25369 - Wet stimulering arbeidsdeelname minderheden

Dit is een beperkte versie

U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.

Dit wetsvoorstel werd op 26 mei 1997 ingediend door de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, Melkert1.

 

Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het wenselijk is de Wet bevordering evenredige arbeidsdeelname allochtonen aan te passen teneinde de effectiviteit van de wet te bevorderen door stroomlijning van bestaande procedures en een beperking van de administratieve belasting van werkgevers.

Inhoudsopgave

  1. Volledige titel
  2. Nota's van wijziging en amendementen
  3. Moties
  4. Documenten
  5. Disclaimer
  6. Uitgebreide versie
  7. Parlementaire Monitor

1.

Volledige titel

Wijziging van de Wet bevordering evenredige arbeidsdeelname allochtonen in verband met het vergroten van de effectiviteit van de wet (Wet stimulering arbeidsdeelname minderheden)

2.

Nota's van wijziging en amendementen

Bij dit wetsvoorstel werden twee nota's van wijziging, een nota van verbetering en drie amendementen ingediend.

3.

Moties

Bij dit dossier werden in de Tweede Kamer vier moties ingediend.

4.

Documenten

2 26 mei 1997, memorie van toelichting, nr. 3     KST21497
Memorie van toelichting
publicatie: 30 mei 1997
 

5.

Disclaimer

Dit dossier is automatisch samengesteld. Aan de technische programmering is veel zorg besteed. Een garantie op de juistheid van de gebruikte bronnen en het samengestelde resultaat kan echter niet worden gegeven.

6.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.

7.

Parlementaire Monitor

Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.


  • 1. 
    Gewiekste en ambitieuze PvdA-politicus die in 2002 Wim Kok opvolgde als partijleider, maar direct na de verkiezingsnederlaag aftrad. Aanvankelijk actief in de PPR en begin jaren tachtig secretaris van een jeugdforum. Stapte in 1982 over naar de PvdA en kwam voor die partij in 1986 in de Tweede Kamer. Spoedig een vooraanstaand lid en vanaf 1989 financieel woordvoerder. Kruiste in het eerste kabinet-Kok als minister van Sociale Zaken regelmatig de degens met minister van Financiën Zalm. Als fractievoorzitter hield hij strak de hand aan de fractiediscipline. Had het imago van carrièrepoliticus en bond daardoor moeilijk kiezers aan zich. Bète noire voor de aanhangers van Fortuyn. Na zijn vertrek uit de Haagse politiek werkzaam bij de Wereldbank, vicepresident van het Ontwikkelingsprogramma van de VN en in 2009-2011 VN-gezant voor Irak. Maakte in 2016-2022 deel uit van de Afdeling advisering van de Raad van State.
     
  • 2. 
    Zachtmoedig PvdA-Tweede Kamerlid van Griekse afkomst, die als voorzitter van de commissie van de verzoekschriften een nuttige rol speelde in de politieke luwte. Trad wel voor het voetlicht toen hij in enkele kwesties (homohuwelijk, euthanasie) een ander standpunt innam dan de meerderheid van zijn fractie. Hij kwam in 1972 in Nederland en werd vormingswerker en later directeur van de Stichting Buitenlandse Werknemers Midden-Nederland. In de Tweede Kamer hield hij zich bezig met het vreemdelingenbeleid, remigratie, defensie (wapenexport), de nationale ombudsman, en het drugsbeleid.
     
  • 3. 
    GroenLinks-politicus van Marokkaanse afkomst. Vluchtte in 1966 als student naar Nederland toen veel activisten tegen het regime van koning Hassan gevangen werden genomen. Studeerde in Amsterdam en werd later als directeur van het Nederlands Centrum Buitenlanders een belangrijk woordvoerder namens de minderheden. Koos na de Golfoorlog voor GroenLinks en was in 1994 met Ina Brouwer lijsttrekker. In de Kamer een gewaardeerd woordvoerder op onder meer onderwijsgebied. Maakte deel uit van de enquêtecommissie IRT en van het presidium van de Kamer. In 2002 werd hij vrij onverwacht op een onverkiesbare plaats gezet. Hij was na zijn Kamerlidmaatschap enige tijd wethouder van Leiden.
     
