24138 - Bestuursvorm van het openbaar onderwijs
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 10 april 1995 ingediend door de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, Netelenbos1, en de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, Van Aartsen2.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat het gewenst is de bestuursvorm van het openbaar onderwijs nader gestalte te geven; dat in verband hiermee wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs noodzakelijk is.
Inhoudsopgave
Wijziging van de Wet op het basisonderwijs, de Interimwet op het speciaal onderwijs en het voortgezet speciaal onderwijs en de Wet op het voortgezet onderwijs inzake de bestuursvorm van het openbaar onderwijs
Bij dit wetsvoorstel werden vier nota's van wijziging, twaalf amendementen en een subamendement ingediend.2 |
10 april 1995, memorie van toelichting, nr. 3
KST7563 Memorie van toelichting publicatie: 19 april 1995 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.Zelfbewuste PvdA-politica die voortvarend haar politieke doelen nastreefde, maar daardoor soms weerstanden opriep. Was aanvankelijk lerares en cursusleidster en een bekwame voorzitter van PvdA-congressen. In de Tweede Kamer woordvoerster gehandicaptenbeleid en onderwijs. Bracht in het kabinet-Kok I als staatssecretaris van Onderwijs wetgeving over onder andere de financiering en inrichting (profielen) van het voortgezet onderwijs tot stand. Voerde ook het vmbo in. Haar plannen als minister van Verkeer in het kabinet-Kok II om via tolheffing het aantal files te verminderen, bleven onuitgevoerd. De fraude in de wegenbouw ondermijnde haar gezag als minister. In 2003 verliet zij, na een korte periode als Tweede Kamerlid, de Haagse politiek. Was daarna in diverse gemeenten waarnemend burgemeester.
- 2.VVD-politicus, maar zoon van een Haagse ARP-bestuurder en minister. Begon zijn loopbaan bij de VVD-Tweede Kamerfractie, onder meer als ambtelijk secretaris, en was daarna directeur van de Telders-stichting en medewerker van minister Wiegel. Na secretaris-generaal van Binnenlandse Zaken te zijn geweest, werd hij minister van Landbouw in het kabinet-Kok I. Startte een grootschalige saneringsoperatie in de varkenshouderij. Minister van Buitenlandse Zaken in het tweede kabinet-Kok. Werd in 2002 Kamerlid en in 2003 fractievoorzitter van de VVD. Mocht zich echter niet politieke leider noemen en stapte na de verloren raadsverkiezingen van 2006 op. Stond als burgemeester van Den Haag (2008-2017) goed aangeschreven bij de bevolking. Was in 2017 waarnemend commissaris van de Koning in Drenthe en van december 2017 tot juli 2018 waarnemend burgemeester van Amsterdam.
- 3.Sharon Dijksma (1971) is sinds 17 december 2020 burgemeester van Utrecht. Zij was van 18 december 2012 tot 3 november 2015 staatssecretaris van Economische Zaken (met name voor landbouw) en van 3 november 2015 tot 26 oktober 2017 staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu (met name voor milieu) in het kabinet-Rutte II. Van 22 februari 2007 tot 23 februari 2010 was zij staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in het kabinet-Balkenende IV. Verder was zij in de jaren 1994-2007, 2010-2012 en 2017-2018 Tweede Kamerlid voor de PvdA. Zij was toen onder meer fractiesecretaris. In 1992-1994 was mevrouw Dijksma voorzitter van de Jonge Socialisten en in de periode 2018-2020 wethouder van verkeer en vervoer van Amsterdam. Bij haar aantreden als Tweede Kamerlid in 1994 was zij het tot dan jongste Kamerlid.
- 4.VVD-Kamerlid en Commissaris van de Koning(in). Burgemeesterszoon en leraar, wiens opmars in de VVD in 1977 begon toen hij in Gelderland vicevoorzitter politiek van de JOVD werd. In 1983 beleidsmedewerker van de Tweede Kamerfractie en daarna politiek adviseur van vicepremier De Korte, voorlichter van de fractie, en in 1994 Tweede Kamerlid. Was vooral onderwijsspecialist, maar hield zich ook bezig met openbare orde, veiligheid en criminaliteitsbestrijding. In 2002 lag een benoeming tot staatssecretaris van Onderwijs in de rede, maar op het allerlaatste moment koos VVD-leider Zalm voor een vrouw. Werd in 2005, ondanks geringe bestuurlijke ervaring, Commissaris van de Koning(in) in "zijn" Gelderland en bleef dat ruim dertien jaar. Gedegen en beginselvast politicus.
- 5.Politiek voorman van de SGP, die als nestor van de Tweede Kamer gezag verwierf. Studeerde weg- en waterbouw en was werkzaam in het onderwijs. Kwam in 1981, na ruim acht jaar Statenlid in Utrecht te zijn geweest, in de Kamer. Vanaf 1986 fractievoorzitter en partijleider. Voerde in de Kamer het woord over uiteenlopende onderwerpen. Minzame, hardwerkende volksvertegenwoordiger die zich dienstbaar opstelde en geen eerzucht kende. Als nestor ontwikkelde hij zich, ondanks het tamelijk politieke isolement van zijn partij, tot het staatsrechtelijk en 'zedelijk' geweten van de Kamer. Waarschuwde geregeld tegen verruwing van de parlementaire mores.
