Kabinet-Van Agt II (1981-1982)
Dit kabinet van CDA1, PvdA2 en D'663 werd gevormd na de verkiezingen 19814. CDA-leider Dries van Agt5 werd voor de tweede keer premier, net als bij het voorgaande kabinet-Van Agt I6. PvdA-leider Joop den Uyl7 werd vicepremier en minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De toevoeging 'Werkgelegenheid' onderstreepte zijn centrale rol bij een actief werkgelegenheidsbeleid.
De samenwerking tussen de coalitiepartijen verliep moeizaam. Nog voor de regeringsverklaring kwam het kabinet al bijna ten val8. Twee PvdA-economen wisten de breuk toen nog te lijmen. Met name de financieel-economische problemen bleven echter tot spanningen leiden, waardoor het kabinet nauwelijks aan regeren toekwam.
Al na acht maanden, nadat de PvdA een grote nederlaag bij de Statenverkiezingen had geleden, viel het kabinet vanwege een conflict over bezuinigingen8. Het tweede kabinet-Van Agt werd op 12 mei 1982 demissionair en op 29 mei opgevolgd door het kabinet-Van Agt III9.
Inhoudsopgave
Formatie
De verkiezingen maakten dat voortzetting van de coalitie van CDA1 en VVD10 niet mogelijk was (74 zetels). Omdat D663 slechts in een kabinet zitting wilde nemen waarvan ook de PvdA2 deel uitmaakte, was enkel een coalitie van CDA, PvdA en D66 haalbaar.
Regeerakkoord, bijna-crisis en regeringsverklaring
Na moeizame onderhandelingen kwamen CDA, PvdA en D'66 in september 1981 tot een regeerakkoord11. Bij het opstellen van de regeringsverklaring bleek echter hoe broos de samenwerking was. Nog voor het uitspreken van de regeringsverklaring leidde de financiering van het door de PvdA gewilde werkgelegenheidsplan namelijk tot een een breuk8. Deze kon door de PvdA-informateurs De Galan12 en Halberstadt13 in 19 dagen 'gelijmd' worden. Daarna kon op 16 november alsnog de regeringsverklaring afgelegd worden door minister-president Van Agt.
datum |
wat |
tot en met |
dagen |
---|---|---|---|
11 september 1981 |
Beëdiging14 nieuwe bewindslieden, aantreden kabinet |
12 mei 1982 |
244 |
13 mei 1982 |
Ontslag gevraagd, kabinet demissionair15 |
29 mei 1982 |
17 |
Totale zittingsduur16 kabinet |
261 |
Mr. A.A.M. van Agt (CDA)
Viceminister-president
Dr. J.C. Terlouw (D66)
Drs. J.M. den Uyl (PvdA)
Algemene Zaken
minister: Mr. A.A.M. van Agt (CDA)
Buitenlandse Zaken
minister: Mr. M. van der Stoel (PvdA)
staatssecretaris: Mr. H. van den Broek (CDA)
minister voor Ontwikkelingssamenwerking
minister: Drs. C.P. van Dijk (CDA)
Justitie
minister: Mr. J. de Ruiter (CDA)
staatssecretaris: Mr. M. Scheltema (D66)
Binnenlandse Zaken
minister: Drs. E. van Thijn (PvdA)
staatssecretaris: Drs. G. van Leijenhorst (CDA)
staatssecretaris: Drs. S.J. Stuiveling (PvdA)
Onderwijs en Wetenschappen
minister: Dr. J.A. van Kemenade (PvdA)
staatssecretaris: Drs. W.J. Deetman (CDA)
staatssecretaris: A.J. Hermes (CDA)
Financiën
minister: Mr. A.P.J.M.M. van der Stee (CDA)
staatssecretaris: J.C. Kombrink (PvdA)
Defensie
minister: Mr. H.A.F.M.O. van Mierlo (D66)
staatssecretaris: Mr. A. Stemerdink (PvdA)
staatssecretaris: J. van Houwelingen (CDA) (14 september 1981 - 29 mei 1982)
Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
minister: Drs. M.P.A. van Dam (PvdA)
staatssecretaris: S. Langedijk-de Jong (PvdA)
Verkeer en Waterstaat
minister: Mr. H.J. Zeevalking (D66)
staatssecretaris: J.C.Th. van der Doef (PvdA)
Economische Zaken
minister: Dr. J.C. Terlouw (D66)
staatssecretaris: Ir. W. Dik (D66)
staatssecretaris: P.H. van Zeil (CDA)
Landbouw en Visserij
minister: Drs. J. de Koning (CDA)
Sociale Zaken en Werkgelegenheid
minister: Drs. J.M. den Uyl (PvdA)
staatssecretaris: Drs. H. d'Ancona (PvdA)
staatssecretaris: Drs. C.I. Dales (PvdA)
Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk
minister: A.A. van der Louw (PvdA)
staatssecretaris: H.A. de Boer (CDA)
Volksgezondheid en Milieuhygiëne
minister: M.H.M.F. Gardeniers-Berendsen (CDA)
staatssecretaris: Mr. J.J. Lambers-Hacquebard (D66)
Belast met coördinatie van aangelegenheden de Nederlandse Antillen betreffend en met de zorg voor aan de Nederlandse Antillen te verlenen hulp en bijstand
minister: Drs. J.M. den Uyl (PvdA)
De coalitie kon in beide Kamers rekenen op een ruime meerderheid. Tijdens deze kabinetsperiode wijzigden de zetelverdeling in parlement en kabinet niet. Er vonden geen verkiezingen voor de Eerste Kamer plaats. Ook waren er geen afsplitsingen van de coalitiefracties.