  • 4. 
    Groningse die na maatschappelijk werkster en wethouder te zijn geweest in de Tweede Kamer kwam. Bescheiden en rustig Kamerlid, dat op de achtergrond opereerde. Als presidiumlid zette zij zich in voor betere ondersteuning van fracties. Woordvoerder bijstandszaken, jeugdhulpverlening en emancipatie van het CDA. Was fractiesecretaris en ten slotte vicefractievoorzitter. Was tevens voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid. In 1996 wenste een deel van de Kamer haar als Voorzitter, maar het CDA gaf de voorkeur aan zijn eigen oud-voorzitter, oud-minister Bukman.
     
  • 5. 
    Gedegen en gerespecteerd lid van de Tweede Kamerfracties van GPV en ChristenUnie, die na vier jaar Eerste Kamerlidmaatschap minister van Defensie werd in het kabinet-Balkenende IV. Had het in die laatste functie veel moeilijker, onder andere vanwege de discussies rond de vredesmissie in Afghanistan. Zijn politieke loopbaan begon hij als medewerker van de Tweede Kamerfractie van het GPV, waarna hij in 1989 zelf Kamerlid werd. Hield zich met uiteenlopende onderwerpen bezig. Leidde in 1995-1996 het parlementaire onderzoek naar klimaatverandering. Daarnaast was hij nauw betrokken bij de parlementaire nasleep van het Srebrenicadrama en het vastleggen van betrokkenheid van de Tweede Kamer bij militaire missies. Na het uittreden van de PvdA-ministers was hij in 2010 acht maanden tevens minister voor Wonen, Wijken en Integratie.
     
  • 6. 
    Prominente D66'er die van alle markten thuis was. Hield zich in de twaalf jaar waarin hij Tweede Kamerlid was bezig met onder meer financiën, sociale zekerheid, de zorg, buitenlands beleid, defensie, media en economische zaken. Leidde bekwaam de commissie die onderzoek deed naar de uitzending van Nederlandse militairen op vredesmissies en was voorzitter van de enquêtecommissie Srebrenica. Was, gevraagd en ongevraagd, altijd bereid de pers te woord staan en zette dan op heldere wijze de standpunten van zijn partij uiteen. Voor hij Kamerlid werd hoofd voorlichting van de Sociaal-Economische Raad. Verloor in 2006 zijn zetel, omdat Fatma Koser Kaya met voorkeurstemmen werd gekozen.
     
  • 7. 
    Voorman van de RPF en de ChristenUnie in de Tweede Kamer. Was aanvankelijk timmerman en daarna werkzaam in de hout- en bouwmaterialenhandel. Zijn politieke loopbaan begon in Provinciale Staten van Zeeland, waar hij onder meer fractievoorzitter was. In 1994 opvolger van Leerling als politiek leider van de RPF. Hield zich vooral bezig met het financieel-economisch beleid en sociale zaken. Bracht samen met het PvdA-lid Bussemaker een initiatiefwet tot stand over zondagsarbeid. Kwam in opspraak vanwege een op zijn religeuze overtuiging gebaseerde uitspraak over homoseksuelen. Overigens in de omgang een minzaam man, die veel werk maakte van zijn Kamerlidmaatschap. Na de fusie van RPF en GPV enige tijd eerste man van de ChristenUnie.
     
  • 8. 
    Energieke, actieve en nonconformistische VVD-politica. Domineesdochter uit Bergen op Zoom. Zat één termijn in de Tweede Kamer. Behoorde zeker op het gebied van het privaatrecht tot de vooruitstrevende vleugel van haar partij. Was als enige van haar fractie voorstander van een parlementaire enquête naar de IRT-affaire. Velerlei activiteiten op emancipatorisch terrein (onder andere in de homobeweging) en gemeentebestuurder in Amsterdam. Er was, niet alleen in haar eigen fractie, meer van haar verwacht, maar zij slaagde er als Kamerlid niet in die beloften waar te maken. Keerde later terug naar de lokale (Amsterdamse) politiek. In 2013-2014 was zij waarnemend burgemeester van Teylingen en in 2018-2019 was zij dat in Landsmeer.
     
