30097 - Wijziging van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, de Wet kinderopvang, de Huursubsidiewet en enige andere wetten
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 27 april 2005 ingediend door de staatssecretaris van Financiën, Wijn1.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen vóór de inwerkingtreding te wijzigen in verband met het introduceren van de mogelijkheid van toezending van vooringevulde aanvraagformulieren door de Belastingdienst/Toeslagen; dat het wenselijk is bij die gelegenheid de benamingen «huursubsidie» en «tegemoetkoming kinderopvang» wettelijk te wijzigen in «huurtoeslag» respectievelijk «kinderopvangtoeslag».
Inhoudsopgave
Wijziging van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen, de Wet kinderopvang, de Huursubsidiewet en enige andere wetten
Bij dit wetsvoorstel werden twee nota's van wijziging en een amendement ingediend. (17 stuks)2 |
27 april 2005, koninklijke boodschap, nr. 1
KST86335 Koninklijke boodschap publicatie: 9 mei 2005 |
2 |
27 april 2005, voorstel van wet, nr. 2
KST86336 Voorstel van wet publicatie: 9 mei 2005 |
2 |
27 april 2005, memorie van toelichting, nr. 3
KST86337 Memorie van toelichting publicatie: 9 mei 2005 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.Jonge, debatvaardige econoom die als CDA-politicus snel carrière maakte in Den Haag. Kwam uit de bankwereld en werd op 29-jarige leeftijd Tweede Kamerlid. Stemde in 2000, anders dan zijn fractie, vóór openstelling van het huwelijk voor mensen met hetzelfde geslacht. Na vier jaar staatssecretaris van Economische Zaken in het kabinet-Balkenende I. Als vertrouweling van fractieleider Balkenende speelde hij een belangrijke rol bij de mislukte poging om in 2003 een CDA-PvdA-kabinet te vormen. Kort daarna werd hij staatssecretaris van fiscale zaken in het kabinet-Balkenende II. Zorgde dat er één loket kwam voor alle inkomensafhankelijke regelingen. Nadat hij minister van Economische Zaken was geweest in het kabinet-Balkenende III werd verwacht dat hij fractievoorzitter zou worden. Hij keerde echter terug naar het bankwezen en was bestuurder van een fintechbedrijf.
- 2.Getalenteerde, nogal serieuze PvdA-politica, die na onderzoeker, beleidsmedewerker en universitair docent te zijn geweest, al snel een prominent Tweede Kamerlid werd. Hield zich bezig met volksgezondheid, sociale zaken en cultuur en was bij de mislukte formatie van 2003 secondant van partijleider Wouter Bos. In het kabinet-Balkenende IV was zij als staatssecretaris verantwoordelijk voor onder meer medische ethiek, de wmo, zorg, ouderenbeleid en sport. Keerde, na ruim anderhalf jaar rector van de Hogeschool van Amsterdam te zijn geweest, in 2012 in Rutte II terug als minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Voerde het omstreden sociaal leenstelsel in. Werd in 2018 hoogleraar in Leiden aan de medische en de governance faculteit. Haar vader overleefde als jongen de Japanse kampen en zij schreef daar een boek over. Was al jong maatschappelijk betrokken.
- 3.Limburgse VVD-politicus, die na financieel woordvoerder van de Tweede Kamerfractie te zijn geweest in 2010 staatssecretaris van Financiën in het kabinet-Rutte I werd. Hij bleef dat in het kabinet-Rutte II, maar moest voortijdig aftreden, omdat zijn positie was ondermijnd door ernstige problemen bij de belastingdienst met de verwerking van toeslagen. Een nauwe band met de omstreden Roermondse VVD'er Jos van Rey had hem eerder al in problemen gebracht. Voor hij in 1998 Kamerlid werd, was hij advocaat en geruime tijd gemeenteraadslid (fractievoorzitter) in Weert. Na zijn aftreden als staatssecretaris waarnemend burgemeester van Heerlen en van Beek. In 2016-2020 was hij bewindvoerder bij de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling. Tegenwoordig is de heer Weekers secretaris-generaal van de Benelux Unie.
- 4.Pieter Omtzigt (1974) was met korte onderbreking vanaf 3 juni 2003 tot en met 13 mei 2025 lid van de Tweede Kamer. Vanaf 2023 was hij partijleider van het door hem opgerichte Nieuw Sociaal Contract, waarmee hij twintig zetels haalde. Voordien was hij lid van de CDA-fractie, die hij verliet na langdurig aanhoudende frictie. Stond bekend als 'dossiervreter', vooral in de toeslagenaffaire. Zette zich als econometrist verder veel in voor onderwerpen als pensioenen en belastingen. Was daarnaast actief in de Raad van Europa, namens welke hij een schandaal in Malta blootlegde. Trad in 2025 terug, nadat het na meerdere pauzes niet gelukt was te herstellen van een burn-out.