27076 - Landbouwkundig onmisbare gewasbeschermingsmiddelen
Dit is een beperkte versie
U kijkt naar een beperkte versie van dit dossier in de EU Monitor.
Dit wetsvoorstel werd op 13 april 2000 ingediend door de staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, Faber1.
Dit voorstel is gebaseerd op de overweging, dat een voorziening dient te worden getroffen voor gewasbeschermingsmiddelen die landbouwkundig onmisbaar zijn.
Inhoudsopgave
Wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Landbouwkundig onmisbare gewasbeschermingsmiddelen)
Bij dit wetsvoorstel werden drie nota's van wijziging en acht amendementen ingediend. Bij dit dossier werden in de Tweede Kamer zeven moties ingediend.2 |
13 april 2000, memorie van toelichting, nr. 3
KST45185 Memorie van toelichting publicatie: 20 april 2000 |
Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met het inleidende gedeelte van de memorie van toelichting, alle documenten in dit dossier, een overzicht van door dit wetsvoorstel gewijzigde wetten, een overzicht van Kamerleden en bewindslieden die bij de behandeling van dit dossier het woord hebben gevoerd en een overzicht van verwante dossiers.
De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de Parlementaire Monitor van PDC Informatie Architectuur.
Met de Parlementaire Monitor volgt u alle parlementaire dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.
- 1.PvdA-bewindsvrouwe en bestuurder, die vooral bekendheid kreeg als vooraanstaande Rooie Vrouw. Na burgemeester van Zeewolde te zijn geweest, werd zij tamelijk verrassend staatssecretaris van onder meer natuur in het tweede kabinet-Kok. Kon in die functie weinig voor elkaar krijgen en de Kamer oordeelde negatief over haar staatssecretariaat. Zij erkende na vier jaar zelf ook dat zij meer lokaal bestuurder dan landelijk politica was. Na haar aftreden enige tijd waarnemend burgemeester van Wageningen en van Den Helder en daarna negen jaar (2007-2016) burgemeester van Zaanstad.
- 2.Melkveehouder uit noordoost-Groningen, die in de perioden 1981-1982 en 1989-2002 Tweede Kamerlid voor D66 was. Vier jaar voorzitter van de vaste Tweede Kamercommissie voor Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. Was ook enige tijd voorzitter van de commissie voor Europese zaken en defensiewoordvoerder. Vanwege zijn praktijkkennis en bezadigde oordeel een gewaardeerde landbouw-woordvoerder.
- 3.Zeeuws Tweede Kamerlid voor de VVD. Stapte op Schouwen-Duiveland in de voetstappen van zijn vader, die daar landbouwer was, en werd eigenaar van een groot akkerbouwbedrijf. Was daarnaast actief in veel organisaties op landbouwgebied. In 1991 stapte hij over naar een handelsonderneming en zes jaar later werd hij zelfstandig adviseur. In de Tweede Kamer woordvoerder visserij en waterstaat en belangenbehartiger van de Zeeuwse schelpdiervissers en van de kokkelvissers in de Waddenzee. Na zeven jaar Kamerlidmaatschap werd hij in 2005 dijkgraaf - een functie die zijn vader ook bekleedde - van het waterschap Hollandse Delta.
- 4.Politiek voorman van de SGP, die als nestor van de Tweede Kamer gezag verwierf. Studeerde weg- en waterbouw en was werkzaam in het onderwijs. Kwam in 1981, na ruim acht jaar Statenlid in Utrecht te zijn geweest, in de Kamer. Vanaf 1986 fractievoorzitter en partijleider. Voerde in de Kamer het woord over uiteenlopende onderwerpen. Minzame, hardwerkende volksvertegenwoordiger die zich dienstbaar opstelde en geen eerzucht kende. Als nestor ontwikkelde hij zich, ondanks het tamelijk politieke isolement van zijn partij, tot het staatsrechtelijk en 'zedelijk' geweten van de Kamer. Waarschuwde geregeld tegen verruwing van de parlementaire mores.