  • 9. 
    Politiek voorman van de SGP, die als nestor van de Tweede Kamer gezag verwierf. Studeerde weg- en waterbouw en was werkzaam in het onderwijs. Kwam in 1981, na ruim acht jaar Statenlid in Utrecht te zijn geweest, in de Kamer. Vanaf 1986 fractievoorzitter en partijleider. Voerde in de Kamer het woord over uiteenlopende onderwerpen. Minzame, hardwerkende volksvertegenwoordiger die zich dienstbaar opstelde en geen eerzucht kende. Als nestor ontwikkelde hij zich, ondanks het tamelijk politieke isolement van zijn partij, tot het staatsrechtelijk en 'zedelijk' geweten van de Kamer. Waarschuwde geregeld tegen verruwing van de parlementaire mores.
     
  • 10. 
    Frank de Grave (1955) was van 7 juni 2011 tot 3 september 2018 Eerste Kamerlid voor de VVD. Sindsdien is hij staatsraad bij de Afdeling advisering van de Raad van State. Na werkzaamheden in het bankwezen en het voorzitterschap van de JOVD werd hij in 1982 financieel woordvoerder van de VVD in de Tweede Kamer. In 1990-1996 was de heer De Grave wethouder van financiën in Amsterdam en vervolgens staatssecretaris van Sociale Zaken in het kabinet-Kok I en minister van Defensie in het kabinet-Kok II. Keerde in 2002 terug naar de Kamer als mediawoordvoerder. Kreeg vanaf 2004 leiding over organen in de gezondheidszorg, zoals de Zorgautoriteit. Was daarna voorziter van het bestuur van pensioenfonds PGGM en voorzitter van de Federatie van Medisch Specialisten.
     
  • 11. 
    Ank Bijleveld (1962) was van 26 oktober 2017 tot en met 17 september 2021 minister van Defensie in het kabinet-Rutte III. Van 1 november 2019 tot 14 april 2020 was zij tevens minister voor de Algemene Inlichtingen en Veiligheidsdienst. Mevrouw Bijleveld was van 22 februari 2007 tot 14 oktober 2010 staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het kabinet-Balkenende IV. Zij was Tweede Kamerlid voor het CDA in de periode 1989-2001 en in 2010. Zij was enige jaren vicefractievoorzitter en in 2010 betrokken bij de onderhandelingen tijdens de kabinetsformatie. Eerder werkte mevrouw Bijleveld bij de gemeente Hengelo (Ov.), was zij raadslid in Enschede en was zij actief bij het dekenaat van Enschede. Van 1 januari 2001 tot 22 februari 2007 was zij burgemeester van Hof van Twente en van 1 januari 2011 tot 26 oktober 2017 commissaris van de Koning(in) in Overijssel. Op 17 januari 2022 werd zij waarnemend burgemeester van Almere en bleef dat tot 1 maart 2023.
     
  • 12. 
    Gerespecteerd PvdA-Tweede Kamerlid dat zich snel een vooraanstaande positie in zijn fractie wist te verwerven. Afkomstig uit een Amsterdams katholiek gezin en na de Hogere landbouwschool landbouwer in Frankrijk. Werd daarna ambtenaar op het ministerie van Landbouw. Behandelde als nieuwkomer in de Kamer het dossier over de visfraude-affaire; een affaire die leidde tot het aftreden van minister Braks. In 1996 leidde hij de Kamercommissie die de CTSV-affaire onderzocht. Fractiesecretaris en daarna vicefractievoorzitter. Speelde een belangrijke rol bij instelling van Verantwoordingsdag. Verliet in 2000 de Kamer om leiding te geven aan de Raad voor Werk en Inkomen, daarna was hij voorzitter van de MBO-raad. Sinds 2016 is hij vicevoorzitter van het ABP.
     