CDA |
PvdA |
D'66 |
totaal |
|
---|---|---|---|---|
Kabinet: ministers/(staatssecretarissen) |
6/(7) |
6/(7) |
3/(3) |
15/(17) |
Tweede Kamer op 11 september 1981 |
48 |
44 |
17 |
109 (72,2%) |
Eerste Kamer op 11 september 1981 |
28 |
28 |
4 |
60 (80%) |
De economie verkeerde in een crisis tijdens de regeerperiode van het kabinet-Van Agt II. Er heerste een recessie en de werkloosheid explodeerde. Gezien de extreem ongunstige economische omstandigheden en de korte zittingsduur is het moeilijk het kabinet-Van Agt II te beoordelen. Aan de andere kant kan gezegd worden dat de snelle val van het kabinet voor een belangrijk deel werd veroorzaakt door het gebrek aan draagvlak bij met name de PvdA2 om noodzakelijke economische hervormingen door te voeren.
Wet basisbepalingen omtrent de medezeggenschap in het kleuter-, lager- en voortgezet onderwijs. Op grond van die wet moeten scholen een medezeggenschapsraad instellen, waarin ouders, personeel en leerlingen vertegenwoordigd zijn, en een medezeggenschapsreglement opstellen. Dat reglement moet iedere vijf jaar worden herzien om in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen. Scholen krijgen grote vrijheid bij de wijze waarop ze de medezeggenschap vormgeven, bijv. ten aanzien van het aantal te benoemen buitenleden.
Beleid per departement
Sociale Zaken en Werkgelegenheid17
-
-Banenplan
Het kabinet wilde door middel van het banenplan van minister Den Uyl (PvdA) nieuwe werkgelegenheid scheppen. De financiering daarvan stuitte echter op grote problemen, omdat zich voortdurend nieuwe tegenvallers voordeden op de begroting. Bovendien voelden de werkgeversorganisatie er weinig voor mee te werken en viel het niet mee om veel banen de publieke sector te scheppen.
-
-Versobering Ziektewet
Begin 1982 werden voorstellen gelanceerd voor versobering van de Ziektewet. De bovenwettelijke uitkering (die werkgevers en werknemers via de c.a.o. regelden) moest worden geschrapt. Tegen deze plannen van Den Uyl (PvdA) en Dales (PvdA) ontstond breed maatschappelijk verzet, waarbij de vakbonden het voortouw namen. De SER bracht een negatief advies uit. De PvdA leed hierdoor bij de Statenverkiezingen van 1982 een enorm verlies.
Grondwetsherziening
Tijdens dit kabinet vond de tweede lezing van algehele Grondwetsherziening18 in de Tweede Kamer plaats
Protest tegen kruisraketten
Op 21 november 1981 werd in Amsterdam door 400.000 mensen gedemonstreerd tegen de mogelijke plaatsing van kruisraketten in Nederland. De demonstratie was georganiseerd door het Komité Kruisraketten Nee, waarvan Mient Jan Faber19 de voornaamste woordvoerder was. De PvdA-bewindslieden liepen niet mee, hoewel ze zich feitelijk achter de doelstelling van de demonstratie stelden.
Tijdens deze kabinetsperiode werd één troonrede voorgelezen. Het kabinet had echter amper tijd gehad om die te schrijven, omdat het slechts enkele dagen eerder was aangetreden.
Op 12 mei 1982 kwam er een einde aan het acht maanden eerder gevormde tweede kabinet-Van Agt. De directe aanleiding van de kabinetscrisis was onenigheid over het financieel-economisch beleid. De coalitiepartijen wisten geen overeenstemming te bereiken over bezuinigingen en de financiering van het werkgelegenheidsbeleid. De PvdA-ministers stelden daarop hun portefeuilles ter beschikking.
