Defensie volwaardige deelname aan het maatschappelijk leven. Daartoe wordt hen de gelegenheid geboden fysieke en sociale vaardigheden, werkstructuur en leerervaring op te doen en een gedeeltelijke vakopleiding te volgen in de gedisciplineerde setting van de militaire organisatie.

• 11. 

  Convenant bestuur en beheer scholen voor kinderen van Defensiepersoneel in Duitsland en België

Het regelen van taken en bevoegdheden m.b.t. het bestuur en De Minister van Onderwijs, het beheer van scholen voor kinderen van Defensiepersoneel Cultuur en Wetenschappen in DuitslandenBelgië.                                                                             DeStaatssecretaris van

Defensie

De Stichting Bijzondere Scholen voor Onderwijs op Algemene Grondslag III

26 maart 1999

26 maart 1999.

BIJLAGE 10

ACTIVITEITEN OP HET GEBIED VAN WETENSCHAPPELIJK ONDERZOEK EN ONTWIKKELING

Nieuwe technologieën zijn noodzakelijk om ook in de toekomst effectief militair optreden mogelijk te maken. Door toepassing van technologie wordt de prijs-prestatie verhouding van militaire systemen verbeterd. Ook worden de risico’s voor eigen personeel geminimaliseerd en wordt de kans op nevenschade zoveel mogelijk beperkt. Uit onderzoek verkregen kennis is van belang voor de operationele behoeftestelling, voor het kosteneffectief uitvoeren van het materieel-logistiek proces en een voor de optimale inzet van het beschikbare materieel en personeel.

Defensie besteedt structureel ongeveer f 147 miljoen per jaar aan wetenschappelijk onderzoek en ontwikkeling (zie onderstaande tabel, exclusief incidentele meeruitgaven). Onderwerpen als operationele analyse, informatie- en communicatietechnologie, sensoren en wapensystemen, bescherming/kwetsbaarheid en onderzoek naar het menselijk functioneren onder buitengewone omstandigheden komen daarbij aan de orde. Het onderzoek wordt voornamelijk uitgevoerd door de drie instituten van TNO Defensieonderzoek, te weten het Fysisch en Elektronisch Laboratorium (FEL), het Prins Maurits Laboratorium (PML) en het Instituut voor Technische Menskunde (TM). Deze laboratoria vervullen de rol van «huislaboratoria». Verder verrichten het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium (NLR), het Maritiem Research Instituut Nederland (MARIN) en andere laboratoria van TNO onderzoek voor Defensie. In enkele gevallen wordt gebruik gemaakt van mogelijkheden bij universiteiten en academische ziekenhuizen. De ontwikkelingsactiviteiten worden veelal uitgevoerd door Nederlandse bedrijven. Binnen Defensie zelf wordt nauwelijks onderzoek verricht.

Tabel: Overzicht WOO financieringsbronnen (bedragen in duizenden guldens, loon- en prijsniveau 1999)

Artikelnr. Bestemming

2000

2001

2002

2003

2004

U01.21           Doelfinanciering TNO (via Min. van

OCenW) U01.26           Onderzoek en technologie (structureel)

U01.26           Onderzoek en technologie (incidentele meeruitgaven) U01.21           Bijdrage NLR (via Min. van V&W)

U01.26           Bijdrage NIVR Ruimte Technologie prog.

101 682 24 594

14 200 1 000 3 200

101 682 23 810

14 800 1 000 3 200

101 682 23 810

14 600 1 000 3 200

101 682 23 810

4 500 1 000 3 200

101 670 23 810

1 000 3 200

• 1. 

  Doelfinanciering TNO, opgenomen in artikel 01.21

Overeenkomstig de TNO-wet en de regelingen tussen overheid en TNO, verstrekt Defensie jaarlijks via het ministerie van Onderwijs Cultuur en Wetenschappen doelfinanciering aan TNO. Tussen Defensie en TNO

worden bestedingsoverkomsten gesloten waarin de doelstellingen voor het doelfinancieringsonderzoek worden vastgelegd. Met de doelfinanciering wordt bij de drie instituten van TNO Defensie-onderzoek defensiegerelateerde kennis opgebouwd, in stand gehouden en vernieuwd. Een klein deel van de doelfinanciering komt via de staf van TNO Defensie-onderzoek ter beschikking van andere TNO-instituten en het MARIN.

• 2. 

  Onderzoek en technologie, opgenomen onder artikel 01.26

Defensie stimuleert in samenwerking met het ministerie van Economische Zaken in beperkte mate de ontwikkelingen van relevante technologieën of materieel bij het Nederlandse defensiegerelateerde bedrijfsleven of onderzoeksinstituten. Vanuit dit artikel wordt bijgedragen aan ontwikkelingsactiviteiten in het kader van de Codema-regeling, WEAG-samenwerking en andere technologieprojecten. De in de tabel aangegeven incidentele meeruitgaven tot en met 2003 betreffen de afspraken met betrekking tot het luchtvaartcluster en de implementatie IV-beleid.

• 3. 

  Nationaal Lucht- en Ruimtevaart Laboratorium, opgenomen onder artikel 01.21

Defensie verstrekt via het ministerie van Verkeer en Waterstaat een bijdrage aan het NLR bedoeld voor het verrichten van achtergrondonderzoek. Door deze bijdrage kan Defensie tegen het gereduceerde «deelnemerstarief» gebruik maken van de diensten van het NLR.

• 4. 

  NIVR Ruimte Technologie (NRT-) programma

Het NRT-programma is een onderdeel van het Nederlandse ruimtevaartbeleid (kabinetsbesluit 1986) en heeft als doel de Nederlandse Industriële ruimtevaart activiteiten te stimuleren. Defensie draagt in bescheiden mate bij aan de financiering van het ruimtevaartbeleid. Het Nederlands Institutuut voor Vliegtuigontwikkeling en Ruimtevaart (NIVR) coördineert de uitvoering van het NRT-programma.

• 5. 

