Agnes Kant in Irak-debat: waar is premier Balkenende zo bang voor? (video)

Met dank overgenomen van Socialistische Partij (SP), gepubliceerd op woensdag 4 februari 2009.

De Tweede Kamer debatteert vandaag met premier Balkenende over zijn aankondiging om een eigen commissie in te stellen die de Nederlandse steun aan de Irak-oorlog moet onderzoeken. Als de coalitiepartijen dit accepteren, inclusief het voornemen van de premier om al gestelde Kamervragen de komende negen maanden niet te beantwoorden, is sprake van obstructie van de parlementaire democratie. Dat stelt SP-fractieleider Agnes Kant1, die blijft pleiten voor een écht onderzoek, uitgevoerd door de volksvertegenwoordiging.

De bijdrage van Agnes Kant aan het debat:

Zes jaar geleden gaf Nederland politieke steun aan de oorlog in Irak. Een illegale oorlog die leidde tot zo’n 600.000 dodelijke slachtoffers, meer dan 4 miljoen vluchtelingen, grove schendingen van de mensenrechten en een golf van terreur.

De wereld is voorgelogen, besodemieterd met vervalste informatie. Irak zou massavernietigingswapens bezitten en Saddam Hussein zou een directe bedreiging zijn. Het bleken leugens.

In de belangrijkste betrokken landen zijn inmiddels onderzoeken gedaan. Maar niet in Nederland… En dat terwijl, ook in Nederland, nog steeds veel onduidelijk is. Er zijn nog veel vragen onbeantwoord.

Maar helaas, een parlementaire enquête kwam er niet. Niet omdat er geen meerderheid in de Tweede Kamer is, maar omdat de PvdA zich laat gijzelen door het CDA en een halsstarrige minister-president Balkenende.

Over waarheidsvinding, en over rechten van het parlement onderhandel je niet, maar de PvdA heeft het wel wegonderhandeld bij de coalitiebesprekingen. Minister van Staat Van Mierlo2 zei het gisteren duidelijk: "Ze geven iets weg dat niet van hen is."

Keer op keer is door de SP-fractie en door anderen om openheid en duidelijkheid gevraagd. De SP voerde volop actie, meer dan 100.000 handtekeningen voor openheid over Irak zijn opgehaald. Maar er bleef onduidelijkheid, vragen bleven onbeantwoord, en nieuwe feiten en vragen doken op.

Get the Flash Player to see the wordTube Media Player.

Bekijk de bijdrage van Agnes Kant

Veel onbeantwoorde vragen

Er is geen duidelijkheid over een verzoek om militaire steun en mogelijke militaire betrokkenheid. Geen duidelijkheid over de informatie waar het kabinet over beschikte. Geen duidelijkheid of deze informatie onjuist was en wat het kabinet daarvan wist. Geen duidelijkheid over hoe de afweging heeft plaatsgevonden. Geen duidelijkheid of Nederland iets heeft teruggekregen voor haar politieke steun. Allemaal onbeantwoorde vragen.

Niet gek dus dat minister-president Balkenende met zijn halsstarrigheid langzaam maar zeker in het nauw kwam. Hij moest een uitvlucht verzinnen.

En die kwam, afgelopen maandag: de uitvlucht is een commissie. Maar deze uitvlucht van de minister-president staat een parlementaire enquête in de weg. En is daarmee een obstructie van de parlementaire democratie. En weer is het de PvdA die er mee instemt, die bakzeil haalt, omdat hun eigen kiezersbedrog gemaskeerd moet worden.

Ik heb het mevrouw Hamer een mooie constructie horen noemen. Dit is geen mooie constructie, maar obstructie. En ik hoorde Wouter Bos3 zeggen: “Dit is een gouden gelegenheid”. Terwijl de Tweede Kamer zich gewoon buiten spel laat zetten…

Haar belangrijkste democratisch instrument laat de Kamer zich uit handen nemen. Dat kan niet en dat mag niet. De SP blijft daarom vasthouden aan een parlementaire enquête. Dat is immers het ultieme instrument waar de kamer over beschikt bij waarheidsvinding en verantwoording afleggen. Want laten we niet vergeten waar het hier om gaat: over steun aan een oorlog. Nederlanders hebben recht op de volledige waarheid.