  • 13. 
    Strijdbare vakbondsbestuurder en PvdA-politica die zich er niet voor schaamde emoties te tonen in het debat. Rotterdamse, dochter van een bijstandsmoeder. Volgde na de mulo en de Sociale Academie een academische opleiding en ging toen bij de vakbond werken. Bij de FNV werd zij spoedig als voorzitter van de Vrouwenbond en later als vicevoorzitter een bekend actievoerster. In 1994 kwam zij als hoogste nieuweling op de PvdA-kandidatenlijst voor de Tweede Kamer en in de Kamer was zij fractiewoordvoerster sociale zekerheid. Combineerde anderhalf jaar het partijvoorzitterschap met het Kamerlidmaatschap en werd vervolgens staatssecretaris van Onderwijs in het kabinet-Kok II. Na haar terugkeer in de Tweede Kamer voorzitter van de commissie voor het integratiebeleid. Overleed op 56-jarige leeftijd.
     
  • 14. 
    Paul Rosenmöller (1956) is sinds 13 juni 2023 voorzitter van de gezamenlijke PvdA/GroenLinks-fractie in de Eerste Kamer. Hij was sinds 11 juni 2019 lid van de GroenLinks-Eerste Kamerfractie en tevens fractievoorzitter. Tussen 1994 en 2002 was hij politiek leider van zijn partij, na in 1989 Tweede Kamerlid te zijn geworden. Eerder was hij vakbondsbestuurder, onder meer in de Rotterdamse haven. Stapte voor de verkiezingen van 2003 vrij onverwacht uit de politiek en werd programmamaker bij de IKON. Was na zijn Kamerlidmaatschap onder meer voorzitter van de VO-raad en bestuurslid van pensioenfonds ABP. Had als Tweede Kamerlid veel belangstelling voor het wel en wee van de Antillen.
     
  • 15. 
    Voormalige marineofficier en vakbondsbestuurder die afwisselend voor de VVD Tweede Kamerlid en staatssecretaris was. Kwam tussentijds in de Kamer en werd daar een gedegen woordvoerder ambtenarenzaken en sociale zaken. Maakte deel uit van de parlementaire enquêtecommissie sociale zekerheid. In het tweede kabinet-Kok was hij staatssecretaris van personeels- en materieelbeleid bij Defensie. Na een kort hernieuwd Kamerlidmaatschap waarnemend burgemeester in Delfzijl en daarna opnieuw staatssecretaris, van Sociale Zaken. Hield zich vooral bezig met de problematiek van de arbeidsmarkt en de komst van werknemers uit nieuwe EU-landen. Stond bekend als de minst opvallende bewindspersoon.
     
  • 16. 
    D66-Tweede Kamerlid dat zich vooral inzette om de mogelijkheden voor combinatie van arbeid en zorg te bevorderen. Als jonge moeder (zij beviel tijdens haar Kamerlidmaatschap van een zoon) was zij ook persoonlijk bij dat onderwerp betrokken. Groeide op in Zeeland en was voor zij Kamerlid werd lerares maatschappijleer in Rotterdam. Daarna beleidsmedewerker arbeidsvoorwaarden bij de concernstaf van de PTT. In de Kamer nam zij veelvuldig met doorwrochte betogen deel aan debatten over sociale zaken, met name over sociale zekerheid, en ambtenarenzaken.
     
  • 17. 
    Ouderenafgevaardigde, die zich, toen hij in een tussentijdse vacature werd benoemd, direct aansloot bij de fractie-Nijpels (Senioren 2000). Was voordien als medewerker van die fractie. Voor hij de politiek inging, werkte hij in het bedrijfsleven en de gehandicaptenzorg. Was op laatstgenoemde terrein ook in bestuursfuncties actief. Diende een initiatiefvoorstel in dat overerving van adellijke titels op vrouwen mogelijk moest maken.
     
  • 18. 
    Gepensioneerde manager van onder andere DSM die vier jaar AOV-Tweede Kamerlid was. Maakte sinds mei 1995 nog alleen met W.J. Verkerk deel uit van de AOV-fractie, nadat een conflict met Jet Nijpels was ontstaan. Kort voor de verkiezingen van 1998 kwam het ook tot een breuk met zijn fractiegenoot Verkerk. In de Kamer hield hij zich vooral bezig met financieel-economische zaken.
     
