28223 - Wet lidmaatschap koninklijk huis
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 7 februari 2002 ingediend door de minister van Algemene Zaken, Kok1, de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, De Vries2, en de minister van Justitie, Korthals3.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is een nieuwe regeling inzake het lidmaatschap van het koninklijk huis krachtens artikel 39 Grondwet vast te stellen alsmede enkele voorzieningen inzake de daaraan verbonden titels en namen te treffen.
Inhoudsopgave
Regeling van het lidmaatschap koninklijk huis alsmede daaraan verbonden titels (Wet lidmaatschap koninklijk huis)
Bij dit wetsvoorstel werden een nota van wijziging en drie amendementen ingediend.2 |
7 februari 2002, memorie van toelichting, nr. 3
KST59444 Memorie van toelichting over het voorstel voor de Wet lidmaatschap koninklijk huis publicatie: 18 februari 2002 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.Minister-president die acht jaar lang een coalitie leidde met daarin de politieke tegenvoeters PvdA en VVD (de paarse kabinetten). Was van betrekkelijk eenvoudige komaf en klom via de vakbond op tot minister. Volgde in 1986 Den Uyl op als partijleider en was minister van Financiën in het derde kabinet-Lubbers. Voerde een stringent ombuigingsbeleid. Dat beleid werd onder zijn premierschap (Paars I) voortgezet en leidde tot groei van de werkgelegenheid. Kreeg als minister-president te maken met het debacle in Srebrenica en de bijna-crisis rond het huwelijk van de kroonprins. Zijn tweede kabinet was vooral in de laatste periode minder succesvol door problemen in de zorg en het onderwijs en dat leidde mede tot een verkiezingsnederlaag van de PvdA. Werd in 2003 minister van staat. Integere, resultaatgerichte en meer op samenbinden dan op bezielen ingestelde rasbestuurder. Internationaal gerespecteerd. Kon soms wat nors zijn als er in zijn ogen onterechte kritiek was.
- 2.Dominante PvdA-politicus met een grote staat van dienst. Zoon van een protestantse Limburgse leraar. Studeerde staatsrecht na eerst in de VS een opleiding voor acteur te hebben gevolgd. Onderscheidde zich in de Tweede Kamer al jong als defensiewoordvoerder en was daarna onder meer fractiesecretaris en voorzitter van de enquêtecommissie bouwsubsidies. Na hoofddirecteur van de VNG en voorzitter van de SER te zijn geweest, keerde hij in 1998 terug in de Haagse politiek als minister van Sociale Zaken in het kabinet-Kok II. In 1999 stapte hij over naar Binnenlandse Zaken. Kwam in 2002 als één van de weinige paarse ministers terug in de Kamer en dong mee naar het leiderschap van de PvdA. Kruiste vaak de degens met minister Verdonk over het asielbeleid. Na 2007 acht jaar een prominent Eerste Kamerlid. Scherp debater, die met een nuchtere zakelijkheid zijn tegenstanders nooit spaarde.
- 3.Rotterdamse advocaat die in de VVD tot de vooruitstrevende vleugel hoorde. Kwam in 1982 in de Tweede Kamer en maakte deel uit van de enquêtecommissie RSV. Nam in tegenstelling tot Joekes afstand van de negatieve conclusie over zijn partijgenoot Van Aardenne. Woordvoerder justitie en studiefinanciering. Klom later op tot vicefractievoorzitter. Minister van Justitie in het kabinet-Kok II en van Defensie in het kabinet-Balkenende I. Trad af nadat in het rapport van enquêtecommissie bouwfraude was geconcludeerd dat hij de Kamer onvolledig had geïnformeerd. Tegenstander van te grote inperking van de persoonlijke levenssfeer. Hem werd soms verweten tamelijk lui te zijn, maar hij bracht niettemin de nodige wetgeving tot stand. Was in 2011-2014 voorzitter van de VVD.
- 4.PvdA-politicus en burgemeester, die in Tweede en Eerste Kamer woordvoerder was voor staatsrechtelijke vraagstukken, het koninklijk huis en binnenlands bestuur. Bouwde als Tweede Kamerlid op die terreinen snel een goede naam op. Hield zich ook bezig met hoger onderwijs en was een pleitbezorger voor LHBTI-rechten. Voor zijn Kamerlidmaatschap medewerker staatsrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen, particulier secretaris van minister Ritzen en stafmedewerker van de WBS. Werd in 2004, anderhalf jaar na zijn vertrek uit de Tweede Kamer, burgemeester in Naarden en bleef dat vijfenhalf jaar. Was in die tijd tevens Eerste Kamerlid (2007-2009). Zijn burgemeesterschap van Groningen eindigde na ruim vier jaar voortijdig. Keerde vanaf 2017 terug als waarnemend burgemeester van respectievelijk Zaltbommel, Bergen (NH), Dijk en Waard (NH) en Voorne aan Zee (ZH) en sinds 2025 Alphen aan den Rijn.