  Gebruik van de kennisbasis

Bij onder meer de verwerving van materieel bestaat behoefte aan wetenschappelijke ondersteuning waarbij gebruik gemaakt wordt van de bij de onderzoeksinstituten opgebouwde kennis. Onder de noemer «gebruik van de kennisbasis» zijn in de tabel de structurele budgetten voor adviezen en algemene ondersteuning opgenomen. Naast de in de tabel weergegeven structurele budgetten, leert de ervaring dat de Koninklijke marine circa f 8 miljoen, de Koninklijke landmacht circa f 20 miljoen en de Koninklijke luchtmacht circa f 3 miljoen per jaar aanvullend bij de onderzoeksinstituten besteden.

BIJLAGE 11

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN ALGEMEEN

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

01.20

Personeel en materieel

Kerndepartement

01.20.01    Ambtelijk burgerpersoneel

01.20.02    Militair personeel

01.20.03    Overige personele uitgaven

01.20.04    Materiële uitgaven

Totaal personeel en materieel Kerndepartement

Militaire inlichtingendienst (MID)

01.20.05    Ambtelijk burgerpersoneel

01.20.06    Militair personeel

01.20.07    Overige personele uitgaven

01.20.08    Materiële uitgaven

Totaal personeel en materieel MID

01.20.09 Wachtgelden en inactiviteitswedden Algemeen

9 763

8 317

8 160

7 862

7 130

6 131

5 307

11

Totaal artikel P&M Algemeen

307 123 299 228 288 552 267 569 271862 252 707 266 122

01.21 Subsidies en bijdragen

Subsidies Bijdragen

Totaal subsidies en bijdragen

20 928 14 183 14 492 14 708 14 924 15 140 15 356 106 602 118 636 117 282 116 756 116 556 116 556 116 544

43A 03

127 530 132 819 131774 131464 131480 131696 131900

01.22

Geheime uitgaven

1 300

1 100

1 100

1 100

1 100

1 100

1 100

01

01.24 Garanties

01.24.01    Woonstichting Ons Belang

01.24.02    Eurometaal

0000000                 63F

0000000                63D

Totaal garanties

0000000

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998           1999           2000           2001

2002           2003           2004 Econ.code

01.25

Milieumaatregelen

4 000         9 360         7 860 12 860 17 860 22 860 22 860

12

01.26         Technologie-ontwikkeling

01.26.01    Bijdrage ruimtevaartprogramma

01.26.02    Onderzoek en technologie

01.26.03    Gebruik kennis en kunde

Totaal technologie-ontwikkeling

01.27

01.28

Loonbijstelling

Prijsbijstelling

01.29         Overige departementale uitgaven

01.29.01    Voorlichting

01.29.02    Schadevergoedingen

01.29.03    Samenwerkingsprogramma’s

01.29.04    Overige uitgaven

01.29.05    Infrastructuur

01.29.06    Ziektekostenvoorziening Defensiepersoneel

Totaal overige departementale uitgaven

Totaal uitgaven Algemeen

01.20 Verrekenbare ontvangsten

01.20.01    Personele ontvangsten

01.20.02    Materiële en specifieke ontvangsten

01.20.03    Ontvangsten uit internat. verplichtingen i.v.m. Navo-infrastructuur

Totaal verrekenbare ontvangsten

01.21 Niet-verrekenbare ontvangsten

01.21.01    Milieuheffing

01.21.02    Overige ontvangsten

Totaal niet-verrekenbare ontvangsten Totaal ontvangsten Algemeen

19 342 44 285 318 085 38 185 38 185 38 185 38 185

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN PENSIOENEN EN UITKERINGEN

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel

Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

02.02

02.02.01 02.02.02 02.02.03 02.02.04

02.02.05 02.02.06 02.02.07 02.02.08 02.02.09 02.02.10 02.02.11

Militaire pensioenen en uitkeringen

Militaire nabestaandenpensioenen Militaire diensttijdpensioenen Kapitaaldekking nominale bijdrage Kapitaaldekking lening ABP (hoofdsom)

Kapitaaldekking lening ABP (rente) Militaire invaliditeitspensioenen Uitkeringswet gewezen militairen Sociale zorg Overige uitkeringen Reserve-overdracht Veteranenbeleid

Totaal uitgaven pensioenen en uitkeringen

61 840        63 439        63 803        64 570        65 486        66 352        67 242

607 870      637 132      635 069      633 943     632 921      633 164     633 800

0        79 850        57 703        68 142        74 742        76 844       79 144

0                 0                 0        31 266       83 514       80 840        78 166

0                 0                 0             617          2 880          6 377          9 771

184 974      186 401      181791      177 550      172 740      167 820      163 227

705 118     754 771      756 974     766 641      784 744     807 083     824 614

12 534        14 000        14 000        14 000        14 000        14 000        14 000

17 177        15 000        15 000        15 000        15 000        15 000        15 000

16 338        18 600        16 800        16 800        16 800        16 800        16 800

84 439        49 144          6 022          3 423         3 424         3 424         3 424

11 11 11

11 11 11 11 11 11 11 11

1 690 290 1 818 337 1 747 162 1 791 952 1 866 251 1 887 704 1 905 188

02.01

Verrekenbare ontvangsten

2 673

1 500          1 500          1 500          1 500

1 500          1 500

16

02.02

02.02.01

02.02.02

Niet-verrekenbare ontvangsten

Ontv. betreffende uitg. gedaan in vroegere dienstjaren

Restitutie teveel genoten uitkeringen

Totaal niet-verrekenbare ontvangsten

433                 0                 0                 0                 0                 0                 0

0          2 600          2 600          2 600          2 600          2 600          2 600

16 16

433          2 600         2 600         2 600         2 600         2 600         2 600

Totaal ontvangsten pensioenen en uitkeringen

3 106

4 100

4 100

4 100

4 100

4 100

4 100

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN KONINKLIJKE MARINE

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

03.20

Personeel en materieel

Commandant der Zeemacht in Nederland

03.20.01    Ambtelijk burgerpersoneel

03.20.02    Militair personeel

03.20.03    Overige personele uitgaven

03.20.04    Materiële uitgaven

Totaal Commandant der Zeemacht in Nederland

79 098        71417        70 632        70 440        70 257        70 105        70 105

