Verordening (EG) nr. 501/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende financiële kwartaalrekeningen van de overheid (Voor de EER relevante tekst)

1.

Tekst

Avis juridique important

|

2.

32004R0501

Verordening (EG) nr. 501/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 10 maart 2004 betreffende financiële kwartaalrekeningen van de overheid (Voor de EER relevante tekst)

Publicatieblad Nr. L 081 van 19/03/2004 blz. 0001 - 0005

Verordening (EG) nr. 501/2004 van het Europees Parlement en de Raad

van 10 maart 2004

betreffende financiële kwartaalrekeningen van de overheid

(Voor de EER relevante tekst)

HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap, en met name op artikel 285,

Gezien het voorstel van de Commissie,

Gezien het advies van de Europese Centrale Bank(1),

Volgens de procedure van artikel 251 van het Verdrag(2),

Overwegende hetgeen volgt:

  • (1) 
    In Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad van 25 juni 1996 inzake het Europees systeem van nationale en regionale rekeningen in de Gemeenschap(3) is het referentiekader vastgelegd voor gemeenschappelijke normen, definities, classificaties en registratieregels voor de opstelling van de rekeningen van de lidstaten die voor de statistische behoeften van de Gemeenschap worden gebruikt, zodat de resultaten van de lidstaten onderling vergelijkbaar zijn.
  • (2) 
    In het op 18 januari 1999 door de Raad Economie/Financiën goedgekeurde verslag van het Monetair Comité over de informatieverplichtingen is benadrukt dat voor de goede werking van de Economische en Monetaire Unie en de interne markt een doeltreffend toezicht op en coördinatie van het economisch beleid van het grootste belang zijn, en dat dit een veelomvattend statistisch informatiestelsel vereist dat de beleidmakers voorziet van de nodige gegevens waarop zij hun besluiten kunnen baseren. In dit verslag is er ook op gewezen dat er een hoge prioriteit moet worden toegekend aan kortetermijnstatistieken van de overheidsfinanciën van de lidstaten, en met name van die welke aan de Economische en Monetaire Unie deelnemen, teneinde stapsgewijs financiële kwartaalrekeningen van de overheid samen te stellen.
  • (3) 
    De nationale kwartaalgegevens over de financiële rekeningen (transacties en balansen) voor de overheid hebben betrekking op een groot deel van alle financiële transacties en financiële balansen in de eurozone en bieden belangrijke informatie ter ondersteuning van het monetaire beleid. In dit verband heeft de Raad van bestuur van de Europese Centrale Bank voor eigen doeleinden verordeningen en richtsnoeren goedgekeurd teneinde de indiening van gegevens over financiële statistieken en nationale financiële rekeningen voor perioden korter dan een jaar aan de Europese Centrale Bank te waarborgen.
  • (4) 
    Er is informatie over de financiële transacties en balansen van de overheid naar partnersector nodig om een uitgebreide analyse van de overheidsfinanciering en de financiële investeringen naar partnersector en naar instrument mogelijk te maken.
  • (5) 
    Verordening (EG) nr. 264/2000 van de Commissie van 3 februari 2000 tot uitvoering van Verordening (EG) nr. 2223/96 van de Raad met betrekking tot kortetermijnstatistieken van de overheidsfinanciën(4) en Verordening (EG) nr. 1221/2002 van het Europees Parlement en de Raad van 10 juni 2002 met betrekking tot niet-financiële kwartaalrekeningen van de overheid(5) specificeren welke niet-financiële kwartaalgegevens voor de overheid de lidstaten aan de Commissie (Eurostat) moeten doen toekomen.
  • (6) 
    In de artikelen 2 en 3 van Verordening (EG) nr. 2223/96 is bepaald onder welke voorwaarden de Commissie de methoden van het Europees systeem van rekeningen in de Gemeenschap kan wijzigen teneinde de inhoud te verduidelijken en te verbeteren. De samenstelling van financiële kwartaalrekeningen van de overheid zal van de lidstaten extra middelen vereisen. Een en ander kan daarom niet in een beschikking van de Commissie worden geregeld, maar vergt een specifieke verordening van het Europees Parlement en de Raad.
  • (7) 
    Het bij Besluit 89/382/EEG, Euratom van de Raad(6) opgerichte Comité statistisch programma (CSP) en het bij Besluit 91/115/EEG van de Raad(7) opgerichte Comité voor monetaire, financiële en betalingsbalansstatistiek (CMFB) hebben zich voor het ontwerp van deze verordening uitgesproken,

HEBBEN DE VOLGENDE VERORDENING VASTGESTELD:

Artikel 1

Doel

Deze verordening heeft ten doel de belangrijkste kenmerken van de categorieën financiële transacties en financiële vorderingen en schulden in het Europees systeem van rekeningen (ESR 1995) voor de sector overheid en voor elk van zijn subsectoren vast te stellen en te definiëren, waarover ieder kwartaal gegevens aan de Commissie (Eurostat) moeten worden meegedeeld. Hierbij wordt een stapsgewijze aanpak gevolgd.

Artikel 2

Samenstelling van kwartaalgegevens: bronnen en methoden

  • 1. 
    Met het oog op de opstelling van statistieken van hoge kwaliteit worden de kwartaalgegevens voor financiële transacties en financiële vorderingen en schulden zoveel mogelijk gebaseerd op informatie die direct bij de overheid beschikbaar is. De kwartaalgegevens over niet-beursgenoteerde aandelen (AF.512) en overige deelnemingen (AF.513) - zoals gedefinieerd en gecodeerd in het ESR 1995 -, die in handen van eenheden van de overheid zijn, mogen evenwel worden geschat door informatie over de respectieve jaarlijkse gegevens te interpoleren of te extrapoleren.
  • 2. 
    Bij de samenstelling van de kwartaalgegevens over financiële transacties en financiële vorderingen en schulden worden de regels van het ESR 1995 in acht genomen. Dit geldt met name voor de sectorale indeling van de institutionele eenheden, de consolidatievoorschriften, de indeling van financiële transacties en financiële vorderingen en schulden, het moment van registratie en de waarderingsregels.
  • 3. 
    De kwartaalgegevens zijn in overeenstemming met de desbetreffende jaargegevens die ingevolge Verordening (EG) nr. 2223/96 aan de Commissie worden meegedeeld.
  • 4. 
    Bij de kwartaalgegevens over financiële vorderingen en schulden gaat het om de uitstaande bedragen aan financiële vorderingen en schulden aan het eind van ieder kwartaal.

Artikel 3

Indiening van kwartaalgegevens over financiële transacties en financiële vorderingen en schulden

  • 1. 
    De lidstaten verstrekken de Commissie (Eurostat) ieder kwartaal gegevens over de volgende financiële transacties (F.) en financiële vorderingen en schulden (AF.), zoals deze in het ESR 1995 zijn gedefinieerd en gecodeerd:
  • a) 
    monetair goud en bijzondere trekkingsrechten (SDR's) (F.1 en AF.1),
  • b) 
    chartaal geld en deposito's (F.2 en AF.2),
  • c) 
    kortlopende effecten met uitzondering van aandelen (excl. financiële derivaten) (F.331 en AF.331),
  • d) 
    langlopende effecten met uitzondering van aandelen (exclusief financiële derivaten) (F.332 en AF.332),
  • e) 
    financiële derivaten (F.34 en AF.34),
  • f) 
    kortlopende leningen (F.41 en AF.41),
  • g) 
    langlopende leningen (F.42 en AF.42),
  • h) 
    aandelen en overige deelnemingen (F.5 en AF.5),
  • i) 
    voorzieningen pensioen- en levensverzekering (F.61 en AF.61),
  • j) 
    vooruitbetaalde premies en voorzieningen voor openstaande aanspraken (F.62 en AF.62),
  • k) 
    handelskredieten en transitorische posten (F.7 en AF.7).
  • 2. 
    De lidstaten verstrekken de Commissie (Eurostat) voorts de volgende kwartaalgegevens voor Subsector centrale overheid (S.1311), als bedoeld in artikel 4:
  • a) 
    beursgenoteerde aandelen (F.511 en AF.511): vorderingen en mutaties in vorderingen,
  • b) 
    chartaal geld (F.21 en AF.21): schulden en mutaties in schulden.

Artikel 4

Dekking van de overheid en haar subsectoren

De lidstaten verstrekken kwartaalgegevens voor de sector overheid en haar subsectoren, in het ESR 1995 gedefinieerd en gecodeerd als overheid (S.13), waartoe behoren:

  • centrale overheid (S.1311),
  • deelstaatoverheid (S.1312)
  • lagere overheid (S.1313),
  • wettelijke-socialeverzekeringsinstellingen (S.1314).

Artikel 5

Aard van de in te dienen kwartaalgegevens

  • 1. 
    De in artikel 3 bedoelde kwartaalgegevens worden in geconsolideerde vorm ingediend voor de in artikel 4 bedoelde subsectoren van de overheid.
  • 2. 
    De in artikel 3 bedoelde kwartaalgegevens worden zowel in geconsolideerde als in niet-geconsolideerde vorm ingediend voor de in artikel 4 bedoelde sector overheid (S.13).
  • 3. 
    Voor de in artikel 4 bedoelde subsectoren centrale overheid (S.1311) en wettelijke-socialeverzekeringsinstellingen (S.1314) worden overeenkomstig de bijlage bij deze verordening kwartaalgegevens met een indeling naar partnersector ingediend.

Artikel 6

Tijdschema voor de indiening van kwartaalgegevens

  • 1. 
    De in de artikelen 3, 4 en 5 bedoelde kwartaalgegevens worden uiterlijk drie maanden na het eind van het kwartaal waarop ze betrekking hebben bij de Commissie (Eurostat) ingediend.
  • 2. 
    Tegelijkertijd worden in voorkomend geval herziene kwartaalgegevens voor eerdere kwartalen ingediend.
  • 3. 
    De in artikel 3, met uitzondering van handelskredieten en transitorische posten (F.7 en AF.7), en in de artikelen 4 en 5 bedoelde kwartaalgegevens worden voor het eerst ingediend volgens onderstaand tijdschema:
  • a) 
    voor de subsectoren centrale overheid (S.1311) en wettelijke-socialeverzekeringsinstellingen (S.1314), niet later dan 30 juni 2004; de Commissie kan maximaal 18 maanden respijt geven voor de eerste datum van indiening van de naar partnersector ingedeelde gegevens en van gegevens over financiële transacties en financiële vorderingen en schulden, indien de nationale statistische stelsels ingrijpend moeten worden gewijzigd;
  • b) 
    voor de subsectoren deelstaatoverheid (S.1312) en lagere overheid (S.1313):
  • i) 
    niet later dan 30 juni 2004 voor de in artikel 3, lid 1, bedoelde schulden en mutaties in schulden; de Commissie kan maximaal 18 maanden respijt geven voor de eerste datum van indiening van deze gegevens indien de nationale statistische stelsels ingrijpend moeten worden gewijzigd;
  • ii) 
    niet later dan 30 juni 2005 voor de in artikel 3, lid 1, bedoelde vorderingen en mutaties in vorderingen; de Commissie kan maximaal zes maanden respijt geven voor de eerste datum van indiening van deze gegevens, indien de nationale statistische stelsels ingrijpend moeten worden gewijzigd;
  • c) 
    voor de sector overheid (S.13), niet later dan 30 juni 2005; de Commissie kan maximaal zes maanden respijt geven voor de eerste datum van indiening van deze gegevens, indien de nationale statistische stelsels ingrijpend moeten worden gewijzigd.
  • 4. 
    De kwartaalgegevens over de handelskredieten en transitorische posten (F.7 en AF.7) voor de sector overheid (S.13) en haar in artikel 4 bedoelde subsectoren worden uiterlijk 30 juni 2005 voor het eerst bij de Commissie (Eurostat) ingediend; de Commissie kan maximaal zes maanden respijt geven voor de eerste datum van indiening van deze gegevens, indien de nationale statistische stelsels ingrijpend moeten worden gewijzigd.

Artikel 7

Retrospectieve gegevens

  • 1. 
    De in artikel 6 bedoelde kwartaalgegevens omvatten retrospectieve gegevens voor financiële transacties vanaf het eerste kwartaal van 1999 en voor financiële balansen vanaf het vierde kwartaal van 1998; voor de indiening van deze gegevens geldt het tijdschema van artikel 6, leden 3 en 4.
  • 2. 
    Zo nodig worden de retrospectieve gegevens met inachtneming van met name artikel 2, leden 2 en 3, gebaseerd op zo goed mogelijke schattingen.

Artikel 8

Uitvoering

  • 1. 
    De lidstaten geven de Commissie (Eurostat) een beschrijving van de bronnen en methoden die voor de samenstelling van de in artikel 3 bedoelde kwartaalgegevens zijn gebruikt (initiële beschrijving) wanneer zij volgens het tijdschema van artikel 6, leden 3 en 4, voor de eerste keer kwartaalgegevens indienen.
  • 2. 
    De lidstaten stellen de Commissie (Eurostat) in kennis van alle wijzigingen van deze initiële beschrijving wanneer zij de herziene gegevens meedelen.
  • 3. 
    De Commissie (Eurostat) brengt het Comité statistisch programma (CSP) en het Comité voor monetaire, financiële en betalingsbalansstatistiek (CMFB) op de hoogte van de door de lidstaten gebruikte bronnen en methoden.

Artikel 9

Verslag

Op basis van de in de artikelen 3, 4 en 5 bedoelde gegevens en na raadpleging van het CSP en het CMFB zendt de Commissie het Europees Parlement en de Raad uiterlijk op 31 december 2005 een verslag toe waarin de betrouwbaarheid van de door de lidstaten geleverde kwartaalgegevens wordt beoordeeld.

Artikel 10

Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de twintigste dag volgende op die van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.

Deze verordening is verbindend in al haar onderdelen en is rechtstreeks toepasselijk in elke lidstaat.

Gedaan te Straatsburg, 10 maart 2004.

Voor het Europees Parlement

De voorzitter

  • P. 
    Cox

Voor de Raad

De voorzitter

  • D. 
    Roche
  • (1) 
    PB C 165 van 16.7.2003, blz. 6.
  • (2) 
    Advies van het Europees Parlement van 21 oktober 2003 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad), gemeenschappelijk standpunt van de Raad van 22 december 2003 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad) en standpunt van het Europees Parlement van 10 februari 2004 (nog niet bekendgemaakt in het Publicatieblad).
  • (3) 
    PB L 310 van 30.11.1996, blz. 1. Verordening laatstelijk gewijzigd bij Verordening (EG) nr. 1267/2003 van het Europees Parlement en de Raad (PB L 180 van 18.7.2003, blz. 1).
  • (4) 
    PB L 29 van 4.2.2000, blz. 4.
  • (5) 
    PB L 179 van 9.7.2002, blz. 1.
  • (6) 
    PB L 181 van 28.6.1989, blz. 47.
  • (7) 
    PB L 59 van 6.3.1991, blz. 19. Besluit gewijzigd bij Besluit 96/174/EG (PB L 51 van 1.3.1996, blz. 48).

BIJLAGE

INDELING NAAR PARTNERSECTOR(1)

Centrale overheid (S.1311) en wettelijke-socialeverzekeringsinstellingen (S.1314) financiële transacties en financiële balansen(2)

>PIC FILE= "L_2004081NL.000502.TIF">

  • (1) 
    De omraamde vakken geven aan welke gegevens moeten worden gemeld.
  • (2) 
    De codes, ontleend aan het ESR 1995, staan voor: S: sectoren/subsectoren; F: financiële transacties; AF: financiële balansposten.

3.

Verwante dossiers

 
 

4.

Uitgebreide versie

Van deze pagina bestaat een uitgebreide versie met de juridische context.

De uitgebreide versie is beschikbaar voor betalende gebruikers van de EU Monitor van PDC Informatie Architectuur.

5.

EU Monitor

Met de EU Monitor volgt u alle Europese dossiers die voor u van belang zijn en bent u op de hoogte van alles wat er speelt in die dossiers. Helaas kunnen wij geen nieuwe gebruikers aansluiten, deze dienst zal over enige tijd de werkzaamheden staken.

De EU Monitor is ook beschikbaar in het Engels.