Constructieve onthouding
Wanneer een lidstaat1 zich op het terrein van het Gemeenschappelijk Buitenlands en Veiligheidsbeleid (GBVB) van stemming onthoudt, en niet tegen een besluit stemt, dan heet dit 'constructieve onthouding'. De Raad kan zo een besluit aannemen zonder dat alle lidstaten expliciet vóór een besluit stemmen.
Als het totaal aantal onthoudingen meer dan één derde of meer van alle uitgebrachte stemmen bedraagt dan kan het besluit niet worden goedgekeurd.
De lidstaat die zich van stemming onthoudt, kan een formele verklaring afleggen waarom hij dat doet. De lidstaat is dan niet verplicht het genomen besluit toe te passen. Met die verklaring erkent die lidstaat wel dat het besluit bindend is voor de Europese Unie2, en dat het geen acties mag ondernemen die in strijd zijn met het genomen besluit of de uitvoering van dat besluit op enige manier belemmeren.
Constructieve onthouding is mogelijk sinds het Verdrag van Amsterdam3 in werking trad in 1999.
Constructieve onthouding vindt zijn basis in het Verdrag betreffende de Europese Unie (VEU)4
-
-Onthouding in het GBVB: VEU titel V hoofdstuk 2 eerste afdeling art. 315 lid 1
- 1.Momenteel zijn 27 landen lid van de Europese Unie. De meest recente uitbreiding van de Unie vond plaats op 1 juli 2013, met de toetreding van Kroatië. Er wordt verder over uitbreiding gesproken met verschillende landen in Oost-Europa. Het Verenigd Koninkrijk is sinds 31 januari 2020 middernacht geen lid meer van de Europese Unie. Dat was het eerste land dat de EU verliet.
- 2.De Europese Unie (EU) is het belangrijkste samenwerkingsverband in Europa. De deelnemende landen hebben voor deze Unie een aantal organisaties opgericht waaraan zij een deel van hun eigen bevoegdheden hebben overgedragen. Dit zijn onder meer het Europees Parlement, de Europese Commissie, de Raad en het Europese Hof van Justitie.
- 3.Dit Europese verdrag, waarover de Europese Raad het in juni 1997 eens werd na twee jaar onderhandelen, maakte de weg vrij voor de start van het uitbreidingsproces van de Europese Unie.
- 4.In dit verdrag staan de waarden waar de Europese Unie en alle lidstaten zich aan moeten houden, en de belangrijkste doelstellingen van de Europese Unie. Dit verdrag vormt samen met het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie de basis van de Europese Unie.
- 5.1. In het kader van dit hoofdstuk worden besluiten door de Europese Raad en de Raad met eenparigheid van stemmen genomen, tenzij in dit hoofdstuk anders is bepaald. Wetgevingshandelingen kunnen niet worden vastgesteld.