Waar is Balkenende bang voor?

En de GROTE vraag is en blijft natuurlijk: waarom niet? Waarom wil de minister-president nu absoluut geen parlementaire enquête? Waar bent u nou bang voor?

Bent u bang dat er aanwijzingen komen dat de Kamer rondom de besluitvorming voorgelogen is?

Bent u bang dat bewindslieden onder ede moeten toegeven dat er gerommeld is met het bewijsmateriaal, of dat onze eigen informatie onvolledig was?

Bent u bang misschien voor mogelijke bewijzen van een relatie tussen steun aan de oorlog en de benoeming van NAVO-baas Jaap de Hoop-Scheffer4?

Waar bent u nu bang voor?

En waarom steunt de PvdA, die toch voor een parlementaire enquête was, deze uitvlucht? De minister-president wilde geen onderzoek, en nu komt er toch een onderzoek, daarmee is de afspraak die er was toch eenzijdig door de minister-president opgezegd? Dan kan de PvdA nu toch ook haar eigen weg kiezen en een parlementaire enquête steunen?

Het argument van de minister-president dat de aandacht voor de kwestie Irak de aandacht voor de economische crisis begint te overschaduwen en het kabinet zich nu kan richten op de belangrijkste economische uitdaging, is een hele slechte smoes. Hoezo? Een parlementaire enquête wordt toch door een Kamercommissie gedaan en niet door het kabinet?

Spreekverbod

Zonder een parlementaire enquête zal altijd de vraag blijven: wat weten we niet? Met een parlementaire enquête kan de Tweede Kamer hier zelf haar verantwoordelijkheid in nemen zoals het hoort. We kunnen dan betrokkenen verplicht, onder ede en in het openbaar verhoren.

Ongehoord is het dat de minister-president eigenhandig beslist dat zo lang dit onderzoek loopt, openstaande vragen en nieuwe vragen hierover niet beantwoord kunnen worden. Met andere woorden: het kabinet legt zichzelf een spreekverbod op. Op basis van wat denkt u dit te kunnen en te mogen?

Ik mag toch aannemen dat onze minister-president zelf ook wel inziet dat dit obstructie is van de parlementaire democratie? Het kabinet heeft een inlichtingenplicht. Een volksvertegenwoordiger heeft recht op informatie. Als u met uw coalitievriendjes afspreekt elke discussie en kwestie die er nog ligt of nog boven water komt, tijdens het onderzoek te laten rusten, dan moet u dat zelf weten. Maar dat kunnen u en de meerderheid anderen niet opleggen! Dat is een dictatuur van de meerderheid. De meerderheid, de coalitie gaat dan bepalen waar de oppositie wel of niet antwoord op mag krijgen. Gekker moet het niet worden! Dan kan niet, dat is obstructie. Dat is een boycot van parlementaire rechten.

En daar doen wij niet aan mee. Wij zullen waar nodig vragen blijven stellen, en de regering heeft dan te antwoorden. En we eisen ook dat de nog openstaande vragen gewoon worden beantwoord. Door het kabinet, welteverstaan.

Het blokkeren van een parlementaire enquête is een afgang voor onze democratie. Als de meerderheid er niet is in de Tweede Kamer: oké. Maar die meerderheid is er wel, en toch komt de parlementaire enquête er niet.

Functioneren parlement

Van Mierlo waarschuwde gisteren dat de verstrengeling van de macht en de controle op de macht op een dodelijke omhelzing begint te lijken. Want je ziet nu dat ten behoeve van de vorming van de macht, een kabinet, wordt afgesproken dat op een bepaald punt de controle niet geldt. Dat vergroot het wantrouwen van de bevolking ten aanzien van de Tweede Kamer, de regering en dus de politiek in het algemeen.

De regering regeert, het parlement controleert. Zo hoort het althans te zijn. Maar de coalitiepartijen proberen van het parlement een mak lam te maken, juist op het moment dat het een leeuw zou moeten zijn. Zo wordt wederom een zwarte bladzijde toegevoegd aan dit toch al beschamende hoofdstuk van onze geschiedenis.