505 132      512 899     508 928     484 694     471967      462 241      462 241

47 615        43 284       42 268        40 753        40 125        39 857        39 862

74 158      121025      102 799      101639      101165      100 017        99 459

11 11 11 12

706 003 748 625 724 627 697 526 683 514 672 220 671667

Commandant der Zeemacht in het Caribisch gebied

03.20.05    Ambtelijk burgerpersoneel

03.20.06    Militair personeel

03.20.07    Overige personele uitgaven

03.20.08    Materiële uitgaven

Totaal Commandant der Zeemacht in het Caribisch gebied

108 198 113 837 110 303 108 521 107 511 107 257 106 767

Commandant van het Korps Mariniers

03.20.09    Ambtelijk burgerpersoneel

03.20.10    Militair personeel

03.20.11    Overige personele uitgaven

03.20.12    Materiële uitgaven

Totaal Commandant van het Korps Mariniers

2 338          2 869          2 862          2 855          2 847          2 844          2 844

158 708      168 551      169 292      171698      178 079      185 279     188 810

14 152        15 684        16 195        15 948        16 100        16 261        16 380

25 755        30 096        28 581        29 022        30 395        31 468        31 984

11 11 11 12

200 953 217 200 216 930 219 523 227 421 235 852 240 018

Ondersteunende eenheden

03.20.13    Ambtelijk burgerpersoneel

03.20.14    Militair personeel

03.20.15    Overige personele uitgaven

03.20.16    Materiële uitgaven

Totaal Ondersteunende eenheden

Admiraliteit

03.20.17    Ambtelijk burgerpersoneel

03.20.18    Militair personeel

03.20.19    Overige personele uitgaven

03.20.20    Materiële uitgaven

Totaal Admiraliteit

189 432      202 727      193 612      192 274     187 103      185 764     185 764

140 155      141617      135 540      132 968      130 996      130 834     130 834

39 300        43 329       38 296        33 559        35 041        28 436        25 317

184 120      177 182      164 366      156 554     159 283      159 665      165 973

65 184        64 078        62 557        62 415        62 252        62 181        62 181

119 524      110 598      102 626      100 056        98 349        98 219        98 219

54 690        44 505       44 458        46 248        46 119        46 553        46 463

301083      246 235     208 452      228 196     212 996      214 621      217 570

11 11 11 12

553 007 564 855 531814 515 355 512 423 504 699 507 888

11 11 11 12

540 481 465416 418093 436915 419716 421574 424 433

03.20.21 Wachtgelden en inactiviteitswedden Koninklijke marine

29 608 36 589 39 464 43 147 46 006 44 483 44 483

11

Totaal artikel P&M Koninklijke marine 2 138 250 2 146 522 2 041 231 2 020 987 1 996 591 1 986 085 1 995 256

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

03.21 Subsidies en bijdragen Subsidies Bijdragen

Totaal artikel Subsidies en bijdragen

529

533

483

483

483

483

483

03.22         Investeringen groot materieel en infrastructuur

03.22.01    Schepen

03.22.02    Vliegtuigen

03.22.03    Voertuigen

03.22.04    Elektronisch materieel

03.22.05    Bewapening

03.22.06    Munitie

03.22.07    Overig materieel

03.22.08    Infrastructuur

Totaal investeringen

412 227 573 941 559 891 512 298 442 658 452 280 415 321

10 132 23 000 45 747 66 560 113 260 123 758 132 560

0000000

21157 77 652 37 437 44 547 62115 75 001 74 320

0000000

4192 13 384 48 520 65 080 81410 131 200 116 500

113 117 135 302 103 859 69 968 67 210 83 162 95 795

83 757 83 678 103 010 91725 98 600 78 100 78 100

13 13 52 13 13 13 52 52

644 582 906 957 898 464 850178 865 253 943 501 912 596

Totaal uitgaven Koninklijke marine

2 783 361 3 054 012 2 940 178 2 871 648 2 862 327 2 930 069 2 908 335

03.20 Verrekenbare ontvangsten

03.20.01    Personele ontvangsten

03.20.02    Materiële en specifieke ontvangsten

Totaal verrekenbare ontvangsten

27 721 27 753 25 752 25 702 25 482 24 837 24 837 126 337 115 385 92 359 88 205 87 125 87 770 87 770

16 16

154 058 143 138 118 111 113 907 112 607 112 607 112 607

03.21 Niet-verrekenbare ontvangsten

Totaal ontvangsten Koninklijke marine

5 113          2 100         2 100         2 100         2 100         2 100         2 100

16

159 171 145 238 120 211 116 007 114 707 114 707 114 707

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN KONINKLIJKE LANDMACHT

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

04.20 Personeel en materieel

1e (GE/NL) Legerkorps

04.20.01    Ambtelijk burgerpersoneel

04.20.02    Militair personeel

04.20.03    Overige personele uitgaven

04.20.04    Materiële uitgaven

Totaal 1e (GE/NL) Legerkorps

20 806        13 193        13 560      122 398      113 798        99 918        97 006

919 963     835 931      886 560     955 079     964 898     972 375     982 402

41 096        39 360       43 354        50 561        48 836        47 988        48 371

78 858        79 342        73 210        79 079        81031        82 959        85 394

11 11 11 12

1 060 723 967 826 1 016 684 1 207 117 1 208 563 1 203 240 1 213 173

Nationaal Commando

04.20.05    Ambtelijk burgerpersoneel

04.20.06    Militair personeel

04.20.07    Overige personele uitgaven

04.20.08    Materiële uitgaven

Totaal Nationaal Commando

470 261      492 446     474 359     346 711      341413     340 288     339 209

227 452      224 968     212 539      138 023      134 324      134 817      134 805

62 332      164 350      160 381      157 897      135 658      134 966      143 204

413 228      595 447      543 964     578 147      596 972      583 083     561634