- 5.Katholieke tuindersdochter uit het Westland die in 2003 minister voor Ontwikkelingssamenwerking werd in het kabinet-Balkenende II. Daarvoor was zij als staatssecretaris al met dat beleidsterrein belast. Toonde zich als energieke bewindsvrouw zeer betrokken bij de problemen in de Derde Wereld, in het bijzonder met de armoede in Afrika en zette zich onder meer in voor oplossing van de humanitaire problemen in Darfur. Afkomstig uit de vrouwenorganisatie van het CDA en wethouder in Vlaardingen. Was acht jaar Tweede Kamerlid voor het CDA. Aanvankelijk woordvoerster land- en tuinbouw en daarna, als woordvoerster ontwikkelingssamenwerking, tegenspeelster van PvdA-minister Herfkens. Werkte bij de Wereldvoedselorganisatie, was voorzitter van het Productschap Tuinbouw en waarnemend burgemeester van de gemeente Westland.
- 6.Tweede Kamerlid voor de PvdA in de perioden 1988-1994 en 1997-2002. Woordvoerder milieu, ruimtelijke ordening, water, landbouw (m.n. mestbeleid) en voor het dossier Betuwelijn. Had al in zijn jeugd belangstelling voor natuurstudie. Was medewerker van het Centrum voor Energiebespraring en Schone Energie in Delft en werkte daarna bij het IPO (Inter Provinciaal Overleg). Na zijn Kamerlidmaatschap enkele jaren voorzitter van de Fietsersbond. Bescheiden, maar vasthoudend Kamerlid.
- 7.In de periode 1998-2002 woordvoerder verkeer, milieubeheer en ruimtelijke ordening van de Tweede Kamerfractie van GroenLinks. Was in 1994-1998 wethouder van milieu en verkeer en vervoer in Utrecht en voordien jongerenwerker en actief lid van de PSP. Als wethouder en in de Kamer pleitbezorger van het gebruik van de fiets en van de aanleg van fietspaden, en mede-initiatiefnemer voor een fietssnelwegproject tussen Utrecht en Amsterdam. Na zijn Kamerlidmaatschap twaalf jaar directeur van de Fietsersbond.
- 8.Twee perioden een activistisch SP-Tweede Kamerlid. Was in 1994 met Jan Marijnissen de eerste vertegenwoordiger van zijn partij in het parlement (tot 2002) en keerde na de verkiezingen van 2006 terug voor nog een periode van vier jaar. Had diverse baantjes gehad, onder meer in de haven en in de scheepvaart en was in het Rijnmondgebied betrokken bij milieuacties. Ook in de Kamer actief op milieugebied, maar tevens woordvoerder defensie, binnenlandse zaken, volkshuisvesting en ruimtelijke ordening. Sprak altijd in ronde bewoordingen, met een kenmerkend Rotterdams accent.
- 9.Bevlogen en vaak emotioneel betrokken PvdA-politicus, die gold als exponent van de linkervleugel van zijn partij. Zeer begaan met de problematiek van armoede in de wereld en deskundig op het gebied van de ontwikkelingssamenwerking. Vooral tijdens het kabinet-Den Uyl mikpunt van kritiek van behoudend Nederland vanwege de steun aan de bevrijdingsbewegingen in Afrika en aan Cuba. Na een periode in de Kamer en een functie bij de UNCTAD keerde hij terug in Den Haag. Als medeauteur van het rapport 'Schuivende Panelen' droeg hij bij aan een koerswijziging van de PvdA. Werd in 1989 wederom minister van Ontwikkelingssamenwerking. In het tweede kabinet-Kok minister van VROM. Kreeg veel waardering als voorzitter van de Wereldmilieuconferentie. Werd in 2001 gepasseerd voor de post van Hoge Commissaris voor de Vluchtelingen.
