Burgerschap van de Europese Unie - Hoofdinhoud
Iedereen die de nationaliteit van één van de EU-lidstaten i heeft, is automatisch EU-burger. Het burgerschap van de Europese Unie i is een aanvulling op het nationale burgerschap, en dus geen vervanging.
Het burgerschap van de EU is ingevoerd bij het Verdrag betreffende de EU i. Dit verdrag is op 7 februari 1992 in Maastricht ondertekend. Het burgerschap van de EU brengt de volgende rechten met zich mee:
-
-recht om in de gehele EU vrij te reizen en te verblijven;
-
-actief en passief kiesrecht bij verkiezingen voor gemeenteraden en het Europees Parlement in het land waar men woont, ook al wijkt dit af van diens nationaliteit;
-
-diplomatieke en consulaire bescherming van de autoriteiten van elke lidstaat indien de lidstaat waarvan de betrokken burger onderdaan is niet in een derde land i is vertegenwoordigd;
-
-het recht om bij het Europees Parlement verzoekschriften in te dienen en zich tot de Europese Ombudsman i te wenden.
Het Verdrag van Amsterdam i, ondertekend op 2 oktober 1997, geeft EU-burgers de volgende additionele rechten:
-
-het recht zich in één van de officiële talen tot de Europese instellingen te richten en in die taal antwoord te krijgen;
-
-het recht op toegang tot documenten van het Europees Parlement, de Raad van de Europese Unie i en de Europese Commissie i, onder voorwaarden die deze instellingen hiervoor vaststellen;
-
-het verbod EU-burgers te discrimineren op grond van hun nationaliteit, geslacht, ras, godsdienst of overtuiging, handicap, leeftijd of seksuele geaardheid;
-
-gelijke toegang tot de communautaire i openbare dienst.
Het eerste EU-burgerschapsrapport werd in 2010 gepresenteerd door de Europese Commissie. Dit rapport wordt elke drie jaar uitgebracht en maakt de balans op van de vooruitgang op dit gebied. Ook bevat dit rapport aanbevelingen en prioriteiten van de Commissie. De conclusie van het rapport uit 2010 luidde dat rechten van EU-burgers relatief goed geregeld zijn, maar beter onder de aandacht gebracht moesten worden. Het burgerschapsrapport 2013 kwam tot een vergelijkbare conclusie en deed op haar beurt zes voorstellen om belemmeringen voor burgers om gebruik te maken van hun EU-rechten weg te nemen. In het rapport van 2017 (presentatie in 2016) werden vier thema's geïdentificeerd waarop de Commissie zich in de periode 2017-2019 heeft gericht:
-
-Het bevorderen van de aan het EU-burgerschap verbonden rechten en gemeenschappelijke waarden
-
-De deelname van burgers aan het democratische leven van de EU stimuleren en versterken
-
-Reizen, wonen en werken eenvoudiger maken voor burgers in de hele EU
-
-Veiligheid versterken en gelijkheid bevorderen
Meer informatie