26389 - Goedkeuring van het Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 4 februari 1999 ingediend door de minister van Buitenlandse Zaken, Van Aartsen1, de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Borst-Eilers2, en de Minister voor Grote Steden- en Integratiebeleid, Van Boxtel3.
Goedkeuring van het op 1 februari 1995 te Straatsburg tot stand gekomen Kaderverdrag inzake de bescherming van nationale minderheden
Bij dit dossier werden in de Tweede Kamer een motie en in de Eerste Kamer twee moties ingediend.2 |
4 februari 1999, memorie van toelichting, nr. 3
KST33552 Memorie van toelichting publicatie: 10 februari 1999 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.VVD-politicus, maar zoon van een Haagse ARP-bestuurder en minister. Begon zijn loopbaan bij de VVD-Tweede Kamerfractie, onder meer als ambtelijk secretaris, en was daarna directeur van de Telders-stichting en medewerker van minister Wiegel. Na secretaris-generaal van Binnenlandse Zaken te zijn geweest, werd hij minister van Landbouw in het kabinet-Kok I. Startte een grootschalige saneringsoperatie in de varkenshouderij. Minister van Buitenlandse Zaken in het tweede kabinet-Kok. Werd in 2002 Kamerlid en in 2003 fractievoorzitter van de VVD. Mocht zich echter niet politieke leider noemen en stapte na de verloren raadsverkiezingen van 2006 op. Stond als burgemeester van Den Haag (2008-2017) goed aangeschreven bij de bevolking. Was in 2017 waarnemend commissaris van de Koning in Drenthe en van december 2017 tot juli 2018 waarnemend burgemeester van Amsterdam.
- 2.Minister van Volksgezondheid in de kabinetten-Kok en bij de verkiezingen 1998 lijsttrekker van D66. Werd na een loopbaan als arts, ziekenhuisdirecteur, hoogleraar en vicevoorzitter van de Gezondheidsraad minister in het kabinet-Kok I en in het Kok II tevens vicepremier. Tijdens haar ministerschap werden medisch-ethische kwesties geregeld zoals euthanasie, medisch-wetenschappelijk onderzoek en onderzoek met embryo's. Kreeg als minister te maken met de problematiek van wachtlijsten in de zorg en het tekort aan medisch personeel en werd hierover fel aangevallen door de oppositie van links en rechts. Deskundige minister die veel wetgeving tot stand bracht. Riep door haar liberale opvattingen in medisch-ethische kwesties in sommige kringen wel weerstand op, maar werd algemeen geacht als een wijze en betrokken bewindsvrouw.
- 3.D66-politicus die spoedig een gewaardeerd Tweede Kamerlid werd en in 1998 minister zonder portefeuille in het kabinet-Kok II belast met grotesteden-, integratie- en overheidscommunicatiebeleid. Was voor hij in de politiek kwam werkzaam bij de VNG, organisatie-adviseur, interim-manager en vicevoorzitter van de landelijke stichting projecten opvang asielzoekers. In de Kamer woordvoerder volksgezondheid en minderhedenbeleid en vicefractievoorzitter. Bracht een initiatiefwet tot stand over de aanstellingskeuring. Als minister net zo vlot en gewoon in de omgang als hij dat als Kamerlid was. Verliet de politiek na de verkiezingsnederlaag van 'paars' in 2002. Sinds 2003 was hij werkzaam bij zorgverzekeraar Menzis Zorg en daarvan was hij in 2004-2015 bestuursvoorzitter. Was daarna vijf jaar president-directeur van de Nederlandse Spoorwegen.
- 4.Boerendochter, die via functies bij het CNV (onder andere als voorzitter van de CNV-Jongeren) voor het CDA in de Tweede Kamer kwam. Behoorde als woordvoerster sociale zaken, met dossiers als inkomensbeleid, v.u.t. en prepensioen en WAO, tot de prominente fractieleden en werd later ook vicefractievoorzitter. Was verder enige tijd eerste ondervoorzitter van de Kamer. Stemde, zelf lesbiënne zijnde, anders dan haar fractie vóór het mogelijk maken van het homohuwelijk. In het kabinet-Balkenende IV kreeg zij als minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit onder meer te maken met de uitbraak van Q-koorts en verder speelden zaken als de hervorming van het Europees landbouwbeleid en de ontpoldering van de Hedwigepolder. Keerde in 2010 terug in de Kamer als woordvoerster energiebeleid en voorzitter van de commissie voor Europese Zaken. In 2011-2015 was zij permanent vertegenwoordiger bij de wereldvoedselorganisatie (FAO).