- 10.Gemoedelijke, hartelijke Brabander die als directeur van het Wetenschappelijk Instituut (1991-1999) en als senator (1991-2007) jarenlang een belangrijk CDA-ideoloog was. Kwam uit een boerenfamilie uit Nuenen en was zelf ook werkzaam als landbouwer. Werd echter vooral actief op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en daardoor een groot kenner van dat beleidsterrein. Was later plaatsvervangend directeur-generaal internationale samenwerking op het ministerie van Buitenlandse Zaken. In de Eerste Kamer hield hij zich onder andere bezig met buitenlandse zaken en ontwikkelingssamenwerking en was hij voorzitter van de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken. Vader van CDA-politica Karien van Gennip.
- 11.Degelijke jurist en bestuurder die twee periodes voor D66 in de Eerste Kamer zat. Had daarvoor een loopbaan doorlopen bij de rechtelijke macht, de provincie Noord-Brabant en als adviseur van de burgemeester van Utrecht over politieaangelegenheden. Was tijdens zijn eerste periode als senator tevens hoofd openbare orde en veiligheid van de gemeente Rotterdam en tijdens zijn tweede topambtenaar van de gemeente Middelburg. In de Eerste Kamer hield hij zich bezig met volksgezondheid, welzijn, volkshuisvesting, landbouw, Antilliaanse Zaken en milieu. Was na dat lidmaatschap drie jaar wethouder van Leiden.
- 12.Landbouwkundig ingenieur en voormalig wethouder van Zaltbommel die namens de RPF en later de ChristenUnie in de Eerste Kamer zat. Zoon van een kruidenier uit Bruchem in de Bommelerwaard. Werkzaam als senior medewerker van het Landbouw-Economisch Instituut en daarnaast enige jaren lid van het federatiebestuur van de RPF. Als lid van een kleine fractie hield hij zich in de Eerste Kamer met uiteenlopende onderwerpen bezig, zoals landbouw, ruimtelijke ordening, milieu en volkshuisvesting.
- 13.Alom gewaardeerd PvdA-Eerste Kamerlid, dat dankzij nationale en internationale ervaring gezaghebbend was op het gebied van landbouw en ontwikkelingssamenwerking. Voerde enkele malen namens de gehele Kamer het woord over wetsvoorstellen (onder meer over gewasbeschermingsmiddelen). Begon zijn loopbaan als leraar, maar stapte al snel over naar de wetenschap en was in Wageningen hoogleraar. Lid van de WRR, ambtelijk adviseur en lid van talrijke commissies op het gebied van landbouw en ecologie. Voorzitter van de vaste commissie voor Ontwikkelingssamenwerking en secretaris van de PvdA-fractie in de Eerste Kamer. Werd in 1999 met voorkeurstemmen gekozen door de Staten van Gelderland.
- 14.Landbouw-voorman uit het Westland, die acht jaar VVD-Eerste Kamerlid was. Had in Naaldwijk een rozenkwekerij en was bestuurlijk onder meer actief als voorzitter van het Landbouwschap en van het Koninklijk Nederlands Landbouwcomité. Later was hij ook voorzitter van de Kamer van Koophandel Haaglanden. In de Eerste Kamer pleitbezorger van de belangen van de land- en tuinbouw en financieel woordvoerder.
- 15.Kamerlid van GroenLinks, die bekend stond als 'de man met de rode shawl'. Sportieve buurtactivist uit Groningen. Kenner van de kraakbeweging. Behoorde als oud-PSP'er tot de linkervleugel van GroenLinks. Als Eerste Kamerlid woordvoerder op velerlei terreinen, waarbij hij bewindslieden en opponenten strijdbaar tegemoet trad. In de Tweede Kamerfractie van GroenLinks, waarnaar hij in 2001 tussentijds overstapte, lag hij minder goed vanwege zijn solistische optreden. Overtuigd Republikein en antimilitarist.