- 5.In de Achterhoek geboren, maar in Zeeland woonachtige VVD'er die algemeen als een deskundig en gewaardeerd Tweede Kamerlid werd beschouwd. Aanvankelijk hield hij zich vooral bezig met milieu, visserij en waterstaat. Later werd hij eerste woordvoerder op het gebied van staatsrechtelijke onderwerpen en het koninklijk huis. Vóór hij Kamerlid werd, werkte hij bij een gemeente, een waterschap en de provincie Zeeland.
- 6.Waterstaatsdeskundige, die promoveerde op een dissertatie over waterstaatsrecht. Als SGP-Tweede Kamerlid hield hij zich evenwel ook bezig met onder meer binnenlands bestuur, defensie, buitenlandse zaken en volkshuisvesting. Voor hij in de Kamer kwam, was hij in dienst van de Provincie Overijssel. Werkzaam en gewaardeerd Kamerlid met groot historisch besef. Lidmaat van één van de meest orthodox-gereformeerde kerkgenootschappen.
- 7.CDA'er op de rechterflank en 'spindoctor' avant la lettre. Zoon van een katholieke officier en opgegroeid in 't Gooi. Was leraar in Hilversum en Bussum en daarna politiek verslaggever van het NOS Journaal. Speelde als voorlichter een belangrijke rol bij het uitdragen van pijnlijke maatregelen door minister Ruding. Was vervolgens twaalf jaar een invloedrijk Tweede Kamerlid van het CDA en onder meer fractiesecretaris. Na vier jaar voorzitterschap van het College van Zorgverzekeringen Eerste Kamerlid en in 2010 verrassend minister van Defensie in het kabinet-Rutte I. Moest toen noodgedwongen flinke bezuinigingen accepteren en verdedigen. Politicus die niet schuwde door ferme uitspraken voor de nodige reuring te zorgen.
- 8.Gedegen en gerespecteerd lid van de Tweede Kamerfracties van GPV en ChristenUnie, die na vier jaar Eerste Kamerlidmaatschap minister van Defensie werd in het kabinet-Balkenende IV. Had het in die laatste functie veel moeilijker, onder andere vanwege de discussies rond de vredesmissie in Afghanistan. Zijn politieke loopbaan begon hij als medewerker van de Tweede Kamerfractie van het GPV, waarna hij in 1989 zelf Kamerlid werd. Hield zich met uiteenlopende onderwerpen bezig. Leidde in 1995-1996 het parlementaire onderzoek naar klimaatverandering. Daarnaast was hij nauw betrokken bij de parlementaire nasleep van het Srebrenicadrama en het vastleggen van betrokkenheid van de Tweede Kamer bij militaire missies. Na het uittreden van de PvdA-ministers was hij in 2010 acht maanden tevens minister voor Wonen, Wijken en Integratie.
- 9.Gedurende ruim twaalf jaar woordvoerster van de D66-Tweede Kamerfractie op het terrein van het binnenlands bestuur en een gedegen pleitbezorgster van bestuurlijke vernieuwing. Was wetenschappelijk medewerker staats- en administratiefrecht in Leiden, wetgevingsjuriste op het ministerie van Binnenlandse Zaken, (vice)partijvoorzitter, gemeenteraadslid en wethouder. Behalve bestuur en democratie hadden ook het politie- en ambtenarenbeleid en de relaties met de Antillen haar belangstelling. Echtgenote van oud-staatssecretaris Michiel Scheltema.
- 10.Kees Vendrik (1963) was in de periode 1998-2010 was hij Tweede Kamerlid, in 2011-2017 lid van de Algemene Rekenkamer en in de jaren 2019-2022 lid van de GroenLinks-Eerste Kamerfractie. Als Tweede Kamerlid was hij woordvoerder op het gebied van milieu, zorg, hoger onderwijs en energiebeleid en ook geruime tijd financieel-economisch woordvoerder. Voor hij Tweede Kamerlid werd, was de heer Vendrik medewerker van de Kamerfracties van PSP en GroenLinks en chef-programmering bij politiek-cultureel centrum 'De Balie'. Van april 2017 tot juli 2022 was hij hoofdeconoom bij de Triodos Bank. Als Eerste Kamerlid hield hij zich bezig met financieel-economische onderwerpen. Sinds 3 november 2022 is de heer Vendrik voorzitter van het platform voor maatschappelijk dialoog en reflectie klimaatbeleid.