- 6.Kunsthistorica uit Uden die twaalf jaar voor D66 in de Tweede Kamer zat. Was voor zij Kamerlid werd lid van Provinciale Staten van Noord-Brabant en freelance-medewerker van het gemeentemuseum te Arnhem. Hield zich in de Kamer vooral bezig met het onderwijsbeleid (basis-, voortgezet- en beroepsonderwijs) en daarnaast met jeugdzorg en ICT (cultuur). Actief en deskundig Kamerlid, dat opviel door haar grote dossierkennis. Voerde in haar laatste periode in de Kamer ook vaak het woord in beladen debatten over het asielbeleid.
- 7.Hoogleraar aan de Katholieke Universiteit Brabant (later Universiteit van Tilburg), die had gestudeerd aan de VU, lid werd van de ARP en een exponent was van de gereformeerde denkwereld. Typeerde zichzelf als 'een gereformeerde Koekkoek in een katholiek nest'. Deskundige op het gebied van staats- en bestuursrecht en op het terrein van het onderwijsrecht. Promoveerde op een vergelijkende studie naar de rol van politieke leiders bij kabinetsformatie in West-Europa. Werd in 1994 Tweede Kamerlid en was daar woordvoerder onderwijs en justitie. Maakte zich sterk voor de positie van de Nederlandse taal en was lid voor de enquêtecommissie IRT. Vanaf juni 2003 was hij Eerste Kamerlid, maar al na een jaar werd hij uitgeschakeld door ziekte.
- 8.Katholiek Eerste Kamerlid van het CDA uit Twente. Deskundige op het gebied van onderwijs en ontwikkelingssamenwerking. Was in Tanzania werkzaam als docente en onderzoeker en had zodoende zelf kennis kunnen opdoen van problemen in de ontwikkelingslanden. Was na een studie pedagogiek docente, onder meer aan de Sociale Academies in Hengelo en Enschede. Had ook de nodige kennis van de Antillen en was voorzitter van de vaste kamercommissie die zich daarmee bezighield. Resoluut Eerste Kamerlid, dat met veel overtuiging de standpunten van haar fractie verwoordde.
- 9.Onderwijsdeskundige die twee periodes deel uitmaakte van de VVD-Eerste Kamerfractie. Begon zijn carrière als leraar in het beroepsonderwijs en was daarna onder meer onderwijsinspecteur, onderwijsadviseur op de Antillen en interim-directeur van het Rijksopleidingsinstituut. In de Eerste Kamer hield hij zich naast onderwijs bezig met volkshuisvesting en Antilliaanse en Arubaanse zaken. Werd door zijn medeleden gewaardeerd als kenner van het onderwijs en van de verhoudingen in 'de West'.
- 10.Actief Tweede en Eerste Kamerlid van D66, dat vooral bekend werd door haar strijd voor liberalisering van de abortus- en euthanasiewetgeving. Diende over beide onderwerpen een initiatiefvoorstel in. Dochter van een dominee en een lerares Nederlands. Werkte in het onderwijs en was ambtenaar, en kwam in 1977 vrij verrassend in de Tweede Kamer (een hoger geplaatste kandidaat bedankte voor de eer). In de Kamer een nauwgezet en veelzijdig lid, dat vooral op het gebied van justitie en volksgezondheid werkzaam was. Zette zich ook in voor emancipatie van de vrouw. Keerde vijf jaar na haar vertrek uit de Tweede Kamer in 1991 terug in de Haagse politiek als Eerste Kamerlid.
- 11.Bescheiden, aimabele en gewaardeerde senator van het GPV en later van de ChristenUnie, waarvan hij in 2002 ook de eerste lijsttrekker werd. Als docent, rector en hoogleraar goed ingevoerd in het onderwijs. Was geïnteresseerd in toepassing van ICT, zowel in het onderwijs als op andere terreinen. Raakte na voor zijn partij teleurstellend verlopen Tweede Kamerverkiezingen oververmoeid. Toen hij niet opnieuw gekandideerd werd, trok hij zich terug uit de politiek en keerde hij terug naar het onderwijs. Was in 2011-2016 directeur van het Huis voor democratie en rechtsstaat (ProDemos).
- 12.Filosofe en oud-Statenlid in Noord-Holland die acht jaar lid van de Eerste Kamer voor GroenLinks was. In de Staten van Noord-Holland fractievoorzitter van de PPR en later lid van GroenLinks. Voerde in de Eerste Kamer regelmatig het woord over vooral economische zaken en onderwijs. In 1986 stond zij hoog op de kandidatenlijst voor de Tweede Kamer, maar werd zij niet gekozen. Was voor zij in de politiek ging actief in het actiewezen, bijvoorbeeld tegen havenuitbreiding bij IJmuiden en tegen transport van kernafval. Koos er daarna voor om via de politiek veranderingen te bepleiten.
- 13.Zelfbewuste en ontspannen optredende PvdA-senator met onder meer grote belangstelling voor de ontwikkelingen op de Antillen. Was voor zij in 1995 Eerste Kamerlid werd onder meer zelfstandig onderzoeker op het terrein van sociale en bestuurlijke vernieuwing. Was tevens raadslid in Abcoude. Werd in 1999 niet herkozen en hield zich daarna bezig met grotestedelijke problemen in Rotterdam. Keerde in 2003 voor nog eens twaalf jaar terug in de Senaat. Aanvankelijk sprak zij vooral over ruimtelijke ordening en later was zij woordvoerster onderwijs. In 2007-2015 voorzitter van de commissie voor Koninkrijksrelaties en in 2013-2015 eerste ondervoorzitter van de Eerste Kamer.