- 5.Amsterdamse sociaaldemocraat en journalist. Was op latere leeftijd één periode Tweede Kamerlid voor de PvdA. Aanvankelijk onderwijzer en daarna redacteur bij weekblad De Groene Amsterdammer en directeur van de WBS, het wetenschappelijk instituut van de PvdA. Nadien zeven jaar hoofdredacteur van Het Parool. Na zijn vertrek uit de journalistiek deelgemeenteraadslid in de Bijlmer. Zijn Kamerlidmaatschap werd deels overschaduwd door ziekte en hij speelde in die functie een veel minder opvallende rol dan van hem verwacht werd. Zoon van de communist Henk Gortzak.
- 6.Gedegen en gerespecteerd lid van de Tweede Kamerfracties van GPV en ChristenUnie, die na vier jaar Eerste Kamerlidmaatschap minister van Defensie werd in het kabinet-Balkenende IV. Had het in die laatste functie veel moeilijker, onder andere vanwege de discussies rond de vredesmissie in Afghanistan. Zijn politieke loopbaan begon hij als medewerker van de Tweede Kamerfractie van het GPV, waarna hij in 1989 zelf Kamerlid werd. Hield zich met uiteenlopende onderwerpen bezig. Leidde in 1995-1996 het parlementaire onderzoek naar klimaatverandering. Daarnaast was hij nauw betrokken bij de parlementaire nasleep van het Srebrenicadrama en het vastleggen van betrokkenheid van de Tweede Kamer bij militaire missies. Na het uittreden van de PvdA-ministers was hij in 2010 acht maanden tevens minister voor Wonen, Wijken en Integratie.
- 7.Actieve, cultuurminnende D66-politica uit Rotterdam, die zich als Tweede Kamerlid vooral bezighield met monumentenzorg en ruimtelijke ordening. Was aanvankelijk fysiotherapeute en later dagelijks bestuurder van de deelgemeente Rotterdam-Centrum-Noord, raadslid (en fractievoorzitter) in Rotterdam en directeur van Stichting Cruise Rotterdam. Hield zich in de Kamer ook bezig met grotesteden- en integratiebeleid, scheepvaart, midden- en kleinbedrijf en sport. Tevens was zij lid van de parlementaire enquêtecommissie bouwnijverheid. In 2008-2014 was zij burgemeester van Opsterland en van 2014 tot 2022 was zij dat van Pijnacker-Nootdorp.
- 8.Spraakmakend en niet geheel onomstreden Tweede Kamerlid voor GroenLinks van Surinaams-hindoestaanse afkomst. Kreeg vooral bekendheid door haar opmerkelijke vertrek uit de politiek, waarbij zij had meegedeeld ongeneeslijk ziek te zijn, hetgeen later bleek onjuist te zijn. Beschikte als raadslid in Amsterdam en als leidster van een informatiepunt voor migranten over een eigen achterban. Als Tweede Kamerlid niet zo opvallend, al was zij wel lid van de enquêtecommissie vliegramp Bijlmermeer. Voelde zich zeer betrokken bij de slachtoffers van die ramp en legde later een verband tussen haar gefingeerde ziekte en de psychische druk die dat tot gevolg had gehad.
- 9.Kees van der Staaij (1968) is sinds 1 juni 2024 staatsraad bij de Afdeling advisering van de Raad van State. Hij was van 19 mei 1998 tot 6 december 2023 Tweede Kamerlid voor de SGP. De heer Van der Staaij was in 2010-2023 politiek leider van de SGP. Hij was eerder adjunct-chefjurist bij de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State. In de Tweede Kamer hield hij zich onder meer bezig met algemene politiek onderwerpen, veiligheid en justitie, buitenlandse zaken, Koninklijk Huis en volksgezondheid, welzijn en sport. Hij zat verder een werkgroep voor die de herziening van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer voorbereidde en in 2021 een werkgroep over versterking van de positie van de Tweede Kamer. Bij zijn vertrek was hij de nestor van de Kamer.
- 10.Sportleraar en -bestuurder die elf jaar Tweede Kamerlid voor de VVD was. Was leraar lichamelijke opvoeding en docent aan de Academie voor Lichamelijke Opvoeding in Groningen en daarna adviseur voor bouw van sportaccomodaties. Hij was tevens actief als gemeenteraadslid. In de Kamer hield hij zich vooral bezig met Antilliaanse zaken en met sportbeleid, na eerder woordvoerder vreemdelingenbeleid te zijn geweest. Verder maakte hij deel uit van het Presidium van de Kamer en was hij fractiesecretaris. Hij zette zich vooral in voor het stimuleren van sportbeoefening. In 2005-2008 was hij burgemeester van Tynaarlo en in 2014-2019 was hij dat in Noordwijk. In de periode 2019-2024 was hij burgemeester van Smallingerland.