11 11 11 12

1 173 273 1 477 211 1 391 243 1 220 778 1 208 367 1 193 154 1 178 852

Commando Opleidingen Koninklijke landmacht

04.20.09    Ambtelijk burgerpersoneel

04.20.10    Militair personeel

04.20.11    Overige personele uitgaven

04.20.12    Materiële uitgaven

Totaal Commando Opleidingen Koninklijke landmacht

Overige Eenheden BLS

04.20.13    Ambtelijk burgerpersoneel

04.20.14    Militair personeel

04.20.15    Overige personele uitgaven

04.20.16    Materiële uitgaven

Totaal Overig Eenheden BLS

Landmachtstaf

04.20.17    Ambtelijk burgerpersoneel

04.20.18    Militair personeel

04.20.19    Overige personele uitgaven

04.20.20    Materiële uitgaven

Totaal Landmachtstaf

04.20.21    Wachtgelden en inactiviteitswedden Koninklijke landmacht

Totaal artikel P&M – Koninklijke landmacht

49 344        61 107        61711        63 043        64 040        65 760        66 475

210 028     330 932     309 241      308 084     309 761      312 637    312 226

38 889        44 839       44 040        44 256        44 737        45 144       45 212

27 209        25 977        24 847        25 166        24 801        24 742        24 699

117 664      110 525      110 316      113 252      112 929      112 788      112 779

190 998      153 962      167 444      165 767      164 751      165 076      165 061

150 511        62 595        56 305        70 437        61370        53 755        53 822

383 116      223 682      159 970      111496        90 688        78 866        87 720

27  188        26 284       26 422        26 554        26 697        26 843        27 019

28 959        29 096       30 812        31 107        31 289        31 251        31 248 4 981          5 504         4 870          4 909          4 953          4 925          4 942

28 739      105 061        96 982      100 566        92 780        91544       91726

107 416 101492 88 710 74 807 69 016 66 308 63 450

11 11 11 12

325 470 462 855 439 839 440 549 443 339 448 2 83 448 612

11 11 11 12

842 289 550 764 494 035 460 952 429 738 410 485 419 382

11 11 11 12

89 867 165 945 159 086 163 136 155 719 154 563 154 935

11

3 599 038 3 726 093 3 589 597 3 567 339 3 514 742 3 476 033 3 478 404

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998           1999           2000           2001

2002           2003           2004 Econ.code

04.21

Subsidies en bijdragen

1 833          1 833          1 833          1 836          1 839          1 839          1 839

43F

04.22 Investeringen groot materieel en infrastructuur

04.22.01    Automatisering

04.22.02    Logistiek

04.22.03    Commandovoering, verbindingen en gevechtsinlichtingen

04.22.04    Elektronisch materieel

04.22.05    Nucleair, biologisch en chemisch materieel (NBC)

04.22.06    Luchtverdediging

04.22.07    Manoeuvre

04.22.08    Vuursteun

04.22.09    Gevechtssteun

04.22.10    Infrastructuur

Totaal investeringen

67 212      139 878       74 220        57 165        55 943        63 855        69 650

49 697        86 440      100 400      108 300      139 670        78 000      128 220

156 991      142 630      160 710        86 810       96 620        87 030        80 600 20 116        29 790        16 760        20 890        26 500        13 500        13 500

0             750        14 240        10 240          7 800        14 700          6 500

65 209        85 320        69 320        25 240        14 300        60 300      102 000

157 918      268 550     263 603      281 102     450 165     357 932      253 239 42 037        27 060        27 490        27 350       39 550        94 000      122 000 11319        25 810        28 590        35 800        18 300        32 000        20 000

141669      238 892      250 630      272 071      208 440      193 052      147 357

52 52

13 13

52 13 13 13 13 52

712 168 1 045 120 1 005 963 924 968 1 057 288 994 369 943 066

Totaal uitgaven Koninklijke landmacht 4 313 039 4 773 046 4 597 393 4 494 143 4 573 869 4 472 241 4 423 309

04.20 Verrekenbare ontvangsten

04.20.01    Personele ontvangsten

04.20.02    Materiële en specifieke ontvangsten

Totaal verrekenbare ontvangsten

85 612 100 418 82 200 82 200 82 200 82 200 82 200 26 447 55 571 32 051 32 101 32 151 32 201 32 251

16 16

112 059 155 989 114 251 114 301 114 351 114 401 114 451

04.21 Niet-verrekenbare ontvangsten

Totaal ontvangsten Koninklijke landmacht

7 543          7 390         7 390         7 390         7 390         7 390

7 390

16

119 602 163 379 121641 121691 121741 121791 121 841

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN KONINKLIJKE LUCHTMACHT

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

05.20

Personeel en materieel

TactischeLuchtmacht (TL)

05.20.01    Ambtelijk burgerpersoneel

05.20.02    Militair personeel

05.20.03    Overige personele uitgaven

05.20.04    Materiële uitgaven

Totaal Tactische Luchtmacht

32 734       33 746       32 209        30 499        30 455        30 042        30 042

529 130      550 383     643 690      630 819     619 955      616 235     617 975

43 978        61606        57 905        60 742        62 313        59 149        61849

111912      108 017      120 963      123 001      125 039      127 077      127 077

11 11 11 12

717 754 753 752 854 767 845 061 837 762 832 503 836 943

Decentrale Ondersteunende Eenheden (DOE)

05.20.05    Ambtelijk burgerpersoneel

05.20.06    Militair personeel

05.20.07    Overige personele uitgaven

05.20.08    Materiële uitgaven

Totaal Decentrale Ondersteunende Eenheden

49 531        51276       49 343        48 312        48 242        47 607        47 607

225 326      242 591      151623      149 537      148 075      147 888      147 888

23 147        29 416        18 308        20 140        20 329        19 989        19 989

49 377        46 238        54 650        57 893        58 218        56 074        55 796

11 11 11 12

347 381 369 521 273 924 275 882 274 864 271558 271280

Hoofdkwartier Koninklijke luchtmacht (HKKLu)