  • origineel bericht: 'Agnes Kant in Irak-debat: waar is premier Balkenen...'

Meer over ...

  • A.C. (Agnes) Kant
  • Socialistische Partij (SP)

  • 1. 
    Bevlogen Tweede Kamerlid en enige tijd partijleidster van de SP. In Nijmegen gepromoveerd in de medische wetenschappen en aanvankelijk wetenschapper. Kwam in 1994 in de gemeenteraad van Doesburg en werd beleidsmedewerker van de Kamerfractie. Vanaf 1998 Tweede Kamerlid, dat zich vooral bezighield met de zorgsector. Kwam krachtig op voor de belangen van zorgconsumenten. Fel, vasthoudend debatester, die daardoor soms wel iets drammerigs had. Was in 2008 de logische opvolgster van Jan Marijnissen, maar kon diens populariteit niet benaderen en trad na de teleurstellende raadsverkiezingen van 2010 terug. Is sinds 2013 directeur van Lareb, een onderzoeksinstituut voor bijwerking van medicijnen en sinds 2024 bijzonder hoogleraar in Leiden.
     
  • 2. 
    Voornaamste oprichter en lange tijd voorman van D66. Was afkomstig uit een katholiek ondernemersgezin en was journalist bij het Handelsblad. Wist in 1967, na een op Amerikaanse wijze gevoerde campagne en dankzij een uitstekende p.r., zijn partij met 7 zetels in de Kamer te loodsen. Voorstander van samenwerking met de PvdA. Trad na de verkiezingsnederlaag van D66 in 1972 terug als partijleider. Keerde in 1981 terug in de politiek als minister van Defensie en in 1986 als leider van D66. Onder zijn leiding behaalde zijn partij in 1989 en 1994 zeer goede verkiezingsuitslagen. Bekroonde die tweede winst met de vorming van een 'paars' kabinet (Kok I), zonder confessionelen. Werd daarin zelf minister van Buitenlandse Zaken en vicepremier. Levensgenieter, die vele contacten in de culturele wereld had en charmante intellectueel, die mensen wist te binden.
     
  • 3. 
    Uit het bedrijfsleven afkomstige partijleider van de PvdA in de jaren 2002-2010. Werkte na zijn studie economie en politicologie ruim negen jaar in binnen- en buitenland voor Shell. Werd daarna Tweede Kamerlid en spoedig staatssecretaris van Financiën. In 2002 de eerste direct gekozen lijsttrekker van de PvdA. Leidde in 2003 zijn partij naar electoraal herstel, maar zag onderhandelingen met het CDA mislukken. Na vier jaar oppositie in 2007 vicepremier en minister van Financiën. Oogstte waardering voor de wijze waarop hij de gevolgen van de internationale financiële crisis aanpakte. Niet lang na de breuk in het kabinet-Balkenende IV koos hij voor zijn jonge gezin en verliet hij de politiek. Goed debater, die echter soms aarzelde over de koers van zijn partij. Tegenstanders betichtten hem daarom wel van 'draaien'. Was bestuursvoorzitter van VU Medisch Centrum en is nu voorzitter van het bestuur van Menzis.
     
  • 4. 
    CDA-politicus en diplomaat. Begon zijn loopbaan als ambassadesecretaris in Ghana en werd later secretaris van de minister van Buitenlandse Zaken. Kreeg als Tweede Kamerlid snel een goede naam als woordvoerder asielbeleid en buitenlandse zaken en volgde in 1997 Heerma op als fractievoorzitter. Slaagde er echter niet in de neergang van zijn partij om te buigen en aan zijn politiek leiderschap kwam najaar 2001 een einde na een machtsstrijd met partijvoorzitter Van Rij. Maakte in juli 2002 een comeback als minister van Buitenlandse Zaken in het kabinet-Balkenende I. Stond bekend als atlanticus en zijn benoeming in december 2003 tot secretaris-generaal van de NAVO was daar feitelijk een logisch uitvloeisel van. Hij bekleedde aan de Leidse universiteit de Pieter Kooijmans-leerstoel. Is sinds 2018 minister van staat. Sportieve telg van een bekende Amsterdamse familie.