- 11.Beschouwende Groningse staatsrechtgeleerde, die als senator voor het CDA een gedegen inbreng had in debatten over bestuur, constitutie, justitie en media. Daarnaast was hij in de Eerste Kamer voorzitter van de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Zoon van een Friese katholieke onderwijzer. Was universitair hoofddocent en bijzonder hoogleraar decentrale overheden in Groningen en in de Martinistad tevens gemeenteraadslid. Liefhebber van debatten over het staatsrecht en hij was daarbij dan ook geregeld bij de interputiemicrofoon te vinden.
- 12.Voormalige belastingrechter die acht jaar fiscaal woordvoerder van de VVD-Eerste Kamerfractie was. Hij was achtereenvolgens belastinginspecteur, wetenschapper en raadsheer en vicepresident van het Gerechtshof in Amsterdam. Sprak met veel gezag over zijn specialisme en kon zo zijn invloed op onder meer de Wet waardering onroerende zaken doen gelden.
- 13.Bescheiden, principiële, pijprokende jurist uit Uddel op de Veluwe, die vijfentwintig jaar een alom gerespecteerd Eerste Kamerlid voor de SGP was. Kwam uit een boerengezin. Hij combineerde het Eerste Kamerlidmaatschap achtendertig jaar met de functie van beleidsmedewerker van de SGP-Tweede Kamerfractie. Was daarnaast geruime tijd Statenlid in Gelderland. Als lid van een kleine fractie, één periode zelfs een eenmansfractie, woordvoerder bij honderden kamerdossiers. Hoewel zijn stem in de Senaat soms de doorslag kon geven, stelde hij zich altijd nuchter en zakelijk op.
- 14.Natuurkundige, jeugdboekenschrijver en D66-voorman; na Van Mierlo hét gezicht van D66. In 1971 Tweede Kamerlid en in 1973 fractievoorzitter. Wist in 1976 zijn partij te redden en vervolgens naar electoraal succes te leiden. Vicepremier en minister van Economische Zaken in het tweede kabinet-Van Agt. Botste toen vaak met zijn collega-minister Den Uyl en kwam zowel binnen als buiten zijn partij onder vuur te liggen. Werd in 1982 met tegenzin weer lijsttrekker, maar verdween na de voor D66 teleurstellende verkiezingen enige jaren van het politieke toneel. In 1991 de eerste D66-Commissaris van de Koningin en later nog vier jaar senator. Kalme, vriendelijke domineeszoon, die als de verpersoonlijking van 'het redelijke alternatief' (de slogan van zijn partij) bekendstond en door velen werd getypeerd als 'de ideale schoonzoon'.
- 15.Amsterdamse, gepassioneerde sociaaldemocraat, die als Joodse jongen de bezetting overleefde en daarna een onvermoeibaar mensenrechtenstrijder werd. Vanuit de WBS, het wetenschappelijk bureau van de PvdA, spoedig raadslid in Amsterdam en vooraanstaand Tweede Kamerlid, dat zich met binnenlandse zaken en verkeer bezighield. Ten tijde van het kabinet-Den Uyl fractievoorzitter en in 1977 onderhandelaar bij de mislukte formatie. Werd daarna (opnieuw) woordvoerder staatkundige vernieuwing en in 1981 minister van Binnenlandse Zaken in het kabinet-Van Agt II. Vanaf 1983 tien jaar een populaire burgemeester van Amsterdam die veel betrokkenheid toonde met de stad in alle facetten. Keerde in 1994 terug als minister, maar de IRT-affaire dwong hem tot voortijdig aftreden. Speelde als senator in 2005 een cruciale rol bij het 'afschieten' van het voorstel voor de gekozen burgemeester. Goed bestuurder en debater; cultuur- en sportliefhebber.
- 16.Uit de PSP afkomstige senator van GroenLinks, die ondanks door hem regelmatig geopperde bezwaren tegen het instituut een actief lid van de Eerste Kamer was. Hield zich onder andere bezig met onderwerpen op het gebied van bestuurlijke vernieuwing en was daarnaast woordvoerder financiën, Antilliaanse zaken en Europese samenwerking. Opmerkelijk was het op zijn verzoek gehouden interpellatiedebat over een ingezonden brief van Prins Bernhard aan De Volkskrant. Was voorzitter van GroenLinks, schrijver van reis- en wandelgidsen en veranderingsmanager bij stadsdeel Amsterdam-Oost/Watergraafsmeer. Verder was hij gemeenteraadslid in Bussum en Amsterdam.
- 17.VVD-burgemeester en Senaatsvoorzitter, met een lange staat van dienst in het openbaar bestuur. Na ambtenaar en raadslid te zijn geweest al op 31-jarige leeftijd burgemeester van Leersum. Daarna volgden Vught en Apeldoorn, in welke gemeente hij in 2009 te maken kreeg met het gewelddadige incident op Koninginnedag. Was twaalf jaar Eerste Kamerlid, waarvan een half jaar fractievoorzitter. Voorzitter van de commissie voor Buitenlandse Zaken en in 2011 Kamervoorzitter. Kreeg in 2013 veel waardering voor de organisatie en het leiden van de Verenigde Vergadering waarin de Koning werd ingehuldigd. Vanwege commotie over de samenstelling van de commissie van in- en uitgeleide trad hij enkele maanden daarna af. Was enkeler keren waarnemend burgemeester, onder meer in Amstelveen. Gedegen, stabiele, pijprokende bestuurder en 'geboren' voorzitter.
- 18.Fries Eerste Kamerlid voor de Onafhankelijke Senaatsfractie en in perioden (eerst acht jaar en later nog eens vier jaar) een eenling in de Senaat. Hield zich dan ook met uiteenlopende onderwerpen bezig, waarbij Europa, maar ook onderwijs, cultuur en de Antillen zijn speciale belangstelling hadden. Lid en voorzitter zijnde van de Fryske Nasjonale Partij, een partij waarvoor hij in de Staten van Fryslân zat, kwam hij tevens op voor de Friese taal en cultuur. Hij was als leraar economie, conrector en lid van de Centrale Directie van het Dockingacollege in Dokkum lange tijd werkzaam in het onderwijs.
- 19.Energieke, strijdbare en debatvaardige Brabantse SP-politicus; eerst drie jaar in de Eerste Kamer en daarna, vanaf 2006, ruim veertien jaar in de Tweede Kamer. Was als docent geschiedenis verbonden aan de Universiteit van Amsterdam en daarna directeur van het wetenschappelijk bureau van de SP, waarvan hij later voorzitter werd. Als Kamerlid woordvoerder op het gebied van het binnenlands bestuur, constitutionele zaken, koninklijk huis, kiesrecht, beloning ambtsdragers, werkwijze van de Kamer, Koninkrijksaangelegenheden en veiligheid. Was tevens lid van het Presidium. Bracht in 2016 een wet over bescherming van klokkenluiders tot stand en had in 2020 succes met een voorstel in eerste lezing over het correctief referendum. Sinds 1 april 2021 is hij hoogleraar 'Erasmiaanse waarden' aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Hij promoveerde eerder op een studie over het 19-eeuwse conservatisme.
- 20.Rechtsgeleerde van D66-huize die als wetenschapper en politicus in de voetstappen van zijn leermeester Jan Vis stapte. Was docent staatsrecht en later bijzonder hoogleraar gemeenterecht/gemeentekunde (Thorbecke-leerstoel) in Leiden en bijzonder hoogleraar 'rechten decentrale overheden' (Oppenheim-leerstoeel) in Groningen. Kwam in 2004 in de Eerste Kamer en werd in 2010 fractievoorzitter, een functie die hij in 2018-2019 nog eens bekleedde. Sprak veelvuldig in debatten over binnenlands bestuur en constitutioneel bestel, maar ook over justitiële onderwerpen, zorg en integratie. Was voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Hoge Colleges van Staat/Algemene Zaken en Huis der Koningin. Van september 2018 tot 1 januari 2021 was hij waarnemend burgemeester van Loppersum.
- 21.Spraakmakende politica in het post-Fortuyn-tijdperk. Kreeg na haar studie in Nijmegen leidinggevende functies bij onder meer het gevangeniswezen en werd in 2003 als 'buitenstaander' minister voor Vreemdelingenbeleid en Integratie in het tweede kabinet-Balkenende. Was daarna het boegbeeld van het strengere asielbeleid en greep haar toenemende populariteit aan om zich te mengen in de leiderschapsstrijd bij de VVD. Zij werd echter verslagen door Rutte, maar kreeg bij de Kamerverkiezingen in 2006 als nummer twee wel meer stemmen. Claimde toen een leidende rol in de VVD en werd later uit de fractie gezet. De door haar in 2008 opgerichte beweging 'Trots op Nederland' bleek uiteindelijk geen succes. Sinds 2022 is zij raadslid voor Hart voor Den Haag.