05.20.09    Ambtelijk burgerpersoneel

05.20.10    Militair personeel

05.20.11    Overige personele uitgaven

05.20.12    Materiële uitgaven

Totaal Hoofdkwartier Koninklijke luchtmacht

42 976        43 636       42 750        41 857        41 796        41 245        41 245

86 931        90 697        85 078        85 012        84 747        84 621        84 581

191785      140 111      153 216      152 218      136 076      125 863      126 356

521624     576 389     489 354     540 789     540 211      570 764     583 339

11 11 11 12

843 316 850 833 770 398 819 876 802 830 822 493 835 521

05.20.13 Wachtgelden en inactiviteitswedden Koninklijke luchtmacht

Totaal artikel P&M – Koninklijke luchtmacht

27 539 25 308 24 004 21322 20156 18372 18 337

11

1 935 990 1 999 414 1 923 093 1 962 141 1 935 612 1 944 926 1 962 081

05.22         Investeringen groot materieel en infrastructuur

05.22.01    Vliegtuigmaterieel (incl. F-16)

05.22.02    Vervoermiddelen

05.22.03    Elektrisch en elektronisch materieel

05.22.04    Bewapeningsmaterieel

05.22.05    Springstoffen en munitie

05.22.06    Overig materieel

05.22.07    Infrastructuur

Totaal investeringen

526 785      236 983

36 493        18 666

119 115      166 342

42 747        33 651

40 158        31 667

25 100        12 784

71 418 19 886 94 954 18 426 409 11 992

206 724 173 500 172 841

130 680      185 004

45 624       47 007

153 206      153 480

56 223        93 401

1 900          1 000

15 672        11 502

157 187      144 044

183 591      211 888

68 514       71 919

228 079      173 841

181 399      118 917

31 900        60 000

11 202        11 604

144 002      172 934

13 52 13 13 13 52 52

997 122 673 593 389 926 560 492 635 438 848 687 821 103

Totaal uitgaven Koninklijke luchtmacht 2 933 112 2 673 007 2 313 019 2 522 633 2 571 050 2 793 613 2 783 184

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

05.20 Verrekenbare ontvangsten

05.20.01    Personele ontvangsten

05.20.02    Materiële en specifieke ontvangsten

Totaal verrekenbare ontvangsten

05.21 Niet-verrekenbare ontvangsten

Totaal ontvangsten Koninklijke luchtmacht

23 558 25 300 25 100 25 100 25 100 25 100 25 100                    16

38 797 74 423 65 100 64 400 64 400 64 400 64 400                    16

75 093 107 423 97 900 97 200 97 200 97 200 97 200

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN KONINKLIJKE MARECHAUSSEE

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

06.20         Personeel en materieel

06.20.01    Ambtelijk burgerpersoneel

06.20.02    Militair personeel

06.20.03    Overige personele uitgaven

06.20.04    Materiële uitgaven

Totaal personele en materiële uitgaven

13 215        17 667        17 722        17 665        17 646        17 618        17 667

312 937      342 477     352 747      350 021      352 902      351690     351709

45 425        44 220       43 037        41 977        42 388        42 285        42 240

54 244        59 091        50 468        54 443        55 363        55 606        56 254

11 11 11 12

425 821 463 455 463 974 464 106 468 299 467 199 467 870

06.20.05 Wachtgelden en inactiviteitswedden Koninklijke marechaussee

Totaal artikel P&M – Koninklijke marechaussee

932             961             937             852          1 046          1 148          1 148

Totaal uitgaven Koninklijke marechaussee

11

426 753 464 416 464 911 464 958 469 345 468 347 469 018

475 247 518 735 503 357 519 388 522 611 519 656 518 484

06.20 Verrekenbare ontvangsten

06.20.01    Personele ontvangsten

06.20.02    Materiële en specifieke ontvangsten

Totaal verrekenbare ontvangsten

06.21 Niet-verrekenbare ontvangsten

Totaal ontvangsten Koninklijke marechaussee

2 704         3 762          3 762          3 762          3 762          3 762          3 762

6 170          5 748          5 748          5 748          5 748          5 748          5 748

16 16

10124 10110 10110 10110 10110 10110 10110

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN MULTI-SERVICE PROJECTEN EN ACTIVITEITEN

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

08.01         Luchtmobiele brigade

08.01.01    Bewapende helikopter

08.01.02    Transporthelikopter

08.01.03    Luchtmobiel speciaal voertuig

08.01.04    Persoonsgebonden uitrusting

08.01.05    Overige specifieke materieelprojecten

08.01.06    Infrastructuur grondcomponent

08.01.07    Infrastructuur luchtcomponent

Totaal luchtmobiele brigade

193 817      257 123     300 559     318 483     317 379        59 210        11 134

102 751        81336       40 411          9 136          5 579             540                 0

11869          7 156          4 211                  0                 0                 0                 0

0000000

2 417             139          9 185                 0                 0                 0                 0

0          1 000                 0                 0                 0                 0                 0

11626        15 937          7 135                 0                 0                 0                 0

13 13 13 13 13 13 13

322 480 362 691 361501 327 619 322 958 59 750 11134

08.02 Vredesoperaties

(onderverdeling naar contributies en operaties)

VN-contributies

SFOR

KFOR

UNFICYP

Voorziening voor vredesoperaties

Totaal vredesoperaties

30 349 31 000       31 000 31 000 31 000 31 000 31 000

137 000      136 000

136 000      133 000

7 000          7 000 3 600

192 039 166 913       48 207 218 030 217 124 217 124 217 124

01 01 01 01 01

222 388 477 913 355 207 252 630 248 124 248 124 248 124

08.03

Doelmatigheidsbesparingen

0000000

01

08.04 Overige uitgaven Internationele Samenwerking

08.04.01    Attachés

08.04.02    Kustwacht Nederlandse Antillen en Aruba

08.04.03    Overige uitgaven

Totaal Overige uitgaven Internat. Samenwerking

40 977

36 532 1 264

78 773 96 753 96 537 78 242 78 250 77 799 77 799

08.05 Efficiencybesparing/ kwaliteitsverbetering

0 -100 000 -125 000 -150 000 -150 000

01

Totaal uitgaven Multi-service proj. en activiteiten

623 641 937 357 813 245 558 491 524 332 235 673 187 057

08.01 Ontvangsten luchtmobiele brigade

1 708                 0                 0                 0                 0                 0                 0

16

08.02

Ontvangsten n.a.v. vredesoperaties

14 751 23 700

3 600

3 100

3 100

3 100

3 100

06

0

0

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving                                                            1998          1999          2000          2001          2002          2003          2004 Econ.code

08.03 Overige ontvangsten Internationale

Samenwerking                                                        1382 19300         8400         8200         8200 8000         8000                   16

Totaal ontvangsten Multi-service proj.en activiteiten                                                             17841 43000 12000 11300 11300 11100 11100

MEERJARENRAMINGEN PER ARTIKELONDERDEEL BELEIDSTERREIN DEFENSIE INTERSERVICE COMMANDO (Dico)

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004 Econ.code

09.02

Personeel en materieel Dico

Staf Defensie Interservice Commando (Staf Dico)

09.02.01    Ambtelijk burgerpersoneel

09.02.02    Militair personeel

09.02.03    Overige personele uitgaven

09.02.04    Materiële uitgaven

Totaal Staf Dico

7 477 14 728

7 982 10 272

8 770

8 528

8 311

Defensie Verkeers- en Vervoersorganisatie (DVVO)

09.02.05    Ambtelijk burgerpersoneel

09.02.06    Militair personeel

09.02.07    Overige personele uitgaven

09.02.08    Materiële uitgaven

Totaal DVVO

Defensie Werving en Selectie (DWS)

09.02.09    Ambtelijk burgerpersoneel

09.02.10    Militair personeel

09.02.11    Overige personele uitgaven

09.02.12    Materiële uitgaven

Totaal DWS

Instituut Defensie Leergangen (IDL)

09.02.13    Ambtelijk burgerpersoneel

09.02.14    Militair personeel

09.02.15    Overige personele uitgaven

09.02.16    Materiële uitgaven

Totaal IDL

Militair Geneeskundig Facilitair Bedrijf (MGFB)

09.02.17    Ambtelijk burgerpersoneel

09.02.18    Militair personeel

09.02.19    Overige personele uitgaven

09.02.20    Materiële uitgaven

Totaal MGFB

Overige Interservice Diensten (OID)

09.02.21    Ambtelijk burgerpersoneel

09.02.22    Militair personeel

09.02.23    Overige personele uitgaven

09.02.24    Materiële uitgaven

Totaal Overige Interservice Diensten

79 115 85 180 70 168 73 307 71923 71720 71580

(bedragen x f 1 000,00)

Artikel Omschrijving

1998           1999           2000           2001           2002           2003           2004 Econ.code

09.02.25 Wachtgelden en inactiviteitswedden Dico

Totaal personeel en materieel Dico

11 128 12 202 10 689          9 618          9 080          8 365          7 755

11

452 701 493 030 447 184 443 659 439 615 439 121 437 347

09.03 Investeringen groot materieel en infrastructuur

09.03.01    Groot Materieel

09.03.02    Infrastructuur

Totaal investeringen

17 674         7 114         7 332          7 371

17 654 12 303 16 285          4 400

7 461          7 341

7 341

52 52

35 328 19 417 23 617 11771          7 461          7 341          7 341

Totaal uitgaven Dico

488 029 512 447 470 801 455 430 447 076 446 462 444 688

09.02 Verrekenbare ontvangsten Dico

09.02.01    Personele ontvangsten

09.02.02    Materiële en specifieke ontvangsten

Totaal verrekenbare ontvangsten Dico

51 796 43 170 41 670 42 170 42 670 43 170 43 170 2 848          2 025          2 025          2 025          2 025          2 025          2 025

16 16

54 644 45 195 43 695 44 195 44 695 45 195 45 195

Totaal ontvangsten Dico

54 644 45 195 43 695 44 195 44 695 45 195 45 195

BIJLAGE 12

ECONOMISCHE EN FUNCTIONELE CLASSIFICATIES

Overzicht a. Uitgaven en ontvangsten per (macro-)economische categorie, totalen per economische hoofdgroep (bedragen x f 1 000,–)

Beloning van werknemers Overige goederen en diensten Duurzame militaire goederen

11 12 13

Overige inkomensoverdrachten, sector centrale overheid

Overige inkomensoverdrachten, sector instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van gezinnen

Overige inkomensoverdrachten, buitenland

43A

43F 43G

Overige kapitaaloverdrachten, sector ondernemingen in de vorm van vennootschappen

Overige kapitaaloverdrachten, sector instellingen zonder winstoogmerk ten behoeve van gezinnen

Overige kapitaaloverdrachten, sector diverse institutionele eenheden

63D

63F 63Z

8 246 444 2 818 463 1 848 232

96 183

2 166 122 977

0 12 815

8 132 061 2 500 170 1 687 387

68 350

2 166 120 853

0 12 890

0

0

Overzicht b: Uitgaven en ontvangsten functionele categorie

(bedragen x f 1 000,–)

CODE

OMSCHRIJVING

Uitgaven 1999

Ontvangsten 1999

Uitgaven 2000

Ontvangsten 2000

2 100 170

5 654 472

2 673 007

3 054 012 966 822

574 666 6 823

0

0

89 480

173 489

107 423

145 238

4 100

43 000

0 0

0

2 004 389

5 462 251

2 313 019

2 940 178

938 366

451 744 30 565 50 000

0

361 780

131 751

97 900

120 211

4 100

12 000

0 0

0

TOTAAL DEFENSIE (X)

15 029 972

562 730

14 190 512

727 742

BIJLAGE 13                                            RAMINGSKENGETALLEN EN VOLUMEGEGEVENS PER

BELEIDSTERREIN

Ramingskengetallen 2000

Het uitgebreid opnemen van ramingskengetallen in de artikelsgewijze toelichting past niet goed bij het streven naar een meer resultaatgerichte sturing met aandacht voor doelmatigheid en doeltreffendheid. Om het inzicht in de relatie tussen input en uitgaven te behouden, heeft Defensie gekozen voor een separaat samenvattend overzicht van ramingskengetallen en andere volume-gegevens op het niveau van beleidsterrein. Dit overzicht is in deze bijlage opgenomen.

De ramingskengetallen zijn op geüniformeerde wijze tot stand gebracht en voldoen aan de kwaliteitseisen ten aanzien van bruikbaarheid voor verantwoording en presentatie in begrotingsstukken. De ramingsbedragen van de uitgavenartikelen «Personeel en materieel» en het uitgavenartikel 02.02 «Militaire pensioenen en uitkeringen» worden met meerjarige ramingskengetallen toegelicht. Om aansluiting met het uitgaventotaal van het betreffende begrotingsartikel te behouden zijn ook de overige «budgettaire» volumegegevens naar soort van uitgaven gespecificeerd.

De in de bijlage opgenomen ramingskengetallen zijn als volgt samen te vatten:

– de bezoldigingsuitgaven worden volledig op basis van het gemiddelde salaris per volle-tijdsequivalent (vte) met vier uniforme ramingskengetallen toegelicht: voor actief burger-personeel, niet-actief burgerpersoneel, militairen beroeps onbepaalde tijd (BOT) en militairen beroeps bepaalde tijd (BBT);

– bij de personele uitgaven zijn uniforme ramingskengetallen opgenomen voor:

– inhuur tijdelijk personeel (op basis van mensjaren); – persoonsgebonden personele uitgaven (op basis van vte’n); Hierin zijn de uitgaven opgenomen voor kleding en uitrusting, voeding, reizen, verplaatsen, representatie, persoonsgebonden toelagen en uitkeringen, onderwijs en opleidingen, voorziening woonruimte, geneeskundige verzorging en overige personele zaken. Vanwege de hoogte en het specifieke karakter van de soort uitgaven hebben de beleidsterreinen Koninklijke landmacht en Koninklijke luchtmacht separate kengetallen opgenomen voor kleding, voeding en opleidingen. – Voor de vliegopleidingen zijn separate ramingskengetallen opgenomen bij het beleidsterrein Koninklijke marine en de Koninklijke luchtmacht.

– bij de materiële uitgaven zijn uniforme ramingskengetallen opgenomen voor:

– uitbesteding O-, I- & A-deskundigheid op basis van mensjaren); – persoonsgebonden materiële uitgaven (op basis van vte’n); Hierin zijn de uitgaven opgenomen voor kleine bedrijfsmatige investeringen, huisvesting, onderhoud gebouwen en terreinen, bureauzaken, inventarisgoederen en klein materieel, informatiesystemen, data- en telecommunicatie, voertuigen, geneeskundig materiaal en overige materiële zaken. Vanwege de hoogte en het specifieke karakter van de soort uitgaven heeft het beleidsterrein Koninklijke landmacht separate kengetallen opgenomen voor huisvesting, onderhoud gebouwen en terreinen, investarisgoede-ren en klein materieel. – Voor de brandstoffen, oliën, smeermiddelen en bedrijfsstoffen zijn bij de beleidsterreinen separate ramingskengetallen opgenomen.

de uitgaven voor militaire pensioenen, de wachtgelden en inactiviteits-wedden zijn – per soort van regeling – met uniforme ramingskengetallen op basis van «aantallen in uitkeringsjaren» toegelicht.

Omschrijving eenheid

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

Beleidsterrein Algemeen/artikel U01.20

AMBTELIJKE BURGERPERSONEEL

Sterkte begroting 2000

waarvan: – actief personeel – gemiddeld salaris – totale uitgaven

– niet-actief personeel – gemiddeld salaris – totale uitgaven

Totaal toegelicht bedrag

Andere volumegegevens: – Uitgaven inzake TRIP

Totaal ambtelijk burgerpersoneel aantal vte’n

x f 1000,–

x f 1000,– x f 1000,–

1 056

1 063

1 015

971

941

941

95 863 102 586 100 103 95 570 92 561

92 494

0                0          3 400                 0                0                 0

95 863 102 586 103 503 95 570 92 561 92 494

941

92 494

0 92 494

MILITAIR PERSONEEL

Sterkte begroting 2000

waarvan:

– beroeps onbepaalde tijd

– gemiddeld salaris

– totale uitgaven

– beroeps bepaalde tijd – gemiddeld salaris – totale uitgaven

Totaal militair personeel aantal vte’n

606

608

634

631

628

628

628

OVERIGE PERSONELE UITGAVEN

– inhuur tijdelijk personeel

– gemiddelde uitgaven per mensjaar – totale uitgaven

– overige persoonsgebonden personele uitgaven

– gemiddeld per vte – totale uitgaven

Totaal toegelicht bedrag

Andere volumegegevens:

– TRIP

– representatie bijzondere projecten

– georganiseerd overleg

– raden en commissies

– lump-sum geneeskundige verzorging

– overige personele zaken

Sub-totaal:

x f 1000,–

14 942

15 000

16 501

15 358

14 916

14 915

14 925

Totaal overige personele uitgaven

x f 1000,–

21 427

22 042

25 907

26 527

22 076

22 076

22 376

Omschrijving eenheid

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

MATERIËLE UITGAVEN

– uitbesteding O-, I- en A-deskundigheid – gemiddeld per mensjaar – totale uitgaven

– brandstoffen, oliën en smeermiddelen (diesel) – gemiddeld per m³ – totale uitgaven

– overige persoonsgebonden materiële uitgaven

– gemiddeld per vte – totale uitgaven

Totaal toegelicht bedrag

Andere volumegegevens:

– kleine bedrijfsmatige investeringen

– informatiesystemen

– voertuigen

– overige materiële uitgaven

– taakstelling efficiencybesparing

Sub-totaal:

Totaal materiële uitgaven

x f 1000,–

56 927

58 471

58 279 31 225 33 193

30 846

32 380

x f 1000,–

122 440 104 219

86 422

72 944 85 830

67 779

81 718

WACHTGELDEN EN INACTIVITEITSWEDDEN

WACHTGELDEN SBK/UBMO BURGERPERSONEEL

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar – toegelicht begrotingsbedrag

REGULIERE WACHTGELDEN BURGERPERSONEEL

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar – toegelicht begrotingsbedrag

WAO BURGERPERSONEEL

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar – toegelicht begrotingsbedrag

OVERIGE WACHTGELDEN BURGERPERSONEEL

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar – toegelicht begrotingsbedrag

OVERIGE UITKERINGEN

Totaal toegelicht bedrag

Uitvoeringskosten

Totaal wachtgelden en inactiviteitswedden

x f 1000,–

3 108

x f 1000,–

9 763

1 371

8 317

1 147

8 160

1 147

7 862

1 147

7 130

1 147

6 131

1 147

5 307

TOTAAL artikel U01.20

x f 1000,–

307 123 299 228 288 552 267 569 271 862 252 707

266 122

Omschrijving eenheid

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

Beleidsterrein Pensioenen en uitkeringen/artikel U02.02

MILITAIRE NABESTAANDENPENSIOENEN

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar

– toegelicht begrotingsbedrag

x f 1000,–

61 840

63 439

63 803 64 570 65 486

66 352

67 242

MILITAIRE DIENSTTIJDPENSIOENEN

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar – toegelicht begrotingsbedrag

Andere volumegegevens:

– Kapitaaldekking nominale bijdrage

– Kapitaaldekking lening ABP (hoofdsom)

– Kapitaaldekking lening ABP (rente)

Sub-totaal:

Totaal militaire diensttijdpensioenen aantal x f 1,– x f 1000,–

x f 1000,– x f 1000,– x f 1000,– x f 1000,–

x f 1000,–

24 475 24 503 24 684 24 778 24 987 25 717

24 836 26 002 25 728 25 585 25 330 24 620

607 870 637 132 635 069 633 943 632 921 633 164

57 703        68 142        74 742        76 844

0        31266        83 514        80 840

0             617          2 880          6 377

57 703      100 025      161 136      164 061

607 870 716 982 692 772 733 968 794 057 797 225

26 334

24 068

633 800

79 144

78 166

9 771

167 081

800 881

MILITAIRE INVALIDITEITSPENSIOENEN INVALIDITEITSPENSIOENEN EX-DIENSTPLICHTIGEN < 65 JAAR

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar

– toegelicht begrotingsbedrag

x f 1000,–

68 349

69 402

67 254 65 394 63 499

61 369

59 055

INVALIDITEITSPENSIOENEN BEROEPS < 65 JAAR

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar

– toegelicht begrotingsbedrag aantal x f 1,–

x f 1000,–

945            928             894            863            842             828

10 262 10 565 10 521        10 532 10 546 10 553

9 698

9 804

9 406

9 089

8 880

8 738

814 10 557

8 593

INVALIDITEITSPENSIOENEN EX-DIENSTPLICHTIGEN >= 65 JAAR

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar

– toegelicht begrotingsbedrag

INVALIDITEITSPENSIOENEN BEROEPS >= 65 JAAR

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar

– toegelicht begrotingsbedrag

x f 1000,–

32 351

32 427

31 626 30 873

29 947

28 926

28 064

Omschrijving eenheid

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSPENSIOENEN < 15%

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar

– toegelicht begrotingsbedrag

BOVENWETTELIJKE ARBEIDSONGESCHIKTHEID

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar aantal x f 1,–

– toegelicht begrotingsbedrag

x f 1000,–

7 751

7 316

6 939

6 595

6 514

6 650

SUPPLETIEREGELING

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar aantal x f 1,–

0             238             193             148             103               80                  80

0 16 529 16 430 16 412 16 379 16 475           16 475

– toegelicht begrotingsbedrag

x f 1000,–

3 934

3 171

2 429

1 687

1 318

1 318

Andere volumegegevens:

– bovenwettelijke arbeidsongeschiktheid

– suppletie arbeidsongeschiktheid sub-totaal

Totaal militaire invaliditeitspensioenen

00000                    0

00000                    0

00000                    0

01 181791 177 550 172 740 167 820         163 227

UITKERINGSWET GEWEZEN MILITAIREN

– aantallen in uitkeringsjaren – bedrag per uitkeringsjaar

– toegelicht begrotingsbedrag

x f 1000,–

705 422 754 771 756 974 766 641 784 744 807 083

824 614

Overige artikelonderdelen: Sociale zorg Overige uitkeringen Reserve-overdracht Veteranenbeleid

Sub-totaal:

x f 1000,–

130 184 96 744

51 822

49 223 49 224 49 224

49 224

TOTAAL artikel U02.02

x f 1000,–

1 690 290 1 818 337 1 747 162 1 791 952 1 866 251 1 887 704 1 905 188

0

0

RAMINGSKENGETALLEN EN VOLUMEGEGEVENS PER BELEIDSTERREIN

Omschrijving eenheid

1998

1999

2000

2001

2002

2003

2004

Beleidsterrein Koninklijke marine/artikel U03.20

AMBTELIJKE BURGERPERSONEEL

Sterkte begroting 2000

waarvan: – actief personeel – gemiddeld salaris – totale uitgaven

– niet-actief personeel – gemiddeld salaris – totale uitgaven

Totaal ambtelijk burgerpersoneel aantal vte’n

4 548

4 443

4 278

4 267

4 205

4 189

4 189

MILITAIR PERSONEEL

Sterkte begroting 2000

waarvan:

– beroeps onbepaalde tijd

– gemiddeld salaris

– totale uitgaven

– beroeps bepaalde tijd – gemiddeld salaris – totale uitgaven

– ANT-/ARUMIL – gemiddeld salaris – totale uitgaven

Totaal militair personeel aantal vte’n

x f 1000,–

13 268

13 000

12 719

12 505

12 484

12 489

997 132 1010963 992 822 965 155 954 301 951188

12 546

954 257

OVERIGE PERSONELE UITGAVEN