Meer over
- 1.Het Christen-Democratisch Appèl (CDA) is een christelijk geïnspireerde partij in het centrum van het politieke spectrum. Henri Bontenbal is momenteel politiek leider van het CDA. De partij werd opgericht op 11 oktober 1980 als fusie van Anti-Revolutionaire Partij (ARP), Christelijk-Historische Unie (CHU) en Katholieke Volkspartij (KVP).
- 2.De Partij van de Arbeid (PvdA) is een progressieve, sociaaldemocratische partij. De partij werd opgericht in 1946 als een voortzetting van de vooroorlogse Sociaal-Democratische Arbeiders Partij (SDAP), de Vrijzinnig-Democratische Bond (VDB) en de Christelijk-Democratische Unie (CDU). De PvdA trok samen met GroenLinks op en deed met een gezamenlijke lijst mee aan de Tweede Kamerverkiezingen van 22 november 2023. Frans Timmermans leidt de gezamenlijke fractie in de Tweede Kamer.
- 3.Democraten 66 (D66) is een hervormingsgezinde sociaal-liberale partij. De huidige politiek leider is Rob Jetten. De partij werd opgericht op 14 oktober 1966 door 44 'homines novi', waarvan er 25 eerder bij andere politieke partijen actief waren geweest. Belangrijkste initiatiefnemer en voorman (tot 1998) was de oud-journalist Hans van Mierlo.
- 4.Op 26 mei 1981 waren er Tweede Kamerverkiezingen. Dit waren reguliere verkiezingen na afloop van de zittingstermijn van de Tweede Kamer. Daarnaast lagen er verschillende grondwetswijzigingen voor, die definitief werden bij de Grondwetsherziening van 1983. Het CDA won de verkiezingen, D66 was de grootste stijger. Daar stond verlies tegenover van PvdA en VVD. CDA en VVD verloren hun krappe meerderheid.
- 5.CDA-voorman, jurist en premier van KVP-huize. Stond als hoogleraar strafrecht bekend als vernieuwingsgezind en bracht als minister van Justitie belangrijke wetten tot stand. Vicepremier in het kabinet-Den Uyl. Kwam in de kabinetten-Biesheuvel en -Den Uyl diverse malen in politieke problemen, onder meer door discussies over de vrijlating van de Drie van Breda, de abortuskwestie en de affaire-Menten. Werd in 1977 de eerste leider van het CDA en was daarna vijf jaar premier. Was toen de politieke tegenvoeter van PvdA-leider Den Uyl; even populair bij zijn achterban als verguisd door zijn tegenstanders. Stapte na de verkiezingen van 1982 op als politiek leider. Nadien Commissaris van de Koningin in Noord-Brabant en EG-ambassadeur. Relativeerde de politiek en zichzelf, maar was tactisch sterk. Formuleerde zorgvuldig en viel op door zijn kleurrijke en soms archaïsche taalgebruik.
- 6.Dit kabinet van CDA en VVD kwam na een lange formatieperiode tot stand, nadat vorming van een tweede kabinet-Den Uyl was mislukt. Hoewel de PvdA bij de verkiezingen van 1977 de grootste partij was geworden, werd CDA-leider Dries van Agt premier.
- 7.Gedreven PvdA-ideoloog en -politicus en econoom. Voor sommigen 'ome Joop', voor anderen de verpersoonlijking van verfoeilijk socialisme. Kwam vanuit de journalistiek in de 'denktank' van de PvdA en werd in 1956 Tweede Kamerlid. Stapte in 1962 over het wethouderschap van economische zaken in Amsterdam en stimuleerde onder andere de industrievestiging. In 1965 minister van Economische Zaken in het kabinet-Cals. Volgde in 1966 Vondeling op als partijleider. Zou tot 1986 het gezicht van de PvdA zijn. Het door hem geleide kabinet ging als het meest linkse de geschiedenis in. Kon het succes bij de verkiezingen van 1977 niet omzetten in hernieuwde regeermacht. Zijn derde optreden als minister (ditmaal van Sociale Zaken onder Van Agt) verliep teleurstellend. Ondanks herstel in 1982 bleef zijn partij buiten het kabinet. Erudiet analyticus en scherp debater, die door zijn gedrevenheid echter soms drammerig overkwam.
- 8.Op 12 mei 1982 kwam er een einde aan het acht maanden eerder gevormde tweede kabinet-Van Agt. De directe aanleiding van de kabinetscrisis was onenigheid over het financieel-economisch beleid. De coalitiepartijen wisten geen overeenstemming te bereiken over bezuinigingen en de financiering van het werkgelegenheidsbeleid. De PvdA-ministers stelden daarop hun portefeuilles ter beschikking.
- 9.Na de val van het kabinet-Van Agt II werd dit minderheidskabinet van CDA en D'66 gevormd. CDA-leider Van Agt bleef premier. De posten die waren opengevallen na het vertrek van de PvdA-bewindslieden, werden opgevuld vanuit de gelederen van de overgebleven coalitiepartners.
- 10.De Volkspartij voor Vrijheid en Democratie (VVD) is een rechtse liberale partij, met op onder meer ethisch gebied progressievere standpunten. Politiek leider is sinds 14 augustus 2023 Dilan Yesilgöz-Zegerius. De partij werd opgericht in 1948 als opvolger van de Partij van de Vrijheid (PvdV), die weer een voortzetting was van de vooroorlogse Liberale Staatspartij (LSP).
- 11.Het regeerakkoord van 1981 omvat de afspraken gemaakt tussen regeringspartijen CDA en PvdA en vormde de basis voor het kabinet-Van Agt II. Centraal stonden het terugdringen van het begortingstekort en het bestrijden van de werkloosheid.
- 12.Amsterdamse PvdA-econoom die in 1981 samen met zijn Leidse collega Halberstadt een kabinetscrisis oploste. Was begin jaren zestig directeur van het wetenschappelijk bureau van de PvdA en in 1971 minister van Economische Zaken in het schaduwkabinet van 'de linkse drie'.
- 13.Amsterdamse econoom van PvdA-huize, die tussen 1974 en 2009 in Leiden als hoogleraar openbare financiën doceerde. Loste in 1981 samen met zijn collega-hoogleraar De Galan een kabinetscrisis in het tweede kabinet-Van Agt op. Was 32 jaar kroonlid van de SER en onder meer medeorganisator van Bilderbergconferenties. Had vele maatschappelijke functies.
- 14.Bij het aantreden van een nieuw kabinet worden de nieuwe ministers en alle staatssecretarissen beëdigd. Zittende ministers gaan over in het nieuwe kabinet. Feitelijk wordt besloten het door hen gevraagde ontslag niet te verlenen (of zij komen terug op hun verzoek hun portefeuilles ter beschikking te stellen). Wel kunnen bewindslieden in het nieuwe kabinet een andere functie krijgen, maar dit wordt bij Koninklijk Besluit geregeld.
- 15.Als een kabinet of minister ontslag heeft gevraagd aan de Koning(in), maar dit ontslag nog niet is verleend, noemen we dat demissionair. Het is na 1922 gebruikelijk dat een kabinet op de dag van de verkiezingen zijn ontslag aanbiedt, tenzij het dat eerder al had gedaan vanwege een kabinetscrisis.
- 16.De zittingsperiode van een kabinet valt samen met de zittingsduur van de Tweede Kamer, namelijk vier jaar. Het is echter niet vanzelfsprekend dat alle kabinetten de rit tot het einde uitzitten. Bij een tussentijdse crisis wordt de Tweede Kamer ontbonden en komen er nieuwe verkiezingen. Op basis van de nieuwgekozen Tweede Kamer wordt een nieuw kabinet gevormd.
- 17.Het ministerie is onder meer belast met het algemeen sociaaleconomisch beleid, met name voor het werkgelegenheidsbeleid, arbeidsaangelegenheden en voor het inkomens- en vermogensbeleid. Het ministerie draagt ook zorg voor de sociale zekerheid in Nederland.
- 18.In 1983 werd de Grondwet ingrijpend herzien. De hoofdstukindeling werd gewijzigd, teksten werden gemoderniseerd, overbodig geachte artikelen werden geschrapt, en er kwamen bepalingen over sociale grondrechten en een algemene antidiscriminatiebepaling.
- 19.Vredesactivist die een leidende rol speelde in de beweging tegen kernbewapening in de jaren zeventig en tachtig. Zoon van een Friese ambtenaar, opgegroeid in een gereformeerd milieu. Werd tijdens zijn studie wiskunde aan de VU actief in organisaties op het gebied van vrede en ontwikkelingssamenwerking. Vanaf 1973 algemeen secretaris van het Interkerkelijk Vredesberaad (IKV). In die functie medeorganisator van acties tegen de plaatsing van kruisraketten. Zette zich later in voor dissidenten in Midden- en Oost-Europa en voor de nabestaanden in Srebrenica.
- 20.Deze periode wordt gekenmerkt door een scherpe tegenstelling tussen partijen. Met name de progressieve partijen (PvdA, D66 en PPR) vinden eind jaren zestig dat kiezers een duidelijker keuze moeten kunnen maken. Zij benadrukken daarom de verschillen met andere partijen, bepleiten directe verkiezing van de minister-president en stellen voorwaarden aan regeringsdeelname.