  • 19. 
    Vertegenwoordiger van de christelijke vakbeweging, die acht jaar voor het CDA in de Eerste Kamer zat. Afkomstig uit de streek rond Kampen en daar aanvankelijk werkzaam in de tuinbouw. Begon zijn vakbondsloopbaan bij de Nederlandse Christelijke Agrarische Bond (NCAB) en klom, als selfmade man, bij het CNV via de functies van secrertaris en tweede voorzitter op tot voorzitter. In de Eerste Kamer was hij een sociaal bewogen woordvoerder sociale zaken die ook regelmatig het woord voerde over economische zaken, ontwikkelingssamenwerking en beroepsonderwijs.
     
  • 20. 
    Twintig jaar vooraanstaand Eerste Kamerlid voor de PvdA. Was als zelfstandig ondernemer werkzaam op het gebied van vormgeving en publiciteit. In de Senaat woordvoerder op het gebied van onderwijs en sociale zaken. Geducht tegenspeelster voor de bewindslieden op die beleidsterreinen. Maakte zich onder meer sterk voor goede regeling van het overgangsrecht bij ingrepen in de sociale zekerheid. Was een klein jaar fractievoorzitter van de PvdA in de Senaat.
     
  • 21. 
    Ervaren bestuurster die in 1993 voor de VVD Eerste Kamerlid werd en tussen 1999 en 2005 de VVD-Eerste Kamerfractie leidde. Adellijke dame met grote belangstelling voor cultuur, een onderwerp waarover zij ook in de Kamer het woord voerde. Hield zich ook enige tijd bezig met sociale zaken. Dochter van een directeur van Philips. Was, na te zijn opgeleid tot kleuterleidster, onder meer negen jaar gedeputeerde van Gelderland en acht jaar burgemeester van Heemstede. Wist altijd met veel overtuigingskracht de standpunten van haar fractie naar voren te brengen.
     
  • 22. 
    Eerste Kamerlid voor GroenLinks, die als hoofdfunctie coördinator leefbaarheid bij het stadsdeel Amsterdam-Osdorp had. Begon haar loopbaan als onderwijzeres in het speciaal onderwijs en werkte daarna onder meer bij organisaties op het gebied van ontwikkelingssamenwerking. Was ook enige tijd in Kameroen werkzaam bij ontwikkelingsprojecten. Afkomstig uit de PSP. In de Eerste Kamer woordvoerster buitenlandse zaken, Europese samenwerking en ontwikkelingssamenwerking en op laatstgenoemde terrein voorzitter van de Kamercommissie. Had daarnaast zitting in diverse internationale parlementen. Na haar Kamerlidmaatschap actief op internationaal terrein, onder meer via het NDI (National Democratic Institute).
     
  • 23. 
    Bescheiden, aimabele en gewaardeerde senator van het GPV en later van de ChristenUnie, waarvan hij in 2002 ook de eerste lijsttrekker werd. Als docent, rector en hoogleraar goed ingevoerd in het onderwijs. Was geïnteresseerd in toepassing van ICT, zowel in het onderwijs als op andere terreinen. Raakte na voor zijn partij teleurstellend verlopen Tweede Kamerverkiezingen oververmoeid. Toen hij niet opnieuw gekandideerd werd, trok hij zich terug uit de politiek en keerde hij terug naar het onderwijs. Was in 2011-2016 directeur van het Huis voor democratie en rechtsstaat (ProDemos).
     
  • 24. 
    Actief Eerste Kamerlid voor D66. Van huis uit architecte. Hield zich vooral bezig met volkshuisvesting en buitenlandse zaken. Later tevens woordvoerster sociale zaken, op welk terrein zij zich in dossiers kon vastbijten. Leidde het verzet tegen de Nabestaandenwet van staatssecretaris Ter Veld. Zette zich in voor verbetering van de verhouding tussen christenen en joden. Was tevens lid van de Haagse gemeenteraad en van het Benelux-parlement en het parlement van de Raad van Europa. Enkele malen waarnemer bij verkiezingen in voormalig